Antoon Coolen zestig jaar „Het Geloof van ons Doopsel Verlovingsringen H. TH. v. d. VLERK Rijdende viskeuken gaat overal de huisvrouwen „lekker" maken S. P. ADAMS TELEVISIE RADIO GEVEKE SERVICE Romantische Muziek van landbouw-hervorming Tuinaanleg ,;W Nsc imékk fel'Iall 6? Voorkoming van dub bele belastingheffing HUIZE BRABANT TUINLAAN 98 - TELEF. 67464 Tweede deel verschenen Nieuwe Mens RALEIGH FONGERS TER BRAAK - Grote Markt 3 Nederland kan méér uit het water halen J. HUIS BERINI - CENTRO ENGELEN V Nieuwe grammofoonplaten VRIJDAG 12 APRIL 1957 PAGINA 3 L¥ j M Tivee genres EgELMATIGE tuinverzorging A. WlTTKAMPF Telefoon 6716E Verdragen met Canada, Denemarken en Italië Atmosfeer De Peel der verbeelding ©li MET EEN ZEER ORIGINELE ATTRACTIE 's Avonds projecteren wij tijdens het feest uw reportagefoto's RIJDT IR. G. C. SNIJDERS OVERLEDEN LAGERE WINST GEMBO EXPORTCOMBINATIE VOOR CARAïBISCHE GEBIED BLAUW DELFT'S van de PORCELEYNF FLES V isserij-natie Eerst Achterhoek UITGIFTE NIEUWE POSTZEGELS DISCONTO-VERHOGING IN FRANKRIJK met doorlopende BROERS VEST 58 Telef. 6.8.4.4.7. VAN FORELLEN EN RIVIEREN Ceding V?Ch een"' J? aUes v' Ook ambachtslieden Beste toekomst „We zijn er' Industrievestiging Ua'" d* regionale roman tie fc r"£ zeggen dat hij in !taan afH^d van "3n be- ^eest h" Populair is ge- ?n vaak de Eewone lezer ze)cer iu deze eeuw, Soev. ncdr van de criticus. Jeven ,„n over het land ed h??ren er a* 'n de °ud- J4yll'. '.Waren boeken met ^naisL eclogae; sinds de voor-r„ e tot diep in de **s dmanüsche 18e eeuw, ?elie«?e P?«torale opnieuw 'Hode^ z° Sebefd dat ze een lijke rlni'e werd. De eigen- tans roman noch- ee<hv u01' Pas in de 19e ^andlê— - verbaal over het han' 'haakt'".1!. vo™, die het los- v..;3i.« - 4,;- Jhantw11 krijgt dan een ro- che vrijheid, een open- ïflodi«„van het obligaat en lis, !is sjabloon van Phi- Amarillis en herder e slecht verklede In d s en herderinnen. s'realr» Pegentiende-eeuwse !kh v"Pan verkleedt men "iet met ™eer, woont men 'trefee ??r 'n -.Ideaal schone de v ,n deze roman mist de vn i5'? van het ideaal en die do0?16^ van de tendens, baar,? hergerade kenmerkte, hij p00r in de plaats toont ïealiteit grotere mate van d0n!heel de tweede helft der 19de eeuw ian!,v°nd het streekverhaal een be ds „telling in Europa, die niet steeds (jee?eringste auteur en hun krachten erop beproeven. Moge dan ten onzent het sj, p Van Conscience, Virginie Loveling liet fmer een literair-historisch belang, hat Je. hoven gaan. mogen dan al in 'itar 4U'tse taalgebied waar de Heimat- ^Oso r wel bijzonder populair werd. lans Anzengruber en Auerbach rSa?Zamerhand wel in vergetelheid ge- jjj^t zijn, in Engeland wordt George nog steeds gelezen, in Frankrijk ty. rSe Sand en René Bazin, in Noor- tp®"n nog altijd Björnson. In Vlaande- "ebben sedert het begin dezer eeuw Chvels en Buysse het genre van lec- lj tot literatuur gemaakt en sindsdien lpi.°P deze spelewei der Nederlandse Se,, en het hek altijd wel van de dam hesi est' of anders gezegd: er kleeft vaak iets tweederangs aan de alleen al. Deze tweederangsheid tyn; dan ook niet steeds gelogenstraft si rflen, de soort glijdt, uiteraard, nog dj eens af in oppervlakkigheid, senti- "taliteit, onvolledigheid, dorpsheid. „lp" ïjjn in Nederland en Vlaanderen t zoveel auteurs geweest die zich in J substantieel deel van hun oeuvre ii dit afglijden hebben weten te be ton een van deze weinige is An- Isa Poolen, die op 17 april a.s. zestig lev Wordend, mag terugzien op een ""swerk dat de populariteit niet gehaald ten koste van de gede- "»heia. Öe betekenis van Antoon Coolen voor v e Nederlandse letteren, met name in et tijdvak tussen de twee wereldoor den is groter dan men uit bepaal- toenmalige beoordelingen over zijn w"rk zou kunnen opmaken. De be oordelingen, hier bedoeld, die niet al- ,'^d vijandig waren, maar wel steeds een storend parti pris uitgingen Pleitten voor een romankunst, waar in Menno ter Braak geprobeerd "«eft het goede voorbeeld te geven met r.Hampton Court" en „Dr. Dumay ver ast", intelligent, beweeglijk, steeds "ynisch op peil, met weinig of geen Woord, fraai, koel en geserreerd, soms ••essayistisch" zonder gebruik te ma- en van het „schrijverspalet" kortom "bist het soort romans dat Coolen niet Schreef. Coolen schreef (en schrijft ,h°g) eerder gevoelsmatig, sttisch, '"ndelijk, met het pathos van de ge voelsmens, sterk sfeer suggererend in Woordkeus en zinsbouw, rustig-be- ^"hrijvend, warm. Met deze reeks le enstellingen heb ik ongewild het be- van Coolens streekromans ge- 'teld; juist als tegenwicht tegen het ;."tionee!-psyChologische genre hebben 'In romans, emotioneel, narratief van (Advertentie) flat ministerie van financiën deelt mee, bp 2 april 1957 tussen Nederland en .v«rw.,a een verdrag is gesloten tot het van dubbele belasting van in- V h ?n' Soortgelijke verdragen, die ech- "tog "halve op inkomsten, ook op het ver- Wbtyb betrekking hebben, werden op 20 "Wari 1957 tussen Nederland en Dene- VlS en op 24 januari 1957 tussen Ne- Ndr en Italië gesloten. Voor alle drie 16"fl» 1!en geldt, dat zij, met terugwer- ,"g 7 bracht tot 1 januari 1954, in wer- rt'sso]- 'en treden op de dag van de uit een, g van de bekrachtigingsoorkon- \Vat ?et"ari5e verdragen met Canada en De- '"r v0 n betreft, die behalve bepalingen ?.bkeu boming van dubbele belasting ook ■>i' t bg v. "Pdere bepalingen (o.m. uitwisse- 'juf !"e v an inlichtingen) bevatten, kan hier- 0i-" r,Ve"ge Nederlandse zijde eerst worden ,6"er-8aian' nadat zij door de Staten- z"llenda! "ijn goedgekeurd. De verdragen 1 "her- ,ertoe binnenkort aan de Staten- ;tl1 ia"fls.Tt Worden voorgelegd. Het Neder- h balin anse verdrag, dat uitsluitend ?6'astinge? ter voorkoming van dubbele "Hen, ,bevat, behoeft in Nederland geen uentr aard mede de Nederlandse roman kunst van toen voor eenzijdigheid be hoed. Dit is niet alleen van literair-histo risch belang; de boeken van Coolen heb ben hun eigen literaire waarde zij zouden anders ook geen reëel tegen wicht, als waarvan daarjuist sprake was, hebben kunnen vormen. De eigen waarde, waardoor zijn verhalen zich onderscheiden van ander gelijksoortig of vergelijkbaar werk 'van b.v. Herman de Man, jan Eeckhout, Theun de Vries is een poëtische toets die zijn romans en novellen doordesemt met een sterk at mosferische gevoelstoon, iets dat bij andere regionalisten zoal niet afwezig is dan toch hun werk in zijn totaliteit in veel mindere mate bepaalt. De couleur locale, dit arbeidsvermo gen van plaats in de streekroman be reikt Coolen dan ook niet, zoals bij ve le anderen wel het geval is, door grove typeringen, door nogal schematisch- grappige of anekdotische bijzonderheden maar juist door dat imponderabile dat wij atmosfeer noemen en dat meer nog in het landschap, in een huis, een kamer aanwezig is dan in het doen en laten van mensen, in woorden te vangen. Daarmee vangt hij het karakter van een streek, dat meer is dan een vaak kramp achtig in leven gehouden folklore en waarvan het voornaamste facet zeker niet wordt weergegeven door die zon derlinge dorpszielen die in menige streekroman nogal eens hinderlijk en functieloos zich op de voorgrond drin gen. Hoewel bij Coolen de folkloristi sche typen niet ontbreken (Vuil Leenke, Jan Olie e.a.) vallen zij buiten de waar de bepalende factoren van zijn oeuvre. Illustratief in dit verband is een ver gelijking met het werk van Ernest Claes, wiens verhalen dergelijke typen „vullen" (De Witte, Kobekè, Charel- ke Dop, Pastoor Campens e.a.) hier zijn het middelpunten, waaromheen een dorpsleven gecomponeerd is. Bij Coolen zijn zij versieringen ondergeschikt aan een geheel dat dieper peilt naar de ziel van de streek en daarmee ook naar de ziel van de mens. Deze peiling van de mensenziel komt wel het overtui gendst tot uitdrukking in zijn beste no vellen als Jantje den Schoenlapper. De man met het Janklaassenspel, Peerke den Haas en Huwelijk. De Peel is door de boeken van Coolen meer geworden dan een min of meer ge ïsoleerde streek met veel turf en weinig rijkdom, het is een magisch land gewor den, uitgeheven boven zijn ruimtelijke bepaling in de zuid-oosthoek van Bra bant, het is voor de Nederlandse lezer een land der verbeelding geworden, dat hij beter kent dan uit eigen aanschou wing, het is een Yoknapatawpha County als van Faulkner, mengsel van realiteit en verbeelding. Dit mengsel in Coolens romans levert een nieuwe realiteit op die in haar poëtische contouren het geogra fische Peelland te boven gaat. Met deze Peel der verbeelding heeft Coolen een generatie katholieken (en niet-katholieken!) tot lezen gebracht met name in Brabant. Er werd nl. in Bra bant niet veel gelezen in de jaren 20 en 30 tenzij de missieblaadjes en de scheur kalender, tenzij een provinciale krant, die maar zelden achter de provinciale horizon wijdere kimmen vermoedde. Ge zien de volksontwikkeling vond de ge middelde dorpsbewoner meer ontspan ning in kegelen en smousjassen dan in lezen. Coolen heeft, schrijvend in en over Noord-Brabant, smaakvormend gewerkt in een gewest waar inderdaad de smaak nog gevormd moest worden. Hij heeft bovendien, buiten dit gewest de laïcisti- sche zegswijze: Catholica non leguntus van zjjn ontkenning afgeholpen en daar mee van zijn laïcité. Men krijgt bjj Coo len, gezien de verspreiding van zijn boe ken in binnen- en buitenland niet (Ie in druk dat hij „voor een kleine parochie" schrijft. Elke schrijver zit vast aan zijn gene ratie, m.a.w. hij blijft schrijven vanuit de verworvenheden zijner vormingsjaren, van zijn jeugd. Dat er anno 1957 andere schrijvers aan de orde ::4n, die ons ande re dingen te zeggen hebben en Coolen daarmee enigszins uit het brandpunt der belangstelling hebben verdrongen, pleit niet zozeer tegen Coolen r's wel, in zeker opzicht, tegen deze tijd. Antoon Coolen is een schrijver, typerend voor de vooroorlogse jaren, schrijvend in een land dat in geen honderd jaren een oor log binnenslands had gekend, een land van weelde en rust, waar de literatuur minder „engagée" was dan b.v. in Frankrijk; waar buiten de eigenlijke tijdsproblematiek om, een rusticiteit in de letterkunde een kans kreeg die ons, Goddank, boeken heeft bezorgd als: Kinderen van ons Volk, De goede Moor denaar, De drie gebroeders, Dorp aan de rivier, Herberg In 't Misverstand en de straks genoemde novellen, verhalen die een vaste plaats hebben in de Ne derlandse letterkunde der 20ste eeuw en in de harten van veel toegewijde lezers. Deze werken en nog vele anderen maken een oeuvre uit waarop de schrijver nu hij zestig jaar wordt met voldoening, met trots kan terugzien. Dat hij niet al leen terugziet, maar ook nog vooruit, to nen o.a. de beide romans van na de oor log, waarvan de ene De Vouw met de 6 slapers in 1953 verscheen en de andere De grote voltige 17 april a.s., zestig jaar nadat de schrijver te Wijlre in Zuid- Limburg werd geboren, zal verschijnen. JAN VAN SLEEUWEN VRAAGT INLICHTINGEN aire goedkeuring. Het tweede deel van dr. Schoonenbergs „Het Geloof van ons Doopsel" x) zal zonder twijfel eenzelfde gunstig onthaal vinden als het eerste ten deel is geval len. Pater Schoonenberg slaagt erin om zijn dogmatische uiteenzettingen te vat ten in nuchtere en toch een innerlijke bewogenheid verradende woorden, waar door h(j aan zijn betoog zowel de kracht van de overtuigende redenering als van het daarboven uitstijgende getuigenis weergeeft. Hij noemt zijn werk „ge sprekken over de apostolische geloofsbe lijdenis" en inderdaad verschijnt het als een gespreksgenoot in de kring van ont wikkelde katholieken priester en le ken die in ons land met een hartstocht die bemoedigt b(j alle hedendaagse on verschilligheid, zoeken naar een verdie ping van hun geloof en naar een persoon lijk doorleefde ontmoeting, met de God, die hen schiep en hen verloste. Ook dit deel draagt geen nadrukkelijk apologe tische karakter Het is op dit stuk welbe wust summier, om de nadruk te leggen op de persoonlijke, bovenredelijke overga ve aan onze Heer. Maar in het voorbe reiden van zijn gespreksgenoten op deze sprong, deze ontmoeting treft hij niette min met grote zorg zijn apologetische voorarbeid. Deze fraai doordachte dose ring van argumentatie en verkondiging geeft het boek als het ware een krachtige cvcnwichtheid. Na de behandeling van God de Vader en Schepper in het eerste deel, is dit tweede deel gewijd aan: „Jesus, de Christus, de Zoon Gods". In deze drie woorden is de bouw van het boek reeds geschetst: Met de eigennaam „Jesus" is in het bijzonder het geschiedkundige feit van de menswording aangegeven en in het eerste hoofdstuk wordt dan ook Jesus' plaats in de geschiedenis bepaald. In dit zelfde hoofdstuk wordt tevens voordat in Jesus het Oude Verbond vervuld wordt: uitvoerig stilgestaan bij de geschiedenis van Israël. De schets, welke hier in grote lijnen de opgang en neergang van Israels menselijk historie weergeeft en de rol van de zich vervullende verdiepende Be lofte daarin, zal de lezer sterk boeien Zij bereidt hem voor het tweede hoofd stuk. waarin Jesus van Nazareth getoond wordt als degene die de Belofte en de profetieën van het Oude Testament op een goddeliik-verrassende wijze verwer kelijkt. In het derde hoofdstuk, tenslotte bezint de schrijver hoe de Christus zich zelf als God openbaart en hoe deze^ God heid van Jesus vertolkt wordt in de Evangeliën en de jonge kerk. In zijn inleiding geeft de schrijver ui ting aan de enige bedoeling, welke bij hem bij het schrijven voorziet, door het woord uit het evangelie van Joannes: „Wij willen Jesus zien". Dit verlangen om binnen te treden „in het heiligdom van deze Per soon" doordringt geheel het boek en deelt zich mee aan de aandachtige lezer, die in de door de schrijver uitgesproken of aangevoerde ideeën het geestelijk leven van deze tijd herkent, maar tevens de werkelijkheid van de mensgeworden Zoon Gods vóór zich ziet. Aan niets hebben de gelovigen in dezelfde tijd méér behoefte. x) N.a.v. „Het Geloof van ons Doop sel" deel II („Jesus. de Christus, de Zoon Gods"), door dr. P. Schoonenberg S.J Uitg. L. C. G. Malmberg. Den Bosch. Reclame B.T.B. f 136.95 mensenleven gegarandeerd GLAD FACET WIT-GOUD in de diverse breedten Exclusieve verpakking ROTTERDAMSEDIJK 268 Op bijna tachtigjarige leeftijd is dins dag jl. overleden ir. G. C. Snijders, oud directeur van de plaatselijke telefoon dienst te Amsterdam. Ir. Snijders werd in 1908 tot onder directeur van de gouvernements telefoon dienst in het toenmalige Nederlandsch- Indië benoemd. Op 1 januari 1912 werd hij benoemd tot onderdirecteur der, ge meentetelefoon te Amsterdam en op 1 november 1916 tot directeur. In 1944 werd hij door de Duitsers ontslagen. Op 11 mei 1945 kwam hij op verzoek terug op zijn post, die hij tot 1 januari 1946 heeft be kleed, toen hij met pensioen ging. Ir. Snijders werd in 1929 benoemd tot officier in de Orde van Oranje Nassau en in 1936 tot ridder in de Orde van de Ne derlandse Leeuw. Toen de gemeentetelefoon in 1940 aan het rijk overging, kwam ir. Snijders weer in rijksdienst. Bij die gelegenheid hebben B. en W. van Amsterdam hem geëerd door hem de zilveren medaille van de stad Amsterdam te verlenen. Het bedrijfsresultaat van de Chemische Fabriek Gembo N.V. te Winschoten wijst over 1956, na afschrijving en reservering voor belasting, een winst aan van 185.852 (V. j. 220.525). Voorgesteld wordt een dividend van 10 pet. (v. j. 12 pet. uit agio reserve) over het onveran derde kapitaal uit te keren In 1956 werd voor 187.684 geïnvesteerd. De directie besteedde in het afgelopen boekjaar veel aandacht aan maatregelen tot de efficien cy in het bedrijf. De terreinen in Win schoten werden uitgebreid. Het bedrijf te Nieuwendam ondervond een belangrijke terugslag. Het totaal van de omzet was lager dan in 1955. De onkosten stegen op nieuw terwijl de verkoopprijzen niet kon den worden verhoogd. Het ligt in de bedoeling te geraken tot de oprichting van een Nederlandse export- combinatie 'voor het Caraïbische gebied. De besprekingen over dit plan zo ver nemen wij, zijn reeds in een ver gevorderd stadium. onze verslaggever) glanzende Visdcmon- Hoogstraat 101-103-105 (Van De grote stratiewagen, welke gisteren op het open terrein achter het Bouw centrum te Rotterdam stond te wach ten op de eerste bezoeksters, draagt op haar wanden de slagzinnen: „Vis, een zee van gezondheid" en „Vis, tweemaal per week". En met deze twee slogans is de bedoeling van deze kostbare wagen gekarakteriseerd. Dit is de eerste rijdende viskeuken in Nederland en de tweede grote stap op de weg, welke het Produktschap voor Vis- en Visprodukten heeft uit gestippeld om het visverbruik in Nederland op te voeren. Toen verleden jaar in het Bouwcen trum te Rotterdam het door het Moody- fonds gefinancierde Visdemonstratiecen- trum werd geopend en onmiddellijk bleek, dat vele huisvrouwen het ten zeerste op prijs stelden een demonstrate over de be reiding van vis mee te maken, wist men dat het niet bij deze vijf moderne keu kens, waarin men ook zelf de pan ter hand kan nemen, kon blijven. Het is voor de meeste huisvrouwen niet mogelijk de reis naar Rotterdam te ondernemen. De enige oplossing was: naar de huisvrouwen toegaan! En zo ontstond het idee van de Visdemonstratiewagen. Ondanks het feit, dat de Romeinen zo ongeveer 50 jaar vóór Christus onze waarschijnlijke voorouders hier in de lage landen aantroffen, die hoofdzake lijk leefden van eieren en vis, is het Nederlandse volk (van oudsher een vis serijnatie) nu een volk, dat slechts 1,5 van het gezinsinkomen aan vis besteed. Hierdoor ligt Nederland op dit gebied veel lager dan andere visserijlanden van West-Europa, b.v. West-Duitsland en Denemarken waar men per persoon per jaar zo een 16 kilo gemiddeld aan vis verorbert. Nederland komt per persoon net aan de negen kilo per jaar. En dat ondanks het feit dat vis voor de gezond heid belangrijk is en rijk aan voor de opbouw en in standhouding van het menselijk lichaam noodzakelijke mine ralen als jodium, calcium en fosfor. Er zit meer in het water dan men weet. Men heeft van hoger hand al veel ge daan om de consumptie van vis te bevor deren. Er is een diepvriesketting tot stand gekomen voor vis, zodat er in Nederland niet veel delen meer zullen zijn waar géén diepvriesvis te verkrijgen is. 't Bleek ech ter, dat de huisvrouw wat de bpreiding betreft, niet altijd de juiste weg weet. De rijdende viskeuken zal nu door Neder land gaan trekken en met een beetje tam tam de huisvrouwen uitnodigen een de monstratie in de wagen te volgen. De keuken Is gebouwd op een D.A.F. benzine truck met oplegger, welke een to tale lengte heeft van 13 meter. Er kunnen vis-, bak-, kook- en stoof-demonstraties in worden gehouden. Een twintigtal dames kan tegelijk de „les" volgen en niet alleen volgen, maar ook een proefje nemen van de visgerechten. Een grote Koel-diep vrieskast zorgt er voor dat de vis die mee op reis gaat vers blijft. De wagen is geheel door vrouwe lijk personeel „bemand". Ook de chauffeur van deze zware truck-oplegger combinatie is een vrouw. In deze keuken zal alleen worden gewerkt met gefileerde vis. Als eerste werkterrein voor de rijdende viskeuken is gekozen de Achterhoek. Gis termorgen heeft mevr. B. Kortekaas den Haan, die als presidente van de Ne derlandse Huishoi'draad het enige vrou welijke lid van de Controle Raad is, ae nieuwe wagen officieel in gebruik geno men. Een inleidend woord werd gesproken door de voorzitter voor Vis en Visproduk ten, drs. D. J. van Dijk, voorzitter van de Controle Raad voor de aanwending van de zogenaamde Moody-gelden ter bevor dering van het Visgebruik. ROTTERDAMSEDIJK 46 TELEFOON 67026 SCHIEDAM BROMMERS - MOTOREN - SCOOTERS Blijkens een bekendmaking in de Staats courant van gisteren, heeft de P.T.T. twee postzegels uitgegeven, respectievelijk in de waarden van 8 en van 70 cent. Thans zijn postzegels in de volgende waarden verkrijgbaar: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 12, 15, 20, 25, 30, 40, 45, 50, 60, 70 en 85 cent, f 1—, 2,50, 5,—, f 10,—, 15,— en 25,—. Postzegels van 2% cent, voor zover niet buiten gebruik gesteld, mogen worden op gebruikt. Het officiële Franse discontotarief Is heden verhoogd van 3 tot 4 pet. Het Franse disconto werd het laatst gewijzigd in december 1954. Het werd toen verlaagd van 314 tot 3 pet. Het is ge durende twee jaar een van de laagste in Europa geweest. Aldus werd getracht investering in Frankrijk te bevorderen. De huidige discontoverhoging is de jongste maatregel, welke de Franse rege ring heeft genomen als onderdeel van het versoberingsprogramma, dat ten doel heeft de inflatie tot staan te brengen. ALLEEN ECHT met DIT MERK Alleenverkoop voor Schiedam en omstr, Nu onze realiteitszin, zakelijkheid en ons critisch bewustzijn veel over gevoeligheden uit de Romantische tijd naar de vergetelheid heeft ver wezen, blijken toch uit deze tijd stroom zich enkele meesterwerken te hebben kunnen handhaven, die ge deeltelijk of in hun totaliteit voor ons - Telef. 67660 I n°g een bron van vreugde betekenen. Zulk een door een meesterhand ge schreven notenbeeld is Schubert's Fo- rellenkwintet. Juist als men lange tijd deze vonken van een genie niet in de haard van onze concertzalen zag doorgloeien, worden we des te meer bekoord door de warme gloed die er van uitstraalt: een gloed die inderdaad een milde warmte ver spreidt in onze veelal wat kil-ratio- 3 nele geestessfeer. Hoe kan het ook anders? Deze Oostenrijkse minnezan ger-troubadour-muzikant diepte al zijn kracht uit het hem omringende landschap: de glooiende valleien, de bloeiende beemden, de ruisende bos sen en beken vol dartele vissen en kwinkelerende vogels. Zonder de na tuur van de Donau-valleien is Schu bert's muziek ondenkbaar. Maar evenzeer zonder zijn vrienden kring waarin hij na zulke zwerftoch ten zijn vol hart uitstortte op de befaamde „Schubertiaden", waar lus tig gemusiceerd werd met: „twee violen en 'n bas" of honderden liede ren als zoveel facetten het licht, de levenskracht reflecteerden van 't da gelijks bestaan. De Franse romanschrijver Hervé Bazin heeft voor zijn gehele oeuvre de zevende letterkundige prijs van prins Rainier III van Monaco gekregen. ILM.W. - LOCOMOTIEF bromfietsen Lorentzplein - hoek K. Onneslaan Tel. 66852 Nederland... voorbeeld van de katholieke politica? h 'd dn verdraagzaamheid wordt be- C; tunitppr Zi;in h~"' elen< niet d00r op" u""h "oals ons wel ver, wordt. i '°taa] ^pUtiek-'verantwoordelijk mens L in verdraagzaam d» i? .!isten. noch de' ,w*"slen, noch een niet-christen. *"e6ritueel 's het nie' de macht' e"derhe'!?ngs de we§ d0r numerieke !iiue'de verkregen, niet historisch ge- lj. ip2[„AlstandiKheden, ook niet mense- ben iGn vool"keur, die zijn hande- d Palen, maar zijn houding is op iti "°ver J;erd en bij is vo r zijn houding "a^WeteJ ,d verantwoording schuldig. stM??be'- Us gehouden tot verdraag- dr» '"g h„ en onver Iraagzaamheid. De dtv8z" dat de katholieken r4; dfa Onve in wÜzen wij af. De katholiek W!?Zaani nagzaam. maar anders ver- Vp "ebk De verdraagzaamheid, die Un„,raa~7al hechter gefundeerd dan de 8t. -mheid die men van ons ver- ®,n de meeste anderen ver- Tot deze conclusie komt dr. B. van Bilsen O.F.M. in een interessant artikel over de verdraagzaamheid, c':t is gepu bliceerd in het laatste maart-nummer, van de 8e jaargang van „De Nieuwe Mens" (maandblad voor beleving van het christendom). In ditzelfde nummer staan nog enige andere interessante en actuele artikelen, waarop wij gaarne de aandacht zouden vestigen. Pater van Belkom wijdt een tweede beschouwing aan de strijd der geesten onder de ka'holieken onderling, een strijd die zich toespitst op de wezen lijke godsdienstige waarden. VerJ:r bevat dit nummer een verhelderend artikel over de azitsvorming, dat het resultaat is van een gesprek in de redactievergadering n.a.v. de hierover lo"°"Je discussie. Nader re bezinning op de kwestie bezit-vorming zo wordt hierin gesteld, is nodig. To* nu toe is vaak al te simpel gesteld: privaat bezit is een katholiek be"i"sel. Iets ge compliceerder is het toch wel. Er moet hier onderscheid gemaakt worden tussen het grondbeginsel en de toepassing daar van. aldus de redactie. Het nummer wordt besloten met de gebruikelijke re plieken: tafelronde en te pas en te onpas. Begeleid door Guy Mollet (links) en Christian Pineau (achter) betreedt H. M. koningin Elizabeth het Louvre te Parijs voor het grote banket. De rondgang door het Louvre werd een kwelling voor de hoge gasten daar een groot deel der 3000 aanwezigen, nota bene in avondkleding, zich gedroegen als een troep losgeslagen schoolkinderen door op de aanwezige beelden te klimmen om maar een glimp op te vangen van de hoge gasten. (Van onze Haagse redactie) „De toekomst van mijn land ligt besloten in de agrarische hervorming, geba seerd op de ideeën, die o.a. de Nederlanders naar Brazilië hebben gebracht". Deze voor de Nederlandse landbouwkolonies in Brazilië wel zeer waarderende woorden werden gesproken door dr. J. T. Paes de Baros Neto, lid van de Staten- Generaal in Sao Paolo. De vooraanstaande politicus werd begeleid door de heer C. J. J. Hogenboom, JrW Van de ^^®,nda Ribeira°. de emigranten-kolonie van katholieke emi- fni".! !,ffeVeer 12/Gk.m t.en N W' van Sa° Pa<>10)- Samen maken zij gedurende enkele weken een studiereis door ons land, enerzijds om de Braziliaanse rege ring voor te lichten over de agrarische situatie in Nederland anderzijds om de biedt!" 16 WUZen °P dC m0SCliikhede"' die vooral voor de em?g™anT 'Re.]!eer Hogenboom, die momenteel de leiding heeft over de Nederlandse agrarische emigranten-kolonie, kon goe de berichten geven over de situatie vind1?11 deZe kolonie zich roomenteel be! .Vijf jaar geleden begonnen de eerste pioniers het gebied van 5000 ha, dat was uitgeput door roofbouw en erosies, te ?Ui?V(w,en' Toen was de opbrengst T 25.000 en bedroegen de onderhouds kosten 200.000. Voor dit jaar verwacht men dat 110 Nederlandse boerenbedrij ven samen 1.600.000 zullen opbrengen (hiervan is ongeveer 6—800.000 netto winst). Het land is gekocht door een daarvoor ingestelde coöperatie, die met de boeren een huurcontract voor 10 jaar met optie- recht heeft afgesloten, zodat ze daarna eigenaar kunnen worden. De kolonie heeft ook een aantal am bachtslieden in haar midden, er is een kerk en een lagere school, waar een ne gental zusters van Lochem de leiding hebben. De paters Gevers en Stokman van de Abdij van Heeswijk hebben hier de geestelijke verzorging in handen. Het is uniek voor een emigrantenko lonie, dat een lagere school erkende diploma's kan afgeven. Dit komt vooral omdat deze Nederlandse zusters tevoren in Sao Paolo de landstaal, het Portu gees, hebben geleerd. Uiteraard is het hard werken, maar uit de woorden van de emigrantenve'e- raan Hogenboom viel wel op te maken, dat er voor Nederlandse boeren een bes te toekomst in deze kolonie is wegge legd: de 15.000 dozijn eieren, die maan delijks aan de markt worden gebracht, worden zeer snel verkocht; de granen op de beurs in Sao Paolo gaan snel van de hand. Soms komen de transporteurs al naar de kelonie om het gewas zelf te kopen. Wanneer er nog 90 families ge ëmigreerd zijn is deze kolonie „com pleet". De Braziliaanse regering ziet het liefst dat er in elke staat enkele emigranten kolonies worden gesticht. Het eerste jaar zijn emigranten-agrariërs vrijge steld van belasting. „Er is geen deur, of deze gaat open voor de Nederlandse boer", aldus de heer Hogenboom. Door de enorme uitbreiding van de grote steden bestaat er een zekere angst voor stagnatie in de voedselvoorziening. Vandaar ook, dat men graag de vakkun dige Nederlandse boeren aantrekt. Hoe zeer de Nederlandse kolonie als voor beeld wordt gesteld, blijkt uit het feit, dat de heer Hogenboom maandelijks 200 gasten herbergt en dat er onlangs zelfs van elke landbouwhogeschool in Brazilië twee ingenieurs naar de Neder landers werden gestuurd om daar hun studies voort te zetten. Overigens is de van de Nederlanders familie en kennissen het beste bewijs, dat berichtgeving zélf aan hun in Nederland het „We zijn er" van de heer Hogenboom op waar heid berust. Alleen al het laatste half jaar hebben zich nog 25 gezinnen opge geven voor emigratie, vooral uit Gelder land en Noord-Holland. De financiën spelen uiteraard een be langrijke rol. De kredietverlening in Brazilië zelf is aan bepaalde limieten ge bonden. De Nederlandse regering heeft destijds een bedrag van f 2.225.000 ge leend. Hierbij komt nog een geleend be drag van de Braziliaanse regering van 3000 conto (1 conto is 50). De staat Sao Paolo heeft hier nog eens 10000 con to aan toegevoegd. De emigrant naar deze kolonie zal daarom altijd nog een bedrag van 20.000 moeten bezitten om woonhuis, bedrijfsgebouwen, landbouwmateriaal, zaaizaad, vee en 6 maanden levensonder houd te kopen voor een bedrijf van 25 ha. En natuurlijk moet de boer zich tot dit gebied, dat overigens een verrukke lijk klimaat bezit, aangetrokken voelen. Gistermorgen hebben beide heren be sprekingen gevoerd met minister Mans- holt en er zullen gesprekken met de mi nisters Suurhoff en Cals volgen. Met de laatste minister zal contact worden opgenomen ter bespoediging van het cultuurverdrag, aangezien b.v. H.B.S.- diploma's in Brazilië hun geldigheid verliezen. Verder zal aan mgr. Alfrink en aan Paus Pius XII een^ brief worden overhandigd van de kardinaal van Sao Paolo. Sprekend over de mogelijkheid van industrievestiging in Brazilië, zag de heer Hogenboom graag wat meer acti viteit van Nederlandse zijde. Duitse, Amerikaanse en Franse industrieën hebben hier reeds enorme fabrieken gebouwd. „De Hollander heeft overal entree. Laat ons land daarom parti culier initiatief tonen, gesteund door de regering via de ambassades", aldus spoorde de beer Hogenboom aan. In Wenen is Franz Schubert thuis, gelijk Rembrandt in Amsterdam, Wemling in Brugge en EI Greco In Toledo. Ieder van hen ontleende z'n motieven direct aan eigen omgeving. Zo ook is het Forellenkwintet. voorbeeldig opgenomen op een Phi lips L.P.-plaat (S 06652 R) en voor beeldig gespeeld door het Boedapes- ter Strijkkwartet, een motief dat el ders bijna ondenkbaar is of denkt men soms aan de Gulpener Forellen- kwekerij? Deze muziek heeft echter niets kunstmatigs. Zij vloeit uit Schubert's muziekgeest als sap uit een rijpe druiventros, als water uit de klaarste bronnen. Met kinderlijke blijheid moet hij het stoeiend spel, de snel-verschie- tende bewegingen van tegen de stroom in zwemmende forellen heb ben gadeslagen; met een onbevan genheid van geest waaruit dat won derlijke lied Die Forellen is uitge schoten. Het moet volgens zijn eigen zeggen het opgewekste lied geweest zijn dat hij bij zijn weten gecompo neerd heeft. Het Kwintet nu waarin de uit zonderlijke snarenbezetting wordt aangewend van één viool, alt, cello, contrabas en klavier is een vijf delig werk, waarvan het vierde deel een aantal variaties op het bekende lied „Die Forelle" bevat. Het motief keert met lichte vari anten steeds terug, gelijk de vissen in het water steeds met een andere kleurreflex zichtbaar zijn. Als zoda nig is de Schubertse variatievorm onvergelijkbaar met die van Beet hoven, waar van werkelijke meta morfosen van het oorspronkelijk gegeven sprake is. Hier is alles meer eigener en keert op het eind van het lied zonder enkele wijziging In het snarenspel terug, als wilde de compo nist zichzelf nog eenmaal met zijn eigen vinding confronteren. Ook de Finale is vrijwel geen probleem loos musiceren dat de volle jeugd van deze 22-jarige zonneklaar weer spiegelt. Anders is het gesteld met de IVe Symphonie van Tschaikowsky en Die Moldau van Smetana; waarvan Philips eveneens een geslaagde op name via het Concertgebouworkest o.l.v. Ed. van Beinum op één L.P.- plaat reproduceert (A 00399 L.). Hier staan we tegenover een brok leven waarin veel vreugde maar ook veel leed is samengebald. In het bijzon der een werk als van Tschaikowsky is geschreven na jaren van strijd, vertwijfeling. conflicten, familie twisten, liefdesverwikkelingen en duizenderlei andere besognes, die hem van Venetië naar Moskou en van Parijs naar San Remo deden op en neer reizen. In Florence wacht hij in een ho telkamer met z'n horloge in de hand op de komst van de stadstrompet- ters: volgens hem „de meedogenloze stem van het noodlot" blazend. Het werd het openingsmotief van zijn IVe Symphonie! Op het hotelblad zou hij schrijven: „Voor mijn beste vriendin." Het was Nadesjda von Weck, zijn „ferne Ge- liebte". „Die Moldau" (uit de cyclus sym- phonische gedichten onder de patri ottische titel „Mein Vaterland") is gelijk het Forellenkwintet van Schu bert, een uit natuurliefde ontsproten svmphonische gestalte, een worste ling met een landeigen muzikale ma terie, waarmee Smetana een oude nationale, Boheemse, muziektraditie weer levend heeft gemaakt. Tafere len aan beken en van jachtpartijen wisselen hier in bonte stoet met de dans van het boerenvolk en nym- phenrijen. terwijl „de gouden koe pels van de stad Praag" het geheel in pompeuze koperklanken bekronen; een vaart op Die Moldau! MARIUS MONNIKENDAM

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 5