Antoon Coolen zestig jaar
„Het Geloof van ons Doopsel
Verlovingsringen
H. TH. v. d. VLERK
Rijdende viskeuken gaat overal
de huisvrouwen „lekker" maken
S. P. ADAMS
TELEVISIE RADIO
GEVEKE SERVICE
Romantische Muziek
van landbouw-hervorming
Tuinaanleg
,;W
Nsc
imékk fel'Iall
6?
Voorkoming van dub
bele belastingheffing
HUIZE BRABANT
TUINLAAN 98 - TELEF. 67464
Tweede deel verschenen
Nieuwe Mens
RALEIGH
FONGERS
TER BRAAK - Grote Markt 3
Nederland kan méér uit het water halen
J. HUIS
BERINI - CENTRO
ENGELEN
V
Nieuwe
grammofoonplaten
VRIJDAG 12 APRIL 1957
PAGINA 3
L¥ j M
Tivee genres
EgELMATIGE tuinverzorging
A. WlTTKAMPF Telefoon 6716E
Verdragen met Canada,
Denemarken en Italië
Atmosfeer
De Peel der verbeelding
©li
MET EEN ZEER ORIGINELE ATTRACTIE
's Avonds projecteren wij tijdens het feest uw reportagefoto's
RIJDT
IR. G. C. SNIJDERS
OVERLEDEN
LAGERE WINST GEMBO
EXPORTCOMBINATIE VOOR
CARAïBISCHE GEBIED
BLAUW DELFT'S van de
PORCELEYNF FLES
V isserij-natie
Eerst Achterhoek
UITGIFTE NIEUWE
POSTZEGELS
DISCONTO-VERHOGING
IN FRANKRIJK
met
doorlopende
BROERS VEST 58
Telef. 6.8.4.4.7.
VAN FORELLEN
EN RIVIEREN
Ceding
V?Ch een"' J? aUes v'
Ook ambachtslieden
Beste toekomst
„We zijn er'
Industrievestiging
Ua'" d* regionale roman
tie fc r"£ zeggen dat hij in
!taan afH^d van "3n be-
^eest h" Populair is ge-
?n vaak de Eewone lezer
ze)cer iu deze eeuw,
Soev. ncdr van de criticus.
Jeven ,„n over het land
ed h??ren er a* 'n de °ud-
J4yll'. '.Waren boeken met
^naisL eclogae; sinds de
voor-r„ e tot diep in de
**s dmanüsche 18e eeuw,
?elie«?e P?«torale opnieuw
'Hode^ z° Sebefd dat ze een
lijke rlni'e werd. De eigen-
tans roman noch-
ee<hv u01' Pas in de 19e
^andlê— - verbaal over het
han'
'haakt'".1!. vo™, die het los-
v..;3i.« - 4,;-
Jhantw11 krijgt dan een ro-
che vrijheid, een open-
ïflodi«„van het obligaat en
lis, !is sjabloon van Phi-
Amarillis en
herder e slecht verklede
In d s en herderinnen.
s'realr» Pegentiende-eeuwse
!kh v"Pan verkleedt men
"iet met ™eer, woont men
'trefee ??r 'n -.Ideaal schone
de v ,n deze roman mist
de vn i5'? van het ideaal en
die do0?16^ van de tendens,
baar,? hergerade kenmerkte,
hij p00r in de plaats toont
ïealiteit grotere mate van
d0n!heel de tweede helft der 19de eeuw
ian!,v°nd het streekverhaal een be
ds „telling in Europa, die niet steeds
(jee?eringste auteur en hun krachten erop
beproeven. Moge dan ten onzent het
sj, p Van Conscience, Virginie Loveling
liet fmer een literair-historisch belang,
hat Je. hoven gaan. mogen dan al in
'itar 4U'tse taalgebied waar de Heimat-
^Oso r wel bijzonder populair werd.
lans Anzengruber en Auerbach
rSa?Zamerhand wel in vergetelheid ge-
jjj^t zijn, in Engeland wordt George
nog steeds gelezen, in Frankrijk
ty. rSe Sand en René Bazin, in Noor-
tp®"n nog altijd Björnson. In Vlaande-
"ebben sedert het begin dezer eeuw
Chvels en Buysse het genre van lec-
lj tot literatuur gemaakt en sindsdien
lpi.°P deze spelewei der Nederlandse
Se,, en het hek altijd wel van de dam
hesi est' of anders gezegd: er kleeft
vaak iets tweederangs aan de
alleen al. Deze tweederangsheid
tyn; dan ook niet steeds gelogenstraft
si rflen, de soort glijdt, uiteraard, nog
dj eens af in oppervlakkigheid, senti-
"taliteit, onvolledigheid, dorpsheid.
„lp" ïjjn in Nederland en Vlaanderen
t zoveel auteurs geweest die zich in
J substantieel deel van hun oeuvre
ii dit afglijden hebben weten te be
ton een van deze weinige is An-
Isa Poolen, die op 17 april a.s. zestig
lev Wordend, mag terugzien op een
""swerk dat de populariteit niet
gehaald ten koste van de gede-
"»heia.
Öe betekenis van Antoon Coolen voor
v e Nederlandse letteren, met name in
et tijdvak tussen de twee wereldoor
den is groter dan men uit bepaal-
toenmalige beoordelingen over zijn
w"rk zou kunnen opmaken. De be
oordelingen, hier bedoeld, die niet al-
,'^d vijandig waren, maar wel steeds
een storend parti pris uitgingen
Pleitten voor een romankunst, waar
in Menno ter Braak geprobeerd
"«eft het goede voorbeeld te geven met
r.Hampton Court" en „Dr. Dumay ver
ast", intelligent, beweeglijk, steeds
"ynisch op peil, met weinig of geen
Woord, fraai, koel en geserreerd, soms
••essayistisch" zonder gebruik te ma-
en van het „schrijverspalet" kortom
"bist het soort romans dat Coolen niet
Schreef. Coolen schreef (en schrijft
,h°g) eerder gevoelsmatig, sttisch,
'"ndelijk, met het pathos van de ge
voelsmens, sterk sfeer suggererend in
Woordkeus en zinsbouw, rustig-be-
^"hrijvend, warm. Met deze reeks le
enstellingen heb ik ongewild het be-
van Coolens streekromans ge-
'teld; juist als tegenwicht tegen het
;."tionee!-psyChologische genre hebben
'In romans, emotioneel, narratief van
(Advertentie)
flat ministerie van financiën deelt mee,
bp 2 april 1957 tussen Nederland en
.v«rw.,a een verdrag is gesloten tot het
van dubbele belasting van in-
V h ?n' Soortgelijke verdragen, die ech-
"tog "halve op inkomsten, ook op het ver-
Wbtyb betrekking hebben, werden op 20
"Wari 1957 tussen Nederland en Dene-
VlS en op 24 januari 1957 tussen Ne-
Ndr en Italië gesloten. Voor alle drie
16"fl» 1!en geldt, dat zij, met terugwer-
,"g 7 bracht tot 1 januari 1954, in wer-
rt'sso]- 'en treden op de dag van de uit
een, g van de bekrachtigingsoorkon-
\Vat
?et"ari5e verdragen met Canada en De-
'"r v0 n betreft, die behalve bepalingen
?.bkeu boming van dubbele belasting ook
■>i' t bg v. "Pdere bepalingen (o.m. uitwisse-
'juf !"e v an inlichtingen) bevatten, kan hier-
0i-" r,Ve"ge Nederlandse zijde eerst worden
,6"er-8aian' nadat zij door de Staten-
z"llenda! "ijn goedgekeurd. De verdragen
1 "her- ,ertoe binnenkort aan de Staten-
;tl1 ia"fls.Tt Worden voorgelegd. Het Neder-
h balin anse verdrag, dat uitsluitend
?6'astinge? ter voorkoming van dubbele
"Hen, ,bevat, behoeft in Nederland geen
uentr
aard mede de Nederlandse roman
kunst van toen voor eenzijdigheid be
hoed.
Dit is niet alleen van literair-histo
risch belang; de boeken van Coolen heb
ben hun eigen literaire waarde zij
zouden anders ook geen reëel tegen
wicht, als waarvan daarjuist sprake
was, hebben kunnen vormen. De eigen
waarde, waardoor zijn verhalen zich
onderscheiden van ander gelijksoortig
of vergelijkbaar werk 'van b.v. Herman
de Man, jan Eeckhout, Theun de Vries
is een poëtische toets die zijn romans en
novellen doordesemt met een sterk at
mosferische gevoelstoon, iets dat bij
andere regionalisten zoal niet afwezig
is dan toch hun werk in zijn totaliteit
in veel mindere mate bepaalt.
De couleur locale, dit arbeidsvermo
gen van plaats in de streekroman be
reikt Coolen dan ook niet, zoals bij ve
le anderen wel het geval is, door grove
typeringen, door nogal schematisch-
grappige of anekdotische bijzonderheden
maar juist door dat imponderabile dat
wij atmosfeer noemen en dat meer nog
in het landschap, in een huis, een kamer
aanwezig is dan in het doen en laten
van mensen, in woorden te vangen.
Daarmee vangt hij het karakter van een
streek, dat meer is dan een vaak kramp
achtig in leven gehouden folklore en
waarvan het voornaamste facet zeker
niet wordt weergegeven door die zon
derlinge dorpszielen die in menige
streekroman nogal eens hinderlijk en
functieloos zich op de voorgrond drin
gen. Hoewel bij Coolen de folkloristi
sche typen niet ontbreken (Vuil Leenke,
Jan Olie e.a.) vallen zij buiten de waar
de bepalende factoren van zijn oeuvre.
Illustratief in dit verband is een ver
gelijking met het werk van Ernest
Claes, wiens verhalen dergelijke typen
„vullen" (De Witte, Kobekè, Charel-
ke Dop, Pastoor Campens e.a.) hier zijn
het middelpunten, waaromheen een
dorpsleven gecomponeerd is. Bij Coolen
zijn zij versieringen ondergeschikt aan
een geheel dat dieper peilt naar de
ziel van de streek en daarmee ook naar
de ziel van de mens. Deze peiling van
de mensenziel komt wel het overtui
gendst tot uitdrukking in zijn beste no
vellen als Jantje den Schoenlapper. De
man met het Janklaassenspel, Peerke
den Haas en Huwelijk.
De Peel is door de boeken van Coolen
meer geworden dan een min of meer ge
ïsoleerde streek met veel turf en weinig
rijkdom, het is een magisch land gewor
den, uitgeheven boven zijn ruimtelijke
bepaling in de zuid-oosthoek van Bra
bant, het is voor de Nederlandse lezer
een land der verbeelding geworden, dat
hij beter kent dan uit eigen aanschou
wing, het is een Yoknapatawpha County
als van Faulkner, mengsel van realiteit
en verbeelding. Dit mengsel in Coolens
romans levert een nieuwe realiteit op die
in haar poëtische contouren het geogra
fische Peelland te boven gaat.
Met deze Peel der verbeelding heeft
Coolen een generatie katholieken (en
niet-katholieken!) tot lezen gebracht met
name in Brabant. Er werd nl. in Bra
bant niet veel gelezen in de jaren 20 en
30 tenzij de missieblaadjes en de scheur
kalender, tenzij een provinciale krant,
die maar zelden achter de provinciale
horizon wijdere kimmen vermoedde. Ge
zien de volksontwikkeling vond de ge
middelde dorpsbewoner meer ontspan
ning in kegelen en smousjassen dan in
lezen. Coolen heeft, schrijvend in en over
Noord-Brabant, smaakvormend gewerkt
in een gewest waar inderdaad de smaak
nog gevormd moest worden. Hij heeft
bovendien, buiten dit gewest de laïcisti-
sche zegswijze: Catholica non leguntus
van zjjn ontkenning afgeholpen en daar
mee van zijn laïcité. Men krijgt bjj Coo
len, gezien de verspreiding van zijn boe
ken in binnen- en buitenland niet (Ie in
druk dat hij „voor een kleine parochie"
schrijft.
Elke schrijver zit vast aan zijn gene
ratie, m.a.w. hij blijft schrijven vanuit de
verworvenheden zijner vormingsjaren,
van zijn jeugd. Dat er anno 1957 andere
schrijvers aan de orde ::4n, die ons ande
re dingen te zeggen hebben en Coolen
daarmee enigszins uit het brandpunt der
belangstelling hebben verdrongen, pleit
niet zozeer tegen Coolen r's wel, in
zeker opzicht, tegen deze tijd. Antoon
Coolen is een schrijver, typerend voor de
vooroorlogse jaren, schrijvend in een
land dat in geen honderd jaren een oor
log binnenslands had gekend, een land
van weelde en rust, waar de literatuur
minder „engagée" was dan b.v. in
Frankrijk; waar buiten de eigenlijke
tijdsproblematiek om, een rusticiteit
in de letterkunde een kans kreeg die
ons, Goddank, boeken heeft bezorgd als:
Kinderen van ons Volk, De goede Moor
denaar, De drie gebroeders, Dorp aan
de rivier, Herberg In 't Misverstand en
de straks genoemde novellen, verhalen
die een vaste plaats hebben in de Ne
derlandse letterkunde der 20ste eeuw en
in de harten van veel toegewijde lezers.
Deze werken en nog vele anderen maken
een oeuvre uit waarop de schrijver nu
hij zestig jaar wordt met voldoening,
met trots kan terugzien. Dat hij niet al
leen terugziet, maar ook nog vooruit, to
nen o.a. de beide romans van na de oor
log, waarvan de ene De Vouw met de 6
slapers in 1953 verscheen en de andere
De grote voltige 17 april a.s., zestig
jaar nadat de schrijver te Wijlre in Zuid-
Limburg werd geboren, zal verschijnen.
JAN VAN SLEEUWEN
VRAAGT INLICHTINGEN
aire goedkeuring.
Het tweede deel van dr. Schoonenbergs
„Het Geloof van ons Doopsel" x) zal
zonder twijfel eenzelfde gunstig onthaal
vinden als het eerste ten deel is geval
len. Pater Schoonenberg slaagt erin om
zijn dogmatische uiteenzettingen te vat
ten in nuchtere en toch een innerlijke
bewogenheid verradende woorden, waar
door h(j aan zijn betoog zowel de kracht
van de overtuigende redenering als van
het daarboven uitstijgende getuigenis
weergeeft. Hij noemt zijn werk „ge
sprekken over de apostolische geloofsbe
lijdenis" en inderdaad verschijnt het als
een gespreksgenoot in de kring van ont
wikkelde katholieken priester en le
ken die in ons land met een hartstocht
die bemoedigt b(j alle hedendaagse on
verschilligheid, zoeken naar een verdie
ping van hun geloof en naar een persoon
lijk doorleefde ontmoeting, met de God,
die hen schiep en hen verloste. Ook dit
deel draagt geen nadrukkelijk apologe
tische karakter Het is op dit stuk welbe
wust summier, om de nadruk te leggen
op de persoonlijke, bovenredelijke overga
ve aan onze Heer. Maar in het voorbe
reiden van zijn gespreksgenoten op deze
sprong, deze ontmoeting treft hij niette
min met grote zorg zijn apologetische
voorarbeid. Deze fraai doordachte dose
ring van argumentatie en verkondiging
geeft het boek als het ware een krachtige
cvcnwichtheid.
Na de behandeling van God de Vader
en Schepper in het eerste deel, is dit
tweede deel gewijd aan: „Jesus, de
Christus, de Zoon Gods". In deze drie
woorden is de bouw van het boek reeds
geschetst: Met de eigennaam „Jesus" is
in het bijzonder het geschiedkundige feit
van de menswording aangegeven en in het
eerste hoofdstuk wordt dan ook Jesus'
plaats in de geschiedenis bepaald. In dit
zelfde hoofdstuk wordt tevens voordat in
Jesus het Oude Verbond vervuld wordt:
uitvoerig stilgestaan bij de geschiedenis
van Israël. De schets, welke hier in grote
lijnen de opgang en neergang van Israels
menselijk historie weergeeft en de rol van
de zich vervullende verdiepende Be
lofte daarin, zal de lezer sterk boeien
Zij bereidt hem voor het tweede hoofd
stuk. waarin Jesus van Nazareth getoond
wordt als degene die de Belofte en de
profetieën van het Oude Testament op
een goddeliik-verrassende wijze verwer
kelijkt. In het derde hoofdstuk, tenslotte
bezint de schrijver hoe de Christus zich
zelf als God openbaart en hoe deze^ God
heid van Jesus vertolkt wordt in de
Evangeliën en de jonge kerk.
In zijn inleiding geeft de schrijver ui
ting aan de enige bedoeling, welke bij hem
bij het schrijven voorziet, door het woord
uit het evangelie van Joannes: „Wij willen
Jesus zien". Dit verlangen om binnen
te treden „in het heiligdom van deze Per
soon" doordringt geheel het boek en deelt
zich mee aan de aandachtige lezer, die
in de door de schrijver uitgesproken of
aangevoerde ideeën het geestelijk leven
van deze tijd herkent, maar tevens de
werkelijkheid van de mensgeworden Zoon
Gods vóór zich ziet. Aan niets hebben de
gelovigen in dezelfde tijd méér behoefte.
x) N.a.v. „Het Geloof van ons Doop
sel" deel II („Jesus. de Christus, de Zoon
Gods"), door dr. P. Schoonenberg S.J
Uitg. L. C. G. Malmberg. Den Bosch.
Reclame B.T.B. f 136.95
mensenleven gegarandeerd
GLAD
FACET
WIT-GOUD
in de diverse breedten
Exclusieve verpakking
ROTTERDAMSEDIJK 268
Op bijna tachtigjarige leeftijd is dins
dag jl. overleden ir. G. C. Snijders, oud
directeur van de plaatselijke telefoon
dienst te Amsterdam.
Ir. Snijders werd in 1908 tot onder
directeur van de gouvernements telefoon
dienst in het toenmalige Nederlandsch-
Indië benoemd. Op 1 januari 1912 werd
hij benoemd tot onderdirecteur der, ge
meentetelefoon te Amsterdam en op 1
november 1916 tot directeur. In 1944 werd
hij door de Duitsers ontslagen. Op 11 mei
1945 kwam hij op verzoek terug op zijn
post, die hij tot 1 januari 1946 heeft be
kleed, toen hij met pensioen ging.
Ir. Snijders werd in 1929 benoemd tot
officier in de Orde van Oranje Nassau en
in 1936 tot ridder in de Orde van de Ne
derlandse Leeuw.
Toen de gemeentetelefoon in 1940 aan
het rijk overging, kwam ir. Snijders weer
in rijksdienst. Bij die gelegenheid hebben
B. en W. van Amsterdam hem geëerd door
hem de zilveren medaille van de stad
Amsterdam te verlenen.
Het bedrijfsresultaat van de Chemische
Fabriek Gembo N.V. te Winschoten wijst
over 1956, na afschrijving en reservering
voor belasting, een winst aan van
185.852 (V. j. 220.525). Voorgesteld
wordt een dividend van 10 pet. (v. j. 12
pet. uit agio reserve) over het onveran
derde kapitaal uit te keren In 1956 werd
voor 187.684 geïnvesteerd. De directie
besteedde in het afgelopen boekjaar veel
aandacht aan maatregelen tot de efficien
cy in het bedrijf. De terreinen in Win
schoten werden uitgebreid. Het bedrijf te
Nieuwendam ondervond een belangrijke
terugslag. Het totaal van de omzet was
lager dan in 1955. De onkosten stegen op
nieuw terwijl de verkoopprijzen niet kon
den worden verhoogd.
Het ligt in de bedoeling te geraken tot
de oprichting van een Nederlandse export-
combinatie 'voor het Caraïbische gebied.
De besprekingen over dit plan zo ver
nemen wij, zijn reeds in een ver gevorderd
stadium.
onze verslaggever)
glanzende Visdcmon-
Hoogstraat 101-103-105
(Van
De grote
stratiewagen, welke gisteren op
het open terrein achter het Bouw
centrum te Rotterdam stond te wach
ten op de eerste bezoeksters, draagt
op haar wanden de slagzinnen: „Vis,
een zee van gezondheid" en „Vis,
tweemaal per week". En met deze
twee slogans is de bedoeling van deze
kostbare wagen gekarakteriseerd. Dit
is de eerste rijdende viskeuken in
Nederland en de tweede grote stap
op de weg, welke het Produktschap
voor Vis- en Visprodukten heeft uit
gestippeld om het visverbruik in
Nederland op te voeren.
Toen verleden jaar in het Bouwcen
trum te Rotterdam het door het Moody-
fonds gefinancierde Visdemonstratiecen-
trum werd geopend en onmiddellijk bleek,
dat vele huisvrouwen het ten zeerste op
prijs stelden een demonstrate over de be
reiding van vis mee te maken, wist men
dat het niet bij deze vijf moderne keu
kens, waarin men ook zelf de pan ter
hand kan nemen, kon blijven. Het is voor
de meeste huisvrouwen niet mogelijk de
reis naar Rotterdam te ondernemen. De
enige oplossing was: naar de huisvrouwen
toegaan! En zo ontstond het idee van de
Visdemonstratiewagen.
Ondanks het feit, dat de Romeinen zo
ongeveer 50 jaar vóór Christus onze
waarschijnlijke voorouders hier in de
lage landen aantroffen, die hoofdzake
lijk leefden van eieren en vis, is het
Nederlandse volk (van oudsher een vis
serijnatie) nu een volk, dat slechts 1,5
van het gezinsinkomen aan vis besteed.
Hierdoor ligt Nederland op dit gebied
veel lager dan andere visserijlanden van
West-Europa, b.v. West-Duitsland en
Denemarken waar men per persoon per
jaar zo een 16 kilo gemiddeld aan vis
verorbert. Nederland komt per persoon
net aan de negen kilo per jaar. En dat
ondanks het feit dat vis voor de gezond
heid belangrijk is en rijk aan voor de
opbouw en in standhouding van het
menselijk lichaam noodzakelijke mine
ralen als jodium, calcium en fosfor. Er
zit meer in het water dan men weet.
Men heeft van hoger hand al veel ge
daan om de consumptie van vis te bevor
deren. Er is een diepvriesketting tot stand
gekomen voor vis, zodat er in Nederland
niet veel delen meer zullen zijn waar géén
diepvriesvis te verkrijgen is. 't Bleek ech
ter, dat de huisvrouw wat de bpreiding
betreft, niet altijd de juiste weg weet. De
rijdende viskeuken zal nu door Neder
land gaan trekken en met een beetje tam
tam de huisvrouwen uitnodigen een de
monstratie in de wagen te volgen.
De keuken Is gebouwd op een D.A.F.
benzine truck met oplegger, welke een to
tale lengte heeft van 13 meter. Er kunnen
vis-, bak-, kook- en stoof-demonstraties
in worden gehouden. Een twintigtal dames
kan tegelijk de „les" volgen en niet alleen
volgen, maar ook een proefje nemen van
de visgerechten.
Een grote Koel-diep vrieskast zorgt er
voor dat de vis die mee op reis gaat vers
blijft. De wagen is geheel door vrouwe
lijk personeel „bemand". Ook de chauffeur
van deze zware truck-oplegger combinatie
is een vrouw. In deze keuken zal alleen
worden gewerkt met gefileerde vis.
Als eerste werkterrein voor de rijdende
viskeuken is gekozen de Achterhoek. Gis
termorgen heeft mevr. B. Kortekaas
den Haan, die als presidente van de Ne
derlandse Huishoi'draad het enige vrou
welijke lid van de Controle Raad is, ae
nieuwe wagen officieel in gebruik geno
men. Een inleidend woord werd gesproken
door de voorzitter voor Vis en Visproduk
ten, drs. D. J. van Dijk, voorzitter van de
Controle Raad voor de aanwending van
de zogenaamde Moody-gelden ter bevor
dering van het Visgebruik.
ROTTERDAMSEDIJK 46
TELEFOON 67026
SCHIEDAM
BROMMERS - MOTOREN - SCOOTERS
Blijkens een bekendmaking in de Staats
courant van gisteren, heeft de P.T.T. twee
postzegels uitgegeven, respectievelijk in
de waarden van 8 en van 70 cent.
Thans zijn postzegels in de volgende
waarden verkrijgbaar: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8,
10, 12, 15, 20, 25, 30, 40, 45, 50, 60, 70 en 85
cent, f 1—, 2,50, 5,—, f 10,—, 15,— en
25,—.
Postzegels van 2% cent, voor zover niet
buiten gebruik gesteld, mogen worden op
gebruikt.
Het officiële Franse discontotarief Is
heden verhoogd van 3 tot 4 pet.
Het Franse disconto werd het laatst
gewijzigd in december 1954. Het werd toen
verlaagd van 314 tot 3 pet. Het is ge
durende twee jaar een van de laagste in
Europa geweest. Aldus werd getracht
investering in Frankrijk te bevorderen.
De huidige discontoverhoging is de
jongste maatregel, welke de Franse rege
ring heeft genomen als onderdeel van het
versoberingsprogramma, dat ten doel
heeft de inflatie tot staan te brengen.
ALLEEN ECHT met
DIT MERK
Alleenverkoop voor Schiedam en omstr,
Nu onze realiteitszin, zakelijkheid
en ons critisch bewustzijn veel over
gevoeligheden uit de Romantische
tijd naar de vergetelheid heeft ver
wezen, blijken toch uit deze tijd
stroom zich enkele meesterwerken te
hebben kunnen handhaven, die ge
deeltelijk of in hun totaliteit voor ons
- Telef. 67660 I n°g een bron van vreugde betekenen.
Zulk een door een meesterhand ge
schreven notenbeeld is Schubert's Fo-
rellenkwintet. Juist als men lange
tijd deze vonken van een genie niet
in de haard van onze concertzalen
zag doorgloeien, worden we des te
meer bekoord door de warme gloed
die er van uitstraalt: een gloed die
inderdaad een milde warmte ver
spreidt in onze veelal wat kil-ratio-
3
nele geestessfeer. Hoe kan het ook
anders? Deze Oostenrijkse minnezan
ger-troubadour-muzikant diepte al
zijn kracht uit het hem omringende
landschap: de glooiende valleien, de
bloeiende beemden, de ruisende bos
sen en beken vol dartele vissen en
kwinkelerende vogels. Zonder de na
tuur van de Donau-valleien is Schu
bert's muziek ondenkbaar.
Maar evenzeer zonder zijn vrienden
kring waarin hij na zulke zwerftoch
ten zijn vol hart uitstortte op de
befaamde „Schubertiaden", waar lus
tig gemusiceerd werd met: „twee
violen en 'n bas" of honderden liede
ren als zoveel facetten het licht, de
levenskracht reflecteerden van 't da
gelijks bestaan.
De Franse romanschrijver Hervé Bazin
heeft voor zijn gehele oeuvre de zevende
letterkundige prijs van prins Rainier III
van Monaco gekregen.
ILM.W. - LOCOMOTIEF bromfietsen
Lorentzplein - hoek K. Onneslaan
Tel. 66852
Nederland... voorbeeld
van de katholieke politica?
h 'd dn verdraagzaamheid wordt be-
C; tunitppr Zi;in h~"' elen< niet d00r op"
u""h "oals ons wel ver, wordt.
i '°taa] ^pUtiek-'verantwoordelijk mens
L in verdraagzaam
d» i? .!isten. noch
de' ,w*"slen, noch een niet-christen.
*"e6ritueel 's het nie' de macht'
e"derhe'!?ngs de we§ d0r numerieke
!iiue'de verkregen, niet historisch ge-
lj. ip2[„AlstandiKheden, ook niet mense-
ben iGn vool"keur, die zijn hande-
d Palen, maar zijn houding is op
iti "°ver J;erd en bij is vo r zijn houding
"a^WeteJ ,d verantwoording schuldig.
stM??be'- Us gehouden tot verdraag-
dr» '"g h„ en onver Iraagzaamheid. De
dtv8z" dat de katholieken
r4;
dfa Onve in wÜzen wij af. De katholiek
W!?Zaani nagzaam. maar anders ver-
Vp "ebk De verdraagzaamheid, die
Un„,raa~7al hechter gefundeerd dan de
8t. -mheid die men van ons ver-
®,n de meeste anderen ver-
Tot deze conclusie komt dr. B. van
Bilsen O.F.M. in een interessant artikel
over de verdraagzaamheid, c':t is gepu
bliceerd in het laatste maart-nummer,
van de 8e jaargang van „De Nieuwe
Mens" (maandblad voor beleving van het
christendom). In ditzelfde nummer staan
nog enige andere interessante en actuele
artikelen, waarop wij gaarne de aandacht
zouden vestigen. Pater van Belkom wijdt
een tweede beschouwing aan de strijd der
geesten onder de ka'holieken onderling,
een strijd die zich toespitst op de wezen
lijke godsdienstige waarden. VerJ:r bevat
dit nummer een verhelderend artikel over
de azitsvorming, dat het resultaat is van
een gesprek in de redactievergadering
n.a.v. de hierover lo"°"Je discussie. Nader
re bezinning op de kwestie bezit-vorming
zo wordt hierin gesteld, is nodig. To* nu
toe is vaak al te simpel gesteld: privaat
bezit is een katholiek be"i"sel. Iets ge
compliceerder is het toch wel. Er moet
hier onderscheid gemaakt worden tussen
het grondbeginsel en de toepassing daar
van. aldus de redactie. Het nummer
wordt besloten met de gebruikelijke re
plieken: tafelronde en te pas en te onpas.
Begeleid door Guy Mollet (links) en Christian Pineau (achter) betreedt
H. M. koningin Elizabeth het Louvre te Parijs voor het grote banket. De
rondgang door het Louvre werd een kwelling voor de hoge gasten daar een
groot deel der 3000 aanwezigen, nota bene in avondkleding, zich gedroegen
als een troep losgeslagen schoolkinderen door op de aanwezige beelden te
klimmen om maar een glimp op te vangen van de hoge gasten.
(Van onze Haagse redactie)
„De toekomst van mijn land ligt besloten in de agrarische hervorming, geba
seerd op de ideeën, die o.a. de Nederlanders naar Brazilië hebben gebracht".
Deze voor de Nederlandse landbouwkolonies in Brazilië wel zeer waarderende
woorden werden gesproken door dr. J. T. Paes de Baros Neto, lid van de Staten-
Generaal in Sao Paolo.
De vooraanstaande politicus werd begeleid door de heer C. J. J. Hogenboom,
JrW Van de ^^®,nda Ribeira°. de emigranten-kolonie van katholieke emi-
fni".! !,ffeVeer 12/Gk.m t.en N W' van Sa° Pa<>10)- Samen maken zij gedurende
enkele weken een studiereis door ons land, enerzijds om de Braziliaanse rege
ring voor te lichten over de agrarische situatie in Nederland anderzijds om de
biedt!" 16 WUZen °P dC m0SCliikhede"' die vooral voor de em?g™anT
'Re.]!eer Hogenboom, die momenteel
de leiding heeft over de Nederlandse
agrarische emigranten-kolonie, kon goe
de berichten geven over de situatie
vind1?11 deZe kolonie zich roomenteel be!
.Vijf jaar geleden begonnen de eerste
pioniers het gebied van 5000 ha, dat was
uitgeput door roofbouw en erosies, te
?Ui?V(w,en' Toen was de opbrengst
T 25.000 en bedroegen de onderhouds
kosten 200.000. Voor dit jaar verwacht
men dat 110 Nederlandse boerenbedrij
ven samen 1.600.000 zullen opbrengen
(hiervan is ongeveer 6—800.000 netto
winst).
Het land is gekocht door een daarvoor
ingestelde coöperatie, die met de boeren
een huurcontract voor 10 jaar met optie-
recht heeft afgesloten, zodat ze daarna
eigenaar kunnen worden.
De kolonie heeft ook een aantal am
bachtslieden in haar midden, er is een
kerk en een lagere school, waar een ne
gental zusters van Lochem de leiding
hebben. De paters Gevers en Stokman
van de Abdij van Heeswijk hebben hier
de geestelijke verzorging in handen.
Het is uniek voor een emigrantenko
lonie, dat een lagere school erkende
diploma's kan afgeven. Dit komt vooral
omdat deze Nederlandse zusters tevoren
in Sao Paolo de landstaal, het Portu
gees, hebben geleerd.
Uiteraard is het hard werken, maar
uit de woorden van de emigrantenve'e-
raan Hogenboom viel wel op te maken,
dat er voor Nederlandse boeren een bes
te toekomst in deze kolonie is wegge
legd: de 15.000 dozijn eieren, die maan
delijks aan de markt worden gebracht,
worden zeer snel verkocht; de granen
op de beurs in Sao Paolo gaan snel van
de hand. Soms komen de transporteurs
al naar de kelonie om het gewas zelf te
kopen. Wanneer er nog 90 families ge
ëmigreerd zijn is deze kolonie „com
pleet".
De Braziliaanse regering ziet het liefst
dat er in elke staat enkele emigranten
kolonies worden gesticht. Het eerste
jaar zijn emigranten-agrariërs vrijge
steld van belasting. „Er is geen deur,
of deze gaat open voor de Nederlandse
boer", aldus de heer Hogenboom.
Door de enorme uitbreiding van de
grote steden bestaat er een zekere angst
voor stagnatie in de voedselvoorziening.
Vandaar ook, dat men graag de vakkun
dige Nederlandse boeren aantrekt. Hoe
zeer de Nederlandse kolonie als voor
beeld wordt gesteld, blijkt uit het feit,
dat de heer Hogenboom maandelijks
200 gasten herbergt en dat er onlangs
zelfs van elke landbouwhogeschool in
Brazilië twee ingenieurs naar de Neder
landers werden gestuurd om daar hun
studies voort te zetten.
Overigens is de
van de Nederlanders
familie en kennissen
het beste bewijs, dat
berichtgeving
zélf aan hun
in Nederland
het „We zijn
er" van de heer Hogenboom op waar
heid berust. Alleen al het laatste half
jaar hebben zich nog 25 gezinnen opge
geven voor emigratie, vooral uit Gelder
land en Noord-Holland.
De financiën spelen uiteraard een be
langrijke rol. De kredietverlening in
Brazilië zelf is aan bepaalde limieten ge
bonden. De Nederlandse regering heeft
destijds een bedrag van f 2.225.000 ge
leend. Hierbij komt nog een geleend be
drag van de Braziliaanse regering van
3000 conto (1 conto is 50). De staat
Sao Paolo heeft hier nog eens 10000 con
to aan toegevoegd.
De emigrant naar deze kolonie zal
daarom altijd nog een bedrag van
20.000 moeten bezitten om woonhuis,
bedrijfsgebouwen, landbouwmateriaal,
zaaizaad, vee en 6 maanden levensonder
houd te kopen voor een bedrijf van 25
ha. En natuurlijk moet de boer zich tot
dit gebied, dat overigens een verrukke
lijk klimaat bezit, aangetrokken voelen.
Gistermorgen hebben beide heren be
sprekingen gevoerd met minister Mans-
holt en er zullen gesprekken met de mi
nisters Suurhoff en Cals volgen. Met
de laatste minister zal contact worden
opgenomen ter bespoediging van het
cultuurverdrag, aangezien b.v. H.B.S.-
diploma's in Brazilië hun geldigheid
verliezen. Verder zal aan mgr. Alfrink
en aan Paus Pius XII een^ brief worden
overhandigd van de kardinaal van Sao
Paolo.
Sprekend over de mogelijkheid van
industrievestiging in Brazilië, zag de
heer Hogenboom graag wat meer acti
viteit van Nederlandse zijde. Duitse,
Amerikaanse en Franse industrieën
hebben hier reeds enorme fabrieken
gebouwd. „De Hollander heeft overal
entree. Laat ons land daarom parti
culier initiatief tonen, gesteund door
de regering via de ambassades", aldus
spoorde de beer Hogenboom aan.
In Wenen is Franz Schubert thuis,
gelijk Rembrandt in Amsterdam,
Wemling in Brugge en EI Greco In
Toledo. Ieder van hen ontleende z'n
motieven direct aan eigen omgeving.
Zo ook is het Forellenkwintet.
voorbeeldig opgenomen op een Phi
lips L.P.-plaat (S 06652 R) en voor
beeldig gespeeld door het Boedapes-
ter Strijkkwartet, een motief dat el
ders bijna ondenkbaar is of denkt
men soms aan de Gulpener Forellen-
kwekerij?
Deze muziek heeft echter niets
kunstmatigs. Zij vloeit uit Schubert's
muziekgeest als sap uit een rijpe
druiventros, als water uit de klaarste
bronnen.
Met kinderlijke blijheid moet hij
het stoeiend spel, de snel-verschie-
tende bewegingen van tegen de
stroom in zwemmende forellen heb
ben gadeslagen; met een onbevan
genheid van geest waaruit dat won
derlijke lied Die Forellen is uitge
schoten. Het moet volgens zijn eigen
zeggen het opgewekste lied geweest
zijn dat hij bij zijn weten gecompo
neerd heeft.
Het Kwintet nu waarin de uit
zonderlijke snarenbezetting wordt
aangewend van één viool, alt, cello,
contrabas en klavier is een vijf
delig werk, waarvan het vierde deel
een aantal variaties op het bekende
lied „Die Forelle" bevat.
Het motief keert met lichte vari
anten steeds terug, gelijk de vissen
in het water steeds met een andere
kleurreflex zichtbaar zijn. Als zoda
nig is de Schubertse variatievorm
onvergelijkbaar met die van Beet
hoven, waar van werkelijke meta
morfosen van het oorspronkelijk
gegeven sprake is. Hier is alles meer
eigener en keert op het eind van het
lied zonder enkele wijziging In het
snarenspel terug, als wilde de compo
nist zichzelf nog eenmaal met zijn
eigen vinding confronteren. Ook de
Finale is vrijwel geen probleem
loos musiceren dat de volle jeugd
van deze 22-jarige zonneklaar weer
spiegelt.
Anders is het gesteld met de IVe
Symphonie van Tschaikowsky en
Die Moldau van Smetana; waarvan
Philips eveneens een geslaagde op
name via het Concertgebouworkest
o.l.v. Ed. van Beinum op één L.P.-
plaat reproduceert (A 00399 L.). Hier
staan we tegenover een brok leven
waarin veel vreugde maar ook veel
leed is samengebald. In het bijzon
der een werk als van Tschaikowsky
is geschreven na jaren van strijd,
vertwijfeling. conflicten, familie
twisten, liefdesverwikkelingen en
duizenderlei andere besognes, die
hem van Venetië naar Moskou en
van Parijs naar San Remo deden op
en neer reizen.
In Florence wacht hij in een ho
telkamer met z'n horloge in de hand
op de komst van de stadstrompet-
ters: volgens hem „de meedogenloze
stem van het noodlot" blazend. Het
werd het openingsmotief van zijn
IVe Symphonie!
Op het hotelblad zou hij schrijven:
„Voor mijn beste vriendin." Het was
Nadesjda von Weck, zijn „ferne Ge-
liebte".
„Die Moldau" (uit de cyclus sym-
phonische gedichten onder de patri
ottische titel „Mein Vaterland") is
gelijk het Forellenkwintet van Schu
bert, een uit natuurliefde ontsproten
svmphonische gestalte, een worste
ling met een landeigen muzikale ma
terie, waarmee Smetana een oude
nationale, Boheemse, muziektraditie
weer levend heeft gemaakt. Tafere
len aan beken en van jachtpartijen
wisselen hier in bonte stoet met de
dans van het boerenvolk en nym-
phenrijen. terwijl „de gouden koe
pels van de stad Praag" het geheel
in pompeuze koperklanken bekronen;
een vaart op Die Moldau!
MARIUS MONNIKENDAM