commentaar
West-Queensland, 'n vriendelijk gebied
m
-
-
s?
y18
k
isC»
WÊÊrn
iilil
SÊÊÊÊjjjÊ
a'dloSS i
KUNSTMANEN, hoogtepunt in geofysisch jaar
Kt
!SL
Q)
Werkgelegenheid voor ieder die werken wil
De Boeg als mijlpaal
P.B.O. nog geen kartel
Aankoop van tribunes
Zwerftocht langs
Nederlandse immi
granten in Australië
H
BS#»
mm
m
■Ppi
's 11
f
Y.S. leggen laaisle hand aan aardsalellieien
V
ZATERDAG 13 APRIL 1957
GERINGE BEVOLKINGSDICHTHEID EN SLECHTE
WEGEN ONDERSTREPEN ISOLEMENT
Bijna overal Nederlanders
Voorlopig tevreden
Ai
mmm
F
m-
i
IjlllfllMÉil- -<
i
JÜr
ïfrife -
sériém-
KA m -K;
liiiiiigi
l.
ifllSiiÉ
i
'Èmmi
A" 'j
„Baby-maan", een passende naam
Niet imponerend
Erg imponerend is het uiterlijk
van de Amerikaanse kunstmanen
overigens niet. Zij hebben een
doorsnede van ruim 50 centime
ter, ongeveer zo groot dus als
een strandbal en zjj wegen nog
geen tien kilo. De Amerikanen,
die van bijnamen houden spreken
dan ook terecht over „babymoon".
Deze babymoon is in feite niets
anders dan een compacte massa
„lllHput"-instrumcnten gevat in
een metalen omhulsel, dat be
staat uit lagen koper, zink, nik
kel, zilver en zuiver goud. Het
doel van deze metallurgische ver
scheidenheid is een voldoende
isolatie te verkrijgen voor het in
gebouwde instrumentarium, dat
eenmaal bulten de dampkring
enerzijds aan zeer grote hitte, wan
neer het maantje langs de dag
kant, en aan zeer scherpe kou,
wanneer het langs de nachtkant
van de aarde trekt, zal worden
blootgesteld.
Vijf of zes
Ook raketten
(K
"n
bi
Vi>
at
Ck,
b)e °ve,
ot
Het monument dat deze week in Rotterdam
werd onthuld ter gedachtenis aan de oorlogsdaden
onzer koopvaardij, is niet zo maar toevallig tussen
het grote nieuws beland. De hoge belangstelling
rij de plechtigheid van prinses Margriet en minis-
er Drees valt wellicht behalve uit behoefte tot
zerbetoon aan de dapperen van onze handelsvloot,
ook uit andere redenen te verklaren. Ook als mo
nument namelijk heeft „De Boeg" in Rotterdam
een betekenis van landelijke allure. Om zich daar
van een begrip te vormen is het nuttig te herinne
ren aan de jongste ontwikkeling van onze beeld
houwkunst. Het is bekend genoeg dat deze ont
wikkeling sedert de oorlog een gunstige wending
vertoont. Vrij plotseling is het Nederlandse volk
monument-minded geworden om dit mode-achter
voegsel ook eens te gebruiken, sinds het zich ge
drongen voelde tot een blijvende hulde aan oor
logshelden en verzetsstrijders. De overheid heeft
zich snel aan de volkswil aangepast en begint met
steeds meer zelfverloochening openbare pleinen te
offeren aan de ruimteverslindende heerszucht van
pleinbeelden. In deze evolutie riu betekent het mo
nument De Boeg in Rotterdam een mijlpaal. Bleef
vroeger de onder overheidssupervisie existerende
beeldhouwkunst vrijwel beperkt tot een gedrapeer
de perk-Venits, thans dringt zowel bij de overheid
als bij het volk de overtuiging door dat monumen
ten en stedebouw iets met elkaar te maken heb
ben. Het was Rotterdam natuurlijk Rotterdam
- dat uit deze overtuiging de laatste consekwentie
trok door haar jongste monument te laten heersen,
niet alleen over een plein of een haveninham, maar
over een hele stadswijk.
Een van de levensverzekeringmaatschappijen in
ons land is overgegaan tot verlaging van bepaalde
koopsomtarieven. Deze stap heeft aan De Telegraaf
een voorzichtig instemmend commentaar ontlokt,
omdat zij de concurrentie prikkelt en het publiek
ten goede komt. Dit kon alleen maar geëffectueerd
worden, zo concludeert dit blad, omdat het be
staande kartel in de branche niet alle maat
schappijen omvat. „Zou in deze bedrijfstak reeds
de P.B.O. tot stand zijn gekomen", zo besluit De
Telegraaf, „dan zou de tariefsverlaging veel moei
lijker, zo niet onmogelijk zijn geweest".
Deze laatste opmerking heeft wel de strekking,
de P.B.O. in een ongunstig daglicht te stellen. Het
blad blijkt een kartel te prefereren boven de
P.B.O., omdat een kartel niet altijd waterdicht
hoeft te zijn en een bedrijfschap in het kader van
de P.B.O. wel, althans geen enkele onderneming
in een branche kan zich aan een eenmaal ingesteld
schap onttrekken.
Toch is de opmerking van De Telegraaf er naast.
Want ook al zou voor het levensverzekeringbedrijf
een bedrijfschap tot stand zijn komen, hoogst
waarschijnlijk zou dit geen prijsregelende bevoegd
heid hebben gekregen. Op dit punt wordt erg
voorzichtig te werk gegaan. De produktschappen
hebben over het algemeen prijsregelende bevoegd
heid, maar deze is niet effectief. Zij wordt het pas
na machtiging via een afzonderlijk Koninklijk
Besluit. De bedoeling hiervan Is, dat slechts in
uitzonderlijke omstandigheden van die bevoegd
heid gebruik mag worden gemaakt, b.v. wanneer
zonder prijsregeling een destructieve concurrentie
zou ontstaan. Een zelfde constructie heeft men ook
bij een enkel bedrijfschap voor ogen, terwijl
overigens in bepaalde gevallen, b.v. ten aanzien
van slagerijbedrijven, de vorm van een open
calculatieschema wordt toegestaan.
Het is dus onjuist de P.B.O.-lichamen zonder
meer te vereenzelvigen met waterdichte kartels.
Alleen wanneer een schap effectief de bevoegdheid
heeft prijsregelend op te treden en dit ook doet,
kan geen enkele onderneming zich daar meer aan
onttrekken. Maar dan zouden de voorwaarden van
zo'n regeling ook openbaar zijn, terwijl er altijd
repressief toezicht van de overheid zou bestaan.
Zover zijn we met de P.B.O. echter nog niet
gevorderd.
Wij hebben er het Deventer Dagblad niet op na
geslagen, noch enig ander rond de boorden van de
IJssel verschijnend persorgaan, maar het zou ons
niet verbazen als het daar in de afgelopen weken
gewemeld had van de ingezonden stukken, geschre
ven door tolken van de amateur-sport en naar aan
leiding van de aankoop door de gemeente Deventer
van de tribunes en andere opstallen van de semi-
prof-voetbalclub Go Ahead tegen een bedrag van 1
ton precies.
We kunnen ons ook voorstellen, dat de sportre
dacteur van het Deventer Dagblad met deze inge
zonden stukken wel raad had geweten, want juist
hjj is van heel deze affaire de geestelijke vader
geweest en volgens de geruchten treedt hjj op het
ogenblik bovendien op als manager en „inkoper"-
van-spelers voor Go Ahead, waarmee wij alleen
maar eens willen zeggen dat de journalistiek inder
daad tot alles leidt (en dat men haar daartoe soms
niet eens behoeft te verlaten).
Wjj weten precies, hoe de ingezonden stukken
luiden: „De gemeente gooit gemeenschapsgeld, be
lastinggeld, dat méér door duizenden amateurs dan
door een twintigtal semi-profs wordt opgebracht,
naar een club die zichzelf in het semi-prof-voetbal
heeft vercommercialiseerd en waarvan in feite een
klein groepje betaalde voetballers de profiteurs zijn.
De gemeente had deze honderdduizend gulden beter
aan de oprechte amateur-sport kunnen besteden.
Schande en protest!"
Wjj hebben die gedachtengang ook hier vernomen
en wjj willen er even iets over zeggen. Door de
aankoop van Go Ahead's tribunes, wat in feite het
doneren van die 100.000 gulden betekent, zoekt de
gemeente Deventer niet het voordeel van die club
op de eerste plaats, maar haar éigen voordeel én
het belang van heel de stad met al haar bewoners.
En zij zoekt dat voornamelijk slechts via Go Ahead.
Buiten kijf staat, dat technisch het semi-prof-voet
bal op hoger peil staat dan amateur-voetbal, dus
meer amusement verschaft en meer toeschouwers 'n
leuke zondagmiddag bezorgt (en dat is waarachtig
toch een sociaal belang). Zou nu Go Ahead zich niet
in het betaalde voetbal kunnen handhaven, dan zou
stellig een deel van het Deventer publiek naar wed
strijden buiten de stad trekken. Tot schade van
de gemeente (belasting), tot schade ook van vele
gemeentenaren die op allerlei wijzen (fietsenstal
ling, programmaverkoop, kussenverhuur, drankver
koop, enzovoorts) iets aan de wedstrijden van Go
Ahead verdienen, tot schade tenslotte van de jeugd
die bjj een club als Go Ahead, de grootste van de
•tad, dan aanzienlijk minder mogelijkheden tot een
goed geoutilleerde sportvormlng zou vinden (jeugd-
sport kost handen vol geld en Is tegenwoordig al
leen maar te bekostigen als er grote overheidssub
sidies of aanzienlijke eigen Inkomsten voor zjjn).
En in feite komt het erop neer: moeten degenen,
die deze inkomsten bjj elkaar brengen, dat voor
niets doen? Moeten zij strikt belangeloos zich be
kwamen voor alle eisen die men op het punt van
voetbalvaardigheid aan hen stelt? Of moet eerder
ook hier de cost voor de baet uitgaan? Zo ja, gun
4toe serpi-ftEffits djjp «pk die cost,
DALBY, (Queensland). De ma
nager van hotel Russell heeft zo
zijn eigen manieren om zijn gas
ten tussen 7.30 en 8.30 uur, (geen
minuut eerder of later), aan dc
ontbijttafel te krijgen. Amper
heeft de nieuwe dag zich aange
kondigd of een schrikaanjagend
geklop wordt op elke kamerdeur
van het nogal vies aandoende ho
tel ontwikkeld, een geklop dat in
omvang toeneemt naarmate de tijd
langer wordt waartussen de ach
teloze hotelgast tot bewustzijn
komt en de ingang van zijn tij
delijke nachtverblijf heeft ge
opend. Doet hij dit tenslotte wat
aarzelend dan treedt een zelfbe
wuste dame pardoes zijn kamer
binnen, zet een kop thee waarmee
ook de schotel rijkelijk bedeeld is,
op het wankele tafeltje en terwijl
de kerkklok ter plaatse 7 trage
slagen ontwikkelt werpt de dame
in kwestie, met het gebaar van
een volleerde postbode, het laatste
nieuws op het bed van de klant.
Hiermee is haar verblijf in het
slaapvertrek ten einde. Terwijl je
nog bezig bent te overdenken dat
er maar weinig uren liggen tussen
het tijdstip waarop je een Neder
landse familie ter plaatse de vo
rige avond verliet en deze wat
ongewone wijze van wekken,
schallen er plotseling in de gang
wilde muziektonen uit een luid
spreker die met geen mogelijkheid
meer is te regelen en haar onge
vraagde en op dit uur ook hogelijk
ongewenste klanken door de po
vere hotelruimte stuwt. De re
veille is geblazen en niemand zou
met enige overtuiging kunnen be
weren dat het aanbreken van de
nieuwe dag hem in hotel Russell
in Dalby is ontgaan.
ER WACHT EEN NIEUWE dag
in de gloeiend hete zon die
over Queensland schijnt.
Dalby is niet alleen het middel
punt van een van Austral ië's
grootste graanschuren, het is ook
de poort tot het enorme achter
land van West-Queensland waar
de „cattle- en woolstations" de
enige werkgelegenheid bieden. Na
Dalby houden ook de wegen op
te bestaan. De onafzienbare op
pervlakten die zich naar de z g.
west uitstrekken zijn alleen nog
maar geschikt als verblijfplaats
voor de koeien en schapen, die
elk op hun eigen wijze het ge
meenschappelijk welzijn dienen.
Men moet, al is het maar een
paar honderd mijlen, in deze
groene steppen rondgereden heb
ben, om een idee te krijgen van
onvoorstelbare afstanden welke
hier af te leggen zijn. Een onge
looflijke eenzaamheid die wel heel
bijzondere eisen moet stellen aan
de geaardheid van de man en de
vrouw die juist hier hun leven
moeten slijten.
Toch vindt men, zoals bijna
overal in Australië, ook hier Ne
derlandse emigranten. In Jinghi,
weliswaar geografisch aan de rand
van de eenzaamheid maar in wer
kelijkheid midden in een bijna on
bewoonbaar gebied leeft de fami-
lie Garrels uit 's-Gravenhage. In
1951 kwam het gezin, man, vrouw
en vier kinderen, uit Nederland
over. Vader Garrels, met een
lange staat van dienst in Indone
sië achter de rug, was werktuig
kundige van zijn beroep, maar dit
belette hem niet om in Jinghi
share-farmer te worden op een
„dairy", een boerderij waar men
zich speciaal toelegt op de zuivel
bereiding. Temidden van allerlei
voor een Stedeling volkomen
vreemde bezigheden moeten va
der en moeder Garrels tweemaal
per dag een 80 koeien melken. De
kinderen gaan naar een schooltje
op drie mijl afstand van de ouder
lijke woning, waarop amper 20
kinderen uit de omgeving door
een onderwijzeres worden ingeleid
in het volle leven. Een wat merk
waardige beroepswisseling voor
vader Garrels die zich nochtans
bijzonder op zijn gemak voelt en
voorlopig van geen wijken wil
weten. Het share-farmen, d.w.z. het
boeren tegen een bepaald percen
tage van de winst, wordt sinds een
tweetal jaren minder betaald. Was
het vroeger normaal dat de share-
farmer 40 tot .50 pet van de op
brengst als zijn deel mocht be
schouwen, thans moet hij er re
kening mee houden dat zijn aan
deel de 30 pet niet zal overschrij
den. Ook in Australië wil de werk
gever de grootst mogelijke winsten
maken en precies, zoals dit ook in
andere delen van de wereld ge
beurt, beïnvloedt een groter aan
bod aan arbeidskrachten onbe
twist de waarde van de arbeid.
De bijna één miljoen immigranten
in Australië na de tweede wereld
oorlog hebben de arbeidsmarkt
nog wel lang niet verzadigd, maar
voor een deel toch wel beïnvloed.
Zoals bij alle share-farmers zit
ook bij de heer Garrels de bedoe
ling voor om binnenkort zelf een
farm te kunnen kopen. Een ande
re Nederlander, de heer Gevers
uit Oirsbeek (Zuid-Limburg), is er,
op slechts enkele mijlen afstand
van de boerderij van share-farmer
Garrels reeds in geslaagd zo
iets te doen. Maar voor het zo ver
is moet er door de familie Gar
rels nog heel veel gewerkt wor
den, want een lucratieve farm
koopt men pas wanneer men 20
tot 25 pet „cash" kan neertellen
van het totale bedrag waarmee de
aankoop gepaard gaat en dat ge
zocht moet worden tussen de 80
en 100 duizend gulden.
TERWIJL DE AUTO zich moei
zaam een weg zoekt over de
bijna onbegaanbare wegen
waar men geen enkele wegaandui
ding tegen komt en men slechts
kan hopen dat vóór het donker
worden en vooral voor het vallen
van de regen de verharde weg be
reikt wordt, denkt men onwille
keurig na over zulk een onderne
mende familie, die vol levenslust
en toekomstdromen aan een zo
van het stadsleven verschillend
bestaan durfde te beginnen. Men
komt ze overal tegen, die onder
nemende vaderlanders. Op de wat
minder geïsoleerde maar toch al
tijd nog vrij ver van de bewoonde
wereld gelegen farm Woodland
ontmoetten wij de familie Vliet
stra. Voordat het gezin, nu ander
half jaar geleden, emigreerde,
werkte de man als landarbeider in
het Groningse Zuidwolde. Woning
nood en de grootte van het inko
men dat geen enkele speling over
liet, deden de familie tenslotte be
sluiten naar Australië over te ste
ken. Ook hier is Vlietstra landar
beider geworden. Nog vóór het
schip een Australische haven bin
nenvoer was de man al op deze
2000 ha grote farm te werk gesteld.
Zij kregen een huisje, niet luxueus,
maar ruim en gerieflijk en met
zijn 12 in de week, plus vrij wo
nen, vrij licht, vrij melk en vrij
eieren, is vader Vlietstra voorlo
pig dik tevreden. Natuurlijk, hun
gedachten gaan vaak terug naar
het vaderland, naar de ouders,
broers en zusters, maar vraag niet
of ze later weer naar Holland te
rug willen gaan want zij zullen u
ontkennend antwoorden. Voor een
vakantie? Graag, maar voor goed,
liever niet
Wanneer men tenslotte weer op
z(jn uitgangspunt Dalby terug
komt, is het niet moeilijk nog een
paar Nederlandse families van de
vfjftien die er zich in de loop der
jaren gevestigd hebben, te bezoe
ken. Op een fabriek van land-
bouwwerktuigén werkt de lasser
De Booy, geboren en getogen in
Vlissingen maar de laatste jaren
voor zijn vertrek uit Holland (1951)
lasser b(j een scheepswerf in Dord
recht. Hfj vertelt u dat hjj in Hol
land nog nooit kans gezien had
wat geld op de bank te zetten, hier
gaat dat gemakkelijker. Hij werkt
precies zoals alle andere arbeiders,
40 uren per week. In Holland was
hij gewoon in tarief te werken,
hier komt zulks niet voor. De enige
moeilijkheid voor De Booy zit hem
nog in het feit dat hij door de al
machtige Union nog niet als lasser
erkend is. Dat weerhoudt hem
naar ander en misschien beter be
taald laswerk uit te kijken omdat
een werkgever eigenlijk geen vak
man mag aannemen die van de
zijde van de vakbond niet zo'n of
ficiële vakerkenning heeft gekre
gen. In Dalby werkt hij nu al 5
jaar en daar is men onderhand
wel overtuigd van zijn vakkennis.
De directie van de landbouwwerk-
tuigenfabriek heeft voor hem een
uitzondering mogen maken, maar
liever ziet De Booy toch zijn vak
erkenning afkomen: het zal hem
meer armslag kunnen geven-
Kijkje in een éénmansschooltje in Queensland.
de voorkeur aan weer naar Neder
land terug te keren, hoewel hij als
smid al direct bij zijn aankomst in
Dalby een goed emplooi vond. In
maart 1956 keerden zij beiden naar
Dordrecht terug, voor eens en voor
altijd, was vaders devies, maar
moeder dacht aan de mogelijkheid
om toch weer terug te keren. Pre
cies zeven maanden kon de familie
De Waal het in Nederland uithou
den. Toen telden zij hun laatste
spaarcentjes bij elkaar en lieten
zich inschepen op de Sibajak, die
s.
V~s -
In West Queensland worden boomplantages aangelegd om ook in
de toekomst te voldoen aan de grote vraag naar de vele Australische
houtsoorten.
NIET ZELDEN ontmoet men
oudere emigranten, die hun
naar Australië geëmigreerde
kinderen zijn gevolgd. Nu de mo
gelijkheid blijkt te bestaan om de
pensioengelden, waarop men in
Nederland recht heeft, zonder
moeilijkheden in Australië te doe'u
uitbetalen, schijnen steeds meer
ouders zich bij hun kinderen te
vestigen. Lang niet altijd hebben
de oudjes al bij hun vertrek in Ne
derland besloten voor goed in deze
nieuwe werèld te blijven. Niet al
leen voor jongeren, maar zeker
ook voor ouderen is het voor goed
verladen van het vaderland een
grote" stap. Zo dacht de familie De
Waal uit Dordrecht er ook over
toen vader (60 jaar) en moeder (56
jaar) in 1951 naar Australië ver
trokken om hun twee zoons eens te
gaan bezoeken. Voor een paar
maanden, dat was althans de be
doeling. Hoewel moeder De Waal
zich bijzonder op haar gemak ge
voelde, gaf vader De Waal er toch
n
W/ÊmMÈÈ
BPMMHi
it
W/I).
fv, t* i
stadje, maar ook in de wijde om
geving. Hij is in de loop der jaren
de spil geworden van het plaatse
lijk organisatieleven en de ver
trouwensman van velen, ook niet-
Nederlanders, die in moeilijkheden
verkeren. Hij komt er rond voor
uit, dat hij goed geld verdient,
meer dan in Nederland. Mettertijd
hoopt hij zich in Brisbane te kun
nen vestigen, niet zozeer voor zich
zelf, maar wel voor zijn vrouw,
die het in Dalby toch wel waf stil
vindt. Of hij nog ooit naar Neder
land gaat, weet hij niet. Hij is, zo
als zovele landgenoten, aan de
ruimte gewend en aan het heerlij
ke klimaat. Hij heeft een klinken
de zaak opgebouwd en is van het
land en het volk van Australië
gaan houden. Natuurlijk vergeet
ook hij Nederland niet, hij zou er
nog wel eens graag een kijkje wil
len nemen, maar dan eigenlijk al
leen maar voor vakantie.
West-Queensland is een
vriendelijk land, dat ruimte
en werkgelegenheid biedt aan
ieder, die hier komt met de
vaste wil om te werken. Aan
gelukzoekers heeft men ook
hier geen behoefte, hoogstens
aan avonturiers, wanneer zij
tenminste uit het goede hout
gesneden zijn.
de nu 61 en 56-jarige opnieuw en
nu voor goed naar Australië
bracht. Nederland was hun toch te
klein geworden, zij misten de zon,
het vrije huis, de kinderen en ook
het ouderdomspensioen volgens de
nieuwe ouderdomswet, dat name
lijk als voorwaarde stelt dat men
vanaf zijn 59e jaar onafgebroken
in Nederland moet hebben ge
woond. Nu woont de familie De
Waal weer in Dalby bij hun twee
zoons en hun ook inmiddels ge-
emigreerde dochter, vader werkt
weer als smid en moeder is in dit
zonnige lan,d toch beter op haar
plaats dan in het'koude, mistige
en natte Holland.
Nog voordat wij Dalby, de poort
van het enorme achterland van
West-Queensland verlatenont
moetten wij tailor John van der
Pas uit Breda. U kunt deze Ne
derlander, die al bijna 6 jaar in
Australië zit uw kostuum laten
maken. Hij heeft zijn klanten in
het amper 9000 inwoners tellende
De vliegende doktersdienst brengt de pa-liënten van geïsoleerde plaatsen op de snelste manier naar het dichtsbijzijnde hospitaal.
In de V.S. legt men op het ogen
blik de laatste hand aan de kunst
matige aardsatellieten, die kort
na 1 juli, op welke datum het In
ternationale Geofysische Jaar
1957-1958 officieel begint, gelan
ceerd zullen worden. Het „kunst
maanproject" belooft een van de
meest spectaculaire van het geo
fysische jaar te worden. Men hoopt
dat minstens één van de gelan
ceerde kunstmatige aardsatellie
ten, volgepropt met instrumenten
op een afstand van ongeveer 500
kilometer van de aarde de gehe
le baan om onze planeet zal kun
nen trekken, terwijl door de in
gebouwde instrumenten allerlei
metingen worden verricht, die auto
matisch naar een 25-tal waarne
mingsposten op de aarde worden
doorgezonden. Daar zullen geleer
den de gegevens over tempera
tuur, luchtdruk, kosmische en ul
traviolette straling, zwaarte
kracht, meteorieten enz. registre
ren. Men zal daaruit het een en
ander te weten komen over de
werkelijke toestanden even bui
ten onze dampkring, waar nog
slechts enkele flarden „lucht" te
vinden zijn-
Toen een anderhalf jaar gele
den de Amerikanen bekend maak
ten, dat zij in 't kader van het In
ternationale Geofysische Jaar en
kele kunstmatige aardsatellieten
zouden lanceren, kwam er onmid
dellijk antwoörd van de andere
kant van het IJzeren Gordijn.
Ook daar zouden kunstmanen wor
den gelanceerd, die natuurlijk
groter en beter waren dan de
Amerikaanse. Verdere gegevens
hebben wij niet over de Russische
„satellieten".
Kort na 1 juli dus zullen de
kunstmatige satellieten worden
gelanceerd van een speciale ba
sis te Cape Carnaval in de Ame
rikaanse staat Florida. De baby
moon is dan gemonteerd op een
22 meter lange en 11 ton zware
raket, die de satelliet "in zijn baan
rond de aarde moet brengen. Het
is een zgn. drietaps raket, be
staande uit drie afzonderlijk wer
kende delen, die wordt gebruikt
om grote hoogten te bereiken.
Bij het lanceren wordt het eerste
deel ontstoken, dat het elf ton
zware gevaarte naar een hoogte
van 58 kilometer stuwt. Daar
valt dit deel af, waardoor het
tweede ontstoken wordt, dat de
raket tot een hoogte van 225 ki
lometer brengt. Door de inmid
dels verkregen snelheid blijft de
satelliet met de twee raketgedeel
ten stijgen tot 410 kilometer,
waar het uitgebrande tweede deel
wordt afgeworpen en het derde
en laatste deel ontstoken wordt.
Dit laatste gedeelte brengt de ba
bymoon op de bestemde hoogte
van ongeveer 480 kilometer en
geeft haar tevens de vereiste snel
heid van 29.000 kilometer per uur.
De satelliet zal dan op ongeveer
dezelfde hoogte en met dezelfde
snelheid iedere negentig minuten
zijn baan rond de aarde maken,
ken.
Het is natuurlijk nog een open
vraag of dit satellietenproject
lukken zal en wat de resultaten
ervan zijn. Er zijn in de V.S.
bij herhaling proeven genomen
met de te gebruiken raketten,
maar de gedragingen van de sa
telliet zelf zijn alleen gebaseerd
op berekeningen. Van zeer groot
belang is b.v. de snelheid. Is die
te groot dan wordt de satelliet
nog verder de ruimte ingeschoten,
is die te klein dan wordt hij door
de zwaartekracht naar de aarde
toegetrokken. In zijn val zal de
met goud beklede kunstmaan zich
bij het dichter worden van de
dampkring gaan gedragen als een
meteoriet en door de wrijving ge
heel weggloeien. Met het oog op
eventuele mislukkingen heeft men
daarom in de V.S. besloten vijf of
zes kunstmanen te lanceren en
men hoopt dan ook, dat kort na
de eerste juli van dit jaar een ba
bymaantje rond moeder-aarde zal
cirkelen.
Volgens de berekeningen zal
dat babymaantje een levenstijd
van 1 jaar beschoren zijn. Tijdens
de vlucht zal het n.l. ontelbare
malen in botsing komen met stof-
partikeltjes, die, al is het ook tel
kens maar een fractie, de snel
heid zullen verminderen. Uitein
delijk komt de snelheid dan bene
den het toelaatbare minimum en
zal de zwaartekracht zijn invloed
gaan uitoefenen, waardoor de sa
telliet naar de aarde wordt terug
getrokken.
Niet alleen het luchtledige zal
tijdens het Internationale Geofy
sische Jaar aan een onderzoek
worden onderworpen, ook de ho
gere luchtlagen mogen zich in de
belangstelling van de geleerden
verheugen. Zij zullen worden „be
zocht" door honderden raketten
waarvan de kop volgepropt is met
instrumenten, die hun waarne
mingen ook weer terug zullen sei
nen naar de aarde. Zo zullen er
74 raketten worden afgeschoten
voor onderzoekingen naar het zon
nelicht, 115 raketten zullen op on
derzoek uitgaan om licht te bren
gen in het vraagstuk van Noorder
en Zuiderllcht, 60 raketten zullen
worden gelanceerd voor het op
meten van de druk, temperatuur
en dichtheid van de verschillende
atmosferische lagen, 19 voor het
onderzoek naar ozon, 95 voor op
metingen in het magnetisohe veld
en 57 voor een onderzoek naar de
cosmische straling.
Het valt niet te ontkennen, da
behalve voor de wetenschap deze
proeven ook van belang zijn voor
de ontwikkeling van dc intercom
tinentale raketten, waarmee d®
Amerikaanse luchtmacht nog vol
op experimenteert. Bovendien za.
men in de toekomst zich vee
meer belang gaan hechten aarJ
zgn ruimte-wapens. De Ameri
kaanse generaal Schriever die d
leiding heeft van het raketonder-
zoek van de Amerikaanse luch'*
macht gaf onlangs in een refc*
voering te kennen, dat de - J
zich zullen moeten gaan toeleg
gen op het verkrijgen van „ruin^
te-superioriteit", zoals ze nu stre
ven naar superioriteit in de luf n
De generaal meende, dat me
over enkele decennia niet mee
over lucht- of zeeslagen, mi*n
over „ruimteslagen" zou spreken-
«lt
Hi*
o tl. 16