%k
r?
Adenauer repliceert aan Moskou
1
St-Lidumakerk te Rotterdam
geconsacreerd
Diepere gronden van
het mijnconflict
OPGRAVINGEN NABIJ DE PYRAMIDEN
Leidse Egyptoloog doet belangrijke vondsten
ss
vb
Bondsrepubliek heeft liever geen
kernwapens
MSBMK
fv° G'
Holland-Festival 1957
Vallende hoom
VERNIELDE WONING
Drie boerderijen in
vlammen opgegaan
Tweede maal in ruim
dertig jaar
Jongeren-bedevaart
Lourdes 1958
AMSTEL
Jtwin de Vries in
b, Vq 'Tiet Venster"
Ntsr
Ss'nB® gulden
WOENSDAG 1 MEI 1957
PAGINA 3
,ee#t
d.
'tEtnW
ie, JV
E°SV
cs*
„c"
drei a®seBer Adenauer heeft de sovjet-ambassadeur te Bonn, An
kernHrnirno^ schriftelijk verzekerd, dat West-Duitsland nooit om
duSVeraPens heeft gevraagd dat het niet wenst dat landen, die tot
de g noS geen kernwapens bezitten, deze wapens krijgen, en dat
leerj ndsregering voorts alles in het werk stelt om tot een gecontro-
V°jgee °n^wapening op dit gebied te komen.
b°ver een woordvoerder van de Bondsregering schreef Adenauer
pUnten len *n zijn brief, welke maandag werd overhandigd dat hij deze
dagen °0^ a' °P 25 april aan de ambassadeur had meegedeeld. Twee
Uitie Dad'en had hij echter een Russische nota gekregen, waarin deze
ÏJ°nd was genegeerd. Onder deze omstandigheden vroeg de
Sade anseBer zich af, welk nut ontmoetingen met de sovjet-ambas-
r Wel kunnen hebben. Hij verzocht Smirnof deze gang van zaken
te
verkL
aren.
BELGIE ZOEKT DOLLARS
VOOR KONGO
Geen persoonlijke slachtoffers
VOORLICHTINGSDAG
GEESTELIJKE VOLKS
GEZONDHEID
King Size
FILTER
Nieuw altaar
Een stralende Koningin beantwoordt de gelukwensen van haar volk.
„Trots en blij"
001 -tisA vak fekijtct.-.
POSTZEGEL VAN
Veel
Koefti's, bekwame gravers
Baby in kruik
Een fraaie amulet
Mi B. Mm» M&M Sta? M&9MMR achtereen afgerond uit. ;Waar we ook mee hebben geboft, if de
5" J.
Z- L.
7Ö4>
eda<;
:r»- ,.p^
„oH'
iss'
ve('
of'
v«e'
a»"®
Bi
0li4 1
minister van buiten-
za
heeft
'Werp
ho, heeff dr' Heinrich von Brenta-
^®rwem maan(Jag over hetzelfde on-
3 gP gesproken. Hij ontkende, dat
strij(jj? reSering van plan is haar
ï^sten me' kernwapens uit te
te zei dit op een persconferen
tie
~ee"Jnn' waar hij namens de rege-
|ei<jjn n verklaring aflegde naar aan-
36t-Ün;Van de i°ngste nota van de Sov-
^°rdt 6' Waarm de Bondsrepubliek
voor het „ver
bis fhjk gevaar" dat zij zou lopen,
^apejl aar strijdkrachten met atoom-
L6hdhedZC>U u'trusten of westelijke mo-
®Sr n ZOU toestaan, kernwapens op
Von Pn<tgebied te stationeren,
huitjj Peatano verklaarde, dat West-
v«rb0ri I' zteh bij de Parijse verdragen
sche e Pen heeft, geen atoom-, biologi-
^igen ehemische wapens te vervaar
den
k8t de3?}12^611 van de sovjet-bewering,
d he b!onttsrePubliek haar grondge-
van ett aangeboden voor het opslaan
^etl<3heariWapens van de westelijke mo-
We ta11'- merhte de minister op, dat
aeefj Stduitse regering niets eenzijdig
VWmenangeb0den- De NA.TO-landen
^Ondt^ u0en eenheid, waarvan het
'tigd gezamenlijk wordt verde-
öe'Us Von Brentano.
t v0oeSChuldiging. dat West-Duitsland
ha js ornaamste wapendepot van Euro
pan de^T?rden en de voornaamste basis
"v°lkmL ATO, noemde de minister
?ai de d n onhegrijpelijk". Volgens hem
?an W ndsrePubliek tegen het einde
schikK 3ar divisies voor de NATO
r hebben, waardoor deze or-
zai le in totaal over twintig divisies
zjih p Pnen beschikken. Daartegenover
siscf,e 'P Oost-Duitsland 400.000 Rus-
*5tlks Militairen, ongeveer achtduizend
Ihig 0rnstreeks vijftienhonderd vlieg
as Voij.6? 150.000 man van het Oostduit-
htet j e§er- Bovendien beschikken de
°ver 7c ®.°vjet-Unie verbonden landen
len divisies- terwijl de Sovjet-Unie
lhti§^r.van 15® divisies en ongeveer
ïhitn ,g. uizend vliegtuigen alsmede
4* Vnfu-t
Mi
vijfhonderd duikboten bezit, aldus
r®ntano.
Wrv,ai"aanleiding van de Russische.
ehige plng. dat West-Duitsland het
S>dge ur°Pese land is dat grenswijzi-
de 5q Wenst, zei de minister, dat het
?eh he '^"Ume ;S) die met geweld gren-
dveranderd. De Bondsrepubliek
Jhaaj. P?.e nieuwe grenzen niet erkend.
x^taA1 zou niet met geweld de oude
^ÏO t herstellen. Slechts dank zi,j de
bief n worden voorkomen, dat het
^ehsw-^V?d tot stand brengen van
vf»0rtd hzigingen ten bate van Rusland
uurde, aldus Von Brentano.
de ra.ag(i om opheldering, verklaar-
?6hin M'nister, dat een eventuele bewa-
hvpe Het kernwapens in de eerste
V°°i" war technisch niet mogelijk is
boijp est-Duitsland. Tijdens deze pe-
Xverjt Zau de Bondsregering alles in het
^W,i/"en om tot ontwapening op dit
ea te komen.
K e
eft c,Sociaal-democra,tische oppositie
8chhw s°vjet-nota „een nieuwe waar-
f^hop waarschijnlijk de laatste
h cï_ Als mpn Hp7P ,xranrcnliii,*rin t,
bii
ging van Duitsland worden uitgesloten",
aldus de socialisten.
Hun leider, Erich Ollenhauer, ver
klaarde: „De Bondsregering heeft op
een slechte nota van de Sovjet-Unie
een slecht antwoord gegeven".
Het bestuur van de vrije democrati
sche partij, die ook in oppositie is, was
van mening dat de mededeling van Von
Brentano over de atoomwapens slechts
een halve waarheid was. In een com
muniqué zegt het bestuur, dat de te
genstrijdige verklaringen van bonds
kanselier Adenauer en andere leden
van de regering de partij reden geven
om een duidelijke en bindende verkla
ring te vragen, dat er vanwege West-
Duitsland geen atoomwapens zullen
worden ontwikkeld, geproduceerd en
gebruikt.
Denemarken heeft de sovjet-bewe
ring, dat het land een „vooruitgescho
ven springplank en basis voor een aan
val op de Sovjet-Unie" is, als onjuist
bestempeld.
In een antwoord, dat maandag door
de Deense premier, Hansen, aan de
sovjet-premier, maarschalk Boelganin,
werd gezonden, wordt gezegd, dat De
nemarken deel wil blijven uitmaken
van de Noordatlantische Verdragsorga
nisatie.
Hansen zei dinsdag op een persconfe
rentie, waarop het antwoord bekend
werd gemaakt, dat in de Deense nota
>ii.a
^rtlrï Ai
de AIs men deze waarschuwing
rlogeli-Mdzou s'aan, zou „definitief de
6rnpt- id tot heropening van het
ational-
e overleg over de hereni-
(Advertentie)
Het definitieve programma van het Hol
land Festival 1957, voorzover het Rotter
dam aangaat is nu bekend geworden. On
dertussen heeft het gemeentebestuur de
jaarlijkse subsidie toegezegd en aan de
Rotterdamse Kunststichting een garantie-
bedrag ter beschikking gesteld.
Er worden dit jaar in Rotterdam slechts
9 voorstellingen gegeven, tegenover Am
sterdam 40 en Den Haag/Scheveningen 39
Dat dit lage aantal voorstellingen te Rot
terdam slechts te wijten is aan de geringe
belangstelling van het Rotterdamse pu
bliek, is niet te ontkennen.
Concerten worden gegeven door het Rot
terdams Philharmisch Orkest (Dresden.
Badings en Roussel) en het Residentie-
Orkest, dat het Requim van Verdi uit
voert, m.m-.v. o.a. Raffaele Arie. De Ne
derlandse Opera geeft uitvoeringen van
Strawinsky's „The Rake's Progress" en
van Verdi's „Otello" (m.m.v. o.a. Ramon
Vinay).
Brederoo's „Moortje" onder regie van
Ton Lutz, twee stukken van Ionesco door
de Studio des Champs Elysées uit Parijs,
en „Der Unbetechliche" van Hofmanns-
thal door het Wiener Burgtheater vormen
het toneelprogramma en het Rotterdams
programma wordt aangevuld met opvoe
ringen door het Royal Ballet uit Londen
(o.a. The Rake's Progress van Strawinsky)
en het Nederlands Ballet.
duidelijk Denemarkens vaste overtui
ging tot uiting komt, dat de NATO een
defensieve organisatie is en dat Dene
marken gerechtigd is die maatregelen
voor zijn verdediging te nemen, welke
het zelf nodig acht.
Omstreeks het middaguur is maandag
op de Duinweg te Schoorl een ongeveer
25 meter hoge boom met een middellijn
van 1.30 meter bij het vellen op een du-
plexwoning terecht gekomen. De boven
verdieping, bewoond door de weduwe
Slot, werd grotendeels vernield. Het be
nedenhuis werd beschadigd. Dat niemand
werd gewond is te danken aan het feit,
dat de politie bijtijds de woningen
had laten ontruimen. De oorzaak wordt
toegeschreven aan het breken van een
stalen kabel, die de boom in de goede
richting moest doen vallen.
Volgens geruchten, die in beDaalde fi
nanciële kringen te Washington in omloop
zijn, zou de Belgische regering er over
denken over enige tijd een obligatielening
op de Amerikaanse markt te plaatse en
verder om te trachten een belangrijke
lening van de wereldbank te verkrijgen
voor de financiering van plannen voor de
economische ontwikkeling van Belgisch
Kongo.
In bevoegde Amerikaanse kringen en
ook bij de Belgische ambassade te Was
hington bepaalt men er zich toe te ver
klaren, dat deze geruchten op zijn minst
„zeer voorbarig" zijn.
Drie boerderijen zijn de afgelopen da
gen in vlammen opgegaan. Bij geen van
deze branden zijn echter persoonlijke
ongelukken voorgekomen.
Maandagmorgen brak bij het verwis
selen van een gasfles, brand uit in de
boerderij van de heer M. Zijlstra te Oost-
hem (Fr.) waarna binnen een half uur
de gehele boerderij afbrandde. Al het huis
raad en een tiental kalveren gingen even
eens verloren. Een kostbare stier, kon nog
worden gered, maar had zware brand
wonden. De brandweer van Sneek was na
het alarm spoedig ter plaatse, doch
stond, mede door de vrij strakke wind,
voor een hopeloze taak. De boerderij was
verzekerd.
Maandagmiddag is brand ontstaan in
een boerderij, bewoond d°or de familie
Wijgergangs te Berlicum (N.Br.) De moe
der van het gezin dat tien kinderen telt
was, bij het uitbreken van de brand,
niet thuis. Alle kinderen konden echter tij
dig het brandende huis verlaten. Van de
inboedel en de landbouwinventaris kon
nagenoeg niets worden gered. Een var-
kensschuur ging eveneens verloren. Men
wist de varkens bijtijds in veiligheid te
brengen.
Twee belendende boerderijen konden
door het nathouden van de daken en ten
gevolge van de gunstige richting van de
wind, behouden blijven.
De oorzaak van deze brand is waar
schijnlijk een lek in de schoorsteen. Ver
zekering dekt gedeeltelijk de schade.
Dinsdagmorgen is op Texel de met riet
bedekte hoeve „Antwerpen" die tevens
als kampeerboerderij fungeert, door on
bekende oorzaak tot de grond toe afge
brand. Een koe kwam met een kalfje in
de vlammen om. Verder gingen een trac
tor, een partij hooi en de volledige in
ventaris van de kampeerafdeling verlo-
ren.Een deel van het meubilair van het
woonhuis kon worden gered.
«W
(Van onze correspondent)
Op woensdag 8 mei a.s. zal in de psy
chiatrische inrichting „Zon en Schild" te
Amersfoort een provinciale voorlichtings
dag over de geestelijke volksgezondheid
in het gewest Utrecht worden gehouden.
Deze studiedag wordt georganiseerd door
de Contact-Commissie voor de voorlich
ting- op het gebied van de geestelijke
volksgezondheid van de Nationale Fede
ratie in samenwerking met de Provinciale
raad voor de volksgezondheid.
Het is de bedoeling, dat op die dag aan
een groot aantal vertegenwoordigers uU
allerlei kringen van het maatschappelijk
werk door enige deskundige sprekers een
overzicht wordt gegeven van de geeste
lijke gezondheidszorg in al haar verschil
lende facetten, zoals die vooral in de
laatste jaren na de tweede wereldoorlog
naar voren zijn gekomen.
Tot de sprekers behoort o.m. dr. A. J.
H. Bartels, die een inleiding zal houden
over het belang van de integratie en de
samenwerking van Kruis-organisaties en
geestelijke volksgezondheid.
voor zuiver rookgenot
„De geschiedenis van deze parochie is
kort maar dynamisch geweest", zeide
mgr. M. A. Jansen, bisschop van Rotter
dam, toen Z.H. Exc. gistermorgen de
kerk van de H. Liduina aan de Lefèvre
de Montignylaan in Hillegersberg had ge
consacreerd. „Toen in 1925 de bescheiden
kerk werd geconsacreerd, heeft niemand
kannen voorzien dat de uitbreiding van
Hillegersberg zulke proporties zou aan
nemen dat het kerkgebouw moest worden
vergroot. Het is eigenlijk een geheel
nieuwe kerk geworden, waardoor de ker
kelijke overheid het nuttig oordeelde, de
kerk opnieuw te consacreren".
Was dan de kerk grotendeels vernieuwd,
juist op de vooravond van de tweede con
secratie was het geheel nieuwe altaar
geplaatst, zwaar en massief rustend op
zes korte kolommen en dragende de
spreuk „Als lam werd Hij ter slachtbank
geleid (Js. 52)". Dit altaar is ongeveer
midden in het priesterkoor geplaatst, zo
dat de priester het heilig offer opdraagt
met het gezicht naar het volk. De eerste
die dit deed was Rotterdams bisschop na
de zinvolle handelingen in en buiten het
kerkgebouw die reeds vroeg in de ochtend
waren begonnen en besloten werden met
een plechtige hoogmis.
De bejaarde deken J. Kuijs, bouwer van
de oorspronkelijke kerk, die nu met zijn
laatste opvolger pastoor M. G. van Rijn
als troondiaken fungeerde, zal nauwelijks
iets herkend hebben van het kind zijner
grote zorgen dat, onaanzienlijk in zijn
eerste jaren, een zo schone wasdom had
gekregen. Hetzelfde kan worden gezegd
van pastoor Kuijs' eerste opvolger, pas
toor C. Mol, die op deze feestdag naar
Hillegersberg was teruggekeerd en als
diaken fungeerde, zij aan zij met als sub
diaken pastoor A. A. de Bot van de
„moederparochie" van St.-Hildegardis; de
St.-Liduiina is een der drie van de St.-
Hildegardis afgespitste parochies. Pres
byter assistens was mgr. J. H. Niekel, de
ken van Rotterdam en secretaris M. de
Jong fungeerde als ceremoniarius. Onder
de geestelijken, die tijdens de consecra
tieplechtigheden in het priesterkoor ston
den zagen wij pastoor S. Linthorst van
de buurparochie van Christus Koning en
rector M. Out, oud-kapelaan.
zjjn met deze kerk. Niet alleen door de
grotere ruimte die zij biedt, maar ook
door de eigen sfeer. Het is een kerk ge
worden met een moderne, zelfs ietwat ge
durfde symboliek. Een kerk, waar men
zich thuis kan gevoelen. Ik mag er u
geluk mee wensen".
De bisschop ging voorts na, welke ver
binding deze dag heeft met het feest van
de patrones, St.-Liduina. Haar leven her
innert aan het lijden en het is het myste
rie van het lijden dat men weervindt in
het heilig misoffer. De bisschop wekte
de parochianen op, veelvuldig naar de
kerk te komen als mede-offeraars en bij
te dragen tot de instandhouding van de
kerk als een echte levensbehoefte, d.w.z.
een behoefte voor het bovennatuurlijke
leven.
Talrijk waren de vlaggen, die in de
parochie waren uitgehangen en dat zij
niet alleen woeien ter ere van de lands-
In het jubeljaar 1958 zullen de jeugd-
en jongerenorganisaties samenwerkend in
de Katholieke Jeugdraad voor Nederland,
een Jongeren-bedevaart naar Lourdes or
ganiseren. Aan deze bedevaart kan wor
den deelgenomen door leidsters en leiders
en jongeren van 17 jaar af. Verwacht
wordt, dat ongeveer 5000 jongeren deel
nemen.
De bedevaart zal vermoedelijk worden
gehouden in de weken na Pasen van 815
april 1958. Een driehonderdtal jonge zie
ken zal de kern van deze bedevaart uit
maken.
De deelnemingsprijs zal liggen rond de
tweehonderd gulden. Een spaaractie wordt
voorbereid. Nadere inlichtingen kan men
krijgen bij de nationale leiding van de
eigen organisatie en bij de Katholieke
vrouwe bewees wel de witgele wimpel Jeugdraad voor Nederland, Stationsplein
die men er hier en daar bij bespeurde. 15 bis te Utrecht.
„V, parochianen", zeide de bisschop tij
dens zjjn predikatie, „moogt trots en blij
ï'Ua vo0°rzitter van de Nederlandse stich-
u- t^6 (vJM'turele samenwerking met Su-
.'iuttein- Nederlandse Antillen, mr.
6 Sm?18tem heeft In "Het Venster" een
h^ild geopend van werken van
3 Vu' Erwin de Vries.
Listh0tl?evo°ns1;elling in ..Het Venster" om-
r 20 schilderijen, en enig gra-
hJtige "De Vries vertolkt het sterke.
ï)b r- Rg?y.en> dat Rotterdam ook kent"
Vhu111 ziin °1
"ie blijft tot 17
openingswoord,
mei.
ti za' een nieuwe postzegel met
3lt!jitg6 ^waarde van tien gulden wor-
n ti?'s rt en- De nieuwe zegel zal de
3 nyfil aSen van H. M. de Koningin,
"3» - z'en- De oude zegels blijven
S "^Mlkondiging geldig voor fran-
ABOE ROASCH, april
Een pikhouweel, oud en versleten, suizelt door de
van warmte trillende lucht. Mannen, gehuld in groe
zelige gewaden, de zonnedoek slordig om het hoofd
gewonden, halen met vakkundige harkbewegingen
de los gewoelde grond weg, de zware hak als speel
tuig in de handen geklemd. Dan heft een van de gra
vers een eentonig Arabisch lied aan. Telkens als hij
het met zand gevulde, rieten mandje met een goed
uitgebalanceerde zwaai van zjjn arm op de schouder
heeft gebracht en de eerste schrede op het plat ge
treden paadje naar de stortplaats zet, borrelen er
doffe klanken uit zjjn keel naar boven. Hjj improvi
seert, deze troubadour, hjj zingt van de kermis, die
hjj heeft bezocht en van „het kapitaal", dat hjj er
is kwjjt geraakt. En als hjj zjjn strofen met een soort
korte kuch afbreekt, wacht hjj op het gemompel, de
in rel aangeheven instemming of afkeuring van zjjn
mede-arbeiders. Pas daarna klaagt hjj verder, als
maar verder
Zo gaat bet dikwijls op het terrein, waar de Leidse
Egyptoloog, dr. A. Klasens, aan het bloot leggen van
een bjjna vijfduizend jaar oud grafveld bezig is. Zjjn
assistent, de heer F. G. van Veen, eveneens uit Lei
den heeft er al een boeiende theorie aan vastgekop
peld.
„Als onze gravers zingen", zei hjj, „hoe klageljjk
ook, voelen ze zich gelukkig Wjj, vreemd genoeg,
ook, want we kunnen er niet alleen zeker van zjjn,
dat de stemming goed is, maar ook, dat de resulta
ten gunstig zjjn
Het !s sinds twee maanden, dat deze eerste Neder
landse archeologische expeditie in Egypte in de
schaduw van de Pyramiden van Gizeh aan het gra
ven is, vlak bij het op de rand van de woestijn ge
legen dorpje Aboe Roasch. Er zijn reeds belangrijke
vondsten gedaan, zowel wat de vorm der blootgelegde
graven als de inhoud er van betreft. Over een paar
weken gaat alles weer dicht en de rest van het graf
veld hopen de beide Nederlanders in twee komende
graafseizoenen te onderzoeken.
Het denkbeeld om in Egypte te gaan graven, ten
einde meer kennis te vergaren over de beginperiode
van Egypte, de vrij onbekende tijd van de Eerste Dy
nastie, is van dr. Klasens afkomstig. Hij is ook de
gene geweest, die het veld heeft uitgekozen en die in
Nederland de nodige voorbereidingen voor de expedi
tie getroffen heeft.
„Al een jaar of dertig geleden", verklaarde dr
Klasens, „heeft men in Aboe Roasch graven uit
de Eerste Dynastie ontdekt. Ik wist dus, dat
ze hier aanwezig waren en ik heb me er later zelf
een paar keer van kunnen overtuigen, dat we een
redelijke kans maakten iets te vinden.. Bij een
persoonlijk onderzoek ter plaatse vond ik namelijk
fragmenten aardewerk en leemtegels, die op de aan
wezigheid van een grafveld uit de Eerste Dinastie
duidden. De organisatie voor Zuiver Weten
schappelijk Onderzoek in Nederland financiert deze
expeditie en de Egyptische regering heeft me een
concessie voor drie jaar verleend.."
Dr. Klasens, die conservator aan het Rijksmuseum
voor Oudheden ln Lelden ls, is geen onbekende in het
land der Nijl. Hij heeft, hiertoe in staat gesteld door
hetzelfd» lichaam, dat thans deze eerste Nederlandse
archeologische onderzoekingen in Egypte financiert
aan de opgravingswerkzaamheden in Sakkara deelge
nomen, waarvan de bekende, Britse egyptoloog, prof.
een graafseizoen loopt van december tot ongeveer
april is dr. Klasens in Egypte geweest. Toen hij
genoeg van het grondonderzoek afwist, toen hij het
graafwerk van het eerste tot het laatste 6tadium had
meegemaakt, begon hij aan een eigen expeditie te den
ken en wel om de wetenschap met meer kennis over
de Eerste Dynastie te verrijken.
Door allerlei omstandigheden de politieke situatie
was hier wel op de eerste plaats schuld aan kon
den de Nederlanders pas in januari beginnen. Veel
voorbereidend werk was toen al verricht, zoals het zoe
ken van een huis voor de leden van de expeditie
cn het aanschaffen van het nodige materiaal. Onmid
dellijk waren toen ook de gravers besteld, de Koefti's
zoals ze hier worden genoemd.
„We employeren op het ogenblik vijf Koefti's en ne
gen plaatselijke krachten", zei de heer Van Veen. „De
Koefti's moeten helemaal uit Opper-Egypte komen,
uit hel plaatsje Koeft, dat al sinds jaar en dag
hoogbekwame voorgravers oplevert.. Dit zeer specia
listische vak wordt van vader op zoon overgedragen.
Alle zintuigen van deze mensen zijn op het bloot leg
gen van oude voorwerpen gespitst en ze doen het met
een geweldige gevoeligheid, waar we dikwijls versteld
van staan..
Als de bodem hard is, beginnen ze deze eerst met
een pikhouweel om te woelen. Met een hak trekken
ze dan het zand weg, tot ze aan de grondformatie
merken, dat ze in de buurt van bijvoorbeeld een graf
komen.. Ze eindigen vaak met een kwastje of een
blaasbalgje in de hand, waarmee de skeletten en het
vaatwerk in de voedselmagazijnen worden schoonge
maakt.."
„De Koefti's hebben niet alleen een fjjn gevoel
voor de vondsten, waarop ze in de grond stuiten,"
vulde dr. Klasens aan, „maar ze hebben zich in de
vele jaren van graven tevens een archeologische ken
nis vergaard, waaraan wjj nauwelijks kunnen tippen.
Hoewel ze noch lezen, noch schrijven kunnen, zijn ve
len van hen in staat vrij nauwkeurig te dateren.
Ik heb het eens een keer meegemaakt, dat een op
graver van naam zich voor een eenvoudige Koefti
gewonnen moest geven, toen het op het dateren van
een vondst aankwam, die nogal wat moeilijkheden op
leverde. De voorman, die we hebben, de Reis .zoals hij
hier wordt genoemd, staat al veertig jaar op het
veld, en weet dan ook precies hoe er gegraven moet.
werden om alles onbeschadigd boven de grond te krij
gen.
architectuur der graven. We hebben vele typen ont
dekt. Graven van armen, van middenstanders en van
welgestelden. Wat ten laatste de inhoud betreft, ook
daarmee kunnen we tevreden zijn. Bij de skeletten,
die veelal in hurkhouding naar boven kwamen, trof
fen we voedselvaten, schalen, offertafels en verzegel
de wijnvaten aan.. Volgens het geloof van die tijd
moesten deze voorwerpen de doden worden meegege
ven, omdat ze ander in het leven na dit leven zou
den verhongeren.."
Wat zijn de aardigste vondsten geweest?
Dr. Klasens haalde een blikken sigarettendoosje te
voorschijn, waarin een fraai halskettinkje van ame-
thysten en kornalijnen kralen lag. Er hing ook een
amuletje aan: een ruw uitgesneden baviaantje, het
dier, dat in de oudheid de God Tod verbeeldde en het
symbool van de wijsheid was.
De eerste Nederlandse archeologische expeditie in
Egypte heeft in dit korte graafseizoen belangrijke en
ook interessante vondsten gedaan. Er zijn vijfenzeven
tig graven uit de Eerste Dynastie bloot gelegd (3000
tot 2.800 jaar voor Christus) cn twintig uit de Derde
tot Zesde Dynastie (2500 tot 2200 jaar voor Christus)
Een groot aantal vaten en schalen werd hierbij ont
dekt, die van aarde, albast, kalksteen, marmer, dio-
riet, doloriet en nog enkele andere steensoorten wa
ren vervaardigd. „Het mooiste was wel", verklaarde
dr. Klasens, „dat de meeste van de door ons bloot
gelegde graven niet geplunderd waren. In de oudheid
had men er nog wel eens eën handje van grafvelden
leeg te roven, waarbij dan potscherven werden ge
bruikt om door het brickwerk heen te komen. Hier en
daar ziet men deze potscherven nog wel eens liggen.
Ze zijn door het krabben afgesleten en zien er boven
Een andere interessante vondst was een aarde
werken kruik, waarin een pas geboren kind begra
ven was. De schedel van de baby was duidelijk in de
opening zichtbaar en zou als zodanig ook bewaard
kunnen worden.
„Zo begroeven de armen in de oudheid hun doden",
verklaarde dr. Klasens. „Rietmatten werden ook wel
door hen gebruikt, maar kisten hadden alleen de rij
ken.
Uit een graf was verder nog een grote, koperen
vishaak te voorschijn gekomen. En zeer mooi waren
ook de kalkstenen offertafels en de leistenen schalen,
die gevonden waren, evenals het in de vorm van een
graanschuur gebakken voedselvat, waarin grote ven
sters gegraveerd waren en dat een goed idee gaf van
de opslagplaatsen der oude Egyptenaren.
Wat is de waarde, de museumwaarde dan, van
alle voorwerpen, die deze Nederlandse archeologi
sche expeditie in Egypte in haar eerste graafseizoen
naar boven heeft gehaald?
Het was vrij moeilijk dr. Klasens een cijfer uit
handen te wringen. „Ik ben geen schatgraver", zei
hij, „maar een wetenschappelijk onderzoeker.Wat
de mensen van de waarde zeggen, interesseert me
niet. Mij gaat het om de kennis, om de informatie
en het blijft me lood om oud ijzer of het gevondene
veel of weinig za] kunnen opbrengen."
Al spoedig bleek me echter, dat een museum voor
een offertafel toch gauw een tienduizend gulden
zou willen betalen. En de meest eenvoudige aarde
werken schaal was nog altijd een drie- a vierhon
derd gulden waard, zodat men gevoeglijk kan aan
nemen. dat de Nederlanders voor een museumwaarde
van tenminste honderdduizend gulden uit de grond
hebben gehaald.
Het Rijksmuseum voor Oudheden in Leiden zal
echter niet van deze vondsten profiteren, evenmin
als enig ander museum in Nederland. Ook in Egypte
geldt namelijk de regel, dat allef wat de bodem aan
oudheidkundige schatten oplevert, in het land moet
blijven en automatisch eigendom van de staat wordt.
De Egyptenaren hebben in de loop der tijden genoeg
lesgeld betaald. De musea in Europa staan vol met
stukken, die in het land der Nijl gedolven zijn en
door de opgravers zonder meer zijn meegenomen. De
Duitsers hebben het in de jaren dertig nog klaar ge
speeld de wereldberoemde „kop van Nefatiti" Egypte
uit te smokkelen en het Is misschien daarom, dat ze
sindsdien op een nieuwe concessie wachten om we
derom in dit grootste oudheidkundige museum ter
wereld rond te neuzen..
LINK .VAN BRUGGEN
(Van onze sociaal-economische
redacteur)
WIE nog eens de tamelijk omvang
rijke „literatuur" naslaat, ver
schenen tijdens en na de op 1
april j.l. ingezette langzaam-aan-actie
in de mijnen, moet het wel opvallen,
dat de diepere motieven, welke volgens
mijnwerkers en -beambten aan de actie
ten grondslag lagen, op tamelijk ge
brekkige wijze tot uiting werden ge
bracht. Zo mag het dan misschien ver
klaard worden, dat deze motieven door
velen niet au sérieux genomen wer
den en door minder goedwillenden in
verkeerde zin werden uitgelegd. Som
migen verweten de mijnwerkers verre
gaand groepsegoïsme, de socialisten wa
ren er gauw bij, om in de actie een
poging te zien om de afbrokkelende he-
gemonie der K.V.P. in Limburg te her
stellen en huldigden ineens het stand
punt, dat P.B.O. en staking onverenig
baar zijn, terwijl een ons na staand dag
blad de vrees uitte, dat een conflict
over arbeidsvoorwaarden met een su
perplie werd omhangen.
Maar met dit alles kon het merk
waardige verschijnsel, dat de actie ople
verde, toch niet worden verklaard of
afgedaan. Wanneer achteraf de conclu
sie moet zijn, dat de actie gezien de
omstandigheden waarschijnlijk onaf
wendbaar, misschien zelfs noodzakelijk
was, dan impliceert dit overigens nog
niet, dat de vakbeweging geen enkele
blaam treft en dat de schuld uitsluitend
op de mijndirectie zou drukken. Het is
immers in het algemeen zeer goed denk
baar, dat de vakbeweging, als gevolg
van een onjuiste beoordeling van de
verschijnselen of wegens onvoldoende
hantering van de juiste middelen, een
situatie laat groeien, die tenslotte alleen
nog maar door het toepassen van de
grofste maatregelen kan worden opge
lost.
Wat de mijnindustrie betreft is b.v
gebleken, dat de directies onvoldoende
oog hadden voor de werkelijk aanwezige
hechte solidariteit tussen bovengronds
en ondergronds mijnpersoneel, tussen
beambten en arbeiders. Nu zou het zeer
goed mogelijk kunnen zijn. dat de vak
beweging hier zelf schuld aan draagt,
doordat zij op onvoldoende wijze deze
verbondenheid heeft getoond of de di
recties daar niet eerder met de haar
ter beschikking staande middelen van
heeft weten te overtuigen. Er zijn voorts
meer onderdelen, die bij het conflict een
rol hebben gespeeld, te noemen, die
evenzeer door een onjuist beleid van de
vakbeweging als door een tekortschieten
van de werkgevers tot de dramatische
ontknoping kunnen hebben bijgedragen
DAAROM is het weinig vruchtbaar
een van beiden thans als de schul
dige aan te wijzen en heel wat
nuttiger zich meer in de werkelijke pro
blemen van de Limburgse mijnindustrie
te verdiepen om zodoende de juiste hou
ding te vinden, passend in de huidige
situatie. Is dit, gezien de grote betekenis
van de mijnen, een nationaal belang, in
de eerste plaats geldt het voor de be
trokkenen in de mijnstreek, die er mis
schien toch nog te weinig aandacht aan
hebben geschonken. Dit laatste valt af
te leiden uit de klacht, welke prof. G.
H. L. Zeegers, directeur-generaal van
het Katholiek Sociaal-Kerkelijk Insti
tuut, vorige week in zijn te Sittard ge
houden rede heeft geuit, over de gerin
ge belangstelling uit Limburg voor het
in januari te Luxemburg gehouden con
gres, dat was gewijd aan de sociale en
godsdienstige aspecten van de technisch-
economische ontwikkeling der Europe
se Gemeenschap voor Kolen en Staal. Op
dit voor het K.A.S.K.I. georganiseerde
congres werden juist ook de fundamen
tele problemen van de arbeidsgemeen
schap in de mijnbekkens aan de orde
gesteld en daaraan aanhakend was het
voor prof. Zeegers niet moeilijk een
nadere analyse te geven van de situatie
in Limburg, van haar gevaren en haar
kansen, die mede bepalend zijn geweest
voor het jongste conflict, al moet be
twijfeld worden, of de grote massa der
arbeiders zich dit duidelijk bewust is
geweest.
DE mijnwerkende bevolking in
Limburg wordt gekenmerkt door
een hoge mate van godsdienstige
cohesie: het cijfer van haar godsdien
stige observantie behoort tot de hoogste
in de landen der E.G.K.S." zo verklaar
de prof. Zeegers. Zij vertoont een hoge
mate van beroepscontinuïteit en een re
latief lage graad van verloop. Voorts
wordt zij gekenmerkt door een traditio
nele vasthoudendheid aan de geestelijke,
culturele en etnische waarden van het
gewest en aan haar aanspnaak, zeil de
sociaal-culturele signatuur van het miin-
gebied te bestemmen.
Een van de bijzondere kenmerken in
het sociaal-structurele vlak blijkt de
reële solidariteit van de verschillende
groepen arbeiders te zijn en prof. Zee
gers noemt het een teken aan de wand,
dat de miindirecties zich hierin hebben
vergist. Hij vraagt zich af, of zij nog
wel 'over de institutionele middelen be
schikken om de sociale werkelijkheid
f'an de mijnen grondig te onderkennen
en of het hogere kader nog wel voldoen
de in het grote sociale geheel van de
bedrijfstak is geïntegreerd, omdat een
steeds groter deel van andere geografi
sche en sociaal-culturele herkomst blijkt
te zijn.
Men kan prof. Zeegers er niet van ver
denken in dit opzicht een ongemotiveer
de vrees voor discriminatie te koesteren,
omdat hij juist bij herhaling gewezen
heeft op de katholieke achterstand ten
aanzien van academisch gevormden.
Maar voor de mijnindustrie, die in zo
sterke mate geslotenheid en onderlings
samenhang vertoont, bestaat het gevaar,
dat het afnemen van de katholieke com
ponent in het hogere kader gepaard zal
gaan met een groeiend verloop van de
lagere arbeidskrachten en hun vervan
ging door immigranten, die geen mijn-
werkens zijn en het ook niet zullen wor
den. Verandering in de structuur van de
leidende groep moet de cohesie van da
totale groep ernstig bedreigen.
De geconstateerde reële solidariteit en
de regionale alsmede sociaal-structurele
beslotenheid van de bedrijfstak leiden
hier meer dan elders tot het streven de
gang van zaken op sociaal, cultureel en
economisch gebied zelf te bepalen. Aan
het functioneren van het publiekrechte
lijk bedrijfsorgaan, de Mijnindustrieraad,
moeten hier dan ook hoge eisen worden
gesteld en het feit, dat er in dit opzicht
tekortkomingen waren zal mede debet
geweest zijn aan het ontstaan van het
conflict. Nogmaals, het is bepaald niet
buiten kijf, dat de arbeidersvakbeweging
hier zelf ook niet in gebreke is gebleven,
maar gegeven eenmaal een onbevredi
gend functioneren, kan ook niet ver
wacht worden, dat de M.I.R. zonder
meer de gerezen moeilijkheden zou kun
nen oplossen.
Zoals wij al eerder tot uiting hebben
doen komen mag dit als een waarschu
wing gelden ook voor andere bedrijfs
takken. Het instellen van een bedrijfs-
Iichaam op zich is niet voldoende, het
moet ook op bevredigende wijze functio
neren en het zal zaak zijn, dat het voort
durend de vinger op de pols houdt en
m.n. geregeld geïnformeerd blijft om
trent de verschijnselen, welke verband
houden met de sociale structuur van de
bedrijfstak, waarbij religieuze factoren
niet buiten beschouwing kunnen blijven,
omdat deze nu eenmaal ook al zou
den velen dit misschien graag anders
willen in het leven van de meeste
mensen en in hun onderlinge verkeer
een grote rol spelen.
TENSLOTTE behandelde prof. Zee
gers in zijn rede ook de eis van
prioriteit, welke in sociaal opzicht
door de mijnindustrie gesteld wordt. Wij
geloven niet, dat er, in het algemeen ge
sproken, op dit punt verschil van me
ning bestaat. Waarschijnlijk wordt dit
echter in ons land vooral gezien als een
economische noodzakelijkheid, om nog
voldoende mijnwerkers te kunnen aan
trekken, maar niet als noodzaak, om, zo
als prof. Zeegers het stelde, de mijnwer
kende bevolking als organische mijnwer
kersstand in tact te houden. Het komt
ons voor, dat met dit laatste doel voor
ogen de prioriteit op andere wijze vorm
zal krijgen dan in geval het slechts te
doen zou zijn om voldoende werkers,
n'importe waar zij vandaan komen.
Men redt de zaak niet, door op ruime
schaal arbeidskrachten uit de nog be
schikbare Europese reserves te importe
ren Men krijgt dan misschien wel ar
beidskrachten, maar geen mijnwerkers
in de ware zin.
Voor deze argumenten zullen ook
overwegingen van politiek winstbejag
halt moeten maken, al geven de uitla
tingen van N.V.V.-zijde, dat het conflict
mede zou gaan om de afbrokkelende he
gemonie van de K.V.P. te herstellen, te
denken over de mate waarin socialisten
geneigd zullen zijn respect te hebben
voor de sociaal-godsdienstige aspecten
van de Limburgse mijnstreek. Maar ook
de socialisten zullen ln het gebeurde
aanleiding dienen te vinden zich nader
aangaande de hier besproken vraagstuk
ken te oriënteren en de vrucht van het
betreurde conflict zou dan ook nog kun
nen zijn, dat zowel plaatselijk als natio
naal een beter begrip en een grotere
mate van overec.:,nming ontstaan dan
Jet heden het gev&l was.