BONDIG commentaar
Een kwart eeuw geleden greep heel Europa naar de jo-jo
TUSSEN I
DE WIELEN
Belgen kunnen nu snel om hulp bellen
ifaüttosio
literatum
v
Lenke Szönyi (mei 2946 omwentelingen) nog steeds wereldrecord-houdster
Maar drie meters voor Moss
Conflict
Grove huichelarij
Lordship en Gentlemanship
Niet nieuw
f? <r>„ <a_<P o o o o o
Telefoon-service om de vier kilometer
m
I
KNAC Handboek
1957
De spelregels van liet
wegverkeer
Stuur rechts
ZATERDAG 10 AUGUSTUS 195?
Dit jaar augustus is het precies een kwart eeuw geleden, dat héél
Europa dol werd van het jo-jo-spel. In alle hoofdsteden van het
vasteland zag men de mensen jo-jo-end op straat lopen, op kan
toren en fabrieken werden tussen de bedrijven door kleine wed
strijdjes gehouden, tijdens familiefeestjes was de kampioen-
jo-jo-er de getapte gast en in de schouwburgen werden officiële
krachtmetingen gehouden. Tussen Madrid en Kopenhagen wa.s
geen dorpje te bedenken, of er woonde wel een jo-jo-enthousiast
en de verschillende landen stuurden niet zonder enige trots hun
beste krachten naar de snel gecreëerde wereldtournooien waarop
het malle houten rolletje met het touwtje, het vervioed ge
hanteerde strijdmiddel vormde. Het begon allemaal in augustus
1932 en na twee weken reeds noemde men de jo-jo rage al terecht
een epidemie
Politiek
Orkaan
Uitblinkers
Toekomst?
Tussen de gemeente Rotterdam en een aantal
winkeliers in de Maasstad is een conflict uitgebro
ken,, dat van meer dan plaatselijke betekenis lijkt
te worden. Het Rotterdamse gemeentebestuur heeft
bij monde van zijn organen, althans volgens de dag
vaarding door een der belanghebbende partijen
uitgebracht, suggesties gewekt omtrent de toekomst
van het stadsgedeelte, waarin de eigenaars van de
winkelbedrijven grond voor nieuwe panden hebben
gekocht. Deze suggesties hielden in een periferie van
winkels en bewoners en niet van schoolgaande jon
gens en meisjes, die als afnemers voor het winkel
bedrijf weinig interessant zijn. Met name aan de
Blaak was in het bijgewerkte basisplan van de ge
meente Rotterdam voorzien in een ruime voorraad
van koopgelegenheden, die vanzelf ook enige koop
kracht naar de Hoogstraat zouden brengen en het
is in deze straat dat de agerende winkeliers geves
tigd zijn.
Het laat zich verklaren, dat de bedrijven, die zich
mede door dit perspectief lieten verleiden tot een
vestiging aan de Hoogstraat, zich in hun moeizaam
gefinancierde verwachtingen teleurgesteld voelen,
nu Rotterdam bljjkt de Blaak en omgeving te willen
toewijzen aan die terreinen, die departementaal ge
sproken onder Onderwijs Kunsten en Wetenschap
pen vallen. Immers een aankoop heeft dit met een
ongeluk gemeen dat zij nooit alleen komt. Van
kijken in de ene winkel komt bovendien dikwijls
kopen in een andere. Wie gevoel heeft voor de
typische belangen van de middenstand in het grote
stadsbeeld, zal ook gevoel hebben voor de gedachte,
dat een groter winkelbedrijf in de city zich weinig
gediend kan voelen door de afwezigheid van con
currentie of aanvullende zaken.
Daartegenover staat, dat de gemeente Rotterdam
na rijp beraad tot de conclusie is gekomen, dat boven
elk particulier belang uit. het gemeenschappelijk
belang niet gediend is met een verdere uitbreiding
van de „shopping quarter" in de richting van het
Oude Beursstation.
Nu de rechter de controverse aan zijn oordeel
onderworpen ziet, is het aan hem te beslissen in
hoeverre de eertijds gewekte verwachtingen als
voorwaarden zijn te beschouwen, waarop de con-
tracts.partijen, i.e. de winkeliers aan de Hoogstraat
zich kunnen beroepen. Primair doet zich de vraag
voor, wanneer het gemeentelijk beleid, zoals het
geprojecteerd en gepubliceerd is. deel kan uitmaken
van een privaatrechtelijke overeenkomst en als zo
danig aan het oordeel van de civiele rechter onder
worpen kan zjjn.
Daarna komt dan de kwestie of in het Rotter
damse geval de nodige gronden aanwezig zijn om
de gemeentelijke handelingen in strijd te verklaren
met de aangegane overeenkomsten. Gezien de hoge
schadevergoedingseisen die terzake zjjn ingediend,
valt een langdurige procedure in diverse instanties-
te verwachten. Onder dit perspectief blijft het
echter te hopen, dat de laatste open plek in het
gewonde Rotterdamse stadshart niet te lang op
sluiting hoeft te wachten.
De Maasstad heeft zich op een uitzonderlijke
wijze van de opgelopen letselen weten te herstellen.
En het zal eenieder welke belangen hij ook heeft
ter harte gaan, dat dit herstel binnen enkele jaren
tot de apotheose komt, waarop niet enkel de Maas
stad zelf, maar geheel Nederland met belangstelling
wacht.
Ongeveer drie maanden geleden is het V.N.-rap
port over Hongarije verschenen. Nu durfde een dezer
dagen de Hongaarse marionettenregering van pre
mier Kadar te beweren, dat de V-S. haast maken
met de behandeling van het rapport in de Algemene
Vergadering om de Hongaarse regering geen tijd te
geven documenten en bewijsmateriaal te verzame
len om de „leugenachtige verklaringen" te weerleg
gen. Het is blijkbaar niet eenvoudig, zelfs niet voor
doortrapte communisten om in drie maanden tjjds
voldoende „oprechte" leugens te construeren, om
de door eerlijke lieden geconstateerde feiten, neer
gelegd in het V.N.-rapport. als „niet waar" te brand
merken voor het forum der wereld.
Kddar en de zijnen beweren voorts met een stalen
gezicht, dat de inlichtingen van de rapporteurs
eenziidig zijn en dat het werk van de commissie on
wettig was. Als de heersers in Boedapest van me.
ning waren, dat de commissieleden eenzijdig werden
ingelicht, waarom kregen zij dan geen kans in die
dagen Hongarije zelf te bezoeken? Dat is huichelarij
van de grofste soort. *En terwijl de Kadar-kliek
enerzijds het werk van de V.N.-commissie als on
wettig kwalificeert, wordt verder gezegd, dat de
Hongaarse regering tegelijkertijd uit respect voor
de V.N. hei als essentieel ziet antwoord te geven op
het rapport. Dit hulpeloze gekronkel van de ver
strikte regering. Kadar zal geen enkel land er toe
brengen uitgezonderd dan de Sovjet-satellieten
zich te laten misleiden bij de beoordeling van het
rapport. De Hongaarse regering heeft zelfs nog
maals duidelijk gemaakt welke redenen er bestaan
om in de commissie voor de geloofsbrieven van de
Algemene Vergadering de weigering te handhaven
om de geloofsbrieven van een representant van het
Kadar.regime te aanvaarden.
Lord Altrincham heeft het Engelse volk in be
roering gebracht door zijn scherpe kritiek op konin
gin Elizabeth en haar hofkring. Een week geleden
wierp de jonge conservatief de knuppel in het hoen
derhok met een artikel in het maandblad The Natio
nal and English Review. En nog steeds is de storm,
die hij heeft ontketend, niet bedaard. Lord Altrin
cham is van oordeel, dat het hoog tijd wordt, dat het
Engelse hof socialer en democratischer wordt en dat
de samenstelling van de hofkring en de keuze van
adviseurs meer in overeenstemming worden ge
bracht met de structuur van het Engelse volk.
Het is waar, dat bepaalde uitingen of vormen, die
men traditie noemt, op zeker ogenblik ophouden
inhoud te hebben; ze betekenen dan niets meer. De
tijd schrijdt voort cn daarmee dienen nieuwe vor
men zich aan.
Wanneer iemand van mening is, dat aanpassing
en vernieuwing van het Engelse hof noodzakelijk is,
is het alleszins gerechtvaardigd, dat hij op welle
vende wjjze kritiek levert op datgene wat zijns in
ziens verouderd is.
De wijze waarop Lord Altrincham echter uiting
aan zijn gedachten heeft gegeven is verre van fraai
te noemen. Hij deed een rechtstreekse aanval op het
gedrag van de koningin en hoewel hij later beweer
de dat het niet zijn bedoeling was koningin Elizabeth
persoonlijk te treffen met zijn kritiek, heeft hij een
dag later op sarcastische wijze de manier waarop
de koningin haar vakantie doorbrengt aan de
kaak gesteld. Het is meer dan onelegant en lijn
recht in strijd met het hooggeroemde Engelse gentle
manship om een persoon aan te vallen die uit hoofde
van haar positie niet in staat is zich te verde
digen. De gedachte dat de jonge Lord met stuntwerk
in het nieuws tracht te komen wil ons niet los laten.
Ze noemden hel terecht
een epide
Toch was het jo-jo spel toen al
niet nieuw. Het had, in de acht
tiende eeuw, in Frankrijk reeds
een periode van grote bloei gekend.
Och, zeg maar gerust, dat het toen
óók al een rage was. Een rage. die
heel wat pennen In beweging had
gebracht, al heette het spel toen
nog niet jo-jo, maar jou-jou.
In de geschiedenisboeken vindt
men er vele regels over. Zo wil
een verhaal, dat zelfs Napoleon en
zijne Josephine er niet afkerig van
waren, met het houten klosje aan
het touwtje „loopings" te maken.
Ook toen zocht men immers al
naar een gezonde vorm van ont-
Ook zij waren er niet afkerig van, met het rolletje aan een touwtje
loopings te maken....
spanning, al moest er natuurlijk
duchtig worden gewaakt tegen elke
vorm van overdrijving.
Dat die heeft bestaan, blijkt wel
uit de orders, die in het Franse
leger werden uitgegeven en waarin
duidelijk staat vermeld, dat de
dartele jo-jo maniakken, die de ge
hele dag door als dwazen aan het
touwtje liepen te trekken, op mili
taire wijze streng moesten worden
bestraft. Een beetje jo-jo-afleiding
kon voor de Franse militair geen
kwaad, maar hij moest er geen
potje van maken, zo luidde onge
veer de tekst van het manifest der
verontwaardigde generaals.
Een spelletje, dat zó populair
was, diende, volgens een psycholo
gisch wetje, dat ook thans nog wel
eens wordt toegepast, terstond
dienstig te worden gemaakt aan de
politiek.de jo-jo ging letterlijk
en figuurlijk een rolletje spelen in
de strijd tussen de prinsgezmden
en de patriotten. De prinsgezinden
gebruikten de jo-jo om er hun te
genstanders mee te treiteren za
gen zij een patriot, dan gingen ze
bedachtzaam aan het touwtje trek
ken. Omgekeerd gebruikten de pa
triotten de bilboquet als treiter
wapenAl met al dus een speels
vlagvertoon, dat zelfs in de
schouwburgzalen werd volgehou
den.
Zo omstreeks de eeuwwisseling
leek de jo-jo voorgoed uitgerold.
Hier en daar vond men nog wel een
jojo-ende kleuter,'die hat vreemde
klosje op zolder had gevonden of
een kindse grijsaard, die al rollend
over het speelse verleden zat te
peinzen, maar dat waren toch uit
zonderingen. De jo-jo was zowel
op politiek als op sportief terrein
uit de mode geraakt en geer, en
kele fabrikant zag er brood :n net
ding nog langer te laten maken.
Totdat, tn 1932, iemand en men
zal er wel nooit aehter komen wie
dat was het sein gaf tot de
nieuwe rage. Men zal óók wei nooit
kunnen berekenen waaróm Europa
zo blij op dit seintje reageerde,
maar het is een feit, dat toen. een
kwart eeuw geleden, de jo-jo als
een orkaan over dorpen en steden
trok, ledereen meeslepend in de
vaart yan het wentelende klosje.
Iedereen deed mee, en natuurlijk
zaten we al terstond middenin de
keer een „looping-the-loop" maak
te. De insiders zullen begrijpen wat
hiermee is bedoeld.
Zij sloeg met dit moeilijke kar
weitje alle bestaande recordhou
ders, en dat betekendehet ein
de van de jo-jo-rage. Waarom?
Was iedereen plotseling „uitge
rold", of besefte men, dat Szönyis
prestatie tóch niet was te evenaren
en besloot men er daarom maar
mee te stoppen. Ook dat heeft nie
mand ons ooit kunnen vertellen,
hoewel we er toch vaak genoeg
naar hebben gevraagd.
Hoe het ook zij, de jo-jo was uit
de running.
Europa had de handen weer vrij.
Goeie oude jo-jo, dit gedenk-
stukje geldt jou. Je bent gekomen,
je hebt honderdduizenden plezier
verschaft; en je bent gegaan. Je
was vriendelijk, rustig en je maak
te geen lawaai. Je had geen veer
en geen bellen, je liep niet op ben
zine en toch was je vermakelijk. Je
was goedkoop en duurzaam, je was
een vriend van het volk. Maar het
volk wilde je ineens niet meer Ja,
er is nog een mijnheer geweest die
je in je oude glorie wilde herstel
len. Dat was Louis Marx, de Ame
rikaanse speelgoedfabrikant, die
een kwart eeuw geleden tijdens de
m
uitblinkers. Zo was daar de heer
Regal Concepcio weten de oude
ren onder u het nog? die het spel
op vierentwintig verschillende
manieren kon beoefenen. Hij had
voor elke manier een schilderach
tige naam, „Walking the Dog",
„Around the World", „Over the
Falls", „Three leaf clover" en nog
meer van dergelijke aanduidingen,
die het in onze dagen zo leuk zou
den kunnen doen als filmtitels. Hij
was recordhouder, totdat eind ok
tober 1932 in Hongarije een lieftal
lige juffrouw opstond, mej. Lenke
Szönyi uit Boedapest, die er in
slaagde de jo-jo niet minder dan
2946 maal op en neer te laten rol
len, er daarbij tevens voor zorgdra
gend, dat de jo-jo na elke tiende
rage honderdmiljoen exemplaren
verkocht en die in 1951 bedacht,
dat het geen kwaad zou kunnen
het jo-jo-spel nog eens wat nieuw
leven in te blazen.
Hij vond toen de gemoderni
seerde, lichtgevende plastic jo-jo
uit, maar het waren alleen de Zwe
den, die er nog iets voor voelden.
De rest van Europa bleef apa-
tisoh.
Oude jo-jo, hoor jij als primitief
rollertje niet meer thuis tussen de
opgewonden Rock 'n' Roll?
Vinden de kindertjes en
de grote mensen je niet
meer interessant? Het heeft er alle
schijn van, maar wij passen toch
op, jo-jo. In 1930 heeft ook eens
iemand zo'n gedenkstuhja geschre
ven, vol diepe gedachten over de
jo-jo, die nu voorgoed zou zijn uit
gerolden twee jaar later zat hij
met vijf jo-jo's aan elke hand. Een
echte jo-jo blijft immers trouw aan
zijn voornaamste karaktertrek, hij
rolt ver weg, maar komt in de
meeste gevallen weer terug.
Daarom, wie wéét, wat de toe
komst ons nog aan jo-jo's brengen
zal.
....totclat, eind 1932 een Hon
gaarse juffrouw erin slaagde,
de jo- jo niet minder rlnn 2946
maal op en neer te laten rollen.
Dat betekende voor haar bloe
men, foto's in de krant cn de
titel „wereldrecord-houdster"
het betekende voor de jo-jo
echter het einde van de rage.
Nadien is niemand meer op het idee gekomen, een
aanval te wagen op dit Hongaarse wereldrecord.
Lenke Szönyi viert dit jaar dus haar zilveren
jubileum als titelhoudster
Dank zij het initiatief van de
Koninklijke Automobielclub van
België zal een uiterst modern tele
foon-alarmsysteem langs de auto
weg Brussel—Oostende worden
aangebracht. Hierdoor wordt de
automobilist in staat gesteld bij
panne of ongeval in de kortst
mogelijke tijd telefonisch hulp in
te roepen. Iedere auto- of motor
bestuurder, ook al is hij geen lid
van de Automobielclub, kan van
deze unieke service gebruik ma
ken.
Op de Belgische wegen' is de
weggebruiker nooit verder dan 3
km verwijderd van een telefoon
of garage. Verder wordt overdag
gepatrouilleerd door de Wegen
hulp in hun gele motoren met zij
span.
Op de ca. 110 km. lange autoweg
BrusselOostende was de auto
mobilist echter na het vallen van
de duisternis aangewezen op de
bereidwilligheid van zijn mede
weggebruikers, als hij een motor
storing had of hem een ongeval
overkwam. Deze lacune zal nu
worden aangevuld door de nieuwe
S.O.S.-telefoonservice, de eerste
van zijn soort in Europa.
Met tussenruimten van 4 km
staan aan beide zijden van de
weg blauwe telefoonkastjes opge
steld, in totaal 52 stuks. De auto-
of motorbestuurder begeeft zich
geleid door pijlen, die om de 200
meter zijn aangebracht naar het
dichtstbijzijnde telefoonkastje. Hij
hoeft alleen maar een van de 3
nummers te draaien, die op het
kastje staan vermeld. Twee daar
van behoren aan garages, die zijn
aangesloten bij het S.O.S.-netwerk
van de Automobielclub; het derde
illlülili
De bekende coureur, Stirling Moss, zal, wanneer hij binnenkort met
zi.in M.G. Special een aanval gaat wagen op het wereldsnelheids
record voor 1500 cc-inotoren, maar drie meters voor ogen hebben.
Bij deze drie instrumenten behoort geen snelheidsmeter: het zijn
een toerentalmeter, een koelwatertemperatuurmeter en een olie-
drukmeter Zij zijn zo geplaatst, dat zij Stirling Moss, die de wagen
in liggende houding bestuurt, praktisch recht voor de ogen staan.
Toen het 'e dol werd, kwam er een legerorder. De dartele jo-jo-
maniakken moesten up strenge wijze worden bestraft.
nummer is dat van de dichtstbij
zijnde politiepost. Bij een ongeval
is het de politie, die op haar beurt
arts en ziekenhuis waarschuwt. De
kosten van het telefoneren be
dragen 5 frank, die aan politie of
automonteur worden voldaan.
Zodra de automobilist het deur
tje van de S.O.S.-telefoonkast
opentrekt, wordt een oranje knip
perlicht ingeschakeld, dat zich
bovenop de telefoonkast bevindt.
Hierdoor worden voorbijsnellende
automobilisten erop attent ge
maakt, dat men om hulp vraagt.
Ditzelfde knipperlicht, dat zeer
sterk is, zal door de plaatselijke
politie in werking worden gesteld
bij mist of ijzel.
De Automobielclub 'doet een be
roep op alle automobilisten en
motorrijders om geen misbruik te
maken van het „kostbare" ver
trouwen, dat in hen wordt gesteld
en de S.O.S.-telefoons alleen te
gebruiken als werkelijk hulp ge
wenst is. Ter controle zal de op
geroepen politie of garage de be
treffende S.O.S.-telefoonpost direct
terugbellen, zodat het aanbeveling
verdient even in de buurt van de
telefoonkast te blijven.
Eind augustus wordt het systeem
in werking gesteld. Mocht dit
experiment succesvol blijken, dan
stelt de Automobielclub zich voor
ook elders dergelijke systemen tc
installeren.
(Van onze automobielredacteur).
Onlangs ontvingen wij het
Handboek 1957 van de Koninklijke
Nederlandse Automobiel Club, 'n
lijvig boekwerk vól belangwek
kende toeristische gegevens. Prak.
tisch alle vragen, die bij de auto
mobilist met plannen voor een reis
door binnen- of buitenland, kun
nen opkomen, staan er uitvoerig
in beantwoord. Een voortreffelijk
staaltje van gegevens verzamelen,
rubriceren cn overzichtelijk „op
dienen". Een waardevol bezit.
(Van onze automobielredacteur).
In deze dagen, waarin steeds
meer mensen te maken krijgen
met het wegenverkeersrecht, is de
uitgave van een handig, overzich
telijk werk, waarin de voornaam
ste hoofdstukken in voor ieder
begrijpelijke stijl worden behan
deld, beslist geen luxe. Het boek
verscheen zojuist bij de Uitgeverij
H. D. Tjeenk Willink en Zoon n.v.
te Haarlem en werd geschreven
door mr. F. F. Lindeman uit Rot
terdam. De auteur geeft geen uit
puttende behandeling van ons
wegenverkeersrecht in zijn ge
heel: hij besteed slechts aandacht
aan de verkeersregels in engere
zin, t.w. aan die regels, die be
trekking hebben op het gedrag var1
de deelnemers aan het verkeer op
de weg.
En uiteenzetting over de eisen'
die aan voertuigen en bestuurder*
van voertuigen worden gesteld, -
over de wijze waarop voertuig^0
beladen dienen te worden, treft
men in het boekske dan ook nie
aan, wèl echter 'n uitvoerige be
handeling van de verkeersregels-
In verband daarmee is aan de
jurisprudentie, vooral aan die-
welke zich na de inwerkingtred^
van de wegenverkeerswet en he'
wegenverkeersreglement heeft ge
vormd, bijzondere aandacht ée'
schonken.
Uitvoerige „rechtstheoretische
beschouwingen zijn achterwege
gelaten. Wie zich daarvoor interes
seert vindt echter een duidelijk*
verwijzing naar literatuur.
Voor allen die; hetzij in ovef'
heidsfunctie, hetzij in particulier
beroep bij de praktijk van he
wegenverkeersrecht zijn betrek'
ken, een waardevolle wegwijzer
een actuele materie.
Verschillende grote Nederlands*
transportondernemingen hebb®0
proeven genomen met wagens d'e'
naar Engels gebruik, het
rechts hebben. Men wilde natnelü
onderzoeken in hoeverre dit tijd
winst opleverde voor de ehauffeUr'
die niet langer gedwongen zal Z'J'j
in de drukke stroom van voorb1^
snellend verkeer zijn kans af
wachten zijn wagen te verlag
Vooral de vaak eindeloze rij*
wielrijders, die de geparkef
auto passeren, maken het l'n
uitstappen niet alleen gevaarlijk
maar ook tijdrovend. Bij re*
stuur stapt de chauffeur zó
het trottoir. Uiteraard heeft eÊ
cn ander de warme interesse^
de EngcLe autumobielindustlie'
va11