Sovjet-satelliet brak superioriteitswaan van V.S.
„Yanks" gebelgd over verlies van
kunstmaan-wedloop
Amerika vereert Elvis Preslev
maar kent Dostojewsky niet
.«3 13
m m w
i m, m
m m m
m m ww.
VOOR 30MG
Wij reiken naar de maan...
BEtfOtf
'MVIOUO
kei
Va
SPELPROBLEEM
CIJFERPUZZEL No. 38
Reelat
e
DAMMEN
SCHAKEN
Üt
0-JÊ m '-■■■
%^'m ''m 'm^'w
j w 9 m i
w
Het Grahbeltonnetje
Bridgerubriek
van de Maashode-pe'
Maakt
voor Uw
l i 8.
m p p jf
I i p
tï 1 'lö ljjf
«t «I ju
n§ ip m
NIEUWS TREK? ALTIJD
IEDERE DAG
9
0
VB
ZATERDAG 19 OKTOBER 1957
PAGINA
J
Verder dan wij? Impossible!!
De Sovjets zijn domme boeren
„Rivaliteit'
krachten
van de strijd-
Hoe kon dit gebeuren?
W ie zijn de barbaren?
Men geeft elkaar de schuld
Definitie van agressie
helpt wereld niet verder
Herf stconf erentie
Franse kardinalen en
aartsbisschoppen
W
m
rm W
i qm mv Wjt iifl
Hgi up up
'ia m'
U| fUi^ 1I1P
f i i
i g ij P
mm Mm
m '<m ym. m.
m
Voor kort stond de maan niet zo hoog aangeschreven als
tegenwoordig
Aardrijkskunde
puzzel
1.
X
2.
X
3.
X
4.
X
5.
X
6.
X
7.
X
8.
X
9.
X
10.
X
Omschrijving
m 4
+lb
6Ï6I
2016
+13
189
1280
40
1120
256
15
5QH
•10
IH
10
•14
2048
W/<
2
7
0
9
9
5
9
3
1
1
1
5
1
8
3
5
8
8
8
M,
9
3
1
8
1
2
1
0
8
9
9
7
9
1
9
7
1
9
1
0
3
4
2
Aè
n*n
NEW YORK, oktober.
Op 19 mei van dit jaar publiceerden de Amerikaanse dagbladen het
volgende hericht: „De eerste aard-satelliet zal in september niet worden
gelanceerd. Dit zal waarschijnlijk tot het voorjaar van 1958 worden uit
gesteld. Het satelliet-programma heeft echter met zoveel onzekerheden
te kampen, dat geleerden nog steeds niet definitief weten, wanneer de
kleine bol zijn reis door de ruimte kan aanvangen". Twee weken later,
op 1 juni, berichtte de Amerikaanse correspondent van de New York He
rald Tribune uit Moskou: „Rusland kondigde vandaag aan, dat het raket
ten met de noodzakelijke uitrusting gebouwd heeft om een kunstmatige
aard-satelliet te lanceren....".
Noch vain het ene, noch van het an
dere bericht werd door het Amerikaanse
publiek veel nota genomen. Dit was
klaarblijkelijk het gevolg van een ge
brek aan fantasie in de hoogste Ameri
kaanse regeringskringen. Want reeds
vroeg in dit jaar wist de Amerikaanse
Nationale Raad voor de Veiligheid, dat
de Sovjets een satelliet zouden lanceren.
Er scheen echter geen enkede bezorgd
heid te bestaan over zelfs maar de moge
lijkheid van propagandistisch effect van
een dergelijke gebeurtenis. Dit is merk
waardig in zoverre, dat Amerika als geen
ander land ter wereld gevoel heeft voor
propaganda en publiciteit. Psychologisch
echter past die onbezorgdheid geheel in
het beeld van de Amerikaanse superiori
teit op elk gebied. Dit heeft tot gevolg
gehad onderschatting van de capaciteiten
van de grote politieke opponent.
Karakteristiek is bv. dat admiraal
Arthur W. Radford, voormalig Hoofd van
de Chefs van Staven, rapporten der ge
heime inlichtingendienst over de Sovjet-
Unie nogal eens betwijfelde en er op zijn
minst een sterk sceptische houding tegen
over aannam. Deze onderschatting van de
Sovjetrussische technische bekwaamheid
kwam reeds kort na de oorlog tot uiting:
men herinnere zich hoe Amerika o.m. met
de atoom- en de waterstofbom de misre
kening maakte, dat het nog vele jaren zou
duren voor de Sovjet-Unie die wapens zou
kunnen maken.
Een complex van redenen ligt ten grond
slag aan Amerika's onderschatting van de
Sovjets. Politieke waarnemers hier leiden
die, behalve uit de behaaglijke zelfver
zekerdheid der Amerikanen, ook af uit
de hier alom bestaande onduidelijke voor
stelling, dat er in de Sovjet-Unie nog me
rendeels ongeletterde boeren leven. De le
vensstandaard is er immers laag, zo zegt
men en het begrip „hoge levensstandaard"
Is voor de Amerikaan min of meer iden
tiek met de rijkdom van een land aan
verbruiksgoederen, zoals ijskasten, was
machines e.d., dus met alles wat comfort
geeft. Dat maakt, dat hij automatisch
aanneemt, dat een land ook op weten
schappelijk gebied bij Amerika ten achter
moet staan, als die aldus opgevatte levens
standaard niet hoog is; aan een hoog peil
van wetenschappelijke vorming werd niet
geloofd. Daarom duidde minister Dulles
de Sovjets ook eens aan als „die barba
ren"; hij zei er niet bij, dat hij dit in ideo
logische zin bedoelde en wekte er de in
druk mee, alsof hij niet op de hoogte was
met de prestaties van grote schrijvers,
componisten en geleerden uit het Rusland
van vóór de revolutie.
Dezelfde Amerikaanse politieke waar
nemers concluderen, dat de sterke anti
pathie tegen het communisme, Amerika
nen ertoe brengt, de feiten te vervangen
door wensen. Het idee, dat de wetenschap
niet kan bloeien onder communistische en
totalitaire controle heeft veel Amerikanen
ertoe verleid té nonchalant over Sovjet
russische beweringen en berichten te den
ken. Sterk als de Amerikanen zelf in hun
propaganda zijn, hebben ze al hetgeen de
Sovjets zeiden, té uitsluitend als propa-
ganda-bluf gezien.
De teledrstelling in Amerika is groot
en de reactie is soms zeer bitter. De direc
teur van het Fels Planetarium in Phila
delphia, dr. Levitt, zei, dat „ongelooflijke
stupiditeit" Amerika ervan 'heeft weer
houden om een satelliet te lanceren vóór
dat de Sovjet-Unie dit deed.
Levitt wist, zoals thans algemeen er
kend wordt, van dr. Werner van Braun,
hoofd van het wetenschappelijke team hij
het Redstone Arsenaal in Huntsville, dat
deze laatste al een jaar geleden verlof
had gevraagd om een satelliet van vijf
pond te mogen lanceren. Dit werd gewei
gerd door de onlangs afgetreden minister
van defensie, Wilson. Tot vijfmaal toe
werd het verzoek herhaald en vijfmaal
werd het geweigerd, omdat, zoals het ge
rucht gaat, de minister geen interventie
wenste in het vloot-programma, dat de
ontwikkeling van een zwaardere satelliet
van één en twintig pond, die meer instru
menten kon meenemen, voorbereidde.
Het laatste brengt een andere factor
naar voren, die verlarrpnend werkt op de
ontwikkeling van grote militaire projec
ten: de geweldige rivaliteit tussen de on
derdelen van de strijdkrachten in Ame
rika: leger, vloot en luchtmacht. Men
meent hier, dat competitie tussen die drie
takken der strijdkrachten de ontwikkeling
van ondernomen projecten versnelt en
ten goede komt. Concurrentie, zo luidt een
Amerikaans principe, moedigt initiatief
aan. Inderdaad, zolang als het om onaf
hankelijke concurrenten gaat, zoals zaken
lieden, is dit zeker waar. Maar het is niet
meer waar. wanneer de concurrenten af
hankelijk zijn van één commando (de mi-
nisiter van defensie) en één geldbron (het
Congres). Een bepaald geldbedrag moet
dan verdeeld worden tussen de partijen en
begunstiging kan dan niet uitblijven. Wat
de één krijgt, moet de ander missen.
Intussen staan de Amerikaanse dagbla
den sedert de dag, dat de Sovjet-aardsa-
telliet om de aarde ging cirkelen, vol met
zelfverwijten en analyses van de redenen
„hoe dit kon gebeuren". Er is geen aspect,
waarop Amerikaanse zelfkritiek zich niet
richt. Een spotprent, die vandaag werd ge
publiceerd toont onder de titel „de wed
strijd" de satelliet in zijn baan en daar
onder, klein, een golfbal.... Verder wordt
het leerprogramma der scholen als on
voldoende aangevallen, iets dat wel eens
mocht gebeuren.
Er wordt gesproken over het geldtekort
voor scholen, onderwijzers en het onder
wijs; men spreekt over beggafde leerlin
gen. die uit geldgebrek vaak niet kunnen
doorstuderen (hetgeen In de Sovjet-Unie
niet voorkomt); en dat in Amerika, dat
wèl miljoenen besteedt aan zijn wegen
net, aan de industriële ontwikkeling, aan
comfort en aan amusement.
Zelfs wordt er openlijk gesproken over
de minachting, die veie Amerikanen koes
teren voor geest en intellect. Dit wordt
echter wel alleen gedaan door diegenen,
die ook voorhéén met schuchtere stem
voor het egghead" hebben gepleit.
„Egghcad'' is het Amerikaanse scheld
woord voor intellectueel en voor mensen,,
die een verfijnde spiritualiteit vertonen.
De rancune tegen het „egghead" is bij
zonder sterk in dit land waar sport een
beroep i- en de zakenman het hoogste
aanzien geniet. De houding tegenover het
egghead" komt ook tot uiting ini de lage
salariëring van professoren en in de be
scheiden inkomens van geleerden.(En dan
moet men bedenken, dat een heupen-
draaiende zanger als Elvis Preslev met
een half uur liedjes zingen voor de tele
visie meer dan 10.000 dollar verdient
Geleerden ziin niet populair in Amerika
en in dit land betaalt men bji voorkeur
de. hoogste prijzen voor populariteit..
Het lanceren van de Russische satelliet
heeft, zoals men ziet, een zeer ontnuchte
rend effect gehad op de Amerikanen en
alle gevolgen zijn nog lang niet te over
zien. Afgezien van wijzigingen in militaire
en buitenlandse politiek, staan ons nog
heel wat andere reacties te wachten. Het
Congres zal in ieder geval een diepgaand
onderzoek instellen om alle oorzaken te
achterhalen voor het achterblijven van
Amerika. Menigeen tracht dit achterblij
ven weg te praten met het argument dat
de satelliet geen militair project was. het
geen geen steek houdt, daar de ontwikke
ling van de raketten om de satelliet of
het ballistische projectiel te lanceren, wel
degelijk een militair project is.
Waarschijnlijk zal een geweldige partij
politieke strijd over een en ander losbre
ken, al komen de verwijten aan de huidige
regering warempel niet alleen uit de de
mocratische hoek. Ook verscheidene Re
publikeinen hebben een grondig onder
zoek geëist. Maar de Republikeinen zul
len willen bewijzen, dat reeds onder Tru-
mang regering de nonchalance begon en
de Democraten zullen willen aantonen, dat
de Republikeinse regering van de „big
business" de schuld is aan de onverant
woorde budgettaire zuinigheid.
Wat echter het allerduidelijkste door
de satelliet wordt aangetoond, is de on
gelijkheid van de strijd tussen een demo
cratie en een dictatuur. Een democratie,
die de rechten van het individu niet laat
lereerste plaats moet verdedigen, alsook
het recht om van mening te verschillen
met een ander, staat, zodra het om uitslui
tend fysieke macht gaat. noodzakelijker
wijze zwak tegenover een regeringsvorm,
die de rechten van het individu niet laata
gelden en zonder morele bezwaren het
individu aan ziin doeleinden opoffert. Van
dit tragische feit wordt Amerika zich thans
bewust.
De Amerikaanse vertegenwoordiger in
de juridische commissie van de V.N.-As-
semblee, Klutznick, heeft vrijdag verklaard,
dat de commissie de pogingen om het be
grip „agressie" te definiëren beter kan
opgeven. Zo'n definitie kan de moeilijk
heden in de wereld toch niet oplossen en
de V.N. hebben nog nooit geleden onder
het feit, dat „agressie" niet gedefinieerd
is.
Klutznick had vooral kritiek op een
Russische resolutie, waarin een hele reeks
gevallen wordt opgenoemd die tot agres
sie gerekend moeten worden. Eén ervan
is. dat „revolutionaire of tegenrevolutio-
naire bewegingen in een land nooit ter
rechtvaardiging van agressie kunnen die
nen". Hij vroeg zich af, hoe dit Russische
voorstel te rijmen valt met het Russische
ingrijpen in Hongarije.
Bij de commissie is voorts een korte
Perzisch-Panamese resolutie ingediend,
waarin agressie omschreven wordt als
„het gebruik van wapengeweld van de
ene staat tegen de andere met een an
der doel dan rechtmatige verdediging".
Gisterenavond is te Parijs de herfst-
conferentie der kardinalen en aartsbis
schoppen van Frankrijk besloten, of
schoon enige commissievergaderingen
vandaag nog haar besprekingen zouden
voortzetten.
Vier kardinalen en zestien aartsbis
schoppen hebben aan de conferentie
deelgenomen. Bijzondere aandacht zou
zijn gewijd aan vraagstukken, welke
zowel de katholieke als de openbare
mening in Frankrijk hebben bezig ge
houden, met name de katholieke Fran
se jeugdbeweging, de katholieke stu
derende jeugd, het catechismusonder
richt en het roepingenvraagstuk. Van
bevoegde zijde verneemt het K.N.P.,
dat van deze herfstconferentie voorlo
pig geen enkele officiële mededeling
verwacht kan worden.
No. 3083. 19 oktober 1957.
Redacteur G. J. A. VAN DAM.
Vossiusstraat 18, Amsterdam-Z.
Alle correspondentie aan dit adres. Bij
vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel
voor antwoord insluiten.
EEN BLANKEN AAR-EINDSPEL.
Zeer fraai is de winstgang in de on
derstaande compositie (van wijlen de
grootmeester van het eindspel mr. C.
Blankenaar) die werd gepubliceerd in
Le Jeu de Dames" van 1900.
Stand no. 3p66.
Stand Zw. 5, 8, 12, 17, 22, 34, D. 16.
Wit 15, 28. 32, 33, 45, 49, 50, D. 44.
Wit forceert de winst.
De eerste zet is zeer verrassend, na
melijk 45—40!! Zwart is nu gedwongen
te slaan van 16 tot 29. Thans komt als
tweede zet, de tempo 4943, waardoor
zwart opnieuw slagdwang heeft met
22 X 33. (Op 34 X 45 zou namelijk een snelle
winst volgen door 4449, 4339. 49X7).
Wit 3. 44X11!!. Het innemen van dit veld
is beslissend, zwart's 34X45 kan thans
volgen 4. 112, waardoor zwart
gedwongen wordt te spelen 2947, Wit 5.
2X24, 47X20. 6. 15X24 en nu is een derde
fase van het geestige eindspel ingetre
den. Bij het beste spel van zwart, zijnde:
1218 wint wit nu achtereenvolgens
door 7. 43—38, 18—23, 8. 24—20, 23—29, 9.
20—15, 29—34, 10. 38—33, 34—40, 11. 33—29
4044, 12. 50X39 en nu komt op 4550
29—24 en op 5—10 15X4 en daarna
4—15!!.
Stand No. 3567.
C. G. VËRVLOET.
Wijlen dammeester Vervloet speelde
hier te voorbarig 813, als aanval op
wit's lange vleugel. Hii had beter ge
daan eerst 19—23 te offeren en daarna
8—13 te spelen, op 18—12 gevolgd door
17x8, Nu werden namelijk de rollen om
gekeerd en won wit geforceerd door
29—24!, 10—14 (of?). 42—37!. 15—20 gedw
(op 19—23 komt 24—19 en 30X28. en op
21—26, 24—20, 27—22, 32X3). Wit 24X15.
1923, waarna wit de geofferde schijf
terug geeft met 27—22, maar na 17X28
een doorbraak naar dam forceert met
3025 enz., met winst van de partij Ook
hier geldt „Eén momen' van onbe
dachtzaamheid kan maken dat men uren
schreit
Stand no. 3568.
L. BRUGUIêRE.
'/jtfj W/M
G. BEUD1N.
Stand Zw. 8—10, 15—17, 19, 21.
Wit 27, 29 30. 32, 35, 42, 48, 49.
Z.a.z. (J. d. D. 1901).
C. G. VERVLOET.
Zw. 3, 4, 6—8, 10—19, 23, 26.
Wit 29—32, 34—40, 42, 43, 45-48.
Wit aan zet forceert het spel.
(J. d. D. 1901).
In tegenstelling tot de voorgaande
stand was de wijze, waarop Vervloet,
hier met wit, zwart tot overgave dwong
zeer instructief.
Wit speelde 31—27, en thans wordt de
situatie voor zwart zeer moeilijk. Zwart
koos de slechtste zet, namelijk 17—22,
waarna wit liet volgen 3933, 22X31,
36X27 en zwart heeft nu nog slechts één
zet, n.l. 4—9. (Op 14—20 kan volgen
37—31, 26X39, 30—25 enz. Op 15—20 komt
weer 37—31 26X39, 27—22, 18X27, 29X9,
4X13, 30—25 enz. Op 12—17 volgt_ 27—21
enz. En op 11—17 wacht wit nog één zet
door 33—28!, dreigt schijfwinst met
27—22 enz. Op 18—22 zou dan bijv. kun
nen volgen 29X20, 22X33, 38X29, 15X33,
27—22, 17X28, 32X5. Op 14—20 bijv. 29—24,
20X29, 37—31 enz. of 27—21 of 22 enz. Op
15—20 komt 27—22, 18X27, 29X9, 4X13,
32X21, 16X27, 28—23, 19X28, 37—32, 28X37
42X2!. Op 6 of 7—11, of op 1721 direct
27—22 met schijfwinst).
Na zwart's 4—9 volgde wit 43—39 en
thans is schijfverlies niet meer te voor
komen. (Op 12—17 volgt dam door 27—21.
Op 11—17 dam door 37—31, Op 14 of
15—20 dam door 30—24). Zwart koos
23—28, 32X23, 19X28, 33X22, verloor hier
mede een schijf en raakte helemaal de
kluts kwijt. Hij speelde namelijk nog
1419, waarna wit de partij beledigde
met 27—21, 26X28, 29—23, 18x29, 35X5.
(Schaakredacteur P. A. Kctetsheid,
Huize St.-Bernardus, Sassenheim)
(Zaterdag 16 oktober)
De problemen van deze week
In de driezet is het onderwerp om
in een bepaalde variant te verkrijgen,
dat een st.uk van wit en zwar' weer naar
hun oorsoronkelijke plaats terugkeren.
In no. 7613 is het ontpenningsthema
aan het woord.
Voor de verandering wordt de rij ge
sloten met een zelfmat, die, wegens zijn
inhoud ons bekoorde. We hopen, dat de
lezer ook van deze aardige opgave zal
genieten.
No. 7614. S. Wright. Zelfmat in 2 zetten.
„Arb. skak" augustus 1957
Wit: K e3, D f7, T a5-d4, L g3, P h7-
h8; c3, d2. e6, f2, h3.
Zwart: K e5, T f4-g4, L c5, P c8-h2;
c4, f3, g5, h4. Oplossingen over 3 weken.
Probleemoplossingen
No. 7603. M. Havel. Opl, 1. D c8 dreigt
2. D f5t enz. 1K g6 2. D g4f, K h7
3. L g8:tf 1T e8: 2. g8 (Df), T g8:
3. D g8:tt 1T g7: 2. T h8t K g6
3 Th6ft 1T f8 2. ef8: (D.) enz.
1T h8 2. gh 8: (D) enz. 1
L g7: 2. D f5t en 3. T. g8:tf
Tegen 1. D d6 heeft zwart een fijne
weerlegging nl.: L g7:, om na 2. T g8: te
vervolgen met 2. L f6!
No. 7604 .J. Haring. Opl. 1. P f5-e3
dreiging 2 D e4.tt
No. 7605. M. Wrobel. Opl. 1. P ec3
dreiging 2. D e2.
GOEDE OPLOSSINGEN
Deze drie problemen werden goed op
gelost door J. Dickhaut, Nijmegen; Joh.
Konings, Oudenbosch; C.J. Lutz, Gouda;
F. Pijls, Maasbracht; Paul Raschdorf,
Hannover.
No. 7603 en no. 7604 door A. C. Nun-
nink, Voorburg.
No. 7604 en no. 7605 door John
Auping, Joppe; mr. dr. R. Bromberg,
Roermond; P. M. Dekker, R'dam; J. H.
v. d. Veer, 's Bosch.
No. 7604 door George Auping, Joppe.
No. 7605 door H. J. van Galen, R'dam;
W. H. Haring, Schipluiden.
No. 7612
P. A. KOETSHEID
Eerste plaatsing
Mat in 3 zetten
No. 7613
A. F. C. v. d. LINDEN, Zeist
Eerste plaatsing
Mat in 2 zetten
PRAKTISCHE LOKZET.
No. 3569.
'W
w
Zw. i_4, 6, 8, 10, 11, 13, 15, 16, 19, 20, 23.
Wit 22, 26, 28, 3034, 37, 38. 41, 43, 45, 46
Wit verlokt zwart tot een foutieve
combinatie. (V. D., 1ste publ.).
Wit 1. 30—25. Zwart kan nu wel dam
nemen door 1924, 1318, 18X47, maar
deze kost een schijf, terwijl de zwarte
dam opgevangen kan worden door bijv.
30—24, of zwart nog een schijf kost. Ook
de dam door 1117. 25X5, 1924, 17X48
wordt opgevangen, n.l. door 3025.
Zwart meent echter een houdbare dam
te krijgen door 39? Wit 2. 25X12, 28,
3. 12X3, 11—17, 4. 3X21!! (niet eerst
22X11), 16X47. Maar nu volgt verrassend
een Turkse Slag door 4641, 47X18; 6.
34—39, 23X34; 7. 28—22, 18X28; 9. 32X5,
13—18 gedw. 10. 5—14 en ook de schijf
op 34 gaat verloren.
Wie naar de maan was, was verlo
ren, of dood; wie met z'n handen naar
de maan wou grijpen, beoogde iets
onmogelijks; wie tegen de maan blafte,
verloor zich in nodeloze bedreigingen;
wie maanziek was, had last van toe
vallen, slaapwandelen en dergelijke
narigheden meer; en wie naar de maan
wou reiken, werd voor gek verklaard...
Inderdaad, de maan, onze trouwe
wachter, stond met een zwarte kool
aangetekend, behalve misschien bij
dichterlijk aangelegde naturen
En thans? De maan heeft nog nooit
zo'n goede pers gehad. Volgens de
kranten en een Russische professor,
werkt Rusland aan een ruimteschip,
dat binnen vierentwintig uur naar de
maan zal kunnen vliegen en dat nog
wel „in de naaste toekomst". Onder
wijl beschrijft de Spoetnik („gezel")
haar baan en vragen sommigen zich
niet zonder zorg af, of ze vandaag of
morgen de kunstmaan niet op hun dak
zullen krijgen, maar veel kans schijnt
daar niet op te wezen.
Gesteld: we komen daarginds aan
land. Wat dan?
„Dan staan we gek te kijken", zegt
iemand misschien. Toch niet zo gek,
want onze trouwe wachter is al voor
meer dan de helft in kaart gebracht.
Bij name kennen we de onderdelen der
maanoppervlakte: waterloze „zeeën",
kraters, enkele bergketenen, kloven,
welke zich tienduizenden meters ver
uitstrekken, de drieduizend pieken van
de „Apennijnen" en ga maar voort.
Dus, wat dat betreft: goede reis!
Maar.er zijn de nodige maren aan
verbonden. Niet de afstand; gemiddeld
385.000 km., een afstand kleiner dan
die van enig ander hemellichaam. Ook
niet de schrikwekkende, gapende kra
ters, sommige met een doorsnee van
een 80 a 100 km. Neen, de moeilijkheid
is een andere: er is geen lucht op de
maan en evenmin water; indien er
water was, zou het spoedig verdampt
wezen! Geen lucht, geen water, we
zullen ons kostje zelf mee moeten
nemen van moeder aarde, benevens
zuurstofapparaten of -cilinders of hoe
heet dat allemaal?
Buitengewoon veel aandacht zal onze
kleding vergen. Ze hoeft niet wind-
dicht te wezen, want waar geen
wind is, is storm moeilijk voorstel
baar. Maar zij zal ons moeten dekken
tegen een hette „hitte" klinkt hier
beslist te mat van pl.m. honderd
graden boven en een kou van ruim
honderd graden beneden nul!
Op een paar pond meer of minder
aan gewicht hoeven we niet te kijken.
Over de vulkanische mulle as zullen we
meer zweven dan lopen en een spron
getje van een twintig meter ver, zal
voor ons een kattesprongetje zijn, een
en ander door de geringere zwaarte
kracht.
„Alles is naakt en kaai; alles rots,
barre, woeste rots. Geen water, geen
ijs, geen sneeuw. Plots valt de dode
lijke stilte als een beklemming op ons;
daar is geen enkel geluid, geen gesuis,
geen gelisoel. niets, absoluut niets. Er
kan ook geen geluid zijn. daar lucht
en dus ook luchttrillingen ontbreken.
Ook geen enkele beweging om ons
heen. Als iets ter wereld de stilte van
de dood kan symboliseren, dan is het
wel deze grote vlakte", aldus prof. dr.
G. v. d. Bergh.
Erg aanlokkelijk lijkt dit reisdoel
niet.
Dan ergens anders heen?
Op het ogenblik staat de planeet
Venus als avondster aan de hemel en
kan zelfs enige tijd met het blote oog
worden gevolgd; Mars en Jupiter laten
verstek gaan. Zullen we ons op Venus
richten?
De „voordeligste" afstand tussen
haar en onze aarde bedraagt maar
eventjes40 miljoen kilo
meter, en de „onvoordeligste" 258
miljoen! De planeet, die het, evenals
wij, van de zon moet hebben (zij
straalt geen eigen licht uit) zit volko
men „in de watten", m.a.w. de twee
lingzuster der aarde is omgeven door
een compacte wolkenlaag, waardoor
heen weinig of niets van haar opper
vlakte valt waar te nemen. Zoveel is
wel zeker: er is zonnewarmte vol
doende, maar nagenoeg geen zuurstof.
De atmosfeer is „geladen" met kool
zuur, terwijl waterdamp ontbreekt.
Het staat wel vast, dat daarginds
noch van plantaardig, noch van dier
lijk leven naar onze aardse begrippen
sprake kan zijn.
Dan naar de planeet Jupiter, de
reus onder de planeten! Nu, daar kan
eenvoudig geen sprake van zijn. De
atmosfeer bestaat er uit giftige gassen
en er ligt een ijskap op deze schitte
rende „ster" van 25.000 km dikte! Het
is er ontzaglijk koud; prof. v. d. Bergh
stelt zelfs: „een griezelig, onherberg
zaam oord".
Dan kunnen we onze zomervakantie
beter een andere bestemming geven,
bijv.: de planeet Mars! Mars, om haar
roodachtige gloed naar de oude oor
logsgod genoemd, de enige „rosse"
onder de planeten. En niet zo gek ver
weg: onder de prettigste omstandig
heden een slordige vijftig miljoen km,
nu, dat is nog wel om te doen. In één
opzicht hebben we Mars reeds geëve
naard: de rode planeet heeft twee
manen en wij nu, tijdelijk, ook! Eigen
lijk is het hele Marsgeval een beetje
aan het aftakelen: Mars, de krijgshaf
tige oorlogsgod, is op z'n retour; vroe
ger eeuwen was het daarginds ver
moedelijk beter gesteld. Men meent,
dat er korstmossen, dus: plantaardige
„objecten" op Mars zouden voor
komen en, waar planten bestaan, zou
den misschien ook wel dieren kunnen
leven! Dat er levende wezens „min of
meer op mensen zouden lijken, is
geenszins noodzakelijk, zelfs oo jsj
schijnlijk. Als er leven is, tapd'^'
leven zich onder andere or?ten.''
heden, anders ontwikkeld hebn
Wij voor ons zouden op
der meer niet kunnen gedijen-
Op de tien kruisjes komt een
dat met de rijzing van het ze ia0"
in verband kan staan; van oP
ligt nu reeds 40 0/o beneden pc
Ook alle andere woorden 5e
trekking op de aardrijkskund
Nederland.
1. Duidt een hoofdstreek aaD
het kompas. jt'
2. Rivier, bij Amersfoort °pL I'!l
de, zonder sluizen uitmondend
IJselmeer.
3. Dorpje in Gelderland, ëe
aan de Linge.
4is een getijwater in
tussen Walcheren en Zuid-Bevd3
5. Geeft toegang tot een kastee,
6. Buurt onder Diemen, ns^
Diemerbrug. y
7. Bronrivier, ontspringend inn5e(l
tesië op een hoogte van tweeb"
meter.
8. Linkerzijrivier van de Vea
ih»
jC
Overijsel, slechts gedeeltelijk
brekkig bevaarbaar.
9. Noordbrabantse heideplas- eg(i
10. Duidt de afstand aan va11
plaats tot de nul-meridiaan
Greenwich).
Oplossing volgende keer.
Koning Frederik de tweede van
Pruisen draagt in de geschiedenis de
bijnaam: ,,de Grote". Hij leefde on
geveer anderhalve eeuw geleden en
er wordt heel wat over hem verteld.
Hoewel hij helemaal niet van de
Duitsers hield en haast alleen maar
Frans sprak, hielden de mensen wel
van hem; ze noemden hem „onze
oude Frits".
Op zekere avond gaf de koning een
maaltijd in het zomerpaleis van
Sanssouci. Er waren heel wat gasten
uitgenodigd. Zij zaten in de prachtige
eetzaal. Een dienaar stampte drie
maal met een staf op de grond; dat
wou zeggen: daar komt de Koning.
Toen hij plaats genomen had, gingen
ook de genodigden zitten. Onder hen
bevond zich een dokter, dr. Leiner.
Koning Frits knoopte met dr. Lei
ner een gesprek aan over sommige
ziekten, want hij wou graag het
naadje van de kous weten. Nu, Leiner
wist hem heel goed te antwoorden,
maar op één vraag moest hij het ant
woord schuldig blijven.
De vorst gelastte een dienaar pa-
pier en potlood te brengen. Nada,j
iets had opgeschreven, vouwde PJ
blaadje dicht en reikte het aari
tafelbuurman over. De geneeSÜr
vouwde het open. Wat las hij: Yjl
ter Leiner is een ezel. Frederic fjo'
Nu, dat was niet zo erg leuk.
minder leuk was, dat de Konibo
beval luidop voor te lezen wat
het briefje stond; alle gasten
ten het horen. 0,
Dokter Leiner zette z'n bril °j [jf
„Majesteit," zei hij, „ik dd1 ^1'
echt niet; U moet zich bepaald
gist hebben!" -x$f
Frederik hield echter vol. 't 0 .o0f'
moest en zou luidop worden
gelezen. t of
„Nu, Sire, omdat U er zo bey1
staat, zal ik gehoorzamen. F
woordde Leiner. „Dames en h®r
heb de eer dit briefje van Zihy^cy
jesteit. te mogen ontvangen. Ilc
het U voorlezen. Luistert dan
dachtig: „Dr. Leiner is één
Frederik de twééde!" cll
Allen barstten in lachen uit,
oude Frits lachte hartelijk mee'
Wanneer men verschillende kansen
tegen elkaar moet afwegen bij het af
spelen. kan de beslissing hoe men een
spel spelen moet wel eens zeer moeilijk
zijn.
In het onderstaande 3 Sans-spel faalde
de tzuidspeler. Later legden we het spel
voor aan diverse meesterklassers en
merkwaardig genoeg vond niet één de
oplossing welke winst gebracht zou kun
nen hebben. Misschien was die oplossing
dan ook wel met dichte kaartende
minst kansrijke:
A H B 10 6 3
CV5
O A 3
V74
7?
77
9 H 9 4
<0 V B 7 6 2
•f. A H 8 3
Noord opende 1 schoppen, OW pasten,
zuid 2 ruiten, noord 3 schoppen, zuid 3
Sans, waarop allen pasten.
West speelde 1? 3 voor, noord maakte
C?-vrouw en oost speelde 8 bij.
Uit noord werden nu 4»-aas en 4»-heer
gespeeld een goed begin. Valt ♦-
vrouw,, dan is het spel reeds gewonnen,
en óók, als de w e s t-speler de ♦-vrouw
heeft; als west aan slag komt, kan hij
immers geen kwaad in doen.
Op die tweede gooide zuid een
kleine weg en west een kleine
Het was dus duidelijk, dat oost alle
had.
De kansen zijn nu deze:
Zuid kan uit noord doorspelen. Oost
komt aan slag en als west nu nog maar
drie kaarten in heeft, kan het spel
worden gewonnen als NZ 4 slagen in 4»
kunnen maken of als dat evenmin ge
lukt de O-heer bij west zit, zodat
gesneden kan worden.
NZ maken dan 3 slagen in 1 in
en 5 slagen in de lage kleuren.
Een tweede kans is, te laten rusten
en O-aas te spelen en wéér O. Heeft
west O-heer, dan komt hij aan slag en
zuid heeft nu weer alle mogelijkheden
op een groot aantal slagen in O en/of 4».
In de praktijk koos zuid de laatste
speelwijze dus O-aas en O na. Helaas
voor hem, had oost óók O-heer, zodat
OW 3 slagen in C^>, één slag i°
één slag in 4» maakten. 4:
De Cp-kleur' bleek oorspronkelü^ pr
bij OW gevallen te zijn, zodat zü'ü0o<'
spel gewonnen had, als hij uit fi
had doorgespeeld en later 4 slagerl ee!'
had gemaakt (wat mogelijk was ilttd'
Als u dit spel objectief 'be-5rl1 ^lej
zult ge zien dat het een zéé- i*1"'* t\r'
beslissing is De enige houvast d)e ,4'
nog heeft, is het feit, dat west 0
tweede géén kleine O afgoo'éy
een 4». Dit maakt het vallen van V k
der waarschijnlijk dan dat in 4"- -
Welke speelwijze had u gekozc"'
De oplossing moet geschieden
door invulling van een der cijfers 0
t/m 9 zodanig, dat het produkt van
die cijfers in een ononderbroken rij
in horizontale richting gelijk is aan
het getal, dat links staat en in ver
ticale richting aan het getal dat
boven staat.
Staat er evenwel een plusteken
voor het aangegeven getal dan
is dit niet het produkt, maar de som
van de in te vullen cijfers.
Staan er 2 getallen in één hokje,
dan heeft het bovenste betrekking
op de horizontale rij en het onderste
op de verticale rij.
Oplossingen kunnen ingezonden
worden tot donderdagmiddag. Er
zijn vier prijzen van f 2.50 beschik
baar. Over de puzzel-rubriek kan
niet gecorrespondeerd worden.
De oplossing van puzzel no 37 is:
111
22ta
0
MM
+18
1280
2520
+9
180
SlB
945
iSlrtio
27
+18
„+I5
243
riO
-Hl
28
10
+9
C
De prijzen vielen ten deel
E. v. Lieshout, Daltonstraat 2b, 4»
C. Blom, Math'enesserweg 17b, b
L. van Thoor, Dillenburgstraat 'gtC
(post Ginneken); M. J. LemBen
schansweg 71, Nijmegen.
Postwisseltje wordt gestuurd-
br