s ss Sport en gezagsafkeer Brutaliteitegoïsme en domheid Wetenschap en vrijheid Pauselijke zender Dag der Verenigde Naties Eerst de meisjes Dan de jongens Overheid spreekt! Ouderen en ouden De jongste resultaten van de Sovjet-wetenschap if-fenen een grote propagandistische aantrekkings kracht uit op de jonge, economisch onderontwik kelde staten. Over de vraag, of dit terecht gebeurt ;eeft Stevan Dedycr zijn oordeel in de jongste flevering van het zeer lezenswaardige „Bulletin f the Atomic Scientist". Stevan Dedyer is de broer an Vladimir Dedyer, vroeger een intieme vriend 'an Tito (tevens diens biograaf), maar tegen- voordig als geestverwant van Milovan Djilas m ■ngenade. Stevan Dedyer, voormalig directeur van .et Boris Kidritsj Instituut voor Kernenergie te 5elgrado, doch thans in een niet nader genoemde unetie aan het Rudjer Bosjkovitsj Instituut in Zagreb, heeft met zijn broer kennelijk de afkeer ran dictatoriale methodes gemeen. Hij verwerpt lie methodes niet, slechts om het menselijk leed ■n de onvrijheid, welke eruit voortvloeien, maar 10k vanwege de grote mate van inefficiency, welke r, juist op het terrein van de wetenschappelijke esearch, het gevolg van is De Sovjet-Unie, zo waarschuwt Stevan Dedyer le onderontwikkelde landen, verschilt van hen ioordat zij, vooreerst, een groot land met rijke mlpbronnen is en, vervolgens, reeds onder de Tsaren een grote technisch-wetenschappelijke vaditie bezat. Hoewel hij het, door de sluier der lictatuur, niet mogelijk acht een verantwoorde jalans van resultaten en verkwisting op te maken, dndt Dedyer niettemin aanwijzingen, dat de ver kwisting aan talent en middelen in de Sovjet-Unie lanzienlijk moet zijn geweest. En dat is iets wat Je onderontwikkelde landen zich niet kunnen "^Dedyer redeneert vermoedelijk uit eigen er varing als wetenschapsman onder Joegoslavische verhoudingen als hij met grote kracht opkomt voor vrijheid van wetenschappelijke kritiek en voor vrije onderlinge uitwisseling van gegevens. In een wetenschappelijk onderontwikkeld land is de orga nisatie van een wetenschappelijke gemeenschap vooral een sociologisch probleem, dat slechts in sen atmosfeer van vrijheid kan worden opgelost. „Eén man in de gevangenis, ontslagen of aa- -evallen om zijn meningen, veroorzaakt, dat een ïroot aantal wetenschapsmensen jan de oude en aieuwe generatie hun ideeen en bijdragen aan de ontwikkeling van een research-politiek achter houden. Eén prominent voorbeeld van een beloning van een wetenschapsman, niet om zijn weten schappelijke verdiensten maar om zijn ldeoiog^che ogendienarij"„Dit opent de mogelijkheid van een sterk bureaucratische research-ontwikkelmg met als resultaat verkwisting van mensen, mate- r Dedyer besluit zijn artikel: „Een land, dat na laat van meet af aan de vrije meningsuiting te stimuleren en de communicatie-wegen nodig voor een research-politiek te ontwikkelen, zal zijn illusies langzaamaan vernietigen, en zal die les op Je meest kostbare wijze leren, door allerlei klap- oen. En wanneer de eisen van de wereldmarkt 01 de eigen behoeften een dergelijk land doen realiseren, dat de idee van open communicatie kanalen niet een imperialistisch komplot is, maar een door de „kapitalistische imperialisten' voor iiun eigen welzijn ontwikkeld sociaal mechanisme en een essentieel iets voor een moderne maat schappij, dan kan het wel eens tot de ontdekking komen, dat het een tijdlang de aansluiting aan de research-revolutie gemist heeft Het artikel van Stevan Dedyer beperkt zich tot het voordeel van vrije wetenschapsbeoefening en vrije research. Het gaat niet verder in op het verband tussen dit onderdeel en de overige sociaal- economische maatschappij-structuur. Als uiting van iemand die de zegeningen der onvrije research kent, verdienen zijn uitlatingen intussen de groot- ste aandacht en nadere verificatie. Even buiten Rome ligt een zeskantig gebouwtje geklemd tussen niet minder dan vierentwintig antennes en zendmasten. Dat is het uiterlijk van het nieuwe zendstation van Radio Vaticana, dat 1 morgen door Z. H. de Paus zal worden ingezegend 1 Het laat zich denken, dat dit feit speciaal voor j katholiek Nederland van de komende zondag een I feestdag zal maken. Want welhaast het belang- I rijkste onderdeel van de inventaris wordt ge vormd door de gave, die onze vaderlandse katholieken I onder het motto „Radio Santo Anno» in 1950 I bl'i\^aar>rdet^enkel in Nederland, doch ook in de I vele landen, die niet tot de Sovjet-satellieten 1 gerekend behoeven te worden, zal ^doening heprsen over het gereedkomen van in politiek I opzicht wel het meest onafhankelijke zendstation I te" wereld De geluiden uit Vaticaanstad zijn niet I bestemd en geschikt om binnen de grenzen van staten en nationaliteiten gevangen te worden I gehouden, omdat hun betekenis juist steekt in de 1 mondiale visie, waarvan het Vaticaan de uiterlijke VCWif bX°e°venSseiéchts te verwijzen naar de Pause- liike hulpacties in de laatste wereldoorlog om in herinnering te brengen, hoe vrij de activiteiten I uitgaande van het centrum der Christenheid zich over alle grenzen heen weten te bewegen. Ergens j boven alle belangen-tegenstellingen, boven de horreur van nieuwe wapens en tegenwapens en zelfs boven fijngepolijste gevechten om theoretisch veliik op het hoogste wetenschappelijk niveau, niet het minst in de moeilijke sector van de voor lichting Radio Vaticana is eindelijk een van andere zenders onafhankelijk instituut geworden. Ë'Z ST voortaan .«htstteek.tol mrasheld kunnen spreken; om een brug te slaan over Woven en allen, die klaarheid willen m een ver warde wereld, de vrede en het uitzicht te geven, dat alleen van het vaderhuis kan uitgaan. Donderdag j.l. was het de „dag der Verenigde Naties". De „dag der Veren.gdeNaties «een feestdag, want men viert het feit, dat tweee -achtig landen in één organisatie zijn verenigd om gezamenlijk vrede en welvaart m de wweW te streven. Helaas geven de twaalf jaren d volkerenorganisatie bestaat, weinig aanleiding tot een uitbundige feestviering, Wij zijnnogvei.af van de doelstellingen, die in het Handvest zijn neergelegd en zelfs heerst er alom de vrees voor een nieuwe wereldbrand. Maar ondanks de rijke problemen waarvoor de V.N. zich gestel zien, heeft de volkerenorganisatie toch bewezen van waarde te zijn. „„„„ij Het is natuurlijk niet te zeggen, hoe de wereld er zonder V.N. zou hebben uitgezien, V\ ij zijn er echter van overtuigd, dat de V.N. er voor ver antwoordelijk zijn, dat er geen derde wereld oorlog is uitgebroken ten tijde van het Korea- conflict en de crisis om het Suezkanaal. Hoewei de V.N. nog vaak in bepaalde situaties machteloos staan en soms als politiek instrument worden gehanteerd door de grote mogendheden, kan de wereld er over verheugd zijn, dat er een volkeren organisatie bestaat. En dit is aanleiding, zij het Op bescheiden wijze, tot feestvieren. Het is daarom zo jammer, dat de „dag der Verenigde Naties" in de aangesloten landen hoofdzakelijk met officiële recepties en formele bijeenkomsten wordt gevierd. Immers, het Handvest van de V.N. vangt aan met de woorden: „Wij, de volkeren der Verenigde Naties......". De „dag der Verenigde Naties" moest dan ook eigenlijk een feestdag zijn voor de volken, Voor alle mensen. Hiervan merkt men echter helaas bitter weinig. Was de hele wereld maar één Wielewaal! PATER JAN SCHOLTE „Alles doet mee! N HET wijkpostkantoor van een grote stad zijn twee loketten druk beklant: het zijn de loketten uitbetaling postwissels. Aan het eer ste loket worden de formulieren ingenomen en de handtekeningen gecontroleerd, aan het twee de worden de uitbetalingen gedaan. Tweemaal in de file! Heel wat nieuwelingen kennen die techniek nog niet en scharen zich eerst in de verkeerde rij Drie turven hoog en toch al aan de edelste der sporten. om daarna in de goede terecht te komen. Onder hen een oudere heer en een knaap van 12 jaar. De laatste begint een sluiptactiek langs de tal rijke volwassenen om ver vóór zijn beurt aan het loket te komen. Een dame en de oudere heer wijzen hem terug. „Eerlijk blijven en je gewone plaats in de rij blijven innemen," zegt de heer. „Nee," zegt de jongen. „Ik sta hier goed!" „Vooruit!" commandeert de heer. „Op de plaats waar je hoort!" en hij duwt de knaap op de juiste plaats in de rij. Dan begint een stel „huismoe ders" te jammeren. „Oóch, zo'n kind!" Eén harer voegt de heer toe: „U hep zeker geen kin deren?" „Ik heb er zeven," zegt de heer. En hij vervolgt: „Maar die zijn eerlijk en niet bedorven." N EEN sightseeing-bus van T dezelfde grote stad komen twee ongeveer veertigjarige dames binnen. Kennelijk vrien dinnen. Er zijn twee plaatsen vrij maar een heel eind uit elkaar. Als nu een kind op een dier twee plaatsen zou willen gaan zitten een evenwaardige plaats zou den de dames naast elkaar kun nen komen. Een harer vraagt het kind, of het dat zou willen doen. Het kind is wel bereid, maar dan klinkt plotseling een hoge vrou- westem door de bus: „Niks der- j van! Je blijft zitten waar je zit!" Dat was mama die plotseling in actie kwam. ER HADDEN ons nogal fantastische verhalen bereikt uit een der merkwaardigste wijken van Rotterdam: de Wielewaal. Wat daar binnen één jaar tijds tot stand zou zijn gebracht, zou uniek zijn en wij moesten, als we het niet geloofden, maar eens komen kijken. Nu is een herfst-uitstapje naar De Wielewaal al een plezier op zichzelf, omdat deze wijk eigenlijk een stuk park is, doorsneden door straten en bebouwd met lage wo ningen. Goud. geel en groen men gelen zich er in dit seizoen tot een prachtig herfstpalet en dit verge makkelijkte ons besluit, er dan maar eens heen te gaan. We zijn er drie uren gebleven en troffen er een gemeenschap die ons de verzuchting deed slaken: de we reld zou een paradijs zijn, als zp één grote Wielewaal was! De drijvende ziel van de hele activiteit daar is pater Jan Scholte s.c.j., die eind vorig jaar de op dracht kreeg, hier iets te gaan doen aan jeugdwerk en gezinszorg. Pater Scholte keek de zaak eerst eens aan en zette zich tevens aan het denken, hoe hier voet aan de grond te krijgen. Hij is maar be gonnen met het jeugdwerk, om daardoor contact te krijgen met de gezinnen voor welke hij een hulp en toeverlaat wil zijn. Maar die jeugd? „Nu, ik had het al gauw beke ken", zegt hij. „Je moet hier niet met een bestaande jeugdorganisa tie beginnen, want dan krijg je er een paar. Dat pakt hier niet. Maar wat wel pakt dat is sport. Ten slotte houdt het gros van de jon- gens van sport. De ene wil dit, de andere dat. Goed, zorg dat het er allemaal komt en dat elke knaap zijn keus kan maken. En met de meisjes is het vrijwel hetzelfde, al moet daar de keuze anders liggen. Ballet bijvoorbeeld, ritmische gymnastiek en zo. „Een van de grote euvelen van deze tijd is het gebrek aan gezag. En ook daarvoor heb ik een oplos sing gevonden Die oplossing vinden we bij ons bezoek aan „De Wielewaal" als we rond de tafel zitten met de mensen, die leiding geven aan alles, wat daar zo plotseling, binnen ruim een half jaar is gegroeid. Drie van de heren hebben hun dagelijkse arbeid in.het hoofd- bureau van politie in Rotterdam. Een andere is verbonden aan de douane. Het zijn er maar enkele uit de grote staf van de dames en heren, die hier hun vrije tijd geven aan zo'n 150 kinderen uit een be trekkelijk beperkte wijk. Daar kun je verstomd van staan en je vraagt pater Scholte: „Telt die Wielewaal dan zóveel katho lieke gezinnen, dat er 150 kinderen uit te recruteren zijn?" „Weineen, geloof maar niet dat ■ze allemaal katholiek zijn. Maar wat geeft dat? Alles doet hier mee in „De Wielewaal", katholiek of niet katholiek „En wat wilt u zien?" vraagt pater Scholte. „Alles", zeggen we. „Goed", zegt de pater en dan gaan we naar de Rollostraat, waar we, glanzend van de groene en witte verf, een pracht van een clubhuis zien staan naast de fun damenten van wat deze winter nog een kapel zal zijn. Op het clubhuis staat een televisie-antenne. Voor het kinderuurtje, want ook daar voor heeft de hele Wielewaalse jeugd belangstelling. „Dit kreeg ik van het Leger des Heils", zegt pater Scholte. Wij grijpen hem op het woord „kreeg". „Nou, zo kun je het eigenlijk wel noemen", zegt hij, „want we kre gen het gebouwtje hier voor een zodanig koopje bezorgd dat je toch wel van „krijgen" moogt spreken." Binnen zien we allemaal kleine meisjes in tricootjes rondhuppelen. Een der medewerkers zet zich aan de piano, de instructrice begint met haar les en dan zien we de armpjes en beentjes zich bewegen als het ware deinend op de muzi kale golven. Met hun zesde jaar mogen deze kleinen eigenlijk pas toetreden, maar ja, veelbelovende sterretjes die jonger zijn kun je niet buiten de deur laten staan en zo zien we daar de vierjarige Helma vol kwispelbenen wanneer de in structrice een „ronde jambe en terre" beveelt. Haar blonde paarde- staartje kwispelt vrolijk mee en met een open mondje kjjkt ze naar haar mede-danseuses om te zien waar links zit en waar rechts. Want dat is nog moeilijk te onder scheiden als je vier bent. Dan is het tijd voor de groteren van 12 jaar en ouder voor de rit mische gymnastiek. Ook zij zijn in onberispelijk zwart tricot gestoken en het is een plezier te kijken naar de overgave, waarmede ze probe ren tezamen tot een nauwkeurig gelijke stand te komen en de be wegingen sierlijk ineen te doen vloeien. Als zij het veld hebben ge ruimd treedt buiten een groep je kleine jongens aan, de borst bedekt met een helderwit ge capitonneerd vest, keurige trai ningsbroeken aan en een TWEE korte, historische schetsjes. Ze zouden met tientallen te vermeerderen zijn. Dagelijks gebeuren er in de grote stad honderden feiten, waarbij domme vrouwen goede kinderen bederven. In de eerste schets hebben we te maken met een knaapje, dat al grondig be dorven is, „zo brutaal als de beul" werd en in die eigenschap door hem volkomen onbekende volwassen vrouwen wordt gesterkt: In hei tweede geval wordt een goed kind tot egoïsme opgevoed. De volwassenen zullen later de kwade vruchten plukken; als ze op hun oude dag door de door hen in eigenliefde opgevoede kin deren aan hun lot worden overgelaten, komen de tranen te laat en moet de gemeenschap opkomen voor hun onderhoud. Wat doe je er aan? Pater Jan Scholte ziét er een oplossing voor! Als katten zo vlug schieten die ukken met gebalde vuisten op de bal af. Judo is alleen maar werk voor de grote knapen. Eerst een bui ging en dan gaai het.er op los! Af en toe vliegen de benen met een soepele zwaai door de lucht. schermmasker onder de arm. Binnen worden de florets uit gereikt en de „maitre" beveelt de eerste stand. Uitval volgt na uitval. De florets priemen in de lucht. De linkerarmpjes recht naar beneden achter de rug. Dit heet de edelste der sporten en deze kleinen zijn er zich kennelijk bewust van, dat zij de uitverkorenen zijn, die te mo gen beoefenen. Maar aldra moetenze het veld van eer ruimen, omdat er buiten een stel kleine rabauwen klaar staat, om zaalspelen te gaan doen. „Dief in de boomgaard" is leuk, maar heerlijker nog is „Vuistbal", waarbij je je op het gladde vloer zeil stort om met je vuist met des tegenstanders hoofd, maar de leren bal een opdoffer te geven in de richting van het doel van de tegen stander. Het zijn net kleine duveltjes, zoals ze daar, vlug als kwik, in pikzwarte trainingspakken gewezen sport en als ze in hun ruime, witte pakken de zaal bin nenstappen weten we, dat we een brokje stoere en sierlijke kracht sport te zien zullen krijgen. Maar eerst de buiging tot elkaar, de Ja panse groet, die tot het verplicht ceremonieel behoort. En dan gaat het er op los! Maar de toeschouwer is nog niet klaar, want buiten worden de tam boers, pijpers en hoornblazers al ongeduldig. Nu is het hun beurt en al ligt er op de zolder boven het mooie clubhuiskeukentje een complete band verpakt te wach ten op de eerste grote demonstratie naar buiten, eerst wordt geoefend op de tafels. De trommelstokken ratelen keurig op de maat op het harde tafelblad en horen en zien vergaat. Jongens met hoorns en meisjes met fluiten stellen zich op en als „Klaar! Gewone dienst!" wordt ge commandeerd, schalt de muziek door de zaal met zulk een kracjjJ, dat de hele Wielewaal dat wel horen, moet. „En luister nu eens. Als je straks naar huis gaat, niet op de hoorns blazen. Dat mag niet, om de men sen in de buurt niet te hinderen. Als de politie het hoort, wordt je hoorn in beslag genomen 'en moet de boete worden betaald. De pater doet dat niet. Je vader zal het moeten betalenzegt de in- Is dat 'financiële argument er dan een, zwaarder zal wel wegen, dat de hoorn, teken van waardig heid, er aan gaat. „En de trommelstokken dienen niet, om elkaar op weg naar huis mee om de oren te slaan", zegt de heer Winkelman. Hij is niet voor niets politieman. Die wenken nemen ze aan, want allemaal, jongens en meisjes, weten nu wel dat po litiemannen en douaniers en andere overheidsvertegenwoor digers geen boemannen zijn, maar vrienden waarmee ze graag omgaan. Zo wordt daar, in „De Wielewaal", de gezags crisis overwonnen. Het effect op de oudere genera tie is wonderbaar. Al die Wiele- walers zien, wat er voor hun kin deren wordt gedaan. Ze willen zelf niet werkeloos blijven. Beter nog, ze willen meedoenl De dames en heren hebben de pa ter al gezegd, dat ze toch ook wel graag een eigen club willen heb- HELMA (4 jaar) kwispelbeent nog een beetje tijdens de ballet- les, maar dat wordt al gaande weg een „ronde jambe en terre ben. En zelfs de bejaarden komen bjj hem aankloppen. Kan hij ook voor hen niet iets voor elkaaf brengen? Ja, waarom eigenlijk niet? En pater Jan Scholte zit alweer op middelen te zinnen om ook dezd zaken op te vangen. Nu al doen de ouderen hun best. Had de pater nog kleding of uni* formen of zo nodig? De vraad komt uit een niet-katholiek gezin Nee, de pater was wat dat betreft al geholpen, maar straks, als zijrt kapel klaar is, moeten er super plies zijn. Wat zijn dat voor dingen? Wittfi hemdjes met kant er aan? Goetfc Er snort in dat gezin de naaimd* chine boven het witte linnen. Enkele instructeurs zijn niet-ka tholiek. Alles goed en wel, maar het jeugdwerk staat op katholieke grondslag, dus altijd openen met de christelijke groet. Hoe is die O, zó? Nu, dan wordt de bijeen komst door de instructeur met de christelijke groet geopend Daar moet wat tegenover staan en omdat de pater, nu hij noch kapel noch altaar heeft, toch geef! kerkdiensten kan houden, staat h'i nu en dan het clubhuis aan de do* miné af, die dakloos is. „Als hel christelijk besef hier maar her* leeft, dan bereiken we heel wat- Zo leeft men daar met elkaar op, in „De Wielewaal". Alle' maal werken ze mee. Iedereen is enthousiast. Hoe kan het an ders? „En als nu blijkt, dat dingen niet begrepen worden door ouders en sommige zaken, d\e u nu zo bevordert, weer tenie' zouden worden gedaan dooi een verkeerde opvatting vafl een behoorlijke opvoeding?" „Dan ga ik eens met de ouders praten en vertel, wat et dan wel verkeerd is. Altijd er begrip voor. En zo komt ook dat weer op zijn pootjes *e' recht", zegt pater Scholte. hun <=-r met helrode kraagstukken pogen, elkaar te glad af te zijn. De grotere jongens zien er net zo uit, alleen dragen ze geen trai ningsbroek, maar een zwart kort sportbroekje. Zij vormen de gym nastiekclub en ze offeren graag hun vrije middag op om onder lei ding van een vriendelijke, lenige instructeur de spieren soepel te maken. Voor de groteren is judo de aan- offeren graag hun vrije zaterdagmiddag op voor een uurtje als je ook zqU fijne instructeur hebt, dan wil je graag net doodgèwone gymnastiek. Ma°r zo lenig worden als hij.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 8