Gesprek met een Sportopvoeding van de jeugd s Lands wijs, s lands eer :7& u Perfect jongeren-apostolaat S't was" wou dat ik mijn JteUsbeentje maar Milder klimaat scheppen n* xi ;v>' - 2^ERdag jhhh m m 2 NOVEMBER 1957 ,r „w? augUrk-" v,as' Wtfc onv iteit is- Maar we geloven W dat er een edele pugilistiek Ich kann .ministrieren und weiB •cm Gehen: ■*- 1 H - Lj mattit tCTgenpartii iuist uit> om je J E DE RlSCH RIT TAM JA IT A R Yl ST Zvr Min» gottesTiob^ DARUM'GEHE ICHjflMMER IM1 L' V-- pTAKT DES WORTÊSjGOTTES 10B hadfen) als We h€t X Mllg li u -t ipl&4H JX* bokser ««a z„al nu zo ongeveer in Nieuw-Gui- On. Want toen hij van de week 00r Was' kwam hij afscheid nemen. "s m=nderhalf 3aar naar de tropen, arinier. r^iersr°^€n €en PrÜZ€nd gezicht. Ma- '*a3 S doen je iets. „Blijf je in dat i v°«tbalien?» Deze vraag lag voor (2j nd, Want we wisten dat Anton K. laar* iittl een zeer enthousiast en ver- 6lijk voetballer was. t( Verbaasde ons dan ook, van hem °r€n' <tat hij het voetballen en had: en jhij zei nou is het mijn beurt daarop werd ik te fanatiek en te fors en verloor op punten. Het meelij was gelijk over. Ik vond een overwinning op punten trouwens veel mooier, want bij een k.o. was je tegenstander al de hele wedstrijd je mindere." Hij bleef langer, dan zijn afscheids- programma eigenlijk toeliet, maar hij had ook zoveel te vertellen. Hij heeft ons nog laten zien, hoe je verdedigde; hoe je een aanval op moest bouwen; hij heeft demonstraties gegeven van trekkende maagstompen, linkse, rechtse inswingers en nog meer (stel u ge rust, alles in de lucht); hij vertelde ons over de tactiek en de noodzaak van inzicht in de tactiek van de tegen stander en over nog veel meer. Toen hij eindelijk opstond, hebben we hem een goede reis gewenst en tot over anderhalf jaar. Maar we hebben heel veel reden om te veronderstellen, dat hij zonder neus beentje uit Nieuw-Guinea terugkomt. T.K. Samen de huishouding voeren. Steeds oplettend zijn waar je de groep van dienst kunt tdjn. Bedden opmaken, tafeldekken, afwassen- soep opscheppen, ieder heeft zijn We zijn met een groep jonge mensen doende geweest met het vraagstuk der „human relations"., het vraagstuk der menselijke verhoudingen, waar we het hier op deze pagina toch ook weer eens over moeten hebben Is het niet bijzonder belangrijk dat beurt. er aan I - „Je kunt nu eenmaal Wee sporten tegelijk intensief be- an- Als ik een partij gevoetbald irittructeur hardt een maag af. Mi. *ta i«t ben ik de volgende dag niet in ais 0ln te boksen. Dan ben ik zo stijf at' boks je dan?" vroegen we toch Wat verbaasd. k cchter, dat hij bij zijn op- rnaaic. '°t sluipschutter, kennis had ge- 'haUsj 'het de bokserij. En al zijn en- SItle sPaarde hij nu op voor de vaot ,°rt en een klein beetje ook nog tï* >Dn'Öd boksen de beste en sportief st ™rt van alle", zei hij enthousiast. w'bsW hadden het nu juist altijd de i v 8Port gevonden. Het lag dus tOfis °°r de hand, dat we eens gingen j.^en, wat er dan wel zo spor- is Praktisch onmogelijk om ge- rUcj€ e EPelen. Je kunt er geen valse 13 uithalen. Het is allemaal a*lW 'etlg gereglementeerd. Bij voet en a un je natrappen, bij waterpolo k tie» z?hder dat de arbiter het hoeft iemand onderduwen." ^«nivH^hden, dat het hier dus de a Van de scheidsrechter betrof. .Ahton beweerde, uit eigen erva- ^ov^L.^ten, dat dat niet zo was. jTïwl word je van boksen erg W* J1** voornaamste is misschien "k m dat j® jezelf op een ontzetten- Jb>st,-.7cr leert beheersen. Onder alle en moet je kalm weten te meester Over de situatie. was onervarenheid de L^^ivitJ911 zi'h goede trouw aan de V»Ui. In het boksen. We meenden bok in die sportwereld niet ?Qbneg r,aar *s hij blijkbaar voor ge- «h "e worden maar wat concre- De afgetreden K.N.V.B.-voorzitter Hopster pleitte op de dag van zijn af scheid voor meer aandacht van de regering voor de sportopvoeding van de jeugd. We vinden het met hem toch wel heel erg hoe dat opleidingsinstituut voor sportleiders (buiten onderwijsver- band) moet breken. We moeten menen we, aan zo'n rede van iemand die al jaren lang met jonge mensen te maken heeft gehad en nog heeft, niet te lichtvaardig voorbij gaan. En daartoe zijn we wel geneigd. Waarom? Omdat het begrip sport vaak zo allerberoerdst aan ons bekend wordt. En dan zeggen we te gauw:„Och, wat er uit die sporthoek komt!" Daar is allerlei levensgevaarlijk gejakker met automobielen. Een wielercircus met kuiperijen en on verantwoorde behandelingen met doo ping. Een maniakale voetbalhysterie. Een hoop Olympisch gedoe waarbij veel sporteer een luchtje heeft. En omdat de sensatie het altijd wint verliest men de echte sport en de echte sportsman vaak uit het oog. Er zijn sympatieke boksers, wielren ners, autocoureurs enz. enz. die om hun sportiviteit de aandacht verdienen. Die kerels hebben je beslist iets te zeggen. Zou dat element niet duidelijker in het daglicht gesteld moeten worden? En een aldus sportminded gemaakt volk en regering zou wel meer aan dacht willen besteden aan de woorden van ir. Hopster. Daar komt nog dit bij. Maak zater dag of zondagmiddag eens een tour- née langs de rand van een stad. Wat daar al niet aan jeugd in sporttenue krioelt. Of ga eens 's ochtends vroeg bij een sintelbaan kijken of in een zwembad. Daar zie je de jeugd trainen. Iedereeen die dat aan ziet en nog iets over heeft van die denigrerende mening dat sport toch maar een arm zalig plaatsje verdient in het cultuur patroon, verliest dat wel. Laten we hier niet vervallen in het zoveelste exposé over de opvoedende waarde van de sportbeoefening. Ga maar kijken. Wie ogen heeft om te zien komt daar zelf wel achter. Als hij het beeld voor ogen heeft van een mens die in de maatschappij een fiere partij mee wil blazen moet hij op zijn tournée zelfs oppassen dat hij niet in het andere uiterste vervalt:een denigrerende houding ten opzichte van het klaslokaal met de houten banken waarin je een dag lang cultuur zit te eten. En dat zo een jaar of Vijf zes met 's avonds „huiswerk" van het zelfde soort. Kan die KNVB. niet eens zo'n tour- neetje organiseren voor al die hoge heren die op 's lands portemonnaie zitten? Het zou hun harten verwarmen en hen gul stemmen, misschien. Dit Slles naar aanleiding van een gesprek dat T.K. met een boksend vriendje had. Van dat neusbeentje heb ben we ook wel even gegriezeld. Maar daar gaat hij toch niet de conclusie uit trekken dat de ware sportinstruc- teur zijn pupillen adviseert neusbeentjes te laten verwijderen? Een mens kan alle goede dingen om zeep helpen. Ook de sport dus. We gunnen die bokslief- hebber zijn sport. Als hij fanatiek wordt en toestaat dat allerlei valse elementen (het geld, de eerzucht) in zijn sportiviteit binnensluipen houdt hij meteen op een echte sportsman te zijn. F.B. moeten kunnen bepalen tegenover een ander mens, die men dan dient te ac cepteren in dezelfde waardigheid als wij zelf bezitten? Er zijn altijd menselijke verhoudin gen geweest, maar die schijnen heden over de hele linie aan het veranderen te zijn. Noem maar op: de verhouding baas en ondergeschikte, mevrouw en haar dienstmeisje, mijnheer en zijn chauf feur. We hebben er allen moeite mee. Er valt veel mee en er valt veel te gen. Er is veel winst en we constateren ook veel verlies. Lastige mevrouwen, die hun meisje als verlengstuk denken van hun mate riële gemakken als de bel, de st0'~ zuiger en de keuken hebben geen schijn van kans meer. Van de andere kant, menige mevrouw die veel te veel te doen heeft om het alleen af te kunnen, is bitter teleurge steld over de harteloosheid van haar personeel, dat niet echt mee wil zor gen voor de goede gang van zaken, maar wel gretig bereid is een oneven redig groot fragment uit mevrouws huishoudbudget te eisen. Luister maar eens goed toe. Er zijn wat stories in omloop. Maar bovenal is het zo. dat in alle maatschappelijke gezagsverhoudingen toch een flinke scheut menselijkheid aan het groeien is. De gewone vraag naar het wel en wee is toch niet on gewoon rqeer. Er zijn sociale werksters en werkers. Er zijn levensscholen, kortom aller.ei sociale diensten, die er werkelijk niet in de eerste plaats zijn om de produktie op te voeren, maar eerlijk bedoeld om de arbeidssfeer menselijker te maken. Trouwens op nog veel meer terreinen zien we een milder klimaat ontstaan. We kunnen wel eens grapjes maken op onze gevangenissen, die zo lek zijn als een mandje, maar het is toch een hele winst, dat we in de misdadiger de mens willen blijven zien, aan wie geen recht wordt gedaan door hem al- - 'S?j Samen luisteren naar een inleiding, dan onderlinge discussie onder een kop thee of koffie en dari met de inleider in debat. Proberen gedachten te formuleren, goed luisteren, spits antwoorden. Ieder op zijn manier. Poarweise sdireiten wir immer im Gleldi- tokt, weil wir gemeinsam Gott loben wollen. In een Duitse °el 3e nu> als je zo'n poeier ht toigtr r«tiVtahoniek, je ziet even i koot/' "taar als je dan even zo met het of udt is het alweer over. Het fikse trek van een zware €rnt, je weet wel, zo'n lichte htien 't m°et er natuurlijk aan v*t Sp "et is die harding, waar ik ah de zijn de eerste weken side "hiding gereserveerd, om be- k blak gGvoeü§e plekken harder "•V. -- n- Dan oa t rfo tnotviictpur hV' hieTt uan Saat c k "Si ltnJr maa§ spelen. f 7? stootjes in je maag, steeds >Q,U(Jt 'hii het Ptin Saat doen, dan ®an ,errnee °P- Neen, je mag je- *r 'Qist nmet V€rdedigen, want het gash »tlde "V dat ie °P die plaats het een r ,Ieert verdragen." öioe7ile van dat boksen dan niet k.J'Nóu 'huten 0l'..je berit blij als de drie tt den zijn en je weer enkele se- t»?k6n da?'zitten. Je moet eens be- «til le> als je bezig bent .geen rt7*idheid a Maar je moet je ver- .'«rop j hooit laten merken, want h nio 20 m0€ maken dus, hel^^L zne-er kunt. Dat is in feite i» U blaar 50ks.en: elkaar afmatten. Ik t.,as"' vac I1 ik m'3n neusbeentje kwijt «iViïi "2de hij er rlrnnrr aar -AJ und zum Platz gehen wir im- jner mit dem auheren Fufi, d. h. mit dem Fu6, der zum, Kirchensdiifi zeigh Wichtig is» dos rechte Schreifêh btim I Ministrieren. Kein taufen. Hasten, Stampfen, Kriechen - sondernSchreitenl RichtigerRhythmus,richtigerGleichtakt, rich tiger Beginn des Gehens. Richtiger Abstand in der Gruppe. Denke immer f daran: Dein Gehen .ist LoblGottes^ touch dieseO'djiunglobjGott Wilt u nog een heerlijker beivijs voor de Grundlichkeit waarmee een Duitser aan opvoeding doet! Overgenomen uit het. tijdschrift. er Ministrant", uitgave van het Jugendhaus Diisseldorf. In der Grwppe holte ich immer richtigen Ab stand (etwo eine Armlange!, *r*i. "Ja ijl nij er droog aan toe, lj"Ja, i langs zijn neus wreef, k* '°ch „w?10 zit dat neusbeentje jul ictv, altijd Rentrl^M in de weg? rn g0ed. dat 1 r\ a tri len) j«, (Het deed e al van over bok- 7<lli ge^,' J,c' als je dat beentje kwijt ->h J, last meer hebt van bloed en «loht door, je ogen lopen en het "ervagen." ad. d^tn. Ze ie wel eens zo ver ge- hll, b keer k"ock-°ut was?" U dat d Wlst toen eigenlijk nog ju en v a milt zo'n kwetsbaar orgaan ,aar nu ledigde daar helemaal niet. h«v** eeriB T6' 'k het wel hoor, en'hij i o u, lanes ,Voor de rest Ik toev,1Jd, 0p punteri 'gespeeld, be lls d hc Z€lf iemand k.o. sloeg. ,t «gstre^u111 €en flinke puist in zijn ,a«n en segeven. Hij wou net op en, °en was het tien". Hij lachte j "vonn **n kf dat nou niet vervelend, dat zi"va' in ?eraad neer had geslagen?" V» Ma begin vond ik het wel blij rj!r de keer daarop won hij ioen kwamen we in de ring De Eundesprases Willi Bokler heb ben we een ogenblik kunnen ontmoeten. De man heeft het natuurlijk druk. Maar hij had laten aankondigen dat hij wat tegen zijn Nederlandse bezoekers wilde zeggen. De „Führerin" van het huis kwam dat zeggen, maar het kon pas over een uur want hij was nog in „Konferenz". Goed, wij eerst rondkijken, toen weer terug naar een soort conferentiezaal. De Führerin af, om de Prases te mel- 1 den dat we gezeten waren. Führerin terug. Twee minuten later Führerin en wij staan op, Bundesprases komt binnen, groet en houdt een meesterlijk toespraakje getuigend van veel vriend schap. Hij groet weer minzaam, hij staat op. Bundesprases af. De Führerin maakt aan de bijeenkomst een eind. Nu moet je het ook eens meemaken als een Franse jeugdleider in een bij eenkomst verschijnt. Volmaakt wat an ders. Lekker losjes zo. Het is ook een vorm maar veel mincler. vormelijk! Over menselijke verhoudingen ge sproken. De kennismaking met andere cultu ren is natuurlijk buitengewoon leerzaam om het gezichtsveld te verruimen. Nu moet men weliswaar ontvankelijk zijn voor het vele, dat andere anders doen dan wij en zeker biet tot ergernis ge raken, maar het is toch wel eens leuk om te vergelijken, juist om de humo ristische kant van het geval. Zo raakten we dezer dagen verzeild in het Jugendhaus, aan de Carl Mos- tertsplatz in Düsseldorf, waar het hoofdkwartier van de Katholieke Duitse Jeugdbeweging gevestigd is. Wat heb ben die jongens het voor elkaar, daar in de Bondsrepubliek! Een uiterst sober, maar enorm kan toorpand. En wat daar allemaal in gehuisvest is. Alle redactiebureaus van de berg periodieken, die voor meisjes en jongens verschijnt. De staven van alle jeugdbewegingen uitgezonderd de arbeiders jeugdbeweging en de Kolping- groep. De zielzorg onder de jeugd wordt van uit dat Jugendhaus geleid. Dan is er in ondergebracht een hele boekhandel, de scoutshop voor de verkennersbeweging en het expeditiebedrijf voor al die tijd schriften. Aan de lange gangen niets dan kan toorruimten. En op zijn Duits; naast elke deur een bordje in een koperen lijst, met daarop naam en titel van de gene, die achter die deur de scepter zwaait. Meisjes en jongemannen lopen heen en weer met papieren. Zo kan je je het Pentagon voorstel len of het secretariaat van de Verenig de Naties. Echt een pand om meteen in te pik ken als er een vijand komt opzetten, die van al dat Roomse gedoe niets hebben wil. Het zakt er door van de Führers en Führerinnen. Maar reken erop, dat het gründlich in elkaar zit. We stonden verbaasd daarover. Niets ontgaat aan de aandacht van de lei ding, tot het kleinste detail niet. Voor ons ügt het „Arbeitsplan 1957 1958 der Mannesjugend im Bund der Deutgcben Katholischen Jugend", Het Leitwort Christus voor dit seizoen is „Jesus 1st der Herr". Daarover schrijft dan Willi Bokker (dat is een priester) de „Bundespraseseen inlei dend woord in de brochure. Met enkele raadgevingen zouden wij dan verder volstaan, de zaak overlatend aan plaatselijke initiatieven. Daar gaat het anders. Want erachter volgen thema's en stof- indelingen voor alle mogelijke en on mogelijke activiteiten, die de leuze vorm moeten geven in alle geledingen van de bewegingen. Beneden in de hall is met grote let ters het thema aangebracht. Geconcen treerd houden allen dit grote thema vast. We lezen over de thema's van bijbel avonden voor de jongemannen. Christus de Messias; de Leraar; Christus en Zijn tegenstanders; Zijn Priesterambt; Zijn rechtersambt. Voor de jongere groepen wordt in de „Reli giose Gruppenstunden (Christus Kreise) gesproken onder de titel „Christus ruft door zijn woord; in zijn sacramenten; in de wereld enz. enz. Voor weer andere groepen lezen we opgaven als het maken van een kaart van Palestina; het maken van een jeugd- bijbel. Je wordt er stil van, wat die mensen daar tot in de perfectie hebben uitge broed. Hoe ze daar de Christusfiguur een jaar lang onder de jeuid gaan brengen. Het jeugdhuis levert werkmappen, re clamekaarten en wat al niet. Daar is bijvoorbeeld dit advies; In de wisselkasten van de jeugdhuizen moe ten bladen komen uit de „Schaukasten- werkmappe 1958". Iedere maand hangt er in i^jier geval een grafisch verant woorde bijbeltekst in de vitrines. De „Sonderecke" moet er voor gereser veerd worden. Aan het eind van de brochure volgt een uitgebreide literatuuropgave met prijzen erbij. Die zonder sterretje zijn alleen voor de „Jugendseelsorger, Mit- arbeiter und Führerschaft". De rest voor de „Mitglieder". 's Lands wijs, 's lands eer. zeggen ze weieens. Deze methode schijnt die van onze Duitse buren te zijn. Kom nu eens met zulke dingen bij de Fransen aan. En dat is nu juist het leuke, omdat het andere mensen zijn, doen zij het weer anders. Wat wordt de wereld groot, als je er allemaal eens met begrip kennis van neemt. Wat een variatie is er toch onder de mensen. leen maar op te sluiten en hem ver volgens over te leveren aan een re- classeringsorganisatie. Neen, daar heb ben We omwille van de menselijkheid geen vrede meer mee. In het gevange nisleven zelfs moet voor de mens die fou ten maakte, voelbaar zijn, dat het res pect voor zijn menselijke waardigheid gebleven is, ondanks alles, hoezeer hij er zelf ten opzichte van anderen ook te gen gezondigd heeft. Abbé Pierre wint het alleen, omdat hij de kunst verstaat zijn clochards te doen aanvoelen, dat hij hen als mens onveranderlijk hoogacht, in wat voor toestand ze ook verzeild zijn geraakt. We geloven ook. dat juist daar het vertrekpunt ligt voor die mensen, om in de wereld van mensen weer mee te gaan doen. Er is dus waarachtig nog een mens, die hen respecteert en op voet van gelijkheid hen wil benaderen. Juist omdat ze aan die moge.ijkheid niet meer geloofden, kwamen ze tot hun eenzame verval onder de bruggen van Parijs. De zinspreuk van de Pax Christitocht van Pasen a.s., waarover we u uit voerig spraken, maakt duidelijk dat ook die beweging ijverig bezig is de men selijke verhoudingen te verbeteren. „Hij en Zij zijn als jij". Drie dagen met elkaar optrekken èn alleen maar acht geven op de menselijke waa :dig- heid van de ander, hem willen leren kennen en in zijn anders-zijn hem leren respecteren. Dat is het. Ons heeft de volkshogeschool altijd zo'n bijzonder goed instituut geleken om goede menselijke verhoudingen te bele ven. En dat bleek ons ook nu weer met die groep jonge mensen op dat buiten verblijf, een week lang. We hebben er over gepraat, over menselijke verhoudingen, maar bovenal hebben we die „human relations'' be leefd. Iedereen die jeugdherbergen bezoekt, in groepen of individueel, die ^gezamen lijk reizen maakt met organisaties of zo maar met een groepje vrienden en vriendinnen, ondervindt hetzelfde. Die heerlijke ervaring menselijke verhoudin gen te beleven. Vol met verrassingen, plezierige en bittere. Je ontdekt de ander, tot grote vreug de of bittere teleurstelling. Je ontdekt jezelf omdat je de ander op jouw ge drag ziet reageren en waarachtig niet altijd even gunstig. Wat heeft dat je dan te zeggen? Je behandelt soms met de beste bedoelingen de ander verkeerd of behandelt hem per ongeluk goed. Het is een opwindende bezigheid, menselijk en mooi. En onder gelijkgestemde zielen lijkt de zaak nog eenvoudig, maar nu b.v. blank tussen zwart. Een Chinees is voor ons een Chinees. Toch zijn ze alle 400.000.000 anders. Nooit bij stil gestaan. We weten zelfs bij benadering niet, hoe< we eraan zou den moeten beginnen een individuele Chinees te ontdekken in zijn diepe men selijkheid. Een week volkshogeschoolervaring doet een hoop goed in de opbouw van goede menselijke verhoudingen. ^waX^V....

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 9