witte doek
Our Man in Havana
„TUSSEN JA EN NEE
alec guinness als
Van twee kanten bekijken
Belinda Lee door Rank ontslagen
Reclame
Carol Rêed verfilmt
Superieure vertelkunst van
Jeanne van Schaik-Willing
Als filmmensen ruzie
maken
Tentoonstellingen in de
Galerie Loujetzky
|l te Den Haag
Julius Staupe
Barmhartigheid
odort 1912
Over filmrechten
gesproken
Wel of geen club
Hans Roest
Maakt
voor Uw zaak
Samuel Goldwyn „Even opgewonden
als bij mijn eerste film"
Opnieuw samenwerking met Graham Greene
Justine van Houten
De verbalen van Jeanne van SchaikWilling behoren tot liet
beste van wat er op dit terrein in ons land wordt gepresteerd. Wie
deze bewering tot een overtuiging wil maken, leze de bundel
„Tussen ja en nee'*, welke zojuist bij Em. Querido's Uitgeversmij. te
Amsterdam is verschenen. Het is een kleine oogst: negen verbalen,
geschreven in een tijdsbestek van twintig jaar. Maar de eerste
novelle, „Voor één dubbeltje", ontstaan in 1938, bezit reeds de
zeer persoonlijke toon, welke het gehele werk van deze knappe
schrijfster kenmerkt. En liet jongste verhaal, „Cadiz", daterend van
1957, heeft nog altijd dezelfde spontaneïteit en natuurlijkheid, die
weer andere facetten van dit schrijfsterscliap vormen. Jeanne van
Schaik -Willing beeft in de twintig jaren tussen de eerste en de
laatste novelle natuurlijk een (misschien zelfs enige) evolutie(s)
ondergaan, die men trouwens uit de elkaar opvolgende verhalen min
of meer kan aflezen. Zij heeft geleerd, de wereld en de mensen te
wantrouwen en te doorzien; maar tezelfdertijd heeft zij toch iets
van de verwondering en de innigheid, ja zelfs het klinkt mis
schien paradoxaal voor deze vinnige, soms scherpe schrijfster
iets van de argeloosheid van liaar jeugd behouden.
do onigo
ochto
PLASTISCH CHIRURG
Pnuselijke audiëntie binnen
gesmokkeld
100.000 voor ongeschreven
boek
Zoveel hoofden zoveel zinnen, zegt het spreekwoord. Verschil van
mening zal er altijd blijven. En dit is maar gelukkig ook. Tegen
gestelde meningen houden de zaak, waar het om gaat, gezond en
fris en bevorderen haar groeiproces. Niets dat zo muf ruikt als een
heilig huisje, waaraan men niet durft te raken. Gooi de ramen
wagenwijd open en blaas er van alle kanten gerust eens flink door
heen. Het zal het huisje geen kwaad doen.
Wij van onze kant hebben nooit geaarzeld onze tegengestelde menin
gen te laten horen, al werd ons dit door kleinen van geest dikwijls
kwalijk genomen.
Maarwaar wij de zaak niet van twee kanten bekijken, praten
we langs elkaar lieen en zullen we nooit iets bereiken. Want dan
hebben beide partijen gelijk. Het ligt er maar aan van welke kant
je de zaak bekijkt. Maar iedere zaak heeft nu eenmaal twee kanten
Plichtsverzaking en slechte publiciteit
Narrenkap contra WKA
Hans van Bergen
$5
i*S
ZATERDAG 25 OKTOBER 1958
PAGINA 5
WERELDNIEUWS
Opera „Porgy and Bess" als film
(Van onze filmredacteur)
filmproducent Samuel Goldwyn is
dit *-"0'umbia Pictures overeengekomen,
deze maatschappij zich zal belasten
Yde distributie over de hele wereld
jj 2Ün film „Porgy en Bess" t
Voor de verfilming van dit muziekdra-
1 Van George Gershwin, dat ook in Ne-
han overweldigend succes heeft ge-
in ,zi)n dezer dagen de Todd-AO-ca-
inCra's 'n ac''e gekomen. De hoofdrollen
q <*e film, die wordt geregisseerd door
Zo Preminger, worden gespeeld en ge-
diABen d°or Sidney Poitier, Dorothy Dan-
ley Sammy Davis jr en Pearl Bai-
J«wacht wordt, dat de film tegen het
'"de van het volgende jaar zal gereed-
•""nen.
- t°on Samuel Goldwyn enkele maanden
'oden bekend maakte, dat hij er in was
«na g<*, de filmrechten van „Porgy
?d Bess" aan te kopen, verklaarde hij
Jt voel me even opgewonden, alsof
- 1 mijn eerste film was" en uit zijn
°orden klonk een geestdrift, die voor
v!11 ogenblik althans, 44 jaar van film-
oduktie deed vergeten.
t 2ijn belangstelling voor deze volksope-
a gecomponeerd door George Gershwin
tii if eon roman en toneelstuk van wijlen
thv Heyward en diens vrouw Doro-
T.. was een bijzonder goed bewaard ge-
'"i gebleven. Mr. Goldwyn bekende,
*on k'i tien jaar lang met plannen had
ndgeiopen om de opera te verfilmen,
V- ar tot het moment, waarop de aankoop
0 de filmrechten bekend werd gemaakt,
ld niemand iets daarvan geweten,
flj^durende de talloze onderhandelingen
(C pver de verfilming van „Porgy and
Ws" ziin gevoerd, sinds haar triomfale
tyfdgkeer op Broadway in 1952 het
t de vijfde maal, dat de opera op het
1 werd geproduceerd is in diit ver-
a-yd de naam van Samuel Goldwyn geen
ele maal genoemd. Columbia Pictures
Als filmmensen ruzie maken, doen ze
tja in grootse stijl en de situaties, die
arbij ontstaan, zijn vaak nog dwazer
jfj,n de intriges van hun komedies,
vfnproducent Paul Graetz en regisseur
Richel Boisrond waren het onglangs in
r'js volkomen oneens over een 20-jarig
t(,?ndie en een brunette van evenveel len-
b Graetz had de brunette, Jacqueline
spard, geëngageerd om de hoofdrol te
sPel,
en in zijn film „Het Zwakke Geslacht"-
t,jp''aar regisseur Boisrond vond, dat ze
g geschikt was voor die rol en enga-
®rde Agnes Laurent,
g r°ducent Graetz 'stelde daarop het vol
gde ultimatum: „Jacqueline speelt de
h of ik zet de produktie stop".
'tp 'otte kreeg regisseur Boisrond toe-
mming om dezelfde scènes met beide
besjes te verfilmen. Hij is thans klaar
,t de film, waarvan de ene versie
g," Jacqueline en de andere met Ag-
ti-s Is gemaakt. „Jacqueline", verklaart
t>p „regisseur, „is te provinciaals". „Ag-
verklaart de producent, „is te we-
tï-a ij®"- Ke' geschil is thans ter arbi-
ge voorgelegd aan een commissie ujt
filmbedrijf en een onafhankelijke jury
„voor °f tegen het blondje of de bru-
te moeten beslissen.
en Louis B. Mayer na zijn heengaan
als hoofd van de produktie bij Metro
Goldwyn Mayer hadden voor de film
rechten ieder een miljoen dollars con
tant geboden plus een percentage van de
ontvangsten. George Seaton en William
Perlberg hadden met financiële steun
van Paramount eveneens een bod gedaan
en er is zelfs nog even een plan geweest-
om de film in Duitsland te maken roet
particulier Amerikaans kapitaal.
Samuel Goldwyn mag zich terecht trots
en" gelukkig voelen, want hij heeft dê
filmrechten voornamelijk gekregen we
gens zijn reputatie als producent, al
speelden natuurlijk ook financiële overwe
gingen oen rol; 650.000 dollars contant
en tien procent van de bruto filmontvang
sten.
„Porgy and Bess" is de laatste jaren
een Amerikaanse „instelling" geworden
Geen wonder, dat degenen, die direct
bij het succes ervan zijn betrokken, met
de verfilming niet zomaar over één nacht
ijs wensten te gaan. Afgezien van de fa
milie Gershwin (de broer van de com
ponist. Ira, werkte mee aan het schrij
ven van de teksten) en mevrouw Hey-
ward behoren tot hen het Theater Guild
(het bracht in 1927 de originele „Porgy"
Samuel Goldtvyn wist de film
rechten van de opera „Porgy and
Besste verwerven.
op de planken en tevens de eerste muzika
le versie, nadat het stuk in 1935 „Por
gy and Bess" was geworden) alsmede
Robert Breen. die in 1952 de reprise re
gisseerde en deze samen met Blevins
Davis produceerde.
Hitchcock. Sinds Greene met Sir Carol
heeft samengewerkt aan twee van zijn
beste films: „The Third Man" en „The
Fallen Idol", is het niet uitgesloten, dat
de schrijver zijn prijs heeft verlaagd om
deze succesvolle samenwerking te her
nieuwen.
Verleden week zaterdag zijn Greene
en Reed samen uit Londen naar Havana
vertrokken om geschikte plaatsen te zoe
ken voor de buitenopnamen van de film,
waarmee in de lente van het volgende
jaar zal worden begonnen.
Traditiegetrouw heeft de kunstzaal Lou
jetzky aan het Prins Mauritsplein we
derom gastvrijheid verleend aan een dis
placed person, de kunstschilder Julius
Staupe, het zoveelste slachtoffer van de
gedwongen emigratiepolitiek van Indone
sië. Uit zijn met grote technische vaar
digheid geschilderd werk spreekt Stau-
pes liefde voor het land van herkomst.
Hij moet het jarenlang gekend hebben
en er nog altijd intens van houden. Dui
delijk valt dit uit zijn schilderijen af te
lezen: ze zijn van een romantisch-realis-
me, dat sympathiek aandoet (avondstem
ming bij Prigi, Rijstvelden in de bergen).
Veel oranje, gele en padi-groene linten,
idyllische lichteffecten ook, doen vermoe
den dat Staupes talent zich in oosters
isolement ontwikkeld heeft. Het contact
met moderne, meer expressieve stijlrich
tingen ontbreekt. Wellicht wordt dit hier
in Nederland gelegd. Anders vrezen we,
dat deze kunst zal eindigen als (waarde
vol) illustratie-materiaal van een land
en volkenkundig museum.
Eveneens tot 31 oktober is er in de
zelfde Galerie Loujetzky werk te zien van
Mevr. Justine van Houten. Schilderijen en
aquarellen. Het leek ons een wat over
dadige produktie. Nergens hebben we het
gevoel gehad, dat Justine van Houten
dit alles schilderen moest. Kleurgevoelig
heid valt haar zeker niet te ontzeggen,
maar kleurgevoeligheid is slechts mid
del. Waartoe? We hebben het niet kun
nen ontdekken. Het mag dan waar zijn,
dat boeketten schilderen een typisch vrou
welijke bezigheid genoemd wordt, er
was hier wel wat teveel van het goede.
Soms fraai en altijd vlijtig werk, ze
ker, maar dat is te' weinig. Deze kunst
heeft ons niet overtuigd.
E. N.
H. J. OOLBEKKINK
pittige, boeiende verteltrant
Zelden heeft een novellenbundel een
zo juiste verzameltitel gekregen als dit
boek. Deze verhalen staan in alle op
zichten tussen ja en nee. Tussen le
vensverheerlijking en -ontluistering.
Tussen vertrouwen en achterdocht.
Tussen geloof en ongeloof, zekerheid
en onzekerheid, blijdschap en verdriet.
Maar telkens weer klinkt onweerstaan
baar het vermoeden van (en verlangen
naar) het „ja" door.
Dit natuurlijk, ons allen ingeboren
verlangen naar wat liefde en geluk is
het steeds weerkerende grondmotief.
Maar Jeanne van Schaik-Willing
schept geen idyllen. Zij weet, dat de
werkelijkheid van de liefde, hartsver-
rukkend kan zijn, maar ook, dat haar
consequenties soms hartverscheurend
zijn. Alles moet worden, betaald en
de mens mag blij zijn, als zijn tol ten
slotte toch nog iets heeft van een bitter
zoet geluk.
Zoals het geval is bij de onderwijze
res in het ontroerende eerste verhaal,
„Voor één dubbeltje". De schrijfster
vertelt over haar lot eigenlijk niets
maar zij doet ons het hele drama
vermoeden door de ogen van een ge
voelig, zuiver kind de „ik". Het klei
ne meisje vindt een dubbeltje en be
stemt deze schat spontaan voor bloe
men voor haar zieke onderwijzeres,
over wie de mensen allemaal zo
vreemd praten. Het kind in haar lieve,
natuurlijke barmhartigheid bezoekt de
jonge vrouw, die in bed ligt met een
baby in de arm.
Zelden heeft de schrijfster het eeuwi
ge „tussen ja en nee" zo zuiver uit
gesproken als in de twee volgende zin
nen over het bekijken van de baby.
Eerst: „Ik vond dit alles onbeschrij-1 den.
felijk griezelig, maar juffrouw Schuur-
zands onzeker gezicht begon nu te
glimlachen en dat gaf me vertrouwen".
En even later: „Ik keek met de juf
frouw mee. Hoe had ik ooit één ogen
blik dit kleine griezelig kunnen vin
den!"
Eerst is er de afwering, het neen;
dan komt een mens de ander met ver
trouwen tegemoet en dat is de brug
naar het onvoorwaardelijke ja.. Ie
dere novelle is verrassend anders
naar vorm en inhoud. Maar de onder
toon is dezelfde die van een barm
hartige, diepe menselijkheid, welke
geen onzekerheden opheft, maar de
zegen kent van het vertrouwen, ook
al wordt het telkens en telkens weer
geschonden.
Het boek is bedoeld voor volwasse
nen.
Toevallig heeft ook Theun de Vries
in zijn zojuist verschenen bundel
„Noorderzon". (Querido) verhalen bij
eengebracht, welke met een tussenruim
te van twintig jaar zijn ontstaan. Het
zijn verhalen rond het geslacht Wi-
arda, waarover De Vries zijn twee
grote, bekende romans heeft geschre
ven. De kleine roman waarmede
„Noorderzon" opent, heet „Wind en
avondrood" en brengt de lezer in de
oertijd van het Friese land. De oudere
novellen „De bijen zingen" en „De
freule" spelen in een recenter verle-
Ai
Guinness en zijn vrouw zijn verle-
de eerste plaats bleef mevrouw Guin-
a het passeren van een brug over
er kanalen in Venetië met de spitse
van haar schoen in een sleuf steken.
Sir Carol Reed en Graham Greene
'gaan opnieuw samenwerken bij de
verfilming van „Our Man in
Havana", een satirische spionage
roman van laatstgenoemde.
Een tweede belangrijke slag op het
punt van filmrechten is geslagen door
Sir Carol Reed, wiens laatste film „The
Key" momenteel hier te lande wordt
vertoond onder de titel „Stella's Sleutel"
Reed heeft hij de veel begeerde filmrech
ten van Graham Greene's nieuwe ysatyri-
sche spionageroman „Our Man in Ha
vana" onder de niet onbelangrijke neus
van de voornaamste bieder: Alfred Hitch
cock, weten weg te kapen.
Hitchcock. een der grootmeesters
van de spionagefilm, is maandenlang
met Graham Greene aan het onderhande
len geweest over de aankoop van de film
rechten. Het is het soort verhaal, dat
iva wl "KUr'"7 Hitchcock bij voorkeur verfilmt: de avon-
Sw°Ken Ttaiuf turen van een mislukte stof zuigerverko-
.On°^n. vakantiereis door Italië. per van middelbare leeftijd, die lid wordt
van de geheime dienst, zijn superieuren
bij de neus neemt door ze de tekeningen
i van een stofzuiger toe te sturen als de
n4 en brak haar rechterarm i Plannen v00r een atoomvinding, betrok-
h a i racluerarm- ben raakt bij een moord en tenslotte een
-6ss Mf I mooie spionne, een hoge onderscheiding
felf een pauselijke audiëntie binnen- qn een pbetre£king alse leraar aan een
school voor spionnen krijgt.
Greene vroeg 50 000 500.000) voor
de rechten om van deze prachtige
persiflage op het traditionele spionage
verhaal een film je maken „Veel te
veel", vond Hitchcock en bood 25.000.
Dat sir Carol Reed de rechten thans
heeft gekregen, wil intussen niet zeggen,
dat hij meer zou hebben geboden dan
tvSrr 1 pausenjxe auaieruie Dinnen-
V°«keld, één der laatste, die door
Gu- s XI1 werd gegeven.
'ir.^ 'hnesa. die drie jaar geleden katho
de geworden, had een paar vrienden
^deelnamen aan een congres var
fUr„4Sche chirurgen in Rome. De chi-
werden door de Paus op Castel
.^elnamen aan een congres van
o U i tmi vrror» i"n Pnmo Ttn nbi
in audiëntie ontvangen en Guin-
man me' ve^e Sezichten en
Oterv ging met hen mee als collega.
met een schitterende orchidee de Franse filmster
"le/, U verwelkomd toen zij arriveerde op het vliegveld te Stuttgart.
rtolkten zij de hoofdrollen in Frans-Duits-Italiaanse filmproduhtie
naar hel bekende boek Opstandingvan Tolstoi.
Over filmrechten gesproken: Grace Me-
talious, schrijfster van het zwoele klei
ne stadsdrama „Peyton Place" heeft
de filmrechten op het vervolg ervan:
„Return tot Peyton Place" pan 20th Cen
tury Fox verkocht voor 500.000 dollars
1.780.000,).
De 26-jarige schrijfster Rona Jaffe
heeft het er al was het bedrag, dat ze
incasseerde dan niet zo groot, nog beter
afgebracht door de filmrechten van haar
roman „The Best of Everything" te ver
kopen voor 100.000 dollars 375.000)
nog voordat ze het boek zelfs maar had
geschreven.
Ze kwam met een manuscript bij haar
New Yorkse uitgevers, die het beleefd
weigerden. „Maar had ze misschien nog
een ander onderwerp in haar hoofd?"
„Jawel", antwoordee ke, „een boek over
werkende meisjes".
Wat juist het onderwerp was, waarngar
filmproducent Jerry Wald bij de uit
gevers had gevraagd.
Z6 hebben wij onlangs er de nadruk
op gelegd, dat het loutere bestaan van een
toneelclub, afgezien van elk resultaat, zijn
voordelen kan hebben.
Men is bezig in zijn vrije tijd. Alleen
dit bezig-zijn is al een groot ding. En
men is behoorlijk bezig. We moeten er-
Belinda Lee is door de Rank-organisa- j „pe film is geregisseerd door een Ame-
tie ontslagen evenals een andere „storm
achtige" filmster, Patrick McGoohan.
„Het besluit om hun contracten aan
het eind van het jaar niet te vernieu
wen", aldus heeft een zegsman van Rank
verklaard, „is genomen in het raam van
onze nieuwe politiek om in onze films
meer internationale sterren van naam te
laten optreden".
Het ontslag van het vroegere „Gouden
Meisje van Pinewood" is niet onver
wacht gekomen. Ze is herhaaldelijk ge
waarschuwd, omdat ze vaak en langdu
rig afwezig was en omdat ze slechte pu
bliciteit had in de pers.
Niettemin verdween ze, zodra ze klaar
was met haar rol in de film „Nor the
Moon bij Night", waarin ze Patrick Mc
Goohan tot tegenspeler had, naar de
Franse Rivièra. Op het ogenblik speelt
ze een Brigitte Bardot-achtige rol in een
film. die in Frankrijk wordt opgenomen.
„Het beste nieuws, dat ik in jaren heb
gehad", luidde het commentaar van de
30-jarige McGoohan, toen het bericht
van zijn ontslag hem bereikte. „Ik heb
al maanden geprobeerd ze ertoe te bren
gen, 'n eind te maken aan mijn contract".
„Die lui van Rank", voegde hij er
aan toe „beweren dat ik lastig ben. Daar
is geen woord van waar. Ik heb de rol
len in mijn laatste twee films aangeno
men zonder zelfs het scenario te iezeh".
Het schijnt, dat Fran?oise Sagan niet
erg te spreken is over de verfilming van
haar boek „Bonjour Tristesse". In Brus
sel, dat ze onlangs bezocht, moet ze te
genover de pers hebben verklaard: „Ik
heb er een hekel aan". Ze ging zelfs
dieper op het onderwerp in en pruilde:
rikaan met Amerikaanse acteurs en ac
trices. De Amerikanen begrijpen eenvou
dig niets van zulke dingen".
„Begrijpen wat niet?", werd haar ge
vraagd. „Ze begrijpen het eenvoudig
niet", luidde haar spitse antwoord.
Frangoise vindt, dat de film had moe
ten worden gemaakt door een Franse re
gisseur met Franse spelers. „Maar", be
sloot ze, haar schouders ophalend, „mijn
agenten hebben de filmrechten aan de
Amerikanen verkocht, omdat de Ameri
kanen meer geld hebben".
voor studeren, we moeten ons inspannen,
we spelen een gemeenschapsspel, we
moeten ons beperkingen opleggen, we
moeten duidelijk leren spreken, goed leren
lopen etcetera etcetera.
Daarnaast staat nog een heel groot
voordeel: wij verzorgen de (Ontspannings
avonden van kleine gemeenschappen, die
plezier hebben in ons kunnen, al blijft
het uiteindelijk resultaat msischien ver
beneden nul- Maar die gemeenschappen
kunnen hun avonden niet missen en zijn.
niet zo kritisch ingesteld en blijven ko-
me. Ontnemen wij die toneélclubjes hun' anderd en met de tijden de geest en de
gaan. En slechte clubs, zeggen zij con
tinueren en verhogen alleen maar de wan
smaak. Dat deze clubs evengoed nog in
een behoefte voorzien van een kleine ge
meenschap, zien zij volkomen over het
hoofd.
Maar als wij de zaak van twee kanten
bekijken, zeggen wij: spoel het kind niet
met het badwater weg. Behoud wat je
hebt En zie daar iets van te maken.
Want toneelspelen blijft toch immer nog
een vrije-tijds-besteding. Maar probeer
van deze dikwijls zo stuntelige vrije-
tijds-besteding een goede te maken, een
werkelijk waardevolle vrije-tijds-beste
ding.
Zo fulmineert De Narrenkap bijvoor
beeld fel tegen de „gezamenlijke" bi
bliotheek en de „gezamenlijke" toneel
adviseurs en de „gezamenlijke" cursus
sen van het W.K.A. en de NATU.
De Narrenkap wijst hierbij op het in
1947 verschenen rapport, dat voor het Ne
derlands Hoogwaardige Episcopaat aan
leiding is geweest de wenselijkheid van
een eigen katholieke amateurtoneelorga-
nisatie kenbaar te maken en in welk rap
port gezegd werd, dat samenwerking met
de NATU slechts in de top mag plaats
vinden.
Als wij uitgaan van het feit, dat onze
toneelbeoefening slechts vrije-tijds-beste
ding is, waarin het meer gaat om het
spel dan om de knikkers, meer dus uit
eindelijk om de geest en sfeer, waarin wij
spelen dan om het resultaat, dan staan
wij eveneens zeer huiverig tegenover al
dit „gezamenlijke" gedoe. Want waarom
hebben wij dan nog een eigen W.K.A- no
dig?
Maar er is ook nog een andere kant.
1947 is geen 1958 meer. De tijden zijn ver
bestaan, dan laten zij grote leegten na.
Evenzeer al's wanneer wij het bestaan-
recht zouden ontzeggen aan plaatselijke
mandoline- of zangclubjes en dergelijke.
Dus o.i. hebben wij groot gelijk, als wij
schrijven: bedreig nooit een toneelclubje
in zijn bestaan, al zijn de resultaten nog
zo pover of artistiek bezien beneden nul.
Maar er zijn anderen, die roepen: weg
met al die rommelclubs. Wie niet behoor
lijk voor de dag kan komen, zowel tech
nisch als artistiek, heeft geen recht van
bestaan.
En ook zij hebben gelijk. Want zij be
kijken het van een heel andere kant. Hun
staat alleen maar voor ogen de grote
waarde, die een werkelijk goede club kan
hebben. De grote waarde zowel voor de
spelers zelf als voor het publiek. Van
een werkelijk goede club kan een op
voedkundige en veredelende kracht uit-
Patrick McGoohan en Belinda Lee, twee
stormachtigefilmsterren, zijn door de Rank-
organiaatie ontslagen.
houding van de mensen en ook van ons
katholieken. Wij streven naar openheid,
naar gezamenlijke inspanning, waar dit
mogelijk is. Hiervan kan een heel eigen
kracht uitgaan op ons zelf, maar ook op
de andere partij. Hier ligt zelfs een grote
mogelijkheid van apostolaat. En van deze
kant bezien sommige bestuursleden van
het W.K.A. de zaak. Zij staan een grote
openheid voor. Zij wensen niet eens eigen
adviseurs en eigen cursussen.
Of de laatsten hierin niet te ver gaan,
is nog een open vraag. Maar een commis
sie- bestudeert de zaak. Straks zal een
nieuw rapport verschijnen. We vragen
ons soms wel eens met angst af, of het
WKA zijn bestaansgrond nog wel recht
vaardigen kan, als het rapport uitvalt,
zoals velen hopen. Want als in 1947 het
W.K.A. is opgericht om tot eigen advi
seurs en eigen cursussen te geraken, om
dat hiervan zo heel veel. invloed kan uit
gaan op de geest van onze toneelbeoefe
naars en op de sfeer, waarin zij spelen,
dan vragen wij ons af, wat er voor de be
staansgrond van het W.K.A. overblijft,
als al het gezamenlijk doen van al deze
dingen veel wenselijker is, dan het doen
in besloten kring.
We wachten met spanning het rapport
van de commissie af. Maar ook hier moe
ten wij de zaak van twee kanten bekijken.
Wij voelen evenzeer voor openheid en
waarom zullen wij apart gaan doen, als
wij het veel beter gezamenlijk kunnen.
Maar om nu te zeggen: wij doen alleen
maar het strikt technische samen, neen,
wij geloven niet dat dit goed mogelijk is.
Wij worden nu eenmaal bezield door
een ideaal. En dit ideaal staat ons voor
de geest ook bij onze vrije-tijds-besteding.
En dan verwachten wij van cursussen en
adviseurs, die ons willen helpen ook
technisch! om van onze vri.ie-tijds-be-
steding een zo waardevol mogelijke vrije-
tijds-besteding te maken, dat zij ons ook
stimuleren in ons ideaal.
De kleine roman bezit dezelfde
doorzichtigheid en geladenheid (ge
drevenheid, mag men wel zeggen;
want het Friese, land en volk blijkt de
auteur niet los te laten) als de novel
len. Dwingend roept de schrijver een
hartstochtelijk beeld op van de naar
vrijheid dorstende oer-Friezen. Voor
een groot deel is deze strijd om de
vrijheid er een tegen de opdringende
invloed van het Christendom.
Theun de Vries heeft de oerkracht,
welke de latere geslachten Wiarda hun
stoere, onbuigzame karakters heeft ge
geven, in de figuren van drie vrouwen
Una, Liouck en Hester scherp
getekend. Zij leven eigenzinnig en fier,
hard en Vaak liefdeloos, maar zij
fascineren door hun onversneden op
rechtheid.
De nieuwe roman van H. J. Ool-
bekkink, wiens debuut „Met lege han
den" ik destijds vol waardering heb
besproken, speelt zich af rondom een
dagblad en uitgeverij. Het merkwaar
dige echter is, dat ik niet dit wereld
je herken, maar dat wel de mensen,
die er een rol in vervullen, voor mij
leven. Waarmede ik wil zeggen, dat
dit niet een algemeen geldig beeld is,
maar een uitsnede van een speciaal
deel der krantenwereld. Elk ander de
cor zou dus even doeltreffend zijn ge
weest.
„Met de krant naar bed", is het -ver
haal van Huub Koeras, zijn zoon Jes
en diens vrouw Vicky. Er ontstaat een
verbitterde strijd om het behoud van
de eigen persoonlijkheid, welke onder
het regime van vader Huub dreigt te
worden verstikt. Maar tenslotte blijkt
de liefde sterker dan de overheersing,
zodat Jes eindelijk zichzelf kan worden.
Ik bewonder de pittige, boeiende ver
teltrant van Oolbekkink. Het verhaal
heeft vaart en is met innerlijke zeker
heid geschreven. Daardoor is de oplos
sing bevochten en doorleden aan
vaardbaar en overtuigend. Voor vol
wassenen.
Mr. Frangois Pauwels, die vandaag
70 jaar is geworden. Hij is behalve
advocaat ook schrijver, dichter,
maker van en filmscenario. Een
temperamentvol, humoristisch en
gevoelig mens.
8.1'
ter*1'
•leen
[2V
13.30
i2.34
1S.«°
,toP
ijbe;
kk'
,ve<"
O* K
VoC
co"'
juf-
23.30
ml,ï'
C°rK-
mv''
20.0°
1.53-
de
iin'1
■rf11
.miA
19-5°
inT11'
23-53
14.1®
16.»'
iore*
tfWs'
20.20
2l-l