Zweedse kerken
in de Advent overvol
RAPPORTCIJFERS
OUDERRUBRIEK
Hef regent folders en reclameblaadjes
Juffrouw Reynders
bracht griezeldingen
Kaar Dwingelo
Handenarbeid
en vrije
expressie
pedagogie
Iloe aanbiedingen in uw huis komen
Saterdag 13 december 1958
De allermooiste meisjes worden Lucia van het jaar
De Berg
Ook exposities
Overgangs
moeilijkheden
Afgelegen woningen
Duizenden handen
J. C. van Lieshout zoon n.v.
Wij exposeren nuttige en fraaie kerstgeschenken
In de schemer van de avond
haast een man zich langs de al
grauwende gevels van de huizen.
Op zijn heup bungelt een zware
tas. In de rechterhand heeft hij
een gevouwen stuk papier. De lin-°
ker tast naar een brievenbus, de
rechter schuift het papier met een
handige beweging naar binnen en
laat de klep ratelend terugvallen.
In de bus of gang daarachter
klinkt een ritselend plofje, maar
dat hoort de man al niet meer.
-
Receptjes voor handenarbeid
over de deeldeur
Lucia is gekozen en gaat
weldoende rond.
STOCKHOLM.
TERWIJL de dit jaar bijzonder lang
uitgebleven Koning Winter ons einde
lijk heeft vergast op een pak sneeuw
en een temperatuur van verscheidene
graden onder het vriespunt, is hier
in Zweden de grote voorpret en voor
bereiding op het Kerstfeest begon
nen. Sinds de eerste advents-zondag
kijken kerstmannetjes en kerstengel
tjes ons aan uit zo goed als iedere
winkeletalage, uit de geweldige ad-
vententies in de kranten en uit de
ontelbare kerst-drukwerken die door
allerlei verenigingen en instellingen
worden verkocht ten bate van een
of ander liefdadig doel. De straten in
het centrum zijn versierd met slingers
van dennegroen en met witte en
gekleurde lampjes en lampions; op
de pleinen en bij de stations zijn
geweldige opgetuigde kerstbomen
opgesteld, voor de ramen van bijna
alle huizen ziet men in de avonduren
brandende elektrische of echte kaars
jes of lichtende advents-sterren, en op
verscheidene plaatsen in de steden zijn
de traditionele „jul-marknader"
kerstmarkten begonnen, waar han
dige kooplieden of liefdadige vereni
gingen hun kerstartikelen aan de
man proberen te brengen, terwijl de
luidsprekers boven hun stalletjes oor
verdovende Elvis Presleymuziek, af
gewisseld met „Whtie Christmas"
ten gehore brengen, kinderen luid
ruchtig blazen op hun kermis-toeter-
tjes en verkleumde pa's en ma's zich
proberen te verwarmen met hete
worstjes. Zowel de lichtjes en de ster
ren voor de ramen als de lawaaieri
ge kerstmarkten behoren tot de
Zweedse adventsgebruiken en het
zou geen rechtgeaarde Zweed ooit
invallen deze tradities ontrouw te wor
den.
Wat men tegenwoordig ook een
typisch Adventsgebruik zou kunnen
noemen is dat er zo opvallend veel
mensen tijdens deze weken naar
de kerk gaan. Het gehele jaar door
worden de kerken maar zeer matig
bezocht, maar op de zondagen tijdens
de Advent zitten ze stampvol. Vooral
op de eerste zondag, als de kerkdien
sten worden opgeluisterd- met muziek
uitvoeringen door bekende solisten en
als de eeuwenoude Zweedse advents-
psalmen worden gezongen. Als ge
dan een Zweedse kerk zou binnenko
men, zoudt ge nooit meer kunnen ge
loven in de bewering dat Zweden
zo'n ontkerstend en onkerks land zou
zijn.
Hier in Stockholm was het aantal
bezoekers van de kerkdiensten op de
eerste adventszondag zelfs groter dan
het gebruikelijke aantal kerkgangers
op Kerstmis zelf. Een dominee van
de staatskerk zou hebben verzucht
„Was het maar altijd advent" toen
hij zijn kerk zo vol zag dat hij extra
stoelen moest laten aanrukken.
HET HOOGTÈPUNT van de Zweed
se adventsviering is ongetwijfeld het
Luciafeest op de dertiende december,
's Morgens in alle vroegte worden
de huisgenoten gewekt door een jong
meisje, een dochter des huizes of
een buurmeisje, dat gekleed Is in een
lang wit gewaad met een rode sjerp
en op het hoofd een krans heeft van
brandende (tegenwoordig) elektrische
kaarsjes. Onder het zingen van het
(Italiaanse) volksliedje Santa Lucia
komt het meisje de slaapkamer bin
nen met een dienblad vol koffie en
broodjes duivekaters en peperkoe
ken. Dit alles moet herinneren aan
de H. Lucia, die volgens een oude
legende in de vroege middeleeuwen
zou zijn verschenen aan de bevolking
'in West-Zweden, waar toen grote
hongersnood heerste. Omdat Lucia
toen brood zou hebben uitgedeeld
aan de hongerlijdenden zou men
sindsdien ter herinnering aan deze
wonderbare gebeurtenis ieder jaar
de jongste dochter des huizes brood
en koffie laten uitdelen aan de huis
genoten en buren. Vroeger was deze
traditie alleen bekend in West-Zwe
den, waar het wonder zou zijn ge
schied en toen werden ook andere
liederen gezongen dan het later ge-
importeerde Italiaanse Santa Lucia
maar tegenwoordig d.w.z. de laatste
twintig jaar, doet heel Zweden er aan
mee.
IN AANSLUITING OP deze hui
selijke Lucia-traddtie worden er de
laatste jaren ook z.g. Lucia-wedstrij-
den georganiseerd door een der plaat
selijke dagbladen, waaraan alle meis
jes tussen de zeventien en vijfentwin
tig deel kunnen nemen. Uit de door
hen ingezonden portretten worden
door een jury de tien mooiste geko
zen en door het publiek wordt uit de
ze tien de allermooiste uitgekozen.
I door middel van een soort stemming
lwaaraan bepaalde prijzen zijn ver-
ÏN DEZE DAGEN van mist en
"atle sneeuw, denk ik nog wel eens
aa'i Suus Reijnders. Zou ze nog,
0yer de deur van haar deel geleund,
"feceptjes" geven aan de kinderen
^an Dwingelo? Ik denk het niet. Ze
*hoet er wel wat anders op gevon-
Rh hebben om in herfst en winter
Jr t hartelijk contact met de
rentse jeugd te handhaven. De
a ?elopen zomer, toen ze net haar
r'e eeuwen oude Saksische boer-
erij bewoonbaar had gemaakt, had
*f' al behoorlijk last van de tocht
van de kou, die van de lemen
>lalvloer optrok. Dat was, geloof ik,
ji;,ar enige ernstige bezwaar tegen
'aar nieuwe leven in Dwingelo, dat
in 1937 zo moedig is begonnen.
arfu.us Reijnders is lerares handen-
1(;bRid. Ze werd het pas op latere
eftijd. Tevoren had ze jarenlang als
vjhbtenares gewerkt op „Justitie" in
etl Haag en aan die loopbaan was
j®h eind gekomen doordat ze ernstig
^Valide werd. Na enkele jaren knap-
ze weer op. Dat was mede te dan-
®h aan het feit, dat ze zich er boven-
had weten te houden door, zover
mogelijk was, te gaan studeren
°or de lagere en middelbare aktes
andenarbeid en voor het diploma
jeugdleidster. Zij vond in Den Haag
ien hele nieuwe taak. Maar daaraan
*'afn een einde door een nare huis-
estingsaffaire, die haar uiteindelijk
aar woning en de ruimte voor haar
andenarbeid-schooltje kostte. Toen
r°k ze naar Drente, om het, opnieuw
n voor de derde keer, te gaan pro
ven.
Goed honderd meter van de prach-
Se stille brink in Dwingelo kon ze
va vrij wat moeilijkheden een oud,
.^vallen boerderijtje kopen, dat een
^aar had leeggestaan. Het was daar,
ik ze ontmoette. Dat was enkele
j®ken nadat ze, met stukjes rood
,j 0rd, op de groen geschilderde stal-
0 Pr de naam „De Berg" had aan-
k^acht. Het teken, dat ze eindelijk
)war was- Kkiar, niet alleen met
ve, 'hoeizame opknappen van de hoe-
fjC 2e deed alles zelf, schilderen, de
ft. j^n afhakken alleen de twee
}j ,°r dikke mestlaag uit de koestal
U e't ze laten weghalen. Ze was ook
agenoeg „klaar" met de buurtbe-
t°hers, die haar, die stadsjuffer met
.«ar griezeldingen, aanvankelijk wel
*°hden wègkijken.
Juffrouw Reijnders bracht inder-
aad griezeldingen mee en ze deed
■tzaglijk raar. In de bossen zocht
naar grillig gevormde takken en
Hoesten. Ze was gek op stukjes touw
i-Se blikjes en asperine-buisjes. En
toppunt: uit haar bagage kwam
rien „aangeklede" kreeftenkop. Ze
j,eed zó raar, dat de overburen met
]j?cnf meenden, dat ze „wilde beesten"
.Gd en ze blijkbaar nog afmaakte
want men kon de lijken van die
dde beesten zien liggen op haar
^ieekveldje. Dat was inderdaad een
Jk'ernd gezicht: die dikke, draderige
1 c;tproppen, die ze met moeite uit
tGt schoorsteentje had gepeuterd en
un einde raad, omdat niemand ze
jjWam weghalen, achter haar boerde-
"je deponeerde,
is 't weet nlet> bet wel opportuun
zeggen, maar ze zijn hier eigen-
Jk de heksen maar net te boven",
yjuffrouw Reijnders. „U kunt het
u.ch niet voorstellen, hoe de toestand
t ,er is in dit stille, afgelegen dorpje
Ssen de Hoofdvaart en Hoogeveen.
i®r8t had ik zelfs last met mijn bak-
(./jL Die wilde niet leveren. En geen
'et boer uit de omtrek voelde er
ha? Voor om de mest te komen weg-
aien. Toen heeft de burgemeester
aar wat mannetjes gestuurd."
nu de boerderij gereed gekomen is,
meer tijd voor gekregen. Sinds kort
heeft ze de warme sympathie van
de Stichting Opbouw Drenthe. Haar
werk is sterk pedagogisch. In Den
Haag heeft ze er al veel ervaring
mee opgedaan. Ze brengt de kinde
ren een grote belangstelling en vaar
digheid bij voor de handenarbeid:
werken met lijm en papier, draad en
lapjes, hout, pitriet, stukjes plastiek
en linoleum. Simpele arbeid, maar
héél individueel gericht en daarom
zo geschikt om het kind zijn „eigen
gezicht" te geven in deze tijd van
nivellerende massa. In Drente, al
thans in dat deel waar juffrouw Reijn.
ders werkt, is daar nog geen sprake
van. „U heeft geen idee van de kleur
loze jeugd van de jonge kinderen hier
en van de misschien nóg kleurlozere
en weinig aanbevelenswaardige vrije
tijdsbesteding van de wat oudere
jongens en meisjes. U moet ook be
denken, dat de t.v. en de film (en dan
niet de beste) hier ook komen. Ik ge
loof niet, dat de kinderen hier, al
wonen ze dan nog zo heerlijk „bui
ten" beter op „later" worden voor
bereid dan de doorsnee-kinderen el
ders. Misschien zelfs geldt het tegen
deel," Dat harde oordeel komt zeker
niet voort uit stadse superioriteit van
juffrouw Reijnders. Ze kende Dwin
gelo al goed, voor ze er kwam wo
nen. Ze begrijpt met vele anderen
in Drente de grote overgangs
moeilijkheden, die er komen, nu de
ze provincie zo'n geweldige sprong
omhoog gaat maken. Het nabijgele
gen Hoogeveen is al zwaar geïndus
trialiseerd.
Ze begon met handenarbeid-advie-
zen over de deeldeur. „Ik voel me
dan net of ik receptjes geef". De
ouderen mochten haar afschrikwek
kend vinden, de kinderen waren niet
bang en kwamen al snel nieuwsgie
rig in de staldeur staan, waar ze in
het half donker van de deel de grote
werktafels zagen, waarop ze de prach
tigste marionetten zagen geboren wor
den. Ze zagen de kleifiguurtjes,
lampekapjes, mandjes en beeldjes
van het gekste materiaal wat er maar
te vinden is. („In Den Haag moest
ik me soms bedwingen om niet in de
vuilnisbakken te gaan neuzen. Wat
gooien de mensen toch waardevol spul
weg!")
Het ijs was snel gebroken. De eer
ste clubjes kinderen kwamen binnen.
En na de kinderen de moeders: pop-
penkleertjes en andere handigheid
jes. „Deze winter ga ik er mee ver
der. T%' ben nu al geaccepteerd. Na
de dag van de „officiële" opening
ik heb de staldeuren gewoon wagen
wijd open gezet stonden er hon
derdvijftig namen in het „gasten
boek". Het meest blij was ik echter
om die veiling. Kortgeleden was er
„boeldag". De notaris leidde de ver
koping van de inboedel van een oude
boerderij. Hjj zei „Laten we dat an
tieke kniepijzer maar naar juffrouw
Reijnders brengen om haar onze good
will te laten zien." Iedereen was het
er mee eens."
Dat „kniepijzer" hebben we zien
liggen naast de open haard, die in
ere is hersteld. Achter de haard is
een wit-betegelde muur, die onder
vele lagen behang te voorschijn
kwam. „Ze vonden me maar ouder
wets dat ik er geen nieuw behang
overheen plakte"Als ze haar boer
derijtje laat zien, weet ze honderd
en-één anekdote. Alles bij elkaar is
Dwingelo een plezierige bezienswaar
digheid en een uitstekende „gids" rij
ker geworden. De vakantiegangers
weten nu al de weg naar „De Berg"
te vinden, vooral omdat het in deze
buurt niet zo gemakkelijk is eens rus
tig in een van die prachtige boer
derijen rond te neuzen."
Maar dat is slechts bijzaak. Hoofd
zaak zijn de exposities, die Suus
Reijnders er af en toe ingericht heeft
en ook in de toekomst wil inrichten.
En belangrijker nog: dit unieke cen
trum voor handenarbeid- en vrije
expressie-„pedagogie". Er zijn nu al
cursussen. Straks komt er een mario
nettenspel en misschien volgend
jaar ook jeugdtoneel.
Met al haar plannen brengt Suus
Reijnders hier een nieuwe sfeer voor
de jeugd, die nu al dol is op die „juf
frouw uit Den Haag".
S.
bonden. Deze allermooiste wordt dan
de „Lucia van het jaar", die op Lu-
ciadag, de dertiende december plech
tig wordt gekroond met de lichtkrans
in Stockholm wordt Lucia dit
jaar gekroond door Prins Bertil in
hoogsteigen persoon en die dan
namens het organiserende blad en
namens de stad in haar volle tooi
bezoeken gaat brengen aan zieken
huizen, gestichten en tehuizen, niet
alleen om er koffie en broodjes uit
te delen, maar ook om er de men
sen blij te maken met andere waar
devolle gaven.
De financiering van dit alles wordt
mogelijk gemaakt door collectes en
inzamelingen en door firma's die
met hun reclamewagens meerijden
in de grote Lucia-optocht die na de
kroning van Lucia door de stad trekt.
De kleding en de sieraden van deze
officiële Luciabruid wordt ter be
schikking gesteld door bekende fir
ma's, en als dank voor haar inder
daad niet lichte taak laat men Lucia
meestal haar uitrusting behouden.
Het is echter niet alleen vanwege de
gratis toiletjes en de sieraden dat de
deelneming aan de jaarlijkse Lucia-
wedstrijden steeds zo groot is. Dik
wijls gebeurt het dat de Lucia van
het jaar naderhand een baan krijgt
aangeboden als mannequin, of dat
ze als Lucia een bezoek mag bren
gen aan het buitenland, zoals de
Lucia van de Zweedse Spoorwegen
die dit jaar plechtig zal worden ont
vangen door West-Berlijn, of de
Stockholmse Lucia, die na beëindi
ging van haar werk in Stockholm
een tweedaags bezoek zal brengen
aan Wenen. En welk jong meisje zou
daar geen zin in hebben?
loonkamers mathcnesseélaa. 247 - tel. 33846 34329
HET OPHANDEN zijnde kerstrap
port biedt een gerede aanleiding om
ons eens de vraag te stellen, wat
eigenlijk het vorderingencijjer op
onze rapporten wil uitdrukken.
Het voor de hand liggende en enig
juiste antwoord lijkt veel op het in
trappen van de reeds wagenwijd
openstaande deur: als het op de
juiste manier gegeven wordt be
doelt het in een cijfer tot uitdruk
king te brengen vorderingen, die de
leerling in een bepaald vak al of
niet gemaakt heeft. Op het eerste
gezicht een waarheid als een oli
fant. Toch heeft het wel zin, deze
enormiteit nog eens neer te schrij
ven, zowel vanwege de toegevoegde
beperking ,,als het goed gegeven
wordt" als ook. en vooral, vamcege
de reacties, die het dikwijls oproept
bij de kinderen zelf en bij hun
ouders.
Laten we met het eerste begin
nen. Dit geeft tegelijk ook al op en
kele punten tenminste de ouders een
sleutel in handen voor het goed in
terpreteren van de rapportcijfers.
Op de eerste plaats moet ik dan
de opmerking maken dat een goed
gegeven rapportcijfer geen cijfer is
in de eigetüijke sin van het woord,
dus een teken dat een echt getal
uitdrukt, doch slechts een symbool
voor iets, dat met getallen niets te
maken heeft, til. de stand van ie
mands kennis of vaardigheid. Een
gewooncijfer drukt, zoals ge
zegd een getal uit. Met getallen nu
kunnen allerlei bewerkingen worden
uitgevoerd, waarvan het resultaat
opnieuw uitgedrukt kan worden in
cijfers: optellen, aftrekken, verme
nigvuldigen, delen. Bij dit alles gaat
het om hoeveelheden, die in eenhe
den gemeten en uitgedrukt kunnen
worden. Hiervan nu is bij een rap
portcijfer geen sprake. Een onnozel
voorbeeld: als een kind met Kerst
mis een zes heeft en met Pasen een
zeven, betekent dat niet, dat het nu
in totaal dertien heeft: rapport-,.cij
fers" zijn niet optelbaar. Het hier
gegeven onnozele) voorbeeld zal
wel voor iedereen duidelijk zijn. Het
„cijfer" betekent slechts, dat de
hoedanigheid van Jantjes kennis op
een gegeven ogenblik van dien aard
was dat ik die uitdruk in het sym
bool 6, en een tijd later van een dus
danige kwaliteit geworden is, dat ik
er nu het symbool 7 voor gebruik.
De telkens voor de hoeveel-
lieidsverhouding van minder en
meer gebruik ik gemakshalve ook
als symbolen voor de kwaliteitsver
houding goed en beter. Cijfers zijn
kort, duidelijk, overzichtbaar en ge
makkelijk met elkaar te vergelijken.
Dat zijn praktische voordelenDaar
zit ook nadeel aan vast, nl. dat men
er wel eens toe kan komen, deze
cijfersonwillekeurig toch weer
als echte cijfers te beschouwen èn
te hanteren. Een voorbeeld hiervan
kan zijn het nemen van het gemid
delde van alle cijfers, die een leer.
ling over het. hele trimester heeft
gehaald. Het werkelijk rekenkundi
ge gemiddelde van al deze cijfers
per se als rapportcijfer nemen is
principieel altijd fout, al zal het op
praktische gronden wel eens zo on
geveer de stand van zaken aange
ven: bij een leerling die steeds maar
gedobberd heeft tussen wat vijfjes,
zesjes en een paar zeventjes weet ik
op het eind. ook niet precies meer
wat ik er van denken moet; dan
brengt de „gemiddelde" zes uitkomst
en eerst recht het toegevoegde min
teken (om mijn geweten gerust te
stellen, want ergens voel ik toch
wel, dat ik kivaliteit moet beoorde
len en geen rekensommetje mag m a-
ken). Soms zou het echte gemid
delde apert onrecht zijn: de leerling
die slecht kwaliteitbegon en
goed kivaliteit'.eindigde, heeft
recht op het symbool, dat „goed"
tot uitdrukking brengt en wordt
verongelijkt door een gemiddeld"
rapportcijfer. Evenzeer kan het
voorkomen, dat een reeks „goede
beurten" toch eindigt in een minder
goed rapportcijfer: wat de leerling
stukje bij brokje wel aankon, heeft
hij misschien in z'n geheel niet kun
nen overzien en verwerken. Het
rapportcijfer is principieel niet het
rekenkundige gemiddelde van alle
behaalde beurtcijfers.
UIT DE AARD van het cijfer als
symbool van de kwaliteit der kennis
volgt ook, dat de zg. gedrukte" cij
fers per se uit den boze zijn. „Maar
dan gaan ze harder werken". Goed,
laat ze harder werken als dat nodig
is, maar niet via een onrechtvaar
dige kwalificatie. Leerling en ouders
hebben er recht op, de werkelijke
stand van zaken tot uitdrukking te
zien gebracht. Hetzelfde geldt in
nog veel sterkere mate voor het
slechte cijfer, dat zg. voor straf
wordt gegeven. Straf moet er zijn,
maar dan op de juiste wijze.
Eenmaal een bepaalde cijferschaal
aanvaard, dient deze ook in zijn ge
heel gebruikt te wordenmet name
ook naar boven. Een collega heeft
mij eens in een vertrouwelijk ogen
blik. verzekerd, dat hij principieel
nooit hoger gaf dan acht. Uiterst
misleidendOp zijn rapporten had
een kanttekening moeten staan:
roor vak X geldt de cijferschaal
Tot zover slechts enkele eenvou
dige grepen uit de hanteringsmoge
lijkheden van het (rapport(cijfer.
Er zou nog veel meer over gezegd
kunnen worden, maar het vooraf
gaande moge al duidelijk gemaakt
hebben, dat het voor de ouders van
belang kan zijn te weten, hoe cijfers
in 't algemeen gewaardeerd moeten
worden en hoe een bepaald, cijfer
voor een bepaald vak tot stand is
gekomen. Het aangewezen middel
is: Contact met de leerkrachten.
De volgende keer over de reacties
die het rapport in het gezin kan op
roepen.
E. PELOSI S.J.
-Eigenlijk doet die „stadse juffer"
JJgelooflijk goed werk. Ze is er hu
11 goed jaar mee bezig en heeft er,
Willen die volledig aan de eisen
van hun opdrachtgevers voldoen, dan
moeten zij dus niet alleen op de hoog
te zijn van het aantal woningen, dat
elke gemeente telt, maar ook van het
aantal gezinnen, dat vaak in één wo
ning huist. En wie er ooit aan gedacht
mocht hebben om zich eens in ge
schrifte tot alle Nederlanders te wen
den, die bedenke wel, dat hij dan voor
een oplage van minstens drie miljoen
stuks moet zorgen. Een fabrikant, die
de verkoop van een consumptie-arti
kel wil stimuleren door verspreiding
van folders onder alle Nederlandse ge
zinnen, moet voor zo'n actie dus een
flinke duit uittrekken.
Een van de grootste problemen,
waarmede het verspreidingsbureau
heeft te kampen, zijn de klachten van
mensen, die een begeerd drukwerk,
dat algemeen verspreid werd, niet heb
ben ontvangen. Iedereen kreeg het in
de bus, behalve zij. Dat ligt in negen
tig procent van de gevallen niet aan
de bezorgers. Die zijn zo nauwgezet
geïnstrueerd en worden bovendien zó
scherp 'gecontroleerd, dat „missers"
door hun toedoen maar zelden voor
komen. Wat voor hen echter een
enorm probleem is en voor de post
en de krantenbezorgers trouwens niet
minder dat zijn de talrijke huizen,
waar verscheidene gezinnen inwonen
zonder dat dit uit extra-naamplaat
jes blijkt. Want elk huis, waar drie
naamplaatjes op deurpost of deur be
vestigd zijn, wordt door de vakbezor
gers drievoudig bediend. Maar men
mag van deze nijvere ploeteraars niet
verwachten, dat zij de dubbele of
meervoudige bewoning van een huis
kunnen ruiken. En het verspreidings
bureau treft in dat geval dus geen
blaam.
Elk Nederlands gezin een folder.
Drie miljoen folders verspreid door
geselecteerde bezorgers. Maar hoe
gaat dat dan met de bewoners van
een eenzaam gelegen villa, op zo'n vijf
of tien kilometer van de bewoonde
wereld, met algelegen boerderijen, ei
landbewoners, enz.?
Ook daarvoor heeft het versprei
dingsbureau een oplosing. Want al
woonde u zo afgelegen als men in ons
land maar afgelegen kan wonen, die
folder krijgt ook u thuis. Want al die
woningen die voor de verspreider on
bereikbaar zijn, of voor welke per
soonlijke bezorging te veel kosten met
zich zou brengen, staan op het bureau
geregistreerd. Voor de bewtoners
daarvan wordt Tante Pos ingescha
keld. Ook die zullen dus het laatste
wasmiddel-, margarine- of TV-snuf-
je niet behoeven te missen.
Dat bureau moet dus wel beschik
ken over een geweldig omvangrijke
adressen-documentatie. Maar boven
dien moet het zo goed mogelijk op de
hoogte zijn van het gereedkomen van
complexen nieuwe woningen. Want
elke maand komen er verspreid over
het hele land een kleine 7000 nieuwe
woningen bij en ook de bewoners van
die nieuwbouw krijgen hun drukwerk
je.
Afgezien van het werk, dat de re
clamemensen eraan hebben, zit er dus
heel wat vast aan het reclamepapier,
dat u vanmorgen uit de brievenbus
hebt gevist.
En straks met Kerstmis zullen in tal
rijke gezinnen een kerstboom en een
stal prijken, zullen glanzende kinder
ogen ook daar gericht zijn op de fon
kelende kleurenpracht, zal ook daar
een echt feest gevierd kunnen worden
vaak dank zij de vaders en de moe
ders, die er bij regen en mist op uit
trokken om te zorgen, dat u op de
hoogte bleef van de laatste feest-aar
bieding en er in hun gezin 'n extraar.
binnenkwam.
Hij is al op weg naar de volgende
deur en in zijn rechterhand is alweer
een nieuw papier, terwijl de linker
automatisch wordt uitgestrekt om de
volgende brievenbus te openen. Zo
loopt hij straat in straat uit langs vale
honderden deuren om de gulzige brie
venbussen met papier te voederen. Hij
loopt tot zijn tas is uitgeput en zijn
rayon is afgewerkt.
En achter hem komt weer een man,
ook met zo'n bungelende tas met pa
pier op zijn heup. En ook hij vult met
dezelfde automatische bewegingen
brievenbus na brievenbus. En soms
komt er nog een en nog een. Zo komt
het bijzondere nieuws van de kruide
nier, de bakker en de slager, de boek
handelaar, de schoenenwinkelier en
de radiohandelaar, de warenhuizen en
de grote centrumzaken, importeurs,
uitgevers en fabrikanten, in elke wo
ning en bij elke belangstellende. Zo
gaat dat in de wijken en de dorpen,
in de steden en soms in het gehele
land.
Vele duizenden handen zijn voort
durend in actie om brievenbussen te
vullen met het nieuws van onze le
veranciers. Vooral bij naderende feest
dagen neemt die activiteit een bijzon
der hoge vlucht en vindt iedereen des
morgens die brievenbus gevuld met
een grote verscheidenheid van vouw
bladen, brochures en prijscouranten.
De mannen en ook vele vrouwen
die dit bezorgwerk verrichten,
doen dat meestal naast hun gewone
dagelijkse werk. Weer of geen weer,
als het folderverzendhuis een op
dracht heeft, dan moeten zij op pad
En hun werk mag dan wel eenvoudig
zijn, maar een grote nauwgezetheid
wordt toch van hen geëist. De leve
ranciers willen immers graag de ze
kerheid, dat hun kostbare drukwerk
niet verspild wordt; dat het onder de
ogen komt van allen voor wie zij dit
bestemd hebben. En dat is een punt
waarop de bedrijven, die de huis-aan-
huis-bezorging organiseren, hun re
putatie bouwen.
Voor wijkleveranciers ligt het met
de bezorging van reclamemateriaal
vrij eenvoudig. Het rayon is beperkt,
het drukwerk weinig omvangrijk en
als het reclamebureau niet voor de
bezorging wordt ingeschakeld, is er
altijd wel iemand te vinden in de
kring van familie, kennissen of werk
nemers, die met dat werk graag een
extraatje wil verdienen. Anders is het
voor bezorgopdrachten, die een hele
stad bestrijken, of belangrijke gedeel
ten daarvan. En nog veel ingewikkel
der is de zaak voor fabrikanten, post
order- en andere handelshuizen, en
ook sociale instellingen SUS, Goed-
Zo e.d. die hun drukwerken bij elk
gezin in ons land bezorgd willen zien.
Daar komt zoveel voor kijken, dat er
in ons land een paar welvarende be
drijven zijn, die zich vrijwel uitslui
tend belasten met grote opdrachten
voor huis-aan-huis-bezorging.
Jud'r. Reynders effent voor de kinderen de weg naar zelf-expressie en
zelf-doen