Verschillende factoren beïnvloedden hogere bedrijfswinst Unilever 1958 Sterk gestegen liquide middelen voldoende voor financiering in 59 Belastingdruk iets verminderd Ir. Otten over: Automatie en het Philipsconcern NIEUW SEIZOEN - nieuw K.R.O.-programma Die jongen van Winslow ALCHEMIE op zoek naar de STEEN DER WIJZEN Vraag naar bankpapier kon goed worden opgevangen Optimistisch ten aanzien van de gevolgen voor werkgelegenheid Amerika hand haaft aanklacht .tegen Philips Reorganisatie Kon.-Shell DRAADLOOS CONTACT Ontevreden over salariskwestie Mutaties in de toneelwereld Het anti-trustwet-proces Vier nieuwe dochter- mij en opgericht 42 mille voor zeven missiecongregaties Zendtijdbeschikking voor t.v. Natuurfilosofen congresseren Vanavond Nijverheidsonderwijs WEEKSTAAT NEDERLANDSCHE BANK Deviezenreserve bleef vrijwel onveranderd V B DONDERDAG 2 APRIL 1959 PAGINA 6 Geschenk van het K.O.V. Dankbaar resultaat van de één-uur-actie Zeepost De omzet van het Unilever-concern is in 1958 iets gestegen (met nog geen y?%) tot f 18.388-474.000 (18,297.097.000). De bedrijfswinst is toegenomen met 7,6% tot f 976.303.000 (907.132.000). Verschillende factoren hebben hun irwloed op de bedrijfswinst doen gelden, aldus het jaarverslag over 1958 van Unilever. In vele voor het concern belangrijke afzetgebieden, met name in de Verenigde Staten, op ht vasteland van Europa, in Indië en Zuid-Afrika, zijn de winsten op wasmiddelen hoger, grotendeels doordat de nieuwe artikelen, die iy de Laatste jaren op de markt zijn gebracht, thans een grotere bijd.ra.ge tot ae resultaten leveren. De omzet van veevoeder is, in tegenstelling tot 1957, belangrijk toege nomen, terwijl ook de winst is gestegen. Voor margarine en spijsvetten toonden de winstmarges in de tweede helft van het jaar 1958 een verbetering; ook dit jaar echter bleef de markt de druk ondervinden van de lage boterprijzen, die nog daalden beneden die van 1957- De aanzienlijke bedragen, die men in de laatste jaren voor de ontwikkeling van de zaken in andere levensmiddelen heeft uitgegeven, zijn in 1958 een beter rendement gaan opleveren. Daarentegen had de groep United Africa met stijgende kosten en inkrimpende winstmarges te kampen, waardoor de winst sterk achteruitging, al viel er in de laatste maanden van het jaar een verbetering te constateren. De geconsolideerde nettowinst is gesteg,en tot f 503.152.000 428.475.000een stijging van 17,4%, nadat wegens naar de winst geheven belastingen f 490.069.000 (480.452.000) in mindering is gebracht. Na aftrek van belastingen, doch vóór aftrek van interest op schulden op lange termijn, vertegenwoordigt de winst over 1958 een rendement van 9% (8,2%) over het geïnvesteerde kapitaal dat f 5.598,5 miljoen bedroeg (5.310,7 miljoen). De winst in procenten van de omzet bedraagt 2,7% tegen 2,4in 1957. Zoals bekend zal het totale dividend op de gewone aandelen over 1958 18J4% (15!i) bedragen, bij de N.V. waarvan reeds 914% als interim werd uitgekeerd, en 4 shilling 2,4 pence (3 sh. 6 pence) per aandeel van 1 bij Limited. Na uitkering der voorgestelde dividenden zal dan een bedrag van 359.864.000 (302.355.000) aan de in het bedrijf be houden winsten worden toegevoegd, waardoor het totaal daarvan zal stijgen tot ƒ2.808.557.000. Liquide middelen Het saldo van de liquide middelen is met ƒ356 miljoen gestegen tot ƒ589 miljoen einde 1958. Deze ongewoon grote stijging is grotendeels een gevolg van drie omstandigheden. In de eerste plaats heeft men, ondanks de uitbreiding van de zaken, de voorraden kunnen beper ken. Voorts zijn tengevolge van de ver koop van de deelnemingen in Noorse maatschappijen, die door deze maat schappijen opgenomen kredieten uit de berekening van het saldo der liquide middelen einde 1958 vervallen. Tenslotte heeft de devaluatie van verscheidene valuta's in 1958 geleid tot een gunstig koersverschil op de in deze valuta's opgenomen kredieten. Tengevolge van dezelfde omstandigheden is ook het in guldens uitgedrukte totaal van het be drijfskapitaal gedaald. De Investeringen die in 1958 ƒ429 miljoen beliepen, tegenover 445 mil joen in 1957, zijn aanzienlijk bij de be grotingen ten achter gebleven. Het in vesteringsprogramma, waarin met het inhalen van deze achterstand rekening wordt gehouden, blijft derhalve ook voor 1959 nog zeer hoog. Verder moet worden gerekend op een weer toene mende behoefte aan bedrijfskapitaal. Niettemin Acht men de liquiditeit vol doende om ook in 1959 in al de finan ciële behoeften te voorzien. Diverse artikelen In sommige Europese landen is het margarineverbruik achteruitgegaan ten gevolge van het grote aanbod van bo ter tegen lage prijzen. De margarine- omzet van Unilever is dan ook bene den het peil van 1957 gebleven. De om zet van bak- en braadvet was hoger. In Nederland -is de omzet van marga rine en spijsvetten niettegenstaande het ruimer aanbod van boter toegenomen. In Engeland nam het verbruik van mar garine door de daling van de boterprij- zen af. In Duitsland is Jhet verbruik van boter andermaal toegenomen, we derom ten koste van dat van marga rine. In België, Frankrijk en Zwitser land is de omzet toegenomen. In Oos tenrijk is de omzet van de eerste kwa liteit margarine goed vooruitgegaan. In Italië maakt de margarine van de mij. uitstekende vorderingen. In Turkije ging de omzet van margarine en spijs vetten vooruit en bereikte de grens der beschikbare produkjjecapaciteit; de fa briek aldaar wordt dan ook uitgebreid. De omzetten van margarine en spijs vetten in de V.S. en Canada waren ho ger. Ook in Indië, Zuid-Afrika en de meeste andere overzeese landen heeft men bevredigende stijging van de om zet bereikt. In Zweden heeft men de meerderheid verkregen van het aande lenkapitaal van AB Agra Margarine- fabrik. Hoewel de concurrentie op het gebied van de wasmiddelen in de gehele we reld no£ scherper is geworden, heeft de winst van Unilever een zeer bevre digend peil bereikt. De omzet van syn thetische wasmiddelen ging weer goed vooruit en in de meeste landen is men erin geslaagd het aandeel in de markt te vergroten. De vraag naar zeeppro- ducten echter nam in vele landen af, zodat de verkochte hoeveelheid gerin ger was dan in 1957. Dat de totale om zetten naar hoeveelheid geen vermeer dering te zien geven tegenover het voor afgaande jaar, doch naar waarde zfjn gestegen is een gevolg van het feit, dat een ton synthetische wasmiddelen meer waskracht vertegenwoordigt dan een ton zeeppoeder. De ontwikkeling van nieuwe en de verbetering van be staande produkten vonden gestadig voortgang. De meeste nieuwe produk ten die men in de laatste jaren op de markt heeft gebracht, hebben een vaste plaats weten te veroveren en leveren toenemende bijdrage tot de winsten. In Nederland was de omzet hoger. In Engeland waar de concurrentie steeds scherper wordt, ging de omzet in het eerste deel van het jaar achteruit. In Duitsland heeft men het aandeel in de groeiende markt kunnen vergro ten. In België en Frankrijk hebben de synthetische wasmiddelen eveneens goede vorderingen gemaakt, maar hier tegenover is de vraag naar zeepproduk- ten verminderd. In de meeste andere Europese landen waren de omzetten ho ger. In de V.S. is de omzet weer op bevredigende wijze toegenomen; ook de winstmarges waren beter. De overne ming van een merk wasmiddelen van de Monsanto Chemical Company in 1957 heeft ertoe geleid dat Unilever in de V.S. betrokken is in een anti-trust" procedure, die zich thans nog in een aanvangsstadium bevindt. De omzetten in Zuid-Afrika en Indië toonden een be vredigende stijging. In vrijwel alle landen hebben de za ken in toiletartikelen zich voorspoedig ontwikkeld. De stijging van de omzet heeft weer tot hogere winsten geleid. In de V.S. is de omzet sterk gestegen. In de rneeste Europese landen heeft men, ook al was de concurrentie fel, goede vorderingen gemaakt. De krachtige stijging van de levens middelenomzet heeft zich ook in 1958 voortgezet, hoewel de concurrentie in de meeste landen scherper is geworden. De winstmarges lev.en over het alge meen gelijk aan die van 1957, doch dank zij de gestegen omzetten is de winst toe genomen. In Nederland is het diepvries- bedrijf Vita overgenomen; tot dusver rechtvaardigt de gang van zaken goe de verwachtingen voor de toekomst. In Nederland handhaafde de omzet van vlees en vleeswaren van Harfog's Fa brieken zich ondanks zeer zware con currentie. Ten gevolge van de langdurige winter en de daarop volgende natte zomér be stond er in West-Europa gedurende het gehele jaar een grote vraag naar meng- voer, veekoeken en schroot. In tegen stelling tot 1957, toen de omzet achter uitging, is in 1958 de omzet van vee voer in Engeland, Nederland, Frank rijk en Duitsland op bevredigende wij ze toegenomen. De verkoopprijzen van veevoer waren lager, maar daar de gemiddelde kosten van grondstoffen en ingrediënten eveneens lager waren, was de winst ten gevolge van de gro tere produktie hoger. Export De uitvoer (met inbegrip van die van de groep United Africa) uit Nederland was 330,5 (337,9) miljoen en uit Enge land 551,9 (559,6) miljoen. De totale waarde van de uitvoer uit Nederland is iels gedaald. Tengevolge van scherpe concurrentie daalde de prijzen voor margarine en spijsvetten en nam de omzet af. Ook de omzet van bacon was lager. De uitvoer uit Engeland is even eens iets afgenomen. De winst is dan ook gedaald. De export van handels artikelen door de Groep United Africa uit Nederland is toegenomen, doch die uit Engeland is enigszins gedaald. Vele jaren achtereen is het rende ment, dat de Noorse deelnemingen op leverden onbevredigend geweest. Mén heeft het daarom in het belang van Unilever geacht tot verkoop dezer deel nemingen over te gaan nu zich de ge legenheid daartoe voordeed. Indonesië In maart 1958 begon de aanvoer van grondstoffen voor de olie-, zeep- en mar. garinefabrieken weer op gang te komen, waardoor men in staat was de fabri- kage, die eind 1957 was gestaakt te her vatten. Aan het eind van het jaar was het peil der produktie weer meer dan 70 pet. van dat van 1957. De bekende merken zijn bh voortduring zeer in trek. De vervanging van het Nederlands personeel door personeel van andere nationaliteit is in 1958 voltooid; het streven blijft er bij voortduring op ge richt in leidinggevende functies Euro peanen door Indonesiërs te vervangen. Euromarkl Over de totstandkoming van de E.E.G. verheugt men zich bij Unilever, daar zij niet anders dan bevorderlijk kan zijn voor de stijging van de levensstandaard in de deelnemende landen. Vanuit het standpunt van een internationaal bedrijf als Unilever zou men het toejuichen in dien samenwerking in enigerlei vorm tussen de E.E.G. en het Britse Gemene best mogelijk zou blijken. Afgezien van de andere daaraan verbonden voordelen van meer algemene aard zou een zo danige samenwerking voor de Unilever- bedrijven in de landen der E.E.G. en in Engeland een verruiming mede brengen van de bestaande mogelijkhe den tot voorziening in hun behoeften aan grond- en hulpstoffen. Het totaal der investeringsprojecten, waartoe in 1958 werd besloten, bedroeg 470 (400) miljoen. Ir. P. F. S. Otten, president van de Philips Gloeilampenfabrieken, heeft in de algemene vergadering van aandeel houders, gehouden in Eindhoven, een rede uitgesproken over de automatie. Het belangrijkste facet van de automatie voor Philips, aldus spreker, wordt op dit ogenblik nog gevormd door haar betekenis voor het leidinggevende ele ment in het concern. De snelheid waar mee de automatie de relevante gege vens verwerkt, rubriceert en in onder ling verband brengt, maakt het nemen van snelle en doeltreffende beslissingen mogelijk. Spreker nam als voorbeeld het voor raadbeheer. Het streven is er op ge richt door een versnelling van het be- stelwezen de omvang van de voorraad- sto|fen, halffabrikaten en eindproduk- ten relatief te verminderen. Hierbij is de automatie van grote betekenis. Zelfs met een betrekkelijk geringe tijdwinst en een daarmee gepaard gaande vergro ting van de omzetsnelheid van het ver mogen kan hier al een belangrijke ver betering van de rentabiliteit worden ver kregen In de fabricage doet automatie nog maar langzaam haar intrede in de Phi- lipsbedrijven, juist omdat de vergaande mechanisatie van de massaproduktie de directe voordelen van de automatie ver mindert. De automatie is op dit moment dan ook nog slechts in geringe mate, zij het met succes, in de massafabricage ingevoerd. Bij de nieuwere produkten is de ontwikkeling vaak nog dermate stormachtig, dat de tijd voor geraffineer de mechanisatie of automatie nog niet rijp is. Anders ligt dit voor de enkele- en seriefabricage, met name voor het ver vaardigen van gereedschappen of inge wikkelde ondendelen, die hun toepassing vinden in de massafabricage of bestemd zijn voor gecompliceerde werktuigen. Hoewel de niet ingewijden dit niet zou den verwachten, aldus spr., is het bij Philips juist dit gebied cn niet dat der massafabricage, dat allereerst voor automatie in aanmerking komt. Men heeft als industrie niet slechts belang bij het gebruik van autpmatie, voor Philips zijn er bovendien steeds groeiende afzetmogelijkheden voor on derdelen en produkten, die men bij het voortschrijden der automatie over de gehele wereld nodig zal hebben. „Zonder de moeilijkheden te onder schatten", vervolgde de heer Otten, „ge loof ik, dat men bfj een verstandig voor uitziend sociaal beleid optimistisch mag zijn ten aanzien van de gevolgen van de automatie voor de werkgelegenheid. Ook in onze eigen bedrijven verwacht ik in de technische sectoren geen overcom pleet aan ongeschoolde of geschoolde arbeid tengevolge van de automatie. Daarentegen maak ik mij wel wat be zorgd over een eventueel tekort aan electronische specialisten en mathematici op alle niveaus". Aan de opleiding van specialisten op het gebied van de automatie binnen het concern wordt grote aandacht ge schonken. In de administratieve sectoren zal men op de duur met relatief minder men selijke arbeidskrachten kunnen volstaan. Het arbeidsbesparende effect zal de werkgelegenheid echter niet in volle omvang nadelig beïnvloeden en wel door de compenserende invloed van de expan sie en de intensivering van de vragg naar administratieve gegevens. Mocht on verhoopt blijken dat een tijdelijk te veel aan arbeidskrachten zou ontstaan, dan vertrouwt men erop deze arbeids krachten, ten dele na herscholing, el ders in het bedrijf te kunnen plaatsen. Het vraagstuk zal worden vergemak kelijkt doordat hierbij veel vrouwelijke arbeidskrachten zijn betrokken, waar van het natuurlijk verloop groter is dan bij mannelijke werknemers. In het licht van het voorgaande zal het besluit in 1958 genomen om een rekencentrum te stichten begrijpelijk voorkomen, aldus de heer Otten. Een uit gebreide staf van specialisten zal in dit centrum de beschikking krijgen over een aantal grote electronische rekenmachi nes. Met behulp van moderne commu nicatiemiddelen zal men de gedecentra liseerde eenheden met dit rekencentrum verbinden. Het centrum zal op deze wijze in staat stellen de bedrijven in een nog hechter verband te brengen, de onderlinge samenwerking te verdiepen en de groei van het concern te bevor deren. Meer in het algemeen sprekende merkte de heer Otten ten aanzien van de automatie nog op, dat de toepassing ervan tweeërlei invloed heeft op de produktie. In directe zin zal door de in voering, daar waar deze economisch verantwoord is, een verbetering van het produkt of een verlaging van de prijs optreden en een verdere stijging van de produktiviteit mogelijk worden. Wellicht nog belangrijker echter is het indirecte voordeel dat de meest begaaf den onder ons de resultaten van hun denken een veel grotere en snellere ver breiding kunnen geven dan thans het geval is. De verwachting is gewettigd dat de ontwikkeling van de automatie gelei delijk zal zijn. Wel zullen gevallen zich voordoen, die gepaard gaan met relatief grote investeringen. In het algemeen voorziet spr. een voortgaan van de hui dige tendentie dat de behoefte der on derneming aan kapitaalgoederen zal toe nemen, al is gebleken dat deze per een heid produkt een zekere neiging tot da len vertoont. Het grote belang dat de onderneming heeft bij de interne fi nanciering en bij een gunstig klimaat op de vermogensmarkt om risicodra gend vermogen aan te kunnen trekken, wordt door de verwachte invoering van de automatie versterkt. Op zichzelf beschouwd gelooft spre ker dat de automatie de mensheid iets goeds kan brengen. Toch mag men de ogen niet sluiten voor het lot dat de enkeling kan treffen, omdat hij het slachtoffer kan worden van in bepaalde sectoren optredende wrijvingswerkeloos heid. Hier ligt een grote verantwoorde lijkheid voor overheid, werkgevers en werknemers om deze Ongewenste gevol gen zoveel mogelijk te voorkomen. Mevrouw Nel Koppen en de heer Wim van den Brink zullen het komende sei zoen aan de toneelgroep Puck verbon den zijn. Dit jaar hebben zij bij de toneelgroep Ensemble gespeeld. De toneelspeler Manfred de Graaf verlaat het Rotterdams Toneel en zal het komende seizoen bi) Ensemble spelen. De Amerikaanse regering heeft het Nederlandse verzoek de aanklacht tegen Philips wegens overtreding van de anti- trustwetten in te trekken van de hand gewezen. Op 26 februari verzocht de Nederlandse regering het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington de aanklacht in te trekken. Op 17 maart werd dit verzoek officieel verworpen. De aanklacht werd in november vorig jaar door het Amerikaanse ministerie van justitie aanhangig gemaakt. In com binatie met de General Electric Co. en Westinghouse Electric Corp. zou Philips middels filialen in Canada de Canadese markt voor andere Amerikaanse produ centen van radio- en televisie-ontvangers willen sluiten. De Canadese filialen zijn niet genoemd in het proces. De Amerikaanse regering is van oor deel dat Philips in tegenstelling tot wat gesteld was wel onder Amerikaanse jurisdictie valt omdat het bedrijf zaken doet in de Verenigde Staten. Overigens heeft de Canadese regering geprotes teerd omdat het proces een inbreuk op de souvereiniteit van Canada zou bete kenen. Men verwacht dat het proces jaren zal duren. Als maatregel van intern organisatori sche aard zullen met ingang van 6 april 1959 vier nieuwe vennootschappen, dochtermaatschappijen van de Bataaf- sche Petroleum Maatschappij (welke naam binnenkort zal worden gewijzigd in Bataafse Petroleum Maatschappij) en The Shell Petroleum Company, hun werkzaamheden aanvangen. Zjj zullen bepaalde taken overnemen op het ge bied van de bevoorrading, het verstrek ken van adviezen en het verlenen van diensten aan de vele werkmaatschap pijen over de gehele wereld die de Koninklijke/Shell groep vormen. De B.P.M. en Shell Petroleum zullen in het vervolg binnen de groep voornamelijk als „holding companies" optreden. De nieuwe maatschappijen zijn de Bataafse Internationale Petroleum Mij, gevestigd te 's-Gravenhage, en de Shell International Petroleum Co. te Londen, welke zich beide zullen bewegen op het terrein van de aardolie en de Bataafse Internationale Chemie Mij te 's-Graven hage en de Shell International Chemical Co. te Londen voor de afdeling chemi sche produkten. De reden waarom afzonderlijke maat schappijen voor het chemische bedrijf zijn opgericht, is gelegen in de groeien de betekenis daarvan en in het essen tiële verschil tussen de chemische industrie en de aardolie-industrie. (Van onze correspondent) Woensdagmiddag is in het St.-Pau- luscollege van de Witte Paters te Sterksel een bedrag van 42.000 ter hand gesteld aan de vertegenwoordi gers van zeven in Afrika werkende missiecongregaties. Dit bedrag is bij eengebracht door de leden van het Ka tholieke Onderwijzers Verbond middels de 1-uur-actie waartoe indertijd de af deling Budel van het verbond het ini tiatief had genomen. De actie behelsde dat alle leden het loon van een uur arbeid zouden afstaan ten behoeve van het missiewerk in Afrika. Het geld werd de paters ter hand gesteld door de heer Bezems, penningmeester van het K.O.V. Voorzitter J. Derksen bena drukte dat de bevordering van de mis sieliefde door de gevoerde actie nog waardevoller is geweest dan het op zich niet onaanzienlijke bedrag. Na mens de missiecongregaties sprak drs. P. M. J. de Ruyter, de provinciale overste der Witte Paters, een dank woord. Bij K.B. is met Ingang van 1 april be noemd tot onderdirecteur van het rjjks- inkoopbureau mr. P. de Man, te 's-Gra venhage. Voor de komende maanden heeft de K.R.O.-televisie een serie nieuwe pro gramma's op stapel staan, waarbij ook rekening is gehouden met het nieuwe zendschema. dat gisteren is ingegaan. In hetzondagavondprogramma wordt de nieuwe quiz „Teledubbel" uitgezon den, die door de K.R.O. in samenwer king met de Vlaamse televisie wordt verzorgd. Bovendien staan enkele uit voeringen van het Kunstmaandorkest onder leiding van Anton Kersjes en de tv-opera „Kalchas" op het programma. In het zaterdagavondprogramma ko men verschillende wijzigingen. Afwisse lend zullen een populair-muzikaal pro gramma van top-hits die in de stu dio worden uitgevoerd een satirisch spel, dat de vaderlandse gewoonten en omgangsvormen tot onderwerp heeft en „Capriolen", een muzikaal programma, dat zich afspeelt rond de figuur van be kende componisten, worden uitgezon den. Op verschillende avonden zal nu en dan onder de titel „Piste" een interna tionaal variété worden gepresenteerd. Tenslotte is de K.R.O.-televisie door aankoop van oude Pathé-journaals in de gelegenheden, internationale gebeurte nissen uit bepaalde jaren op het scherm te doen herleven. De ontwikkeling van de alchemie Is een stuk geschiedenis geworden dat zich afspeelt tussen het begin van onze jaar telling en het begin van de 16e eeuw wanneer iatrochemie de belangstelling trekt. De chemie wordt dan in dienst gesteld van de medische wetenschap. Bij het begin van het XXIe Congres van de Organisatie van Natuurfilosofi sche en technologische faculteiten ln Nederland dat in Delft gehouden wordt, sprak prof. dr. C. J. van NIeuwenburg gisteravond een rede uit die geheel ge wijd was aan het merkwaardige ver schijnsel der alchemie, een keerpunt in de historie der natuurwetenschap. Bij het begin van onze jaartelling gin gen de filosofen hun belangstelling rich ten op de experimentele chemie. Naar het oordeel van prof. van Nieuwenburg ging hierdoor het zuiver redelijk denken grotendeels verloren. De wezensken merken van de alchemie waren n.l. het zoeken naar de steen der wijzen, de transmutatie van onedele metalen in zilver en goud (levenselixer), een ver ward occultisme en een duistere mys tiek. Hoe verward deze alchemistische wetenschap wel was, bleek uit de op merking van prof. van Nieuwenburg dat de hoofdfiguur van de Alexandrjjnse al chemie Zosimos was, wiens voorschrif ten voor transmutaties in beeld en ge schrift volkomen onbegrijpelijk waren. Voordat de alchemie werd beoefend in Alexandrië, werd deze waarschijnlijk reeds in China bedreven. Alexandrië werd de bakermat voor deze studie in Syrië en Bagdad. Via Cordova bereik te de alchemie omstreeks 1200 West- Europa. Het geheim van de steen der wijzen is nooit opgelost terwijl het „ro de poeder" waarnaar de alchemisten zochten nimmer goed omschreven werd. Over het algemeen moet het zoeken van de alchemisten worden uitgelegd als een oprecht streven naar vervolmaking zowel van metalen als van de medemens. Dat de overheid van de oudste tijden af de alchemie verboden heeft, Is blijkens de ervaringen zonder succes gebleven. Met Paracelsus kwam er een einde aan de alchemie. Het verschijnsel der alchemie houdt een ernstige waarschuwing in tegen het vermengen van natuurwetenschap en religieuze sentimenten en tegen het gebruik van een ondoordachte beeld spraak, aldus concludeerde prof. van Nieuwenburg aan het slot van zijn in leiding. Na de Officiële opening door de prae- ses van het Dagelijks Bestuur, de Or ganisatie met de lange naam, de heer F. Haverkate, en een korte toespraak door prof. dr. R. Kronig die de rector magnificus verving (deze presideerde een natuurkundig en geneeskundig con gres in Rotterdam...) had er een druk bezochte ontvangst op het Delftse stad huis plaats. Burgemeester D. de Loor greep deze gelegenheid aan om op de schoonheid van de oude stad Delft te wijzen, maar ook op de zo noodzake lijke „afzet van de vuiligheid die in dustrie en mensen ln Delft de wereld inzenden". Hij meende er goed aan te doen de aanwezige heren en dames dit probleem van Delft eens onder ogen te brengen. Tot en met vrijdag zullen on geveer 350 studenten zich bezig houden met een reeks van inleidingen en min der Inspannende bezigheden. Een hoog tepunt moet ook de forum-discussie wor den die gewijd ls aan het onderwerp De verantwoordelijkheid van de na tuurwetenschappelijke onderzoeker. Die jongen van Winslow: Paul Steenbergen, Myra Ward, Henk Votel en Paul Huf. Wat al niet een jongetje kan ontke tenen, dat van een Engels (militair) college wordt gestuurd op verdenking van diefstal. Afgezien dan van het feit dat het delict vóór de eerste wereld oorlog werd gepleegd, zoals het dan het geval was in „Die jongen van Wins low" („The Winslow boy), het stuk van Terence Rattigan, zoals het gisteren door de K.R.O. voor de televisie werd gebracht. Want het tijdstip van de han deling ls in dit verband, menen wij, nauwelijks van belang. In het Enge land van heden zou het geval wellicht precies hetzelfde liggen. Rattigan laat namelijk het „ver schopte" knaapje stuiten op een on buigzame pa, die bijna evenzeer in zichzelf als in „het recht dat ge schieden moet" gelooft en die het dus uit welbegrepen oudertrots „hoger op gooit" om de onschuld van zijn zoon te bewijzen. Hjj voert deswege met be hulp van de meest beroemde advokaat van Engeland een proces, dat jaren in beslag neemt. Een proces, dat ten slotte wel wordt gewonnen; en wel op het moment dat „de jongen" de kwes tie allang weer is vergeten. Rattigan nu was kennelijk een bijzon der handig toneelschrijver. Hij vond dit gegeven op zich te kaal, laste dus listig lijk een kleine liefdeshistorie in en sug gereerde her en der in de personen die hij liet optreden enige „karakterteke ning". In feite is deze „Winslow boy" dan ook een redelijk onderhoudend, maar bepaald niet diepgravend stuk. En als zodanig werd het voor de K.R.O.-TV gisteravond terecht opge voerd. Regisseur Luc van Gent had overigens de beschikking over.een puik aan acteertalent, dat hij volledig had uitgebuit. Men moest dus om te begin nen de ronduit meesterlijke Arthur Winslow prijzen van Paul Huf, ietwat sophisticated waar het kon, royaal menselijk waar het moest. Er werd trouwens toch bijzonder goed „ge speeld" op deze TV-toneelavond. Maar wat wil men: zou Paul Steenbergen niet goed zijn voor een menseltjk-cy- nische advokaat Sir Robert Morton, Myra Ward niet voor een principieel- vrouwelijke Catherine Winslow en Kitty Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan, tussen haakjes, ach ter de naam van het schip vermeld. ustrallë: ms „Nijkerk" (7/4) en ss „Bendigo" (9/4); Brazilië ss „Aldabi" (7/4); Canada ss „Schiedijk" (8/4) en ss „Nieuw Amsterdam" (11/4); Chili: via New York (11/4); Indonesië: ms „Bali" (9/4); Ned. Antillen: ms „Prins der Ne derlanden" (7/4); Ned. Nw. Guinea: ss „Pyrrhus" (11/4); Nieuw Zeeland: ss „Rangitane" (5/4); Suriname: ms „Sten tor" (6/4); Unie v. Z.-Afrika en Z.W.- Afrika: ms „Pretoria Castle" (11/4); Brits oost Afrika; ss „Ferdinand de Les- seps" (11/4). Inlichtingen betreffende de verzen dingsdata van postpaketten geven de postkantoren. Kluppel! niet voor een oppervlakkig- moederlijke Grace Winslow? Natuur lijk wel, zjj hebben meer „met het bijl tje gehakt". Alleen: men zag dus gis teren niet zozeer TV-toneel, dan, wel een overigens zeer verdienstelijke TV- reportage van een toneelstuk. Men amuseerde zich ongetwijfeld, maar men realiseerde zich tevens dat „gete- levisioneerd toneel" nog geen „televi sietoneel" is. En dat viel des te meer op, nademaal de zaken zo werden toe gespitst. Nademaal er dus zo voortreffe lijk werd „gespeeld" en zo degelijk, maar ook zo conventioneel werd „weer gegeven". H.Hn. In de Staatscourant van vrijdag a.s. zal de Televisiezendtijdbeschikking 1959 worden gepubliceerd, waarbij het aantal zenduren is vastgesteld op vijftien per week. Het percentage voor het pro- j gramma der N.T.S. blijft gehandhaafd op 40 procent van de totale zendtijd, na aftrek van de aan de kerken toegewe- zen uren Met de N.T.S. worden op het ogenblik nog besprekingen gevoerd over I de technische mogelijkheden om het j aantal uitzendingen der kerken enigs- zins uit te breiden, zo mogelijk naar ra- J, to van het vergrote aantal zenduren per week. In elk geval vertrouwt men, dat j de technische uitrusting van de N.T.S. I het na 1 oktober mogelijk zal maken, tot deze uitbreiding over te gaan. In afwachting hiervan heeft de zendtijd der j kerken geen uitbreiding ondergaan ten opzichte van de thans geldende toewij zing van in totaal 24 uur per jaar. In het door de A.V.R.O. verzorgde tv- programma van hedenavond kan men kijken naar „Alles gaat naar wens", 1 waarin Dimitri Frenkel Frank de schilder Karei Appel een aantal ver rassingen zal bereiden. Via de micro- j foon zendt de A.V.R.O., na „Ga er eens j even voor zitten", de familie-reünie J rond de radio, de opera „La Fanciul- 1 la de West" van David Belasco uit. De j N.C.R.V. presenteert een amusements programma, waarin het radiospel „Wie, I wat, waar?" van Goos Kamphuis is op- I genomen. Het nijverheidsonderwijs wordt nu een gelijkwaardige component in het geheel van het voortgezet onderwijs, aldus de inspecteur-generaal van het onderwijs, mr. M. Goote, woensdag te Leeuwar den tijdens het congres van de Neder landse bond van directies en leerkrach ten bij het nijverheidsonderwijs. Hoewel het wetsontwerp voor het voortgezet on derwijs met vreugde is ontvangen, bleek tijdens déze bijeenkomst dat men bij het nijverheidsonderwijs nog lang niet bevredigd is. De voorzitter, de heer G. N. Meurs, noemde de gang van zaken ten aan zien van de salariskwestie een onver kwikkelijke historie. Hij zei o.m. van uiterst links tot uiterst rechts heeft men de minister en de regering erop gewezen dat de in 1955 gemaakte afspraak ten aan zien van de aanpassing der salaris sen voor het nijverheidsonderwijs bij die van het voortgezet lager onder wijs dient te worden nagekomen en ari*1957^°e^ mogelijk vanaf 1 janu- Uit de rede van de heer Menrs Wijkt opnieuw de wrevel over het feit dat tot nu toe niets werd bereikt. De regering heeft met het uitstellen van haar ver plichting bereikt dat de herziening van het salarisbcsluit nu niet meer moge lijk is zonder overleg met de commissie voor georganiseerd overleg inzake de rechtspositie voor onderwijzend perso neel. In deze commissie kan de rege ring thans de vraag stellen of het uit gangspunt van 1955 juist was. Onzer zijds is daarentegen geen bezwaar, zei de heer Meurs, maar wij stellen nadruk kelijk dat dit de regering niet kan ont slaan van de plicht om de in 1955 be reikte overeenstemming te honoreren vanaf 1 januari 1957 tot het tijdstip waarop andermaal overeenstemming is bereikt. Tijdens deze bijeenkomst heeft zowel de heer Meurs als do heer Goote uit voerig aandacht besteed aan de ver nieuwing van het nijverheidsonderwijs, die noodzakelijk wordt door het tempo van de dynamische ontwikkeling en nieuwe mogelijkheden krijgt door het wetsontwerp voor het voortgezet on derwijs, dat door de heer Goote uitvoe rig werd toegelicht.. De grote vraag naar bankpapier waar aan de banken in de afgelopen week moesten voldoen wegens de financiering van de ultimo - die bovendien een kwar- taalsultimo was en die nog extra werd verzwaard door de Paasdagen - heeft, zo als te begrijpen is, hen stevige hap uit de banksaldi genomen. Uitgesproken moeilijkheden hebben zich echter niet voorgedaan, want de bankiers hadden door een voorzichtig kasbeleid in de dagen die aan de biljettenslag voorafgin gen, tijdig de nodige voorzorgsmaatre gelen genomen. Wel is er hier en daar wat geld, dat on call was uitgezet, teruggenomen, het geen de betrokken geldnemers er toe noopte om bij de Ned. Bank om een voorschot in rek. crt. aan te kloppen. Het bedrag van in totaal f 30.3 miljoen aan nieuwe voorschotten was in de ge geven omstandigheden echter niet schrikwekkend, vooral ook omdat de uit staande voorschotten in de voorgaande weken bijkans tot een minimum waren gereduceerd. Het bedrag van de biljettenuitzetting heeft in de afgelopen week per saldo f 164.4 miljoen belopen. Tezamen met de f 43.0 miljoen, die reeds eerder wa ren opgenomen, is er dus f 207.4 miljoen aan papier in omloop gekomen. Het to taal van de bankbiljettencirculatie steeg hiermede tot f 4322.8 miljoen. Biljetten afgenomen Afgezien van de ultimofinanciering hadden de banken het in de afgelopen week niet moeilijk. De 1 betalingen aan het Rijk vergden in wezen namelijk slechts f 26.1 miljoen. Dat niettemin f 56.3 miljoen naar de schatkist moest worden overgemaakt is een gevolg van het feit dat en passant nog f 30.2 mil joen schatkistbiljetten (met een meer jarige looptijd) van de agent van het ministerie van financiën werden afge nomen. Het uitstaande bedrdg aan biljetten steeg hiermede tot f 2173.4 miljoen. Pro messen kwamen er niet te vervallen en het hiervan uitstaande bedrag (f 1745.3 miljoen) is dan ook onveranderd ge bleven. In marktkringen vraagt men zich min of meer ongeduldig af wanneer de agent weer eens met een tenderinschrijving voor schatkistpromessen zal komen; maar als men het tegoed van het Rijk ziet, thans f 790.9 miljoen, dan lijkt daar nog geen directe behoefte aan te be staan. Daarbij komt dat er deze maand weinig schatkistpapier vervalt, terwijl de afdracht van de kwartaalbelastingen nog extra geld in het laatje zal bren gen. Tegen het einde van de maand, 25 april, moet echter ongeveer f 270 mil joen als driemaandelijkse uitkering van het Rijk aan de gemeenten worden af gedragen en misschien dat dit voor de minister aanleiding zal zijn om weer eens wat kortlopend papier beschikbaar te stellen. Situatie niet ongunstig De banken, die haar tegoed bij de Centrale Bank met f 192.9 miljoen za gen verminderen tot f 558.1 miljoen, zijn nu wel iets beneden het verplichte gemiddelde voor de kasreservc geko men, maar zij kunnen wat dit betreft nog interen op het surplus dat in het begin van de nieuwe bindingsperiode (22 maart - 21 april) is gekweekt en bovendien kan in de komende weken op een belangrijke ontspanning uit hoofde van de terugkerende bankbiljetten wor den gerekend. De situatie is dan ook lang niet ongunstig, zoals trouwens ook wel blijkt uit het feit dat er nog schat kistbiljetten bij de agent werden afge nomen, Voor de verhoudingen op de geldmarkt ziet het er mitsdien even min slecht uit. Ook de storting op de jongste lening van de Bank voor Ned. Gemeenten (f 300 miljoen op 1 april) heeft geen verstorend effect gehad. Van het deviezenfront weer geen nieuws. De grote aanwas van voor kort is geheel tot stilstand gekomen. Per sal do nam de goud- en deviezenreserve van de N.B. in de afgelopen week met f 1.5 miljoen af. Verdere goudaankopen von den niet plaats. Wel is de reserve aan convertibele valuta met f 5.0 miljoen gestegen. De totaalstand bedraagt nu f 5307.8 miljoen, waarvan f 4402.4 mil joen goud en f 594.4 miljoen harde va luta.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1959 | | pagina 6