Jeugd zoekt een uitlaatklep in een soms waanzinnige zacht naar vermaak H onafhankelijke mode D Today, KENT FILTERS BEST K.A.B. ziet geen heil in Kath. Verbond v. d. Arbeid „La helle Ho WINTERCOMPLETS bij show van Ferry Offerman I Driekleur op hoogste punt nieuwe RAI-gebouw Praten over Woudrichem DE ROL DER SATELLIETEN (SLOT) KV more than ever Paradox m Eenheid in sociaal-economische politiek is noodzakelijk V B wm Diploma van de Sorbonne of ail leading filter cigarettes in U.S.A. Europese ambtenaren gaan belasting betalen VOORZITTER MIDDELHUIS Niet voor het inter nationaal gerechtshof Opening februari 1961, 1962 Gezinszaken Coördinatie in Europees verband ZATERDAG 12 SEPTEMBER 1959 PAGINA 5 Lm Warschau Er bestaat een simpele reden voor het verschijnsel, dat de Poolse intellectuelen de komst van de Russische premier, Nikita S. Khroesjtsjev, op het politieke toneel soms bijna verbeten trachten af te schilderen als een gebeurtenis, waarvan een „bevrijdende" werking is uit gegaan. Zij zijn van mening, dat Polen voor het ogenblik niet verder kan gaan op het pad naar de vrijheid en dat aan iedere verbetering een „be vrijdende" maatregel in Rusland zelf, die zijn weerklank vindt in Polen, vooraf moet gaan. Het Poolse volk klampt zich wanhopig vast aan de hoop dat na een paar rustige, vreedzame jaren met Khroesjtsjev aan de macht er wat stoom kan worden afgeblazen, nü beslist nog niet, maar misschien over vijf, tien of vijftien jaar. Evenals een aantal invloedrijke figuren in het Westen Amerikanen niet uitgesloten zijn de Poolse leiders er van overtuigd, dat Khroesjtsjev waarschijnlijk beter is dan wie hem ook ooit zou opvolgen. „Wij kunnen werkelijk niet naar Amerika uitzien voor een beslissende stap", zo verzekerde ons een Poolse schrijver. „Niet meer; niet na Honga rije. Verkoop ons jullie overtollige tarwe-voorraden, stuur ons jullie ka toen, verleen ons economische hulp. Wij stellen het allemaal erg op prijs, maar er verandert in wezen niets door". Geschil over Rijnvaart Pastoor L. Moeskops O.F.M. De echte Christen is in de wereld een teken van tegenspraak. Daar aan valt niet te ontkomen. Chris tus, onze Heer, is ons als zodanig voor gegaan. Wat de oude Simeon van Hem voorspelde, toen Maria en Joseph Hem in de tempel van Jeruzalem aan God toewijdden, heett Hij op Zijn beurt ons allen, Zijn volgelingen, de door Hem geroepenen en getekenden, in het voor uitzicht gesteld. Wij, de dienaren, zijn immers niet beter dan Hij, de Heer. Ons leven op aarde zal dus in we zen een strijd zijn. Een strijd met als inzet onze trouw aan Christus. Dit Woord: ,,het leven is een strijd heb ben wij echter al zo vaak gehoord, wu zijn er zozeer mee vertrouwd geraakt, dat het ons feitelijk niets meer zegt. Wij accepteren de waarheid van dat gezegde zonder controle, kritiekloos, als iets ,,dat er nu eenmaal mjhoort maar het lééft niet, het heeft voor ons geen inhoud, die gelukkig maakt oi verontrust. Wij horen het aan en gaan over tot de orde van de dag. Toch zal elke verdieping van onze geloofsbeleving moeten beginnen met een hernieuwd besef van de inhoud van dat woord! Wij zullen ons moeten her bezinnen op wat het christendom in Wezen is, op wat het van ons vraagt. En dat is .strijd, onophoudelijke strtjd. Het zwaard, d.i. strijd, heeft Christus naar eigen getuigenis op aarde gebracht, met een ongestoord, rustig en vreedzaam leven. Omdat de be stemming van heel de mensheid een veroveringstocht is van de weg-terug- naar-God die slechts door een voet voor voet strijdend voortgaan succes kan hebben. Deze strijd kent geen wapenstilstand, geen herademing. Zo ergens dan is hier stilstand teruggang. Het hele leven is een open vuurlinie. Schuilhoeken bestaan daar niet Want overal bevinden wij ons minstens in gezelschap van onszelf! En niet zelden zijn wij zelf onze grootste vijand. God eist de hele mens op en schenkt geen vakantie. Daarom is het juist te zeggen: men is helemaal christen of men is het helemaal niet! Zoals God radicaal is in Zijn liefde voor ons, zo moeten wij radicaal zijn in onze liefde tot Hem. Elk ogenblik van dag of nacht! In elke omstandigheid van ons leven! in elk gezelschap! Bij onver schillig welke bezigheid! Alleen op deze wijze zijn wij echt en volwaardig mens. En dus: echt Christen! erkerstening der wereld eist vóór alles de totale inzet van onze persoon in principiële en conse quente geloofsbeleving. Wij zullen ons hebben af te vragen, of wij dat aan durven. Niet alsof het hier een keuze van persoonlijke voorkeur betrof, maar om, als christenen, precies te weten wat onze plicht is. En dit te meer, daar het niet alleen gaat om onze feitelijke levenshouding, waarvan wij tevoren weten, dat ze „anders" zal zijn dan die der niet-katholieken, maar tevens en nog meer, om de eigenlijke inhoud van ons geloof, die vooral tegenwoor dig aan velerlei afbrekende en laatdun kende kritiek bloot staat. Het is te begrijpen, dat de para doxale leer van het christendom een wereld, waarin de almacht van de menselijke geest door de totale beheer sing van de stof het hoogste levensdoel schijnt te zijn, verbijstert. Daar is geen begrip en geen plaats voor kruis en nederigheid, voor liefde en recht vaardigheid; veel minder nog voor een opvatting, die het doel van de mens heid buiten deze aarde plaatst. Als christenen zijn wij ervan over tuigd, dat wij tegelijk op aarde, in de tijd èn in de eeuwigheid leven, dat wij een aardse èn een hemelse taak heb ben te vervullen. In ons lev,en zullen wij een zodanige synthese moeten vin den, dat de ene ons niet ten koste van de andere bezighoudt. Wij hebben een tijdelijke en een eeuwige toekomst. Bei de eisen onze voortdurende inspanning op Geen werk op aarde mag ons on verschillig laten. Alles te kerstenen, d i. alles verlossen, terugvoeren naar God, dat is onze roeping! Tegelijk bur: gers van hemel en aarde, moeten wij zó zien te leven, dat de een de ander niet In het gedrang brengt. Maar al zouden wij de hele wereld winnen, toch behoren wij ze steeds zo te ge bruiken, dat wij „geen schade lijden aan onze ziel"! Deze houding heeft voor de buiten- Wereld iets paradoxaals, iets twee slachtigs zelfs. Wij weten echter met goddelijke zekerheid, dat ze juist is, omdat ze steunt op Gods eigen Woord. Wjj moeten ons met deze wereld be moeien, en wel grondig, op straffe an ders te kort te schieten in de ons van Godswege opgelegde taak. Anderzijds zijn wij „vreemdelingen" in diezelfde wereld „zonder vaste woonplaats". Deze'paradox in ons leven te integre ren is een wezenlijke eis van ons ge loof. Polen in de greep van apatie en verveling aa gen had willen nemen met algehele su pervisie en particuliere bouwonderne mingen een kans had gegeven. De Polen willen niet terug naar het kapitalisme uit de tijd voor de tweede wereldoorlog. Beslist niemand stuurt aan op scherpe tegenstellingen tussen zeer rijken en zeer armen .Toen er onder de studenten van de universiteit van Warschau een opinieonderzoek werd gehouden, verklaarde zeventig procent een zekere mate van socialis me of staatseigendom bij de grote in dustrie te verkiezen. Wat verwachten zij dan van de toekomst? Op welke verdere ontwikkeling hopen zij wan neer en indien er een stap naar meer vrijheid wordt gezet in Rusland, het land waar voor hen zoveel van afhangt?. „Wat wij willen," verklaarde een student, „is voldoende vrijheid om te trachten fouten te herstellen als het duidelijk is dat er fouten gemaakt zijn. Wij voelen er niets voor naar wille keur te worden volgepompt met socia lisme. Wij willen een eigen socialisme en wij willen zelt Depalen in hoeverre het ons leven en het leven van het ge hele volk beïnvloedt. Ik geloof dat u dat in het Westen politieke vrijheid noemt." (Copyright De Tijd - N.Y. Herald Trib.) In maart 1960 zal de dirigent Leo Pappenheim een reeks concerten met het Frysk Orkest dirigeren terwijl te gelijkertijd de vaste dirigent van dat orkest, Alfred Salten, met het Gelders Orkest zal optreden. Toen de Russische premier, Khroesjtsjev, twee maanden geleden een bezoek bracht aan Warschau, legde hij een krans op het graf van de Onbekende Soldaat. In het midden: Khroesjtsjev, links: de Russische ambassadeur in Warschau, Abrasimov, en naast Khroesjtsjev: de Poolse minister van Buitenlandse Zaken, Rapacki. „Jullie Amerikanen noemen ons Po len romantisch. Maar wij zijn tenslot te realistisch geworden. Wat wij in hoofdzaak nog van Amerika verlangen is ons er aan te herinneren dat bui ten onze grenzen meer vreugde be staat. Tegelijkertijd zijn wij er echter van doordrongen dat de wind, die ons in de richting van meer vrijheid moet stuwen paradoxaal genoeg uit het Oosten moet komen, als hij ooit komt. En ondertussen? De feest roes van de dagen van 1956, toen de Russen gedwongen werden hun greep op het land althans wat te verslappen, is zeker voor de gemiddelde Pool voorbij. Sindsdien is de macht van de onaf hankelijke maar desalniettemin com munistische leiders van Polen weer wat meer aan banden gelegd. Men treft geen opgewekte artikelen meer aan in de kranten, of stekelige en ui terst kritische gedichten en novelles. Nadat dit onbesuisde geschrijf gedu rende korte tijd mogelijk was geweest concludeerde de regering dat het al leen maar tot nieuwe moeilijkheden zou kunnen leiden. Nadat Warschau vervolgens weer orde op zaken had gesteld bleef er van het aanvankelijk enthousiasme niets anders over dan een mengsel van onverschilligheid en verveling, vergezeld van een soms waanzinnige zucht naar amusement. De Polen hebben zeker meer vrij- Ondanks het hardnekkig mooie weer zullen er deze weken heel wat vrouwen gebogen zitten over de nieu we modeplaten. En ondanks de aan houdende zomerse zon zitten de mode shows weer vol. Welk een dictator is die Mode! Naar de nieuwe dingen die te voorschijn zijn gebracht is men benieuwd en tot die nieuwe dingen hoort onder meer de tuniek, hier ge schetst naar een model uit de collec tie van Metz. Het is getoond tudens de shows van Metz in den Haag en Amsterdam en oogstte applaus. Ai was niet dadelijk te zien hoe men in en uit dit kledingstuk komt van'n war me wollen bois de rose ruit, opzij ver opengespleten. De modieuze zeven achtste lengte voor complets past goed bij de creaties van Metz die nu eenmaal een bepaalde allure hebben. heid dan een van de andere deelne mers aan het communistische experi ment in Oost-Europa. Maar voor een Pool is dat niet genoeg. In economisch opzicht blijkt de onverschilligheid uit statistieken, zoals bijvoorbeeld waar mee wordt aangetoond, dat bijna de helft van de auto's die in de Zeram- fabrieken van de lopende band ko. men een of ander mankement heeft. De verveling blijkt uit de treurige een zijdigheid, die de communistische lei ders hebben voorgeschreven voor hui zen, kleding en het voedsel, dat in de winkels verkrijgbaar is. De Poolse communistische bureaucraten dragen mischien geen saaie pakken maar ze hebben zeker saaie zielen. De hieraan voorafgaande artike len van Marquerite Higgens zjjn ver schenen in De Tijd van 5 en 8 sep tember. Advertentie Ook ditmaal zijn de mantels indruk wekkend met grote kragen, bijzonde re mouwen en volumineuze ruggen. Van de stola of de shawl zoals men nu weer zegt, maakt de ontwerper bij mantels en mantelpakken een ar tistiek gebruik. Het is en blijft een plezierig speels toevoegsel aan de herfstkleren. Is in Parijs het mantelpak gedeci deerd van „kortjasje" „langjasje" ge worden, Metz volgt een onafhankelijke stijl met zeer draagbare tailleurs in middenlengte, semi klassiek, semi mo dieus, onder andere in het altijd even beschaafde donkergrijs. Er is een nadrukkelijke voorliefde voor lila, zowel voor de wollen getail leerde japonnetjes met wijde rok van mollig bouclé materiaal als voor de gouddoorweven avondtoiletten. De mannequins droegen daarbij de nieuwe „poezeband" colliers van glinsterende kralen, een veelvoudig snoer strak om de hals. De kleine, draagbare hoeden zijn in geen enkel opzicht geforceerd, wat een herademing is en waardoor ze een uitstekende begeleiding vormen. A. Bgl. Krachtens een dit jaar uitgevaardigd besluit, zullen Frans studerende Neder landers thans hier te lande een diplo ma van de Sorbonne kunnen verwer ven, aldus heeft de heer Pierre Dailly van de Franse ambassade meegedeeld, en wel een „Certificat pratique" voor de Franse taal (eerste graad), een „Di plome" voor Franse studies (tweede graad) en een „Diplome superieur" voor Franse studies (derde graad). Om de ze getuigschriften te verwerven, zal men examens moeten afleggen, die worden uitgeschreven door de ..Mission uni versitaire et culturelle" bij de Franse ambassade hier te lande. Deze examens e omstandigheden zijn wellicht beter dan in 1956. Maar zij zijn niet goed genoeg om te kunnen voorkomen, dat iedere dag een af schuwelijk gevecht wordt alleen maar om door de dagelijkse sleur heen te komen. Het leven gaat slechts^ verder om alles hetzelfde te laten blijven. Waarom, zo vragen de Polen zich af, moet het een uur duren voor je bij LOT, de Poolse luchtvaartmaatschap pij, staatsbezit uiteraard, een vliegbil jet kan kopen voor een luchtreis die slechts een uur in beslag neemt? Dat komt omdat het door de regering be taalde personeel achter de balie in de tijd van de regering door de regering voorgeschreven formulieren moet in vullen. Er bestaat geen concurrentie noch enige andere reden om haast te maken. Dat geldt evenzeer voor grote warenhuizen, winkels en zelfs voor de nieuwe hotels. Wanneer een stad ver woest is zoals Warschau dan is het niet de overrompelende naargeestig heid van de gebouwen die op de zenu wen werkt. Het is het feit dat in een hotel de kellner niet bewogen kan wor den zout en peper te brengen als het eten nog warm is, of een kopje voor dat het kannetje met koffie koud wordt. Ontevredenheid over het naargeesti ge leven heeft de Poolse jeugd ge bracht tot een soms waanzinnige zucht naar vermaak. Jazz is een cultus ge worden, een vorm van verzet, een mid del om aan de bureaucratie te ont snappen. De landbouw heeft zich enings- zins hersteld sinds de regering een eind heeft gemaakt aan het systeem van de collectieve boerderijen. In dit verband heeft niets de Polen meer geïntrigeerd dan de recente verkla ring van boeren nooit men zullen sen nu eenmaal niet met een zweep het paradijs in kan jagen". De Poolse communstische leider, Wladislaw Go- mulka, heeft zelfs tot op zekere hoog te getoond in te zien op welke wijze een industrie, die geen staatseigen dom is, de levensomstandigheden in de grote steden kan verbeteren. Hij heeft in Polen de oprichting van onge veer honderdduizend particuliere on dernemingen mogelijk gemaakt. Voor het merendeel zijn dat echter nog geen bloeiende bedrijven geworden, omdat niemand met zekerheid weet of de re gering niet van gedachten zal verande ren. Desondanks doen deze onderne mingen .kleine restaurants en zo, naar verhouding goede zaken, als men bij de beoordeling van deze prestaties rekening houdt met de beperkte mid delen waarover zij beschikken. Dat heeft een simpele oorzaak: de Polen zijn bijzonder gevoelig voor een beetje persoonlijke aandacht van de eigenaar van een zaak. Als die de indruk wekt, dat hij er werkelijk op uit is zijn klant tevreden te stellen, dan keren ze er te- rug. De communistische leiders zijn de pogingen, die worden ondernomen om verwoeste steden als Warschau op te bouwen, al lang beu. De bevolking tot op zekere hoogte eveneens. Maar men Hoewel de bijeenkomsten van de mi nisterraad van de Europese Economi sche Gemeenschap en Euratom, die in Brussel is gehouden, de kwestie van de salariëring van de ambtenaren van bei de gemeenschappen naar de bestaande groep en deskundigen heeft terugver wezen, „is het duidelijk", zoals men in Nederlandse delegatiekringen zeide, „dat deze ambtenaren zullen worden onderworpen aan een reële belasting heffing". J. A. MIDDELHUIS De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, dr. H. R. van Houten, heeft vrijdag met nadruk tegengesproken dat tussen de Nederlandse regering en de Duitse Bondsrepubliek overeenstem ming zou bestaan om het geschil over de Rijnvaart voor te leggen aan het internationale gerechtshof in Den Haag. (Van onze speciale verslaggever) „Liever een kleinere centrale, die werkelijk een eenheid is, dan een iets groter verband, dat een huis van ver deeldheid zou zijn." Dit verklaarde de verbondsvoorzitter van de K.A.B.de heer J. A. Middelhuis, toen tijdens een te Utrecht gehouden persconferentie de houding van de K.A.B. ten aanzien van een eventueel op te richten Katholiek Verbond van de Arbeid ter sprake kwam. De heer Middelhuis liet er geen twijfel over bestaan, dat de K.A.B. niets voelt voor een opgaan in een gro ter verband. In een ronde tafel-gesprek over dit onderwerp zag hij dan ook wei nig heil, al zal de K.A.B. een eventuele uitnodiging tot een dergelijk gesprek niet terzijde leggen. Desgevraagd deelde dP heer Middel huis mede, dat de K.A.B. nog niet is benaderd voor een rondetafel-gesprek, hoewel het reeds vele maanden gele den is, dat de voorzitter van de Arka, mr. G. A. A. M. Boot, deze suggestie lanceerde. „Veel animo is er bjj ons niet," aldus de heer Middelhuis, „om dat wjj een herhaling vrezen van de zeer langdurige gesprekken in de commis- sie-Beaufort, die vijf jaar over de sa- n zjjn zonnige landhuis te Vinke- veen waar op het gazon de fla mingo's in elegance en schoonheid met de mannequins wedijverden toon de Ferry Offerman zijn herfst- en win ter kollectie die hij, zijn gewoonte ge trouw, weer zeer hoffelijk „La belle Hollandaise" doopte. Allereerst wil len wij het hebben over de prachtige materialen die hij verwerkt: bouclé, mohair, tweed, Shetland wol en aller lei soorten bont. In alle getoonde genres, coktail, ski- Mannequin Georgette toont hier uit de collectie Offerman een japon van gele shetland-wol met knopen van leer, een complet vormend met de antraciet man tel die gevoerd is met dezelfde stof als de japon. Khroesjtsjev, dat tegen de 1 poll fTrpc ffpRoil W in oit dwangmaatregelen geno- EUXlglCftgClfOUW 111 1 worden, „omdat je de men- inmnal m'ot wint non 7WCipn Dfi WCtflftllflP/F V3H DllhliekR zullen gehouden worden in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en misschien ook i had geld uit kunnen sparen en meer in Utrecht. [kunnen bereiken als de regering genoe- De wethouder van publieke werken van Amsterdam, mr. van 't Huil, heeft vrijdagmiddag de Nederlandse driekleur gehesen op de eerste van de 38 spanten van de middenhal van het in aanbouw zijnde tentoonstellingscom plex van de RAI aan het Europaplein te Amsterdam. Deze kolomvrije mid denhal wordt ZOO meter lang, 67,50 me ter breed en in het midden 16 meter hoog. Aan fundaties zijn sinds het slaan van de eerste paal op 6 november 1958 reeds 4.000 m3 beton en 400.000 kg. wapeningsstaal verwerkt. Deze getal len zullen bij de voltooiing van het ten toonstellingsgebouw volgens de ver wachtingen zal de officiële opening in februari 1961 geschieden uitgegroeid >zjjn tot resp. 10.500 m3 beton en 1.400.000 kg. wapeningsstaal. Het totale grondoppervlak zal 40.000 m2 bedragen. Voor de overkapping zal een staalcon structie met een totaalgewicht van 1 miljoen kg. gebruikt worden. De nieuwe algemeen voorzitter van de RAI, de heer A. J. ten Hoeve zei in een toespraak het tot zijn eerste taak te rekenen, het werk van zijn in juli j.l. overleden voorganger, de heer E. F. Eriksson, aan de nieuwe RAI te voltooien. De heer Ten Hoeve memoreerde voorts dat de regering een bouwver gunning voor een aansluitend congres gebouw in het vooruitzicht heeft ge steld. Mr. Van 't Huil sprak de ver wachting uit dat dit congresgebouw in het voorjaar van 196Z zal kunnen wor den geopend. Zes ministers die met gezinszaken van doer, hebben, onder wie minister M. Klompé uit Nederland, zijn donderdag overeengekomen dat gezinszaken in Eu ropese landen gecoördineerd moeten worden. In een verklaring die na de vergadering van de ministers van Bel gië, West-Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland is uitgegeven, staat, dat zij besloten hebben op gezet te tijden te vergaderen om zich te be raden hoe deze coördinatie in de ver schillende landen tot stand kan worden gebracht. Ook hebben zij besloten hun ministeries van Buitenlandse Zaken te verzoeken de E.E.G. om hulp voor hun werk te vragen. De ministers zullen volgend voorjaar weer bijeenkomen om besprekingen te houden over de morele en economische bescherming van het gezin en van jonge mensen. en middagkleding was veel accepta bels .Om met de cocktail te beginnen: veel glimmend satijn, al of niet met kralen en borduursels bewerkt. Eén wit satijnen cocktail mantel was met hermeline gevoerd. In het sportieve genre: goed-zittende stretch panta lons waarop warme gezellige wollen truien met capuchon worden gedragen en daaroverheen een jack van deken- stof. Zwarte franje als garnering op een lichte groene jopper doet het best, maar een pluizige wollen „smyrna" rand in zuurtjes kleur op een dito kledingstuk is wat te veel van het goede. De sterkste zijde van de kollectie le ken ons de complets: japon-jasje of japon-lange mantel. Deze lange man tels hebben dikwijls een bontvoering. De kragen zijn groot, de schouders tamelijk breed en de lengte: even over de knie. De jasjes van de complets zijn over het geheel genomen vrij lang en gaan iets meer naar de klas sieke tailleur toe mël dit verschil dat het lijkt of het aan de rugzijde nèt niet goed zit. De mouwen zijn halflang. In de ja ponnen verwerkt Offerman hier en daar het kazuifel-idee van Balmain en Griffe. Het doet denken aan een spen cer die aan de japon vast zit. Er om heen strikt hij een ceintuur tje. In het buitenland liet Offerman een geel gebreid ensemble vervaardi gen bestaande uit licht bruine rok, bre de ceintuur, crème blouse en daarover heen een wijde mantel. Alles in patent steek. Een vergeten snufje dook ook weer op, dat de Parijse couturiers heb ben herontdekt, namelijk knopen ge maakt van opgerold koord. Het staat heel vriendelijk. G. S.-de W. oprichting het N.V.V. menstelling van haar rapport gedaan heeft." De verbondsvoorzitter noemde het be paald te veel gevraagd om voor ande re organisaties, die buiten de K.A.B. staan, de structuur van de K.A.B. te veranderen. Intern is de K.A.B. wel be zig met plannen voor structuurwijziging o.m. in verband met de mogelijke van bedrijfsbonden, waartoe en het C.N.V. reeds zijn overgegaan maar deze studie staat los van hetgeen anderen met een Ka tholiek Verbond van de Arbeid beogen. Volgens de heer Middelhuis is er geen „levensgroot bezwaar" om de naam K.A.B. ooit te veranderen in Katholiek Verbond van de Arbeid: reeds direct na de bevrijding leefde de gedachte aan deze naam binnen de K.A.B. Het ligt er echter aan, wat men onder een derge lijk Verbond wil verstaan. De voorstan ders zien er een federatieve samenwer king in tussen drie zelfstandige vak- centralen, resp. voor leidinggevenden, mediale groepen en handarbeiders, welke laatste dan de K.A.B. zou zijn. Maar dan rijzen er tal van practi- sche vragen, aldus de heer Middel huis. Nu is de K.A.B. de partner van N.V.V en C.N.V- Wanneer echter bei de andere vakcentralen binnen het fe deratieve verbond een zelfstandige rol willen spelen, vinden zij in het socialistische en protestants-christe lijke kamp geen partners. Zou de K.A.B. terwille van een Ka tholiek verbond van de Arbeid moe ten terugtreden uit de Stichting van de Arbeid, de S.E.R. en tal van ande re instanties? Een Katholiek Verbond van de Arbeid zou weliswaar kunnen optreden namens een groter geheel dan de K.A.B. al zouden beide an dere vakcentralen niet meer dan enige tienduizenden leden omvatten maar wanneer de zelfstandige vak centralen eigen standpunten mogen innemen, die onderling kunnen af wijken, verliest het geheel zijn gezicht. Volgens <Je heer Middelhuis zijn de bezwaren tegen een Katholiek Verbond van de arbeid vooral van practische aard, al speelt ook het in katholieke kring gecultiveerde standsverschil een woordje mee. Men zou echter wel binnen de K.A.B. aparte verbanden kunnen maken voor groepen leidinggevenden, aldus de ver bondsvoorzitter, doch zodanig met het grote geheel verbonden, dat er één sociaal-economische politiek gevoerd kan worden. Er is een veelheid van be langen die gecoördineerd moet wor den. De heer Middelhuis zei tenslotte wel begrip te hebben voor de wensen van de andere groepen, maar een op lossing zag hij nog niet in het verschiet. De persconferentie werd gehouden ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de K.A.B. als vakcen trale, welk jubileum donderdag a.s. te Utrecht gevierd wordt met een H. Mis - om tien uur - in de kathedraal en een herdenkingszitting - om half drie - in Tivoli. Tijdens deze bijeen komst zal gesproken worden door de bisschop van Roermond, mgr. P. Moors, de vice-minister-president, drs. H.A. Korthals, de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, mr. dr. Ch. J. M.'A. van Rooy, de Staatsecretaris van Ecconomische Zaken, dr G. M. J. Veldkamp, en de verbondsvoorzitter, de heer J. A. Middelhuis. Aan deze herdenking gaat woens dagmorgen de officiële opening vooraf van het nieuwe rust- en herstellingsoord voor mannen „Ariënshof" te Zeist door minister van Rooy. Woensdagavond zal de K.R.O.-televisie aandacht aan het jubileum schenken. Met een trommeltje met boter hammen trok pater Livinus Moeskops O.F.M. tien jaar gele den ongeveer wekelijks naar Woudrichem om er de H. Mis op te dragen. Bij het uit 1836 date rende kerkje woonde een dame die een kamertje als pastorie be schikbaar stelde. „Mijn hele inventaris bestond uit een tafel, twee stoelen, twee boterham bordjes en twee mesjes," zegt pater Moeskops die in die jaren kapelaan was in Gorcum en te gelijk pastoor in Woudrichem, tot welke parochie ook onder andere Werkendamen het land van Altena behoorden. Sinds de reformatie was er geen pastoor meer geweest. Werkendam had geen eigen kerkje. En de afstand naar Woudrichem was toch wel vrij groot, en leverde vooral met slecht weer bezwaren op voor de kerkgangers. De bisschop van Den Bosch gaf pastoor Moeskops toen toestemming in Werkendam een kerkje te bouwen. Er was geen geld. Maar pastoor Moes kops bouwde een stenen kerkje. In advertenties stelde hij zich voor als de armste pastoor van Nederland. Dat sloeg aan. Er kwam geld, er kwamen stenen en er kwam hout. Een dagblad begon een inzamelings actie. En de kerk verrees. Kosten honderdduizend gulden. Pater Moeskops had geen schuld meer toen hij Woudrichem/Werkendam verliet. Deze pater Moeskops, nu al sinds 1953 pastoor van de parochie van de H. Antonius van Pad.ua in Den Haag „De Boskant" herdenkt deze week de dag dat hij veertig jaar geleden in Alverna werd geprofest in de orde van de Paters Franciscanen. Praten met hem is praten over Wou drichem. Zijn opvolger in Woudrichem is daar gaan wonen. En er zijn nu ook vijf zusters werkzaam, voornamelijk op sociaal-charitatief gebied. Mede dank zij de burgemeester van Woudrichem kunnen zij hun werk doen. Zij zullen komen te wonen in het huis waar in vroegere jaren ook nonne tjes hebben gewoond, het zelfde huis waar ook Jacoba van Beieren heeft geleefd. De burgemeester ijverde voor de restauratie van de oude huizen en gevels in Woudrichem. Woudrichem was dood maar moest weer levend worden. En tegen pastoor Moeskops zei de burgemeester: „Er moeten hier nonnetjes komen." Ze zijn gekomen. En Woudrichem is niet langer dood. Praten met pastoor Moeskops is ook praten over de tijd dat hij direc teur was van het Sint Franciscus Liefdewerk voor jongens in het gebied van vier tot vijf parochies in Den Haag. „Het was het mooiste werk dat er was," zegt pastoor Moeskops. „Ik kom die jongens van toen nu nog wel eens tegen. Ze zijn huisvader. Sommigen doen niets meer aan hun geloof. Maar ze steken hun hand op en zeggen: Ha, die pater. En van hun kinderen gaan er naar de katholieke school." Vijf jaar deed pater Moeskops dit werk. Hij ging naar Gouda en in 1939 kwam hij als aalmoezenier bij het acht entwintigste regiment infanterie in actieve dienst. De mobilisatie was afge kondigd. En in 1940, tijdens de zware meidagen stond hij „de jongens" bij in de Hoeksche Waard. Ze vochten er tegen parachutisten en tegen mitrail leurnesten. Als ze op de boerenkarren naar de bedreigde punten reden, stond pater Moeskops met de stool om klaar om ze de absolutie te geven. Sommige andersdenkenden riepen: „Geldt dat ook voor ons?" De oorlog was na vijf dagen voorbij. Het werk van pater Moeskops ging nog tot in iuni door. Pastoor Moeskops is een bekwaam en ijverig priester, die ook de afgelopen zes tot zeven jaar in Den Haag heeft getoond onvermoeibaar te zijn als het er op aankomt. Hij heeft geen gemakkelijke parochie met vierduizend parochianen waarvan een gedeelte de kerk de rug toe heeft gekeerd. Het centrum van Den Haag waar de noodkerk van de H. Antonius van Padua staat, vracht op de stadssanering. Ook de noodkerk die oor spronkelijk werd opgericht ten behoeve van de parochianen van de op 3 maart 1945 verbrande Boskantkerk, zal verdwijnen. Men denkt over tien tot vijftien jaar. „Maar het hart van Den Haag heeft een city-kerkje nodig. Er werken in het centrum veel ambtenaren en andere kantoormensen. Die moeten tussen de middag een H. Mis kunnen bijwonen, ze moeten ook in de gelegenheid zijn dan te biechten." Pastoor Moeskops hoopt ook stellig dat er een nieuw kerkje zal komen in dit deel van de stad, als het gesaneerd is. Hij zal er zijn werk. kunnen voortzetten. Niet spectaculair maar gestadig, serieus en tactvol. Dat tekent hem.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1959 | | pagina 5