„DE MUILKO Vrolijke film van Wolfgang Staudte School van lere-me-lesjes MOSSELEN Uit vissen WISENTEN Aangrijpende Russische film over de Duitse kampen „HET LOT VAN EEN MENS" GORDIJNSPIRAAL ZATERDAG 12 SEPTEMBER 1959 WBM rtfc v. niimiiiiiiiiiiniHii>ini|: c* IIliHlilllllllliHl»i»llili:: Met „Het lot van een mens" heeft de Russische regisseur Sergej Bondartsjoek een film gemaakt die, wat de stijl betreft, herinnert aan Üomm's Dertien lanciers en dus ais een voortzetting kan beschouwd wor den van de scherp gemonteerde films van Eisenstel» evenzeer als van de bloeiende montages van Pudowkin. Men zou zich kunnen voorstellen dat de- "'■p drie befaamde regisseurs van de ou de garde, levend in deze tijd, zouden geprocedeerd hebben als hun moderne eollega, die evenals zij getracht heeft een montage van stemmingen te ver oorzaken, waaruit een aangrijpende sfeer tevoorschijn komt. Het verhaal van de film, vervaardigd "aar een korte vertelling van Michael Sjolokof (De Stille Don), geeft het re- Advertentie MAPRO-spirool is sferk en soepel en overal in huis te gebruiken. Voor Uw gordijnen, de was. Uw garderobe enz. Enorm pracfisch, eenvoudig te be vestigen en te verwijderen. meer mogelijkheden met ned. octrooi 74341 A Let op de gele bus Groot-Brittannië In Londen zijn gisteren 31 studenten van de universi- leit van Oxford aangekomen die met ®en twintig jaar oude dubbeldeksbus §en reis naar Moskou hebben gemaakt. £11 vertrokken op 10 augustus uit Lon- hen en reisden via Duitsland en Polen. ï*un eigenlijke verblijf in Moskou huurde tien dagen. (Rtr) "■iiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii laas van de wederwaardigheden die een Rus heeft moeten ondergaan tijdens de tweede wereldoorlog, toen hij in ver schillende Duitse kampen was terecht gekomen. Hij verschijnt in het begin van de film in gezelschap van een klein jongetje aan een rivier, waar hij op de veerboot wacht en een oude man aan treft, aan wie hij zijn levensgeschiede nis vertelt. Hij doet dat een beetje meewarig, zeer begaan met zich zelf, maar wat dan volgt is een trieste ver beelding van de Duitse concentratiekam pen. Het persoonlijke leed is overgegaan in het algemeen menselijke leed. Soko- lof, de held van de film, is getrouwd en heeft enkele kinderen. De oorlog breekt uit. Hij moet naar het front en als hij na jaren gevangenis, marteling, slavernij wieer thuis komt, zijn vrouw en kinderen op één na door Duitse bom bardementen gevallen. De zoon is kapi tein in het leger, maar ook zijn dood wordt gemeld. De man heeft zijn gezin niet meer in leven gezien. Een rond zwervend stakkertje van een jaar of vijf maakt hij wijs dat hij zijn vader is en voortaan zullen deze twee samen door het leven gaan. Maar deze vernietiging van een ge zinsgeluk, symbool voor vele getroffen gezinnen, is geen hoofdzaak. Dat is veeleer het walgelijke levend sterven en stervend leven dat het afschuwelij ke thema van de concentratiekampen is geweest. En hier bereikt de film 'n diep te, die hem tot een van de treffendste filmverbeeldingen van de gruwelkam- pen maakt. Om nooit te vergeten is de entree van de dwangarbeiders na een dag helse marteling, terwijl een welver zorgde kleine fanfare een Duitse tango (Donna Clara) speelt in een beheerst tempo, dat veeleer in een salon zou tliuis horen en dan ook moet gezien worden als een duivels geraffineerde po ging om het leed van de gevangenen te accentueren. De Duitse sadisten die in de hande ling opduiken zijn klassieke maskers: één brok ^onmenselijkheid. Weggelo pen van zijn dwangarbeid raakt Soko- lof verzeild in een tarweveld, waar hij aren plukt om zijn honger te stillen. Uitgeput valt hij in slaap, armen en be nen uit elkaar gestrekt. De camera rukt naar boven en laat de man verdwijnen in een zee van graan, terwijl uit de ver te het nog vage geblaf van de bloed honden hoorbaar wordt. Zij worden op gehitst door de beulen en bijten er op los. Een kras staaltje van sadistische willekeur is het verhoor van Sokolof die uit zijn barak wordt gehaald en voor de commandant moet verschijnen. Hij verwacht het ergste, want die schurk heeft de gewoonte onder de ogen van de gevangenen een stuk ijzer in zijn hand schoen te schuiven en zijn slachtoffers met één klap bewusteloos tegen de grond te slaan. Dat gebeurt ditmaal niet. In gezelschap van enkele handlan gers presenteert de commandant zijn gevangene een sandwich. Sokolof wei gert en geeft te kennen dat hij nooit eet dan na een borrel. Hij krijgt een waterglas vol jenever. Hij weigert weer en tot driemaal toe. Dat imponeert de ■iiiiiiiiiiiiiiiiiniiimiiiiiiiiiiiiiminiiinniiiiiiiiiiMiniiiiimiiii •pp mP ste jrf B 0; ioK t»! d" aU' us er), a» i oK né lis' 0 V er- ot' iir- [a1 .ar cfl 1 fl- ii)' ps CO- if>r •ij' ru ;»1 itl' op ia is al en n- :a- ir ib id ie >t, n- LI et is duidelijk een toneelstuk, De 4. J Muilkorf van Staudte en waarom hij de kleuren heeft gebruikt, an men niet achterhalen, of het zou j °eten zijn om het picturale effect in i et stadje, waar de handeling zich eel veel jaren geleden afspeelt. Maar zfu ver^aal 1S leuk en men amuseert c", een heleboel tekortkomingen op e koop toenemend. jEr is in het landje, waar we kennis j^e maken, een vorst die de openbare fining aan banden wil leggen. Hier- ,Ver zitten in de herberg enkele heren j® Praten. De een vindt het besluit be- ?chelijk, de ander respecteert alles wat j.6r Allergnadigste gelieft te bevelen. doet vooral de officier van justitie, }Tle echter diep in de nacht met zijn Qnd naar huis keert, zó dronken dat l'J zich de volgende dag niet meer Arinnert, dat hij de muilkorf zijn hond C|j en het standbeeld van de Allergna- s §ste óm heeft gedaan. Er volgt een b jandaak waarin de officier een dub- „eje hoofdrol speelt. Hij moet en zal de isdadiger vinden. Terwijl zijn vrouw zijn dochter allang hebben ontdekt Pa de bandiet is, en zij zich in alle j^hten wringen om de man uit zijn a5.ckelijke positie te redden, stormt de ^uibtenaar op zijn verdachten af. Zijn Pirant schoonzoon weet een paar zwervers warm te maken voor een co- medie, waarin de een zal aanklagen en de ander blommen om op die manier een beloning van 3000 mark te bemach tigen. Het wordt steeds gecompliceer der, hoewel we het einde al voelen na deren. Dat einde wordt geforceerd door een hoge justitie-autoriteit, die kenne lijk óók al op de hoogste is en zijn col lega, die aan de rand van de afgrond toeft als hij eenmaal de waarheid heeft ontdekt, feestelijk weet te redden. De gezelligheid van de film zit vooral in de dialoog die op alle manieren ver makelijk is. Lang niet zo fijnzinnig als bijvoorbeeld in de -ngelse blijspelen, maar onbezorgd en vermakelijk. Ook de milieuschildering is burgerlijk gezellig. Zelfs zij toegegeven dat Staudte van tijd tot tijd met een verrassende botsing van beelden en geluiden voor de dag komt, die in het komieke herinneren aan Der Untertan. Men mag misschien geloven dat De Muilkorf een kluchtige poging is tot critiek die in Der Untertan cynisch en grimmig aanwezig was, en trouwens ook veel gecompliceerder. Wie een beetje goedlachs is en tot het aanvaarden van een heleboel com promissen bereid, kan zich met de Muilkorf best amuseren. Dbg. de kleintjes werden bang en zetten het op 'n huilen. Ik weet me geen raad, riep de bovenmeester. Wat is er toch aan de hand met de school? Gaan jullie maar weer gauw naar huis, voor er ongeluk ken gebeuren. En zo gingen de kinderen van Lere- me-lesjes met een extra vakantiedag weer naar huis. Zodra ze allemaal weg waren, liet de school de gordijnen weer openglijden en ook de vloeren wiebel den niet meer. Wat heeft dat toch te betekenen? riep de bovenmeester. En hij was heel ver baasd dat de school antwoord gaf. Ik ben veel te deftig om een gewone school te zijn. Dat is heel geen betrekking voor een dame als ik. De bovenmeester zette 't op 'n lopen en ging regelrecht naar het gemeente huis. Hij vertelde het verhaal aan de burgemeester, die er eerst niets van wilde geloven. Zoiets bestaat niet, zei hij. Een school die geen school wil zijn! En toch is 't zo, zei de bovenmeester, en ik weet me geen raad met de kinde ren. Ze moeten sommen leren en taal en tekenen. Op die manier zullen de kinderen van Lere-me-lesjes allemaal domme kinderen worden. Daar schrok de burgemeester van. Allemaal domme kinderen in zijn stad, nee, dat was verschrikkelijk. En opeens bedacht hij wat. Het gemeentehuis van Lere-me-lesjes is eigenlijk 'n beetje aan de kleine kant, zei hij. Zou die school van u er misschien wat voor voelen om gemeentehuis te worden? Dan kunnen uw leerlingen in mijn gemeentehuis naar school. Ze gingen er samen met de school eens over praten. Gemeentehuis! dacht de school verrast. Dat is nog eens 'n voorname betrekking! Ze wist wel niet heel precies, wat er allemaal gebeurde in een gemeentehuis, maar één ding wist ze wel: mensen die gaan trouwen komen er dikwijls in een deftige stoet en dat was nu echt waar ze van hield. Het is goed heren, zei ze. Ik ben blij, dat u weet waar ik geschikt voor ben. Die zelfde avond nog werd er hard gewerkt in de school en in het gemeen tehuis. Alle banken, kasten en borden uit de school werden naar het gemeen tehuis gedragen. En alle lessenaars, tafels, stoelen en rekken van het ge meentehuis kwamen in de school te staan. En de volgende dag al kregen de kinderen les in hun nieuwe school. Die was wel wat kleiner, maar de gordijnen bleven tenminste open en de vloeren waren stil. En in het nieuwe gemeente huis zaten meneren en juffrouwen te schrijven en de burgemeester hield er 'n vergadering. Er klonk geen ge schreeuw en niemand schreef er met krijt op de stoep. De oude school kon dus tevreden zijn. Dat was ze dan ook. Tenminste in het begin. Maar na een paar weken begon ze te merken, dat er niet iedere dag een deftige bruiloftsstoet naar het gemeentehuis komt. Er kwa men ook mensen, die hun voeten niet veegden. En nu en dan viel er een inkt pot over de vloer. Het is ook al niet alles om gemeentehuis te zijn, dacht de school. Ik geloof dat ik enkel maar ge- iiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Een fraaie wisent. teren zijn ze gebouwd als een koe en ge dragen zich als een koe. En van vo ren zijn ze gebouwd als een zeeleeuw. Ze kunnen erg mooi zingen en geven veel melk. Ze leven bij ons in de vijvers en beken en rivieren." „Daar heb ik nog nooit van gehoord," zei Pluimstaart. „Lopen ze of zwemmen ze?" „Van voren zwemmen ze en van ach ter lopen ze," antwoordde Hazevoet. „En ze komen alleen maar aan land om zich te laten melken." „Als ik dar niet kan gaan als hond, moet je mij maar veranderen in een muis," zei Pluimstaart tot Jeroen. „O nee, dat nooit, als je leven je lief is!" riep Hazevoet verschrikt. „Want dan krijg je alle poeskikkers van mijn rijk achter je aan." „Poeskikkers?" vroeg Pluimstaart kregel. ..Wat zijn dat nu weer voor bees ten?" „Dat zijn wilde dieren die bij ons in de moerassen wonen," antwoordde Haze voet. „Van achter zijn ze gebouwd als kikkers en van voren als katten. Ze kunnen verschrikkelijk ver springen en maken een naar geluid, kwiauwen, iets tussen miauwen en kwaken. Ze leven met de kikkerhelft onder water. En de poesenhelft steekt boven het water uit, want poesen houden niet van water." „Maar waarin moet ik me dan la ten veranderen?" vroeg Pluimstaart. „Je kunt het best zelf kiezen," ant woordde Hazevoet. „Er is keuze genoeg. Je kunt je bijvoorbeeld laten verande ren in een zonneworm, of een kuieraal, of een reuzegoor, of een landbra, of een boterfant, of een mosterdeend, of een watergeit, of een tijgerik, of een algebra, of een zaterdagsmug, of een pomper nikkel, o£ een ijsaapje, of een pruik slang, of een snak, of een ooievink, of een vleerhaas, of een bromoester, of een schelvogel, of een heilbok, of een stekel veulen, of een dakschol, of een tortel- zwijn, of een eekvis, of een grijze regen- pater. Er zijn nog veel meer." „Maar daar heb ik allemaal nog nooit van gehoord!" riep Pluimstaart. „Ik ook niet, om je de waarheid te zeggen," zei Jeroen. „Ja," zei Hazevoet trots, „in mijn rijk zijn de dieren allemaal anders dan bij jullie. Je zult het wel zien. Maar als ik je een raad mag geven. Pluimstaart, en je wilt je laten veranderen in een heel net dier, een mooi dier, een sierlijk dier, een wellevend dier, een zangerig dier, en een alom bemind dier, zou ik je aanraden je te laten veranderen in een klaphoen." „Wat is een klaphoen?" vroeg Pluim staart nieuwsgierig. „Dat is een kleine vogel met gouden veren en met twee koppen naast elkaar. Een klaphoen heeft altijd gezelligheid, want als hij niets anders te doen heeft en zich verveelt, kan hij altijd een ge sprek beginnen met zichzelf. En hij kan ook tweestemmig fluiten. Het is de meest geliefde vogel in mijn rijk. En hij legt twaalf eieren op een dag. zes van marsepein en zes van chocolade." „Dat klinkt mij niet gek toe," zei Pluimstaart. „Dat wil ik wel eens mee- naken. Verander me dan maar in een daphoen." Jeroen nam de Zilveren Sleutel ter hand en wenste eerst dat hij zelf klein genoeg zou worden om te kunnen worden toegelaten in het rijk van koning Haze voet. Aanstonds begon hij in elkaar te schikt ben, om een paleis te zijn voor 'n prins of een prinses. Nu was het jam mer voor haar, dat er in het hele stadje Lere-me-lesjes geen enkele prins of prinses woonde. En toen ze op een goede dag weer begon te wiebelen met haar vloeren en te schuiven met haar gordijnen, wisten de mensen echt niet meer, hoe ze 't haar naar de zin moes ten maken. Geen school en geen ge meentehuis, maar wat dan? De commis saris van politie kwam er ook al bij te pas. Maar die wist wel raad. Hij brom de: het zijn allemaal maar flauwe iiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiitiiimiiiiimiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii „Met azijn en mosterd is het een ver snapering" zegt de kenner. Als de r in de maand voorkomt Is het de goede tijd om mosselen te eten. Bij de opening van het oester- en mos selseizoen is vorige week op de Ooster- schelde bij Ierseke een feestelijke vloot- sehouw gehouden. En er werd enkele dagen geleden zelfs een mosselen-feest op de Dam te Amsterdam gehouden o.a. met gratis mosselen eten! De mossel is een weekdier met een ovaal of rond lichaam, hetwelk omhuld wordt door een dubbele schaal. Deze schalen zijn meestal van gelijke vorm. Aan de rugzijde zijn de beide schalen verbonden door een z.g. slot, dat uit tanden van de ene schelp kan bestaan, welke passen in gleuven van de andere schelp. Achter het slot bevindt zich een elastische band, welke door zijn elasti citeit de schelp opent. De schalen zijn bij het slot ook het dikst en het oudst en worden naar de randen toe geleidelijk dunner. De schalen, welke de mossel omhullen, bestaan uit koolzure kalk en groeien aan de randen en aan de bin nenzijde, doordat de mantel voortdu rend kalk afscheidt. Elk nieuw laagje kalk is groter dan het voorgaande, zo dat de schalen aan de buitenzijde z.g. groeistrepen vertonen. De binnenzijde der schelpen is bedekt met een laagje parelmoer. Dit parelmoer wordt even eens door de mantel afgescheiden en kan soms zeer dik worden. Als tussen de mantel en de schelp zich op een of andere manier een klein voorwerp vast zet, wordt dit geheel met parelmoer omgroeid en vormt dan een parel, vast zittende aan de schelp. Komt daarente gen een klein voorwerp in een plooi van de mantel, dan wordt het eveneens door parelmoer omgeven en vormt dan een z.g. „vrije parel", welke in som mige gevallen handelswaarde kan be zitten. De schalen van de mossel zijn over dekt met een dun, hoornachtig laagje dat bjj oudere dieren meestal verloren gaat. De schalen worden gesloten door eén of twee krachtige spieren, welke aan de binnenzijde zijn bevestigd. Wan neer een mosselvisser mosselen heeft gevangen, kan hij terstond zien of zich tussen de vangst dode exemplaren be vinden. Bij een dode mossel n.l. wijken de schalen vaneen omdat de sluitspie ren niet meer werken en de elastische banden de schalen doen wijken; de vis sers zeggen dan ook, dat een dode mos sel „gaapt". Een mossel bestaat slechts uit een lichaam en een voet; de kop ont- smoesjes van die dame. Ze moest zich schamen. Als ik jullie was, maakte ik van haar 'n koeienstal. Koeien vinden 't niet erg om in 't donker te staan. En ze hebben er misschien niet eens last van, als de vloer wat wiebelt. En zo werd die trotse, deftige school tenslotte een koeienstal. Ik hoef je niet te vertellen, dat ze het verschrikkelijk vond. De koeien maakten de boel wel honderd keer zo smerig als de kinderen. En loeien dat ze deden! Maar gelukkig duurde het niet lang, want ze konden daar in het stadje Lere-me-lesjes toch ook niet zonder gemeentehuis blijven zitten. Wat wil je nu worden? vroeg de burgemeester tenslotte. School of <»e- meentehuis. Of blijf je liever koeien stal? Nee nee, zei de school, dat in geen geval. Mag ik alsjeblieft weer school worden, want ik geloof heus dat dat toch nog het allerbeste was. Toen gingen de schoolkinderen van Lere-me-lesjes nog één keer verhuizen. Ze kwamen weer te zitten in hun mooie klasjes, die eerst natuurlijk flink waren schoongemaakt. Ze stoeiden er, praatten en lachten er. Soms maakten ze er ruzie en nu en dan schreven ze op de stoep. Maar de school was er niet boos meer om. Nooit meer wiebelde ze met de vloeren of schoof ze de gordijnen toe. aar nooit meer kregen de kinderen an Lere-me-lesjes er door haar schuld nog 'n extra vakantiedag bij. LEA SMULDERS HinnintiHiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii leze dieze doezel, Jan en Liesje Smoezel staan te vissen bij de sloot met hun moddervoetjes bloot. En hun hondje Grummeltand snuffelt langs de waterkant. In hun modderkleren staan zij zich te weren. Hup daar is de eerste al: Wat een glibbergroot geval! Ha, ze juichen van de pret, en de vis gaat in het net. Va Jongens laat ie fijn zijn! Wat zal Moeder blij zijn! „Zou je denken Jan?" zegt Lies. „Wij zijn wel een tikje vies." „Ach" roept Jan, „Wat hindert dat! Kind, we hebben béét gehad!" VERA WITTE IIIIHilllMllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll breekt. De voet is meestal wigvormig en kan sterk aanzwellen door toevoer van bloed; sterke spieren in de voet zorgen er voor, dat deze dan weer wordt ingetrokken. De mosselen bewe gen zich met de voet, welke uitgesto ken wordt en zich vasthecht aan de ondergrond; als nu de voetspieren zich samentrekken wordt het dier voortbe wogen. In speciale eethuizen te Philippine en Ierseke (in Zeeland) worden aan lange gedekte tafels grote schalen mosselen opgediend. liiiillllliillllllilllllllllllliliilllllillllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiillllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiii krimpen, en zijn kleren en de Zilveren Sleutel krompen mee. Het duurde maar een ogenblik en hij was bijna even klein als Hazevoet. „Zie zo," zei hij, „en nu „Neem me niet kwalijk," zei Hazevoet verlegen. „Maar zo kun je niet mee. Je bent nog steeds iets groter dan ikzelf en volgens onze grondwet is het verboden dat in het rijk iemand groter is dan de koning." „O," zei Jeroen, „dan doe ik er nog een beetje af." Hij sprak nogmaals een wens, en een ogenblik later was hij iets kleiner dan Hazevoet, koning aller Kabouters, welke laatste goedkeurend knikte. Vervolgens wenste Jeroen dat Pluimstaart zou veranderen in een klaphoen. Bijna op hetzelfde ogenblik stond op de plaats, waar Pluimstaart gestaan had, een heel klein vogeltje, nog kleiner dan een ka narie. met blinkende gouden vleugeitjes en veren, met Iwee parmantige beweeg lijke kopjes en met twee rode snavel tjes en vier flonkerende kraaloogjes. Het klaphoen begon tweestemmig' te zingen, maar -oest aanstonds weer ophouden van het lachen. En vanuit de flonkerende kraaloogjes rolden vier zil veren traantjes langs de rode snavels. „En nu gaan wij binnen in mijn rijk," zei koning Hazevoet fier. Hij klopte driemaal op de schors van de grote eik en zei met luide stem: „De koning van Kabouterland Klopt driemaal met zijn rechterhand. Gehoorzaam aar. des konings woord En laat hem binnen door de poort." Nauwelijks had hij uitgesproken of er opende zich een, voorheen onzichtbare, kleine deur in de stam van de eik, en gevolgd door Jeroen en Pluimstaart, het klaphoen, trad Hazevoet naar binnen Toen ze de eik binnentraden, kon Je roen nog juist zien, bij het daglicht dat door de open deur naar binnen stroom de, dat de eik helemaal hol was en dat er tegenover de deur waardoor ze naar binnen ikomen waren een tweede deur was in de schors van de eik. Toen sloeg de eerste deur achter hen in het slot en ze stonden enige ogenblikken ge heel in het donker. Maar weldra daalde een wolk van glimwormen boven uit de holle boom naar beneden om hen bij te lichten, en Hazevoet liep, gevolgd door zijn beide vrienden, dwars door de holle eik naar de andere deur. (Wordt vervolgd) DAAN ZONDERLAND Eindelijk, na lang vliegen, zagen ze weer land voor zich uit. „Zie je daar die heuvels in de verte?" vroeg Hazevoet, recht voor zich uit wij zend. Jeroen knikte. „Wel", zei Hazevoet, „dat zijn de heu vels van Henegouwen, en de grootste van die heuvels is de Sterreheuvel, en onder die heuvel is het rijk van de ka bouters. waar do maan nooit onder gaat iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiii Bronx Zoo (Dierentuin in New York) is in het bezit gekomen van een paar wisenten of Europese bizons. Deze ras zuivere wisenten, die twee jaar geleden in de Amsterdamse dierentuin gebo ren werden, zijn de eerste exemplaren die de New Yorkse dierentuin bezit se dert de laatste van een paar, die in 1917 gestorven is. De directeur van „Artis", dr. E.F. Ja- cobi, heeft de wisenten aangeboden in ruil voor achttien prairiehonden, die nu in het westen van de Verenigde Staten bijeengebracht worden. Wisenten zijn se dert het eind van de vorige eeuw in de vrije natuur uitgestorven; men schat dat er in de dierentuinen en reser vaten in de gehele wereld nog slechts tweehonderd levende exemplaren zijn. De nieuwe aanwinst is ondergebracht naast het verblijf van enkele Ameri kaanse bizons op een beschaduwd plek je van de tuin. De wisenten zijn ver want aan de Amerikaanse bizon: ze hebben echter een enigszins afwijken de bouw - ze zijn wat hoger in de schou ders, hebben een langer lichaam en een grotere bult. en waar geen sterren schijnen in de nacht." Het kussen zweefde snel landwaarts en Hazevoet, koning aller kabouters, nam zijn kroon van het hoofd en poet ste hem op met zijn mouw. Beneden zich zag Jeroen de eerste heuvels en iets verder landwaarts verrees een hoge, brede, geheel met bomen begroeide heuvel, de Sterreheuvel. Het kussen daalde snel en kwam tenslotte neer bij een hoge, eeuwenoude eik aan de voet van de Sterreheuvel. „Wij zijn er", zei Hazevoet, en ging gevolgd door Jeroen en Pluimstaart op de eikeboom af. „Wat gebeurt er nu?" vroeg Jeroen, toen ze voor de eik stonden, waaraan niets bijzonders te zien was. „Dat zul je dadelijk zien," antwoord de Hazevoet. „Maar jullie kunnen zo niet mee gaan in mijn rijk. De Drager van de Zilveren Sleutel moet eerst klei ner worden, en Pluimstaart moet ver anderd worden in een ander dier, want honden worden in ons rijk niet toegela ten." „Waarom niet?" vroeg Pluimstaart boos. „Is een hond niet goed genoeg voor jullie, vooral een bijzondere hond als ik?" „Jawel", antwoordde Hazevoet, „vooral een hond zoals jy, een onge wone, uitzonderiyke hond, die de ge dachten van anderen van verre kan le zen en die zoveel houdt van leverworst. Maar onze glappioenen zijn bang voor honden en gever, geen melk meer, als er een hond in de buurt komt." „Wat zijn glappioenen?" vroegen Je roen en Pluimstaart, beiden tegelijk. „De glappioen," antwoordde koning Hazevoet, „is ons voornaamste huis dier, waarvan wij afhangen voor onze melk, room, kaas en boter. Van ach- iiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiui Midden in liet stadje Lere-me-les jes stond een mooie grote school. Als het geen vakantie was, kwamen daar tweemaal per dag de kin deren binnen gestormd om hun lesjes te leren. Ze lachten en stoeiden en praatten dan samen, totdat de schoolbel ging en het heel stil moest worden. Dan schuifelden alle kinderen netjes naar hun plaatsen en daar bleven ze zitten tot het speelkwartier. Het waren allemaal heel gewone, ge zellige kinderen, daar in het stadje Een weerloos slachtoffer tegenover zijn gewapende beulen. Uit de film „Het lot van een mens" van Bondartsjoek. Lere-me-lesjes. Ze waren natuurlijk niet altijd even braaf, maar zoiets gebeurt overal. Ze schreeuwden wel 'ns harder dan nodig was, ze tekenden wel eens poppetjes op de stoep en ze maakten, wel eens 'n flink partijtje ruzie, maar voor zoiets hoef je heus niet naar het stadje Lere-me-lesjes te gaan. Het was dan ook helemaal niet aardig van de school, dat ze niet van kinderen hield. Ba, dacht ze iedere morgen, daar komen ze weer aan hoor. Moet je dat ge schreeuw eens horen! En moet je eens kijken hoe smerig Ze mijn gangen ma ken. En mijn keurige klasjes maken ze ook al stoffig en vuil. En als het dan avond was geworden, zei ze opgelucht: ziezo, dat zit er weer op. Voor vandaag heb ik tenminste rust. Je kunt begrijpen, dat de school in de vakantie 'n heerlijke tijd had. Dan voelde ze zich trots met haar schone vloeren, die naar zeep en boenwas ro ken. En ze dacht: eigenlijk ben ik een veel te deftige mevrouw, om steeds al die kinderen bij me te hebben. Ik hou meer van stilte en van rust. En vooral geen herrie aan m'n dak. Maar vakan ties kunnen nu eenmaal niet blijven duren en zo brak ook nu weer de eer ste schooldag aan. De kinderen hadden juist weer genoeg gekregen van het spelen en ravotten en ze kwamen met vrolijke snuitjes de poort binnen. Maar de school dacht er anders over. Ze be gon boos met haar vloeren te wiebelen en ze schoof haar gordijnen dicht, zodat het binnen pikdonker werd. De grote kinderen begonnen te lachen, want zo iets hadden ze nog nooit beleefd. Maar heren beulen. Ze laten hem gaan en smijten twee broden naar hem toe. So kolof wacht nu op de kogel en wankelt de deur uit, dronken en onzeker. In de barak roep hy uit: „samen delen" en zakt in elkaar. Deze taferelen worden verbluffend direct gepresenteerd. Geen overbodige woorden, geen dialogen, nauweiyks muziek. En het wonderlijkst van al: het gezicht van Sokolof is on der alie omstandigheden vrijwel eender van uitdrukking. Het is een masker, dat zijn gevoelsexpressie verkrijgt door zijn verbondenheid met de situatie, die van beeld tot beeld ontstaat. Ëen ware film uitdrukking dus, die niet van sjpel maar van compositie afkomstig is. Het is niet overal even raak, maar dat Bondart sjoek er in geslaagd is, met goede smaak en met erkenning van het film ambacht het concentratiekamp tot een levend stuk hel te maken, zal wel nie mand ontkennen. De jury van het Venetlaans festival heeft de film bij inzending geweigerd. Om politieke redenen, naar men zegt. Men zou haast zeggen: uit aesthetische overwegingen. Er moest eens een waar lijk superieure film op de Mostra ver schijnen! Van alle films die wij er heb ben gezien, is er niet één die met de film van Bondartsjoek vergeleken kan worden. Dbg.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1959 | | pagina 9