Khroesjtsjevs kroonprins is verbannen naar Rostov Aleksej Kiritsjenko vorig jaar nog voorzitter van 21e partijcongres Soekamo knutselt verder 9 „SHALOM, het wonder van Israël Documentaire breekt door naar de normale bioscoop D Hommage aart Salie Zware schade door aardschok in Peru VAN HERBERT VIKTOR Honderd mensen omgekomen Politie-schandaal m Amerika V B ZATERDAG 16 JANUARI 1960 PAGINA 7 BUITENLANDSE KRONIEK A.N.W.B.-PR IJZEN Bijzonder leerstoel te Groningen JBNf Sleepbootcombinatie Van „sigarettenbokser'' tot vogelopzetter - Zwijgende dieren aan de Keizersgracht „Jacob zegt beleefd goedenavond'' y Haan kraait koning Papieren stier in R.A.I.-gebouw 'IJ Plicht gedaan Vorst in Europa (Van een redacteur) Amsterdam, is jan. Vorig jaar september heeft de „New Vork Times" zijn vroegere correspon dent in Moskou, Harrison Salisbury, nog eens naar de Sovjet-Unie gezonden om hem in staat te stellen zijn vroe gere ervaringen te toetsen aan de rea liteiten in de Khroesjtsjev-aera. Hij schreef toen: „Wanneer het gesprek in de Sovjet-Unie gaat over de werkelijke machtsbronnen de opvolging in het ambt van eerste partijsecretaris dan wordt het vaakst de naam genoemd van de heer Kiritsjenko". Aleksej llariono- vitsj Kiritsjenko, die in 1908 nabij Per- vomaisk in de Oekraïne is geboren, was tot dusver lid van het centraal partij- comité en volwaardig lid van het pre sidium. Zijn taak scheen in hoofdzaak te zijn de besturing van do communis tische partij der Sovjet-Unie uit naam van Nikita Khroesjtsjev. Als landbouw ingenieur legde hij bovendien grote be langstelling aan de dag voor de agrari sche politiek en door dat alles leek hjj voorbestemd om premier en partijlei der Nikita Khroesjtsjev op te volgen in de machtigste van diens beide func ties, het partijsecretariaat. Nu blijkt uit een kort bericht in de „Pravda", dat hij is „gekozen" tot regionaal partijse cretaris te Rostov in het zuidoosten Van Rusland. De vergadering, waar dat gebeurde, had plaats in tegenwoordig heid van een ander volwaardig lid van jMMMg Telkens wanneer president Soekar- 110 verder knutselt aan zijn con ceptie van de „geleide democra tie" is het verleidelijk terug te denken aan dr. Colijn. „Er bestaat eene, ook in ons land zeer invloedrijke richting', ?.o schreef deze in 1918 in zijn brochu re „Staatkundige hervormingen in Ne- derlandsch Indië", „welke „democra tie" maar al te vaak verwart met ze kere bepaalde schemata, zooals het par lementarisme. algemeen kiesrecht etc.. van welke ï.en naivelijk meent, dat zp den democratischen regeeringsvorm bfj uitnemendheid weergeven. Voor hen, die zoo denken, beteekent het verleenen van een democratisch Charter aan Ned. indië dan ook weinig anders dan het zo spoedig mogelijk overplanten van deze en dergelijke Instituten, zonder achtge- ving op en desnoods met omverwerping van de bestaande bizondere toestanden in deze landen". De smalle basis, waarop dr. Colijn in „Nederlandsch Indië' 'de democratie wenste te beoefenen, is niet die van Soe- karno, maar zeker is, dat ook de basis van de Indom lische president smal is, beangstigend smal zelfs. De bepaling, waaraan hij zich zelf de bevoegd heid verleent om politieke partijen op te heffen, zal zeker geen dode letter blijven. Het „vrijgevochten li beralisme"! waar mee hij handel en wandel van de par tijen karakteriseert, heeft hij al sinds 1956 verantwoordelijk gesteld voor de teleurstellende gang van zaken in het onafhankelijke Indonesië. In de commentaren op Soekarno's jongste decreet wordt gezegd, dat niet alléén de beide grote Mohammedaanse partijen, de Masjumi en de Nahdatul lïlama. maar ook de communistische Partij (P.K.I.) de kwalijke gevolgen daarvan zullen ondervinden. Het is mo gelijk. Maar het is misschien niet ge heel overbodig er aan te herinneren, dat Soekarno, toen hij in 1956 voor het eerst het woord „geleide democratie" gebruikte, dacht aan een figuur, zoals hij die kort voren op zijn reizen naar Moskou en Peking had gezien. In de communistische landen had men hem getoond, hoe kleine groepjes vastbera den mannen kolossale rijken hadden „opgestoten in de vaart der volkeren',' zittend achter hun schrijftafel. En men herinnert zich nog, dat de president toen duidelijk toenadering zocht tot de communisten. De nieuwe massale politieke organi satie, die hij thans heeft inge steld die wellicht de plaats van de afzonderlijke partijen moet inne men, het „Nationale Front", heeft ook in Indonesië een voorganger gehad. In februari 1947 is er al eens zoiets ge weest, het „Front Persatuan Nasional", dat bedoeld was om „alle aanvallen op de vrijheid van de Indonesische re- Publiek af te slaan" en dat viel te be schouwen als een reactie op de van Ne derlandse zijde op de republiek uitge oefende druk tot aanvaarding van het akkoord van Linggadjati volgens Ne derlandse interpretatie, het z.g. aange klede Linggadjati. Eén woordvoerder hoemde een heel wat drastischer doel: •.om de Hollanders uit ons vaderland 'e verdrijven". Geen wonder, dat ook het inpaimën van Nederlands Nieuw- Guinea nu een van de drie doeleinden van het nieuwe „Front Nasional" is. Belangrijker mag helen, dat er bui- Indonesië voorbeelden van „Natio- hale Fronten" zpn geweest, die een ta melijk sinistere geschiedenis zijn ge worden. Het „Nationale Front" behoort hamelijk tot de meest geliefde strijd middelen van de communistische bewe- ging. Zij is er in 1920 al mee begonnen in Siberië en Mongolië. Tsjang Kai-sjek Js er van 1922 tot. 1927 mee in aanra king geweest en hij heeft aan de poli tieke wurging slechts kunnen ontsnap pen door ware bloedbaden aan te rich ten onder de communisten in Sjanghai eh Canton. Het „Nationale Front" vier de tussen 1940 en 1945 hoogtij in de Buropese verzetsbewegingen en het pla veide de weg voor een communistische heerschappij in de „volksdemocratieën". Nog niet zo lang geleden is de secre taris-generaal van de P.K.I.Aidit, voor dag gekomen met de theorie, dat m de minder ontwikkelde landen de heste communistische kaderleden niet Jo de partij moeten werken, maar in de massa-organisaties. Als ideale massa- higanisatie noemde bij toen de vakbon- „em die naar ziin zeggen „nog voldoen- verankerd zijn in de massa Maar s hij ziet, dat het Nationale Iront Weerklank vindt bij de Indonesische massa, dan zal hij ook daarheen zpn este kaderleden sturen. Soekarno is niet bang. Hij is ervan hyartuigd, dat hij zijn loopbaan niet zal indigen op een Indonesisch „Formosa", yhet alleen de toekomst, maar ook de eacties van groeperingen zoals het le- *er zullen leren, of het zelfvertrouwen jjm de president voldoende grond be- A. I. KIRITSJENKO het partijpresidium, de 56-jarige Aver- ky Borisovitsj Aristov, die heel wat in de melk te brokken heeft, als het 0111 de communistische benoemingspoHtiek gaat. Van hém schreef Harrison Sa lisbury overigens in september, dat zijn ster rees. Van hem vermeldt de Pravda nu„ dat hij kameraad en presidiumlid is. Voor Kiritsjenko is dat blijkbaar niet meer nodig. Hoe ,,boog gezeten" Kiritsjenko is ge weest, bliikt reeds, als mén een vluchti ge blik slaat op zijn carrière. Zijn vader was soldaat bij het tsaristische leger. H\j zelf moest al op elf-jarige leeftijd mee-verdienen en misschien zou hij nu nog spoorwegarbeider of monteur zijn, als hij geen lid was geworden van de communistische jeugdorganisatie, de Komsomol. Die zorgde ervoor, dat hij behoorlijk middelbaar en zelfs hoger on derwijs kreeg. In het begin van de .ia- ren dertig werkte hij. ais landbouwkun dig ingenieur te Cherson. In 1930 trad Kiritsjenko toe tot de communistische partij, maar pas in 1938. toen Khroesjtsjev partijbaas werd in de Oekraïne, begon hij wat te bete kenen. Elf jaar lang heeft hij hand- en spandiensten aan hem verleend, laatstelijk als partijsecretaris van Odes- sa. In 1949 werd hij tweede partijse cretaris in de Oeskraïne. Eerste secre taris was Meinikov, die hij in juni 1953 opvolgde. Ofschoon er boeken in omloop zijn over „Khroutehev l'Ukrainien", heeft men Kiritsjenko wel de eerste Oekra- inse partijchef genoemd, die zonder Russisch accent Oekraïns sprak. In juni 1954 werd hü volwaardig lid van het partijpresidium, het machtigste college in de Sovjet-Unie, speciaal be last met de algemene partij-administra tie. Sinds december 1957 behoorde hij wederom als lid van het centraal par tijsecretariaat tot de naaste medewer kers van Khroesjtsjev. Kiritsjenko is een zwaargebouwd man met een stroef uiterlijk. John Gunther („Inside Russia Today") beschrijft hem als een grote, zware man, met ta- nelijk botte manieren, die weinig of geen sympathie inboezemt. Er zijn peri oden geweest dat hij in de belangrijkste staatszaken een rol van betekenis ver vulde. Eind september 1956 heeft hij, samen met o.a. Aristov, de besprekin gen bijgewoond, die Khroesjtsjev in Jal- ta voerde met Tito over de mogelijkheid om de teugels in Oost-Europa wat te la ten vieren. In mei 1957 werd zijn portret door de straten van Boekarest gedragen, toen hij het tweede congres van de Roe meense communistische partij bijwoon de. Alle waarnemers zijn het erover eens, dat hij bij de kritieke stemming in het presidium, toen Khroesjtsjev het opnam tegen de z.g. anti-partijgroep van Malenkov, Molotov c.s. vóór zijn tra ditionele chef heeft gestemd. Direkt daarna was hij alweer in Frankrijk om het congres van Thorez c.s. bij te wo nen. Hij heeft deelgenomen aan de overigens mislukte verzoeningsgesprek- keh, die omstreeks 13 juli 1957 in een villa nabij Moskou zijn gehouden met de Joegoslavische, Bulgaarse en Albaanse communisten. Vórig jaar januari heeft hjj nog het 21ste partijcongres voorgezeten, waar de ambitieuze, streefcijfers voor het nieuwe economische Zevenjarenplan zijn vastgesteld. Hij is altijd goed voor een paar van onverzoenlijk fanatisme getuigende uitspraken, zoals „Het ge praat over speciale en afzonderlijke we gen naar het socialisme is gezwets", of „Het revisionisme is de geheime agent van het imperialisme binnen de arbeidersbeweging." Het is doorgaans onbegonnen wex-k om afzonderlijke mutaties in de Sovjet-Unie afdoende te verklaren. Een veel gevolg de methode is. dat men een blik slaat op de onderwerpen van binnenlandse aard, die onlangs de woede van 's heren Khroesjtsjev hebben opgewekt, en na gaat, of de onderhavige functionaris wellicht heeft gestaan in het hoekje, waar de klappen vielen. Khroesjtsjev heeft in de afgelopen weken openlijk zijn ontevredenheid betuigd over twee dingen: de agrarische produktie en de binnenlandse partijpropaganda. Dat laatste onderwerp valt meer onder het ressort van de heren Soeslov en Iljit- sjev. Misschien is Kiritsjenko daarom wel een van degenen, die verantwoorde lijk worden gesteld voor de onbevredi gende gang' van zaken in de Russische landbouw. Hoe dan ook: voorlopig is hij kroonprins-af. Indien hij Khroetsjev ooit nog ees opvolgt als eerste secretaris van de partij, dan moet hij eerst zorgen vanuit Rostov weer te keren in het Mos- kouse machtscentrum. Nu de kommervolle da gen van sneeuw- en ijspret weer zijn aangebroken voel ik mij genoopt de her innering op te roepen aan een groot, zij het imaginair vaderlander uit het verle den: Jan Salie. Ik wil hem bij deze warme hulde bren gen en mijzelf als een overtuigd me. bestander van hem verklaren. Inderdaad acht ik Salie een van de meest onderschatte figuren uit de vaderlandse historie. Nergens ook maar het geringste monumentje voor Salie, zelfs niet in Appingedam. Maar per slot van rekening zat hij, Salie, al met lange onderbroeken, oor-, neus- en kniebeschermers, ijsmuts en dam pende erwtensoep in het knapperend haardvuur te staren toen Michiel de Ruyter nog in zijn jongenskiel op die kille Vlissingse toren klom om in de zilte verten te staren; en hij was het die bekwaam op één oor lag toen J. P. Coen aan de evenaar iets groots liep te verrichten. En om evên wél te wezen: Engeland is nog steeds (op) zichzelf en Indië zijn we al weer enige tijd kwijt. Maar de geest van Jan Salie leeft anno 1960 nog Voort. Niet natuurlijk in de kloeke jongens, die steeds maar weer in straaljagers stappen, noch in de knapen, die nü al staan te trappelen van ongeduld om straks naar die kale maan gescho ten te worden, maar in ons, nietsnut ten, die, ais het even kan, niet in een toren klimmen. Zijn wij dan geen ferme jongens of stoere knapen? Neen, wij kijken wel uit. Zijn wij dan geen jongens van Stavast? Neen en nogmaals neen, wij weigeren met blozende geestdrift ster ren in het ijs te vallen. Zijn wij dan niet welgeschapen? Ach neen, het houdt niet over. Wat zijn wij dan? Wij zijn. over eenkomstig een goed vaderlandse tra ditie toffe jongens. En dat willen wij als goede Jan Salies desnoods nog wel weten ook. IJs en weder niet dienende dan. AREQUIPA, iti jan. (UFI) De aardbeving die woensdag Arequipa, de tweede stad van Pern, teisterde, heeft ongeveer 60 procent van de woningen verwoest en ca. 30 procent tijdelijk onbewoonbaar gemaakt. Duizenden personen hebben de afgelopen nachten in dc openlucht geslapen. Tot op he den zijn 20 lijken geborgen. Men vreest echter dat het dodental tot maxi maal 67 zal stijgen. DEN HAAG, 16 jan. In de loop van dit jaar zullen, voor de derde maal, de ANWB-prtjzen worden toegekend, voor publicistische prestaties op het gebied van de Jetteren, de journalistiek, de film, radio en televisie, welke een bij zondere stimulans voor het toerisme vormen en de kwalificatie „bijzonder goed" verdienen. De ANWB-prjjzen be staan uit een speciale penning en een geldbedrag van 1000 elk. DEN HAAG, 15 jan. De stichting Groninger Universiteitsfonds is bij K.B. aangewezen als bevoegd om aan de rijksuniversiteit te Groningen een bij zondere leerstoel te vestigen in de toe gepaste kristalkunde. e documentaire, de film van en over de werkelijkheid, is een om lijnd begrip geworden in dé film- produktie. Een genre met eigen onder werpen. een eigen werkwijze, een eigen geschiedenis en een eigen maximale vertoningsduur. Het merkwaardige feit doet zich namelijk voor, dat de filmdo- oumentaire, die zich vooral sinds de jongste wereldoorlog in een groeiende belangstelling van officiële zijde en van het publiek mag verheugen, nog steeds geen genade heeft kunnen vinden in de ogen van de bioscoop-exploitanten .Van officiële zijde wordt liet belang van een goede filmdocumentatie en voorlichting meer en meer ingezien en zelfs metter daad getoond door faciliteiten en op drachten. In de televisieprogramma's wordt een ruime en algemeen gewaar deerde plaats aan de filmdocumentai re ingeruimd. Voor de bioscoopexploitant is zij ech ter nog altiid „voorprogrammawerk" gebleven, waarmee de luttele minuten, die na de vertoning van journaals en hoofdfilm resten, moeten worden ge vuld. De hoofdfilms zjjn namelijk de laatste jaren aanzienlijk in lengte, zij het niet evenzeer in kwaliteit, toegeno men en dit heeft tot gevolg gehad, dat de vertoningsduur van de documentai re film als regel wordt beperkt tot hoogstens twintig minuten. Zelfs dan en welk onderwerp van enige omvang en belang kan in zo'n kort tijdsbestek serieus, iaat staan uitputtend worden behandeld? zelfs dan krijgt de docu mentaire in de normale bioscoopvoor stelling geen kans, zodat grote hoeveel heden instructief en verhelderend ma teriaal uitsluitend worden vertoond in de Cineacs van de grote steden en op bijeenkomsten van verenigingen en clubs. De Duitse filmer Herbert Viktor heeft het gewaagd, de ongeschreven, wet, dat de vertongingsduur van een documentaire film maximaal twintig minuten mag bedragen, te overtreden. Viktor, een Berliner, die via de sport vóór de oorlog was hij een promi nent hardrijder op de schaats en de radio bij de televisiereportage en daarmee in het filmvak is gekomen, heeft onder de titel „Shalom" over het jonge Israël een documentaire kleu renfilm vervaardigd met een verto ningsduur van 82 minuten. En daar mee heeft hij tegelijkertijd de muur, die dit genre films van de normale bioscoopvoorstelling scheidt, weten te doorbreken. „Shalom, het wonder van Israël" zal, althans in het Amsterdam se Alhambra-theater en later waar schijnlijk ook in Metropole Tuschiski in Den Haag, in de gewone voorstelin gen worden vertoond. Een verdiend succes, want Viktor heeft met deze film, die ieders aandacht verdient, niet alleen een uiterst interes sant en hoogst actueel onderwerp aange sneden des te actueler, omdat een golf van anti-semitisme, zoals die zich thans weer manifesteert, eerder tot staan zal worden gebracht: door een juiste voorlichting dan door straffe maatregelen .rnaar hij doet dat, op een eerlijke, objectieve en tegelijk sym pathieke en boeiende wijze. Het nieuwe en tegelijk oude Israël, waar oudheid en moderne tijd, oost en west, jodendom, christenheid, islam en humanisme elkaar ontmoeten, heeft voor velen de onbemindheid van het onbekende. „Sha lom" maakt in een dwingende reeks sug gestieve beelden, gesteund door een boeiend commentaar, iets voelbaar van de vreselijke spanningen, die er in hit unieke land heersen. Zij laat iets zien C.-CTII Vil. aiuaUÖUHfa humoristische interpretatie werkelijkheid waarmee niei SWSf van de tegenstellingen tussen het oude en het nieuwe, maar ook van de eerbied voor de heilige plaatsen, die joden, christenen en moslems samenbindt. Maar vooral toont zij, met welk een ener gie en enthousiasme een volk, dat dui zenden jaren over een ongastvrije we reld heeft rondgezworven, zich in het oude iand van zijn vaderen nieuwe cul tuur en welvaart aan het scheppen is. In dit opzicht is „Shalom" een bewonderenswaardig voorbeeld van intelligente beeldjournalistiek. De film offert de waarheid niet op aan een gemakkelijk succes. Zij toont de lichtzijden, maar ook de schaduw kanten van haar onderwerp. Zij geeft een dramatische, soms ook van de niet is ge zegd, dat ze deze vervalst of ver draait. Door de bekwaamheid van de filmer worden de beelden sa mengevoegd tot een vloeiend pa troon, gesteund door met zorg en smaak gekozen muziek en toege licht met een instructief commen taar. De teksten, geschreven door Meyer Hamel en gesproken door Wim Povel, Heieen van Meurs, Wam Ifeskes en Lo van Hensbergen, zijn in de Cinetone-studio's te Duiven- drecht bijzonder knap nagesynchro niseerd. zodat het slechts een zeer oplettende toeschouwer opvalt, dat de lipbewegingen van de figuren op het doek niet volledig kloppen met de klanken, die uit de luidsprekers komen. Intussen wil dit alles nog niet zeggen, dat „Shalom" een documentaire film in de volstrekte zin van het woord mag worden genoemd. Het voornaam ste doel van zulk een film moet zijn, de resultaten te tonen en duidelijk te maken van een diepgaande studie, waarmee een bepaald onderwerp is be naderd. Viktor registreert in een snel wisselende, soms wat al te kaleidosco- pische reeks beelden de feiten. Maar hij gunt zich niet voldoende tijd om de betekenis, de achtergronden, ervan uit te leggen. Nergens verklaart hjj waar óm iets is gebeurd. Hij zet de toeschouwers pakkend visueele koppen voor, maar er is een documen talist met meer ervaring en misschien ook met meer filmtalent en geestelijke diepgang nodig dan Herbert Viktor om dit épos van een herboren natie volle dig te vertellen. Hij dringt niet door tot de kern van de zaak. Diepgaande studie van een onderwerp en zorgvuldige voor bereiding vergen vaak meer tijd dan het filmen zelf. Was Viktor zich daarvan meer bewust geweest, dan had hij geen 16.000 meter celluloid hoeven te belich ten voor een oindprodukt van nauwe lijks anderhalf uur. Bovendien heeft'hij een der belangrijkste kanten van zijn veelzijdige onderwerp te zeer ver waarloosd, namelijk de rol, die geloof en religie in het jonge Israël spelen Afgezien van de bijbelteksten, waarvan hij zich b\) herhaling bedient en van en kele korte flitsen van de orthodoxe Joodse minderheid die zich op religieu ze gronden zelfs tegen het bestaan van de jonge staat kant, loont hij liet nieuwe Israël als een zuiver materialis tische gemeenschap. Een beeld, dat ge lukkig niet ist, althans zeker niet vol ledig is. want: materialisme kan, zoals in het verleden is gebleken, gemakke lijk leiden tot tirannie, de éne afgrond, die de andere van haat, verzet, geweld en vernietiging oproept. Lands Er hangt een wonderlijke sfeer in de lage, ietwat benauwde kamer van het statige herenhuis aan de Amsterdamse Keizersgracht. Wellicht komt het door de aanwezigheid van een indrukwekkend aantal dieren, waarvan er twee: een bontgekleurde Ara en een tenger doodskopaapje voortdurend in beweging zijn. terwijl de rest roerloos en met iets van ver wijt in de verstarde ogen staart naar een kleine man in een dikke, wollen trui. In z;jn handen houdt hij een slan ke paradijsvogel met een prachtig gekleurde staart. Het dier is dood, maar de jonge soldaat, die het bij hem bracht wilde er geen afstand van doen. „Zet hem a.u.b. voor me op, want ik vind de kleuren zo mooi" was zijn verzoek en de man in de dikke wollen schipperstrui had begrijpend geknikt. Er werd een afspraak gemaakt; bin nen een paar weken zou de paradijs vogel weer een houding hebben, lig gend of staande, precies zoals de sol daat het wenste. Hij zou op tijd klaar staan in de vitrine, op de open plek naast de grijze kater, die geen poot naar hem zou uitsteken Het verhandelen van opgezette dieren is een nieuwe rage in het bewogen le ven van Antoon Herkes. Het houdt hem bezig van de vroege morgen tot de ia- te avond, want hij heeft al de moge lijkheden ontdekt die er in zitten. Zijn uitgebreide verzameling vogels, die varieert van een eenvoudige mus tot een statige flamingo, vormt herhaal delijk een décor voor modeshows of etalages, zijn vossen, apen en konijnen worden geregeld gebruikt in televisie uitzendingen en toneelvoorstellingen. Het verhaal van dit avontuur begint in de Antwerpse havenkroeg „Bij Opoe", waar de zeeman Herkes en kele jaren geleden van een collega de reusachtige Ara Jacob" kocht. Her kes nam deze driekleurige papegaai in triomf mee naar zijn woning aan de Keizersgracht, waar het dier al gauw grote bekendheid kreeg door zijn frappante staaltjes van naprate- rij. Zittend op de stok van zijn stan daard riep „Jacob" al spoedig net zo hard „Vodde!" als de voorbijrijdende opkoper en leerde hij van de kinderen uit de buurt allerlei dwaze opmerkin gen. „Jacob" trok op zekere dag de aandacht van een Brabantse prepara teur. die met Herkes in gesprek raak te. Het resultaat hiervan was een han del in het opzetten van dieren. Hier iets van te maken, was Herkes wel toevertrouwd. Had hij niet meer dan eens bewezen gewiekst te zijn? In de dertiger jaren speelde hij het spel van de „sigarettenbokser" met veel allure, tijdens de oorlog toonde hij zich een zeer bruikbare kracht in het verzet en aan boord van de Zweedse stomer Al ten wilde men hem niet graag kwijt. Aan de Keizersgracht begon hij een pension, waarvoor nog altiid grote be langstelling bestaat, omdat Herkes niet alleen een prettige pensionhou der, maar ook een uitstekende kok is, die de gasten in een duidelijke staat van opwinding brengt als hij zijn spe ciale „riisthappen" serveert. Met zijn „vogelrage" heeft Herkes er een zware taak bij gekregen. In het krappe kamertje dat hij kortweg zijn hut noemt, is hij tot diep in de nacht bezig met zijn bonte verzameling van opgezette dieren. Dan maakt hij meerpalen voor de zeemeeuwen, boomstronken voor Se eekhoorns, tak ken voor de vogels en een hok voor het dikke konijn, dat hem op Kerst mis zo'n smakelijk diner bezorgde. Dan ontvangt hij in zijn hut met de gapende kooi, de patrijspoort, de scheepslantaarn, de reddingsboei en het bootje in de fles, zijn klanten die in steeds grotere getale een beroep op hem doen. Er zit iets lugubers aan de ze visites, waarop sommige klanten hun nog levende honden, poesen en kanaries meenemen om al vast een afspraak te maken voor de dag, dat zij deze dieren dood vinden. Antoon Herkes verbaast zich daar niet meer over. Hij noteert in alle ernst de na men en adressen in zijn „scheepsjour naal", terwijl „Jacob" de klanten groet met een zeer beleefd „goeden avond". De Nederlandse zeesleepvaart, die haar roem bouwt op Maassluis, IJmuiden en Terschelling, heeft nooit kunnen besluiten de handen ineen te slaan om één machtige monopolie op te bouwen. Leen Smit, Wijsmuller en Doeksen willen liever hun eigen po- imMiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimnniHiiiimiiiiniiiHMiiiiiHiiiHiiHiiiiiimiiiiiiiHiimiii sitie versterken, desnoods met hulp van buitenlandse ondernemingen, die echter bij een Nederlands samengaan de zeven zeeën zouden moeten ruimen voor de Hollandse vlag. Wijsmuller heeft indertijd steun ge zocht bij een Amerikaanse maatschap pij en breidt met de finantiële hulp van deze zjjn vloot uit. Leen Smit heeft nu zijn belangen zeer nauw verweven met een van de oudste en belangrijkste En gelse maatschappijen, The Overseas Towage and Salvage Co Ltd. De direc tie van deze Britse onderneming blijft aan, maar de welvarende Smit heeft een belangrijk gedeelte van de aande len overgenomen. Een aanzienlijke machtsuitbreiding van het Maasslui.se concern betekent deze stap op het Brit se gemenebest, waar Smit nu onder En gelse vlag kan opereren. The Overseas, is naar onze inlichtingen niet bij de Salvage Association aangesloten, niet gebonden aan Lioyds' Open Form en kan dus vrijbüiterèn. The Overseas beschikt over twee zee- sieepboten. de Marina en de bekende Turmoil, die geschiedenis maakte tij dens de ramp met de Flying Enterpri se in 1951, toen de Engelsman dagen lang met de zinkende Enterprise rond- zeulde. maar vlak voor het kanaal zijn sleep naar de bodem zag verdwijnen. Ondertussen blijft de controverse Smit-Wijsmuller bestaan. Een door IJmuiden geïnspireerd bericht waarin gezegd wordt dat Leen Smit gezien zijn ervaringen op de Stille Oceaan wel niet meer met twee vliegdeksche pen achter zich aan op weg zal gaan, wordt in Maassluis tegengesproken. Hoenders, raskonijnen, duiven en siervogels tot een gezamen lijke waarde r an naar schatting honderdduizend gulden prijken in de meest wonderlijke verscheidenheid in hun kooien op de tentoonstelling Avicultura, die vandaag en morgen in de Haagse Dierentuin wordt gehouden. De veertig keurmeesters, die hebben uitgemaakt wiens haan koning kraait, bedienen zich bij hun beoordeling van de vreemdste termen, zo is ons geble ken. Zelfs de mens zou zich de kwali ficaties ernstig aantrekken: iets wit in gezicht; hals niet geheel schoon: be nen moeten zwaarder; kale voetzolen; waai-oor of ongelijk getande kam. Onvermoede dieren treft men er ook aan: van slanke kippetjes, niet iiiHimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiinmiiiiiiiiiiimiiiiiiiHiiiiiiimiHiiiniiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiii 71 fillister mr. V. G. M. Marijnen, minister van Landbouw en Visserij, zal wi tnaandagmorgen de tentoonstelling „Het Landbouwwerktuig" in het RAl- gebouw te Amsterdam officieel openen. Op deze e.rpositie, welke tot 23 januari duurt, zijn 150 stands ingericht door Nederlandse firma's, die in Neder land of in het buitenland vervaardigde machines op het gebied imn de land- en tuinbouw zullen tonen. Ook komt er een paviljoen „De Vrouw ten plattelande dat, naar men ons heeft verzekerd, ook interessant zal zijn voor de vrouwelijke stedelingen. De foto toont een stier van papiermaché, die de ingang van het paviljoen zal versieren. groter dan een vuist, tot enorme han den die in omvang niet voor een flinke hond onderdoen. Kippen met haar zijn er en andere weer met bevederde po ten. Een uitgebreide wasbeurt, compleet met gebruik van „zakje blauw" heb ben vele dieren ondergaan voor zij aan het oog van de (keur)meester werden getoond. Vele kippen kunnen niet nalaten zelfs op de tentoonstelling nog een ei te leggen. Deze „expositie- eieren" worden met mandenvol aan de Haagse ziekenhuizen afgedragen. Ruim zestien jaar nadat het marine fregat „Johan Maurits van Nas sau" is te water gelaten wordt het geacht zijn plicht te hebben gedaan. De oorlog was in volle gang toen het van stapel liep en onmiddel lijk voor een taak „naar vermogen" werd ingezet. Dat, vermogen was in 1943 niet gering. De bewapening, twee kanons, zeven mitrailleurs en een in stallatie voor het afzenden van diepte bommen. verleende het oorlogsschip zijn geschiktheid als beschermer van oonvooien. Veel heeft de „Johan Mau rits van Nassau" deelgenomen aan het escorteren van belangrijke convooien in de laatste jaren van de oorlog. Toen was de snelheid, die de 5500 pk het schip gaven, voldoende. Maar bij de oorlog zouden steeds hogere eisen van snelheid worden gesteld en zo geraakte de ..Johan" in het stadium van verou dering. Waarop tenslotte de „afkeuring voor actieve dienst" zou volgen. Het afgekeurde marineschip werd gisteren, samen met een eveneens ver ouderde mijnenveger, publiek ver kocht. De zestig inschrijvingen boden een staalkaart van waardering voor hetgeen van de „Johan Maurits van Nassau" is overgebleven. Een der bie ders had er 82.000 en niet méér voor over, maar een andere inschrijver kreeg het schip voor ruim 2% ton. De ze koper brengt het schip nu met iets méér egards „voor de bijl". Het fregat wordt gesloopt, machinerieën, elektri sche installaties en de duizend en een waardevolle onderdelen waaruit het is samengesteld worden doorverkocht. Het schip verdwijnt op deze wijze beetje bij beetje als de oude krijger, „the old soldier", die in de historie niet sterven zal. LONDEN, 16 jan. (Reuter, UPI) Sinds het begin van de kou- en sneeuw- periode zijn in Europa al bijna hon derd mensen omgekomen, wier dood aan de weersomstandigheden geweten wordt. De meeste slachtoffers worden gemeld uit Duitsland, namelijk 28. De cijfers in andere landen waren: Enge land 5, Italië 8, Denemarken 13, Span je 8, België, Noorwegen en Zwitserland elk 7, Finland 3 en Frankrijk 6. Het waren mensen die omkwamen door be vriezing, ongelukken door de gladheid en verdrinking. De meer dan honderdduizend men sen, die maandag door aardschok ken uit hun woningen in vijf dorpen ten noorden van Napels, in zuid-west Italië, waren verdreven, en die sinds dien in legertenten in de open lucht verblijven, ontdekten gisterochtend, dat zij door zware sneeuwval van de buitenwereld waren afgesneden. Politie, Rode Kruis en vrijwilligers zijn dag en nacht in de weer om de daklozen te bevoorraden. Een aantal hunner, wier woningen niet beschadigd werden, is door de politie daarheen te ruggeleid. Enkele weigerden terug te keren, omdat zij er niet zeker van zijn dat het aardbevingsgevaar is geweken. In Oost-Australië heerst een hittegolf De havenwerkers van Melbourne heb ben het werk vanwege de warmte neergelegd. Honderden mannen bestrij den in de 259 kilometer ten noordwes ten van Melbourne gelegen Grampian- bergen bosbranden, die reed. veel scha de hebben aangericht. 225 Kilometer len noorden van Adelaide, in zuid- Australië, staat de begroeiing van hele dalen in brand. HICAGO, 16 jan. (UPI) Manschap pen van vliegende politie-brigadcs iu Chicago hebben gisteren by razzia's, die in de vroege ochtenduren werden uitgevoerd, acht collega's gearresteerd die van inbraken beschuldigd worden. De autoriteiten verklaarden dat de zaak tot een groot politie-schandaal zal uit lopen. Bij de razzia's werden, aldus po- litie-tunctionarissen. vier wagonladin gen gestolen goederen aangetroffen. De razzia's werden uitgevoerd nadat een van inbraak verdachte persoon een tip had gegeven. Hij beweerde dat de acht politiemannen de dekmantel vorm den van een bende dieven. Er zijn ver scheidene agenten bjj deze affaire be trokken. Sommige berichten spreken van veertig.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1960 | | pagina 7