Khroesjtsjevs kroonprins is
verbannen naar Rostov
Aleksej Kiritsjenko vorig jaar nog
voorzitter van 21e partijcongres
Soekamo
knutselt verder
9
„SHALOM, het wonder van Israël
Documentaire breekt door
naar de normale bioscoop
D
Hommage aart Salie
Zware schade door
aardschok in Peru
VAN HERBERT VIKTOR
Honderd mensen
omgekomen
Politie-schandaal
m Amerika
V B
ZATERDAG 16 JANUARI 1960
PAGINA 7
BUITENLANDSE
KRONIEK
A.N.W.B.-PR IJZEN
Bijzonder leerstoel te
Groningen
JBNf
Sleepbootcombinatie
Van „sigarettenbokser'' tot vogelopzetter - Zwijgende
dieren aan de Keizersgracht „Jacob zegt beleefd
goedenavond'' y
Haan kraait koning
Papieren stier in R.A.I.-gebouw
'IJ
Plicht gedaan
Vorst in Europa
(Van een redacteur)
Amsterdam, is jan. Vorig jaar
september heeft de „New Vork
Times" zijn vroegere correspon
dent in Moskou, Harrison Salisbury,
nog eens naar de Sovjet-Unie gezonden
om hem in staat te stellen zijn vroe
gere ervaringen te toetsen aan de rea
liteiten in de Khroesjtsjev-aera. Hij
schreef toen: „Wanneer het gesprek in
de Sovjet-Unie gaat over de werkelijke
machtsbronnen de opvolging in het
ambt van eerste partijsecretaris dan
wordt het vaakst de naam genoemd van
de heer Kiritsjenko". Aleksej llariono-
vitsj Kiritsjenko, die in 1908 nabij Per-
vomaisk in de Oekraïne is geboren, was
tot dusver lid van het centraal partij-
comité en volwaardig lid van het pre
sidium. Zijn taak scheen in hoofdzaak
te zijn de besturing van do communis
tische partij der Sovjet-Unie uit naam
van Nikita Khroesjtsjev. Als landbouw
ingenieur legde hij bovendien grote be
langstelling aan de dag voor de agrari
sche politiek en door dat alles leek hjj
voorbestemd om premier en partijlei
der Nikita Khroesjtsjev op te volgen
in de machtigste van diens beide func
ties, het partijsecretariaat. Nu blijkt
uit een kort bericht in de „Pravda", dat
hij is „gekozen" tot regionaal partijse
cretaris te Rostov in het zuidoosten
Van Rusland. De vergadering, waar dat
gebeurde, had plaats in tegenwoordig
heid van een ander volwaardig lid van
jMMMg
Telkens wanneer president Soekar-
110 verder knutselt aan zijn con
ceptie van de „geleide democra
tie" is het verleidelijk terug te denken
aan dr. Colijn. „Er bestaat eene, ook
in ons land zeer invloedrijke richting',
?.o schreef deze in 1918 in zijn brochu
re „Staatkundige hervormingen in Ne-
derlandsch Indië", „welke „democra
tie" maar al te vaak verwart met ze
kere bepaalde schemata, zooals het par
lementarisme. algemeen kiesrecht etc..
van welke ï.en naivelijk meent, dat zp
den democratischen regeeringsvorm bfj
uitnemendheid weergeven. Voor hen,
die zoo denken, beteekent het verleenen
van een democratisch Charter aan Ned.
indië dan ook weinig anders dan het zo
spoedig mogelijk overplanten van deze
en dergelijke Instituten, zonder achtge-
ving op en desnoods met omverwerping
van de bestaande bizondere toestanden
in deze landen".
De smalle basis, waarop dr. Colijn in
„Nederlandsch Indië' 'de democratie
wenste te beoefenen, is niet die van Soe-
karno, maar zeker is, dat ook de basis
van de Indom lische president smal is,
beangstigend smal zelfs. De bepaling,
waaraan hij zich
zelf de bevoegd
heid verleent om
politieke partijen
op te heffen, zal
zeker geen dode
letter blijven. Het
„vrijgevochten li
beralisme"! waar
mee hij handel en wandel van de par
tijen karakteriseert, heeft hij al sinds
1956 verantwoordelijk gesteld voor de
teleurstellende gang van zaken in het
onafhankelijke Indonesië.
In de commentaren op Soekarno's
jongste decreet wordt gezegd, dat niet
alléén de beide grote Mohammedaanse
partijen, de Masjumi en de Nahdatul
lïlama. maar ook de communistische
Partij (P.K.I.) de kwalijke gevolgen
daarvan zullen ondervinden. Het is mo
gelijk. Maar het is misschien niet ge
heel overbodig er aan te herinneren,
dat Soekarno, toen hij in 1956 voor het
eerst het woord „geleide democratie"
gebruikte, dacht aan een figuur, zoals
hij die kort voren op zijn reizen naar
Moskou en Peking had gezien. In de
communistische landen had men hem
getoond, hoe kleine groepjes vastbera
den mannen kolossale rijken hadden
„opgestoten in de vaart der volkeren','
zittend achter hun schrijftafel. En men
herinnert zich nog, dat de president
toen duidelijk toenadering zocht tot de
communisten.
De nieuwe massale politieke organi
satie, die hij thans heeft inge
steld die wellicht de plaats
van de afzonderlijke partijen moet inne
men, het „Nationale Front", heeft ook
in Indonesië een voorganger gehad. In
februari 1947 is er al eens zoiets ge
weest, het „Front Persatuan Nasional",
dat bedoeld was om „alle aanvallen
op de vrijheid van de Indonesische re-
Publiek af te slaan" en dat viel te be
schouwen als een reactie op de van Ne
derlandse zijde op de republiek uitge
oefende druk tot aanvaarding van het
akkoord van Linggadjati volgens Ne
derlandse interpretatie, het z.g. aange
klede Linggadjati. Eén woordvoerder
hoemde een heel wat drastischer doel:
•.om de Hollanders uit ons vaderland
'e verdrijven". Geen wonder, dat ook
het inpaimën van Nederlands Nieuw-
Guinea nu een van de drie doeleinden
van het nieuwe „Front Nasional" is.
Belangrijker mag helen, dat er bui-
Indonesië voorbeelden van „Natio-
hale Fronten" zpn geweest, die een ta
melijk sinistere geschiedenis zijn ge
worden. Het „Nationale Front" behoort
hamelijk tot de meest geliefde strijd
middelen van de communistische bewe-
ging.
Zij is er in 1920 al mee begonnen in
Siberië en Mongolië. Tsjang Kai-sjek
Js er van 1922 tot. 1927 mee in aanra
king geweest en hij heeft aan de poli
tieke wurging slechts kunnen ontsnap
pen door ware bloedbaden aan te rich
ten onder de communisten in Sjanghai
eh Canton. Het „Nationale Front" vier
de tussen 1940 en 1945 hoogtij in de
Buropese verzetsbewegingen en het pla
veide de weg voor een communistische
heerschappij in de „volksdemocratieën".
Nog niet zo lang geleden is de secre
taris-generaal van de P.K.I.Aidit, voor
dag gekomen met de theorie, dat
m de minder ontwikkelde landen de
heste communistische kaderleden niet
Jo de partij moeten werken, maar in de
massa-organisaties. Als ideale massa-
higanisatie noemde bij toen de vakbon-
„em die naar ziin zeggen „nog voldoen-
verankerd zijn in de massa Maar
s hij ziet, dat het Nationale Iront
Weerklank vindt bij de Indonesische
massa, dan zal hij ook daarheen zpn
este kaderleden sturen.
Soekarno is niet bang. Hij is ervan
hyartuigd, dat hij zijn loopbaan niet zal
indigen op een Indonesisch „Formosa",
yhet alleen de toekomst, maar ook de
eacties van groeperingen zoals het le-
*er zullen leren, of het zelfvertrouwen
jjm de president voldoende grond be-
A. I. KIRITSJENKO
het partijpresidium, de 56-jarige Aver-
ky Borisovitsj Aristov, die heel wat in
de melk te brokken heeft, als het 0111
de communistische benoemingspoHtiek
gaat. Van hém schreef Harrison Sa
lisbury overigens in september, dat zijn
ster rees. Van hem vermeldt de Pravda
nu„ dat hij kameraad en presidiumlid
is. Voor Kiritsjenko is dat blijkbaar niet
meer nodig.
Hoe ,,boog gezeten" Kiritsjenko is ge
weest, bliikt reeds, als mén een vluchti
ge blik slaat op zijn carrière. Zijn vader
was soldaat bij het tsaristische leger.
H\j zelf moest al op elf-jarige leeftijd
mee-verdienen en misschien zou hij nu
nog spoorwegarbeider of monteur zijn,
als hij geen lid was geworden van de
communistische jeugdorganisatie, de
Komsomol. Die zorgde ervoor, dat hij
behoorlijk middelbaar en zelfs hoger on
derwijs kreeg. In het begin van de .ia-
ren dertig werkte hij. ais landbouwkun
dig ingenieur te Cherson.
In 1930 trad Kiritsjenko toe tot de
communistische partij, maar pas in
1938. toen Khroesjtsjev partijbaas werd
in de Oekraïne, begon hij wat te bete
kenen. Elf jaar lang heeft hij hand- en
spandiensten aan hem verleend,
laatstelijk als partijsecretaris van Odes-
sa. In 1949 werd hij tweede partijse
cretaris in de Oeskraïne. Eerste secre
taris was Meinikov, die hij in juni 1953
opvolgde.
Ofschoon er boeken in omloop zijn
over „Khroutehev l'Ukrainien", heeft
men Kiritsjenko wel de eerste Oekra-
inse partijchef genoemd, die zonder
Russisch accent Oekraïns sprak.
In juni 1954 werd hü volwaardig lid
van het partijpresidium, het machtigste
college in de Sovjet-Unie, speciaal be
last met de algemene partij-administra
tie. Sinds december 1957 behoorde hij
wederom als lid van het centraal par
tijsecretariaat tot de naaste medewer
kers van Khroesjtsjev.
Kiritsjenko is een zwaargebouwd man
met een stroef uiterlijk. John Gunther
(„Inside Russia Today") beschrijft
hem als een grote, zware man, met ta-
nelijk botte manieren, die weinig of
geen sympathie inboezemt. Er zijn peri
oden geweest dat hij in de belangrijkste
staatszaken een rol van betekenis ver
vulde. Eind september 1956 heeft hij,
samen met o.a. Aristov, de besprekin
gen bijgewoond, die Khroesjtsjev in Jal-
ta voerde met Tito over de mogelijkheid
om de teugels in Oost-Europa wat te la
ten vieren. In mei 1957 werd zijn portret
door de straten van Boekarest gedragen,
toen hij het tweede congres van de Roe
meense communistische partij bijwoon
de. Alle waarnemers zijn het erover
eens, dat hij bij de kritieke stemming
in het presidium, toen Khroesjtsjev het
opnam tegen de z.g. anti-partijgroep
van Malenkov, Molotov c.s. vóór zijn tra
ditionele chef heeft gestemd. Direkt
daarna was hij alweer in Frankrijk om
het congres van Thorez c.s. bij te wo
nen. Hij heeft deelgenomen aan de
overigens mislukte verzoeningsgesprek-
keh, die omstreeks 13 juli 1957 in een
villa nabij Moskou zijn gehouden met de
Joegoslavische, Bulgaarse en Albaanse
communisten.
Vórig jaar januari heeft hjj nog het
21ste partijcongres voorgezeten, waar
de ambitieuze, streefcijfers voor het
nieuwe economische Zevenjarenplan
zijn vastgesteld. Hij is altijd goed voor
een paar van onverzoenlijk fanatisme
getuigende uitspraken, zoals „Het ge
praat over speciale en afzonderlijke we
gen naar het socialisme is gezwets",
of „Het revisionisme is de geheime
agent van het imperialisme binnen de
arbeidersbeweging."
Het is doorgaans onbegonnen wex-k om
afzonderlijke mutaties in de Sovjet-Unie
afdoende te verklaren. Een veel gevolg
de methode is. dat men een blik slaat
op de onderwerpen van binnenlandse
aard, die onlangs de woede van 's heren
Khroesjtsjev hebben opgewekt, en na
gaat, of de onderhavige functionaris
wellicht heeft gestaan in het hoekje,
waar de klappen vielen. Khroesjtsjev
heeft in de afgelopen weken openlijk
zijn ontevredenheid betuigd over twee
dingen: de agrarische produktie en de
binnenlandse partijpropaganda. Dat
laatste onderwerp valt meer onder het
ressort van de heren Soeslov en Iljit-
sjev. Misschien is Kiritsjenko daarom
wel een van degenen, die verantwoorde
lijk worden gesteld voor de onbevredi
gende gang' van zaken in de Russische
landbouw. Hoe dan ook: voorlopig is hij
kroonprins-af. Indien hij Khroetsjev
ooit nog ees opvolgt als eerste secretaris
van de partij, dan moet hij eerst zorgen
vanuit Rostov weer te keren in het Mos-
kouse machtscentrum.
Nu de kommervolle da
gen van sneeuw- en ijspret
weer zijn aangebroken
voel ik mij genoopt de her
innering op te roepen aan
een groot, zij het imaginair
vaderlander uit het verle
den: Jan Salie. Ik wil hem
bij deze warme hulde bren
gen en mijzelf als een overtuigd me.
bestander van hem verklaren.
Inderdaad acht ik Salie een van de
meest onderschatte figuren uit de
vaderlandse historie. Nergens ook
maar het geringste monumentje voor
Salie, zelfs niet in Appingedam. Maar
per slot van rekening zat hij, Salie,
al met lange onderbroeken, oor-, neus-
en kniebeschermers, ijsmuts en dam
pende erwtensoep in het knapperend
haardvuur te staren toen Michiel de
Ruyter nog in zijn jongenskiel op die
kille Vlissingse toren klom om in de
zilte verten te staren; en hij was het
die bekwaam op één oor lag toen
J. P. Coen aan de evenaar iets groots
liep te verrichten. En om evên wél
te wezen: Engeland is nog steeds (op)
zichzelf en Indië zijn we al weer
enige tijd kwijt. Maar de geest van
Jan Salie leeft anno 1960 nog Voort.
Niet natuurlijk in de kloeke jongens,
die steeds maar weer in straaljagers
stappen, noch in de knapen, die nü
al staan te trappelen van ongeduld
om straks naar die kale maan gescho
ten te worden, maar in ons, nietsnut
ten, die, ais het even kan, niet in
een toren klimmen.
Zijn wij dan geen ferme jongens of
stoere knapen? Neen, wij kijken wel
uit. Zijn wij dan geen jongens van
Stavast? Neen en nogmaals neen, wij
weigeren met blozende geestdrift ster
ren in het ijs te vallen. Zijn wij dan
niet welgeschapen? Ach neen, het
houdt niet over.
Wat zijn wij dan? Wij zijn. over
eenkomstig een goed vaderlandse tra
ditie toffe jongens. En dat willen wij
als goede Jan Salies desnoods
nog wel weten ook. IJs en weder niet
dienende dan.
AREQUIPA, iti jan. (UFI) De
aardbeving die woensdag Arequipa, de
tweede stad van Pern, teisterde, heeft
ongeveer 60 procent van de woningen
verwoest en ca. 30 procent tijdelijk
onbewoonbaar gemaakt. Duizenden
personen hebben de afgelopen nachten
in dc openlucht geslapen. Tot op he
den zijn 20 lijken geborgen. Men
vreest echter dat het dodental tot maxi
maal 67 zal stijgen.
DEN HAAG, 16 jan. In de loop van
dit jaar zullen, voor de derde maal, de
ANWB-prtjzen worden toegekend, voor
publicistische prestaties op het gebied
van de Jetteren, de journalistiek, de
film, radio en televisie, welke een bij
zondere stimulans voor het toerisme
vormen en de kwalificatie „bijzonder
goed" verdienen. De ANWB-prjjzen be
staan uit een speciale penning en een
geldbedrag van 1000 elk.
DEN HAAG, 15 jan. De stichting
Groninger Universiteitsfonds is bij K.B.
aangewezen als bevoegd om aan de
rijksuniversiteit te Groningen een bij
zondere leerstoel te vestigen in de toe
gepaste kristalkunde.
e documentaire, de film van en
over de werkelijkheid, is een om
lijnd begrip geworden in dé film-
produktie. Een genre met eigen onder
werpen. een eigen werkwijze, een eigen
geschiedenis en een eigen maximale
vertoningsduur. Het merkwaardige feit
doet zich namelijk voor, dat de filmdo-
oumentaire, die zich vooral sinds de
jongste wereldoorlog in een groeiende
belangstelling van officiële zijde en van
het publiek mag verheugen, nog steeds
geen genade heeft kunnen vinden in de
ogen van de bioscoop-exploitanten .Van
officiële zijde wordt liet belang van een
goede filmdocumentatie en voorlichting
meer en meer ingezien en zelfs metter
daad getoond door faciliteiten en op
drachten. In de televisieprogramma's
wordt een ruime en algemeen gewaar
deerde plaats aan de filmdocumentai
re ingeruimd.
Voor de bioscoopexploitant is zij ech
ter nog altiid „voorprogrammawerk"
gebleven, waarmee de luttele minuten,
die na de vertoning van journaals en
hoofdfilm resten, moeten worden ge
vuld. De hoofdfilms zjjn namelijk de
laatste jaren aanzienlijk in lengte, zij
het niet evenzeer in kwaliteit, toegeno
men en dit heeft tot gevolg gehad, dat
de vertoningsduur van de documentai
re film als regel wordt beperkt tot
hoogstens twintig minuten. Zelfs dan
en welk onderwerp van enige omvang
en belang kan in zo'n kort tijdsbestek
serieus, iaat staan uitputtend worden
behandeld? zelfs dan krijgt de docu
mentaire in de normale bioscoopvoor
stelling geen kans, zodat grote hoeveel
heden instructief en verhelderend ma
teriaal uitsluitend worden vertoond in
de Cineacs van de grote steden en op
bijeenkomsten van verenigingen en
clubs.
De Duitse filmer Herbert Viktor
heeft het gewaagd, de ongeschreven,
wet, dat de vertongingsduur van een
documentaire film maximaal twintig
minuten mag bedragen, te overtreden.
Viktor, een Berliner, die via de sport
vóór de oorlog was hij een promi
nent hardrijder op de schaats en de
radio bij de televisiereportage en
daarmee in het filmvak is gekomen,
heeft onder de titel „Shalom" over het
jonge Israël een documentaire kleu
renfilm vervaardigd met een verto
ningsduur van 82 minuten. En daar
mee heeft hij tegelijkertijd de muur,
die dit genre films van de normale
bioscoopvoorstelling scheidt, weten te
doorbreken. „Shalom, het wonder van
Israël" zal, althans in het Amsterdam
se Alhambra-theater en later waar
schijnlijk ook in Metropole Tuschiski
in Den Haag, in de gewone voorstelin
gen worden vertoond.
Een verdiend succes, want Viktor
heeft met deze film, die ieders aandacht
verdient, niet alleen een uiterst interes
sant en hoogst actueel onderwerp aange
sneden des te actueler, omdat een
golf van anti-semitisme, zoals die zich
thans weer manifesteert, eerder tot
staan zal worden gebracht: door een
juiste voorlichting dan door straffe
maatregelen .rnaar hij doet dat, op
een eerlijke, objectieve en tegelijk sym
pathieke en boeiende wijze. Het nieuwe
en tegelijk oude Israël, waar oudheid
en moderne tijd, oost en west, jodendom,
christenheid, islam en humanisme
elkaar ontmoeten, heeft voor velen de
onbemindheid van het onbekende. „Sha
lom" maakt in een dwingende reeks sug
gestieve beelden, gesteund door een
boeiend commentaar, iets voelbaar van
de vreselijke spanningen, die er in hit
unieke land heersen. Zij laat iets zien
C.-CTII Vil. aiuaUÖUHfa
humoristische interpretatie
werkelijkheid waarmee niei
SWSf
van de tegenstellingen tussen het oude
en het nieuwe, maar ook van de eerbied
voor de heilige plaatsen, die joden,
christenen en moslems samenbindt.
Maar vooral toont zij, met welk een ener
gie en enthousiasme een volk, dat dui
zenden jaren over een ongastvrije we
reld heeft rondgezworven, zich in het
oude iand van zijn vaderen nieuwe cul
tuur en welvaart aan het scheppen is.
In dit opzicht is „Shalom" een
bewonderenswaardig voorbeeld van
intelligente beeldjournalistiek. De
film offert de waarheid niet op aan
een gemakkelijk succes. Zij toont de
lichtzijden, maar ook de schaduw
kanten van haar onderwerp. Zij
geeft een dramatische, soms ook
van de
niet is ge
zegd, dat ze deze vervalst of ver
draait. Door de bekwaamheid van
de filmer worden de beelden sa
mengevoegd tot een vloeiend pa
troon, gesteund door met zorg en
smaak gekozen muziek en toege
licht met een instructief commen
taar. De teksten, geschreven door
Meyer Hamel en gesproken door
Wim Povel, Heieen van Meurs, Wam
Ifeskes en Lo van Hensbergen, zijn
in de Cinetone-studio's te Duiven-
drecht bijzonder knap nagesynchro
niseerd. zodat het slechts een zeer
oplettende toeschouwer opvalt, dat
de lipbewegingen van de figuren op
het doek niet volledig kloppen met
de klanken, die uit de luidsprekers
komen.
Intussen wil dit alles nog niet zeggen,
dat „Shalom" een documentaire film
in de volstrekte zin van het woord
mag worden genoemd. Het voornaam
ste doel van zulk een film moet zijn,
de resultaten te tonen en duidelijk te
maken van een diepgaande studie,
waarmee een bepaald onderwerp is be
naderd. Viktor registreert in een snel
wisselende, soms wat al te kaleidosco-
pische reeks beelden de feiten. Maar
hij gunt zich niet voldoende tijd om de
betekenis, de achtergronden, ervan uit
te leggen. Nergens verklaart hjj waar
óm iets is gebeurd. Hij zet
de toeschouwers pakkend visueele
koppen voor, maar er is een documen
talist met meer ervaring en misschien
ook met meer filmtalent en geestelijke
diepgang nodig dan Herbert Viktor om
dit épos van een herboren natie volle
dig te vertellen. Hij dringt niet door tot
de kern van de zaak. Diepgaande studie
van een onderwerp en zorgvuldige voor
bereiding vergen vaak meer tijd dan het
filmen zelf. Was Viktor zich daarvan
meer bewust geweest, dan had hij geen
16.000 meter celluloid hoeven te belich
ten voor een oindprodukt van nauwe
lijks anderhalf uur. Bovendien heeft'hij
een der belangrijkste kanten van zijn
veelzijdige onderwerp te zeer ver
waarloosd, namelijk de rol, die geloof
en religie in het jonge Israël spelen
Afgezien van de bijbelteksten, waarvan
hij zich b\) herhaling bedient en van en
kele korte flitsen van de orthodoxe
Joodse minderheid die zich op religieu
ze gronden zelfs tegen het bestaan
van de jonge staat kant, loont hij liet
nieuwe Israël als een zuiver materialis
tische gemeenschap. Een beeld, dat ge
lukkig niet ist, althans zeker niet vol
ledig is. want: materialisme kan, zoals
in het verleden is gebleken, gemakke
lijk leiden tot tirannie, de éne afgrond,
die de andere van haat, verzet, geweld
en vernietiging oproept.
Lands
Er hangt een wonderlijke sfeer in
de lage, ietwat benauwde kamer
van het statige herenhuis aan de
Amsterdamse Keizersgracht. Wellicht
komt het door de aanwezigheid van
een indrukwekkend aantal dieren,
waarvan er twee: een bontgekleurde
Ara en een tenger doodskopaapje
voortdurend in beweging zijn. terwijl
de rest roerloos en met iets van ver
wijt in de verstarde ogen staart naar
een kleine man in een dikke, wollen
trui. In z;jn handen houdt hij een slan
ke paradijsvogel met een prachtig
gekleurde staart. Het dier is dood,
maar de jonge soldaat, die het bij hem
bracht wilde er geen afstand van doen.
„Zet hem a.u.b. voor me op, want
ik vind de kleuren zo mooi" was zijn
verzoek en de man in de dikke wollen
schipperstrui had begrijpend geknikt.
Er werd een afspraak gemaakt; bin
nen een paar weken zou de paradijs
vogel weer een houding hebben, lig
gend of staande, precies zoals de sol
daat het wenste. Hij zou op tijd klaar
staan in de vitrine, op de open plek
naast de grijze kater, die geen poot
naar hem zou uitsteken
Het verhandelen van opgezette dieren
is een nieuwe rage in het bewogen le
ven van Antoon Herkes. Het houdt hem
bezig van de vroege morgen tot de ia-
te avond, want hij heeft al de moge
lijkheden ontdekt die er in zitten. Zijn
uitgebreide verzameling vogels, die
varieert van een eenvoudige mus tot
een statige flamingo, vormt herhaal
delijk een décor voor modeshows of
etalages, zijn vossen, apen en konijnen
worden geregeld gebruikt in televisie
uitzendingen en toneelvoorstellingen.
Het verhaal van dit avontuur begint
in de Antwerpse havenkroeg „Bij
Opoe", waar de zeeman Herkes en
kele jaren geleden van een collega de
reusachtige Ara Jacob" kocht. Her
kes nam deze driekleurige papegaai
in triomf mee naar zijn woning aan
de Keizersgracht, waar het dier al
gauw grote bekendheid kreeg door
zijn frappante staaltjes van naprate-
rij. Zittend op de stok van zijn stan
daard riep „Jacob" al spoedig net zo
hard „Vodde!" als de voorbijrijdende
opkoper en leerde hij van de kinderen
uit de buurt allerlei dwaze opmerkin
gen. „Jacob" trok op zekere dag de
aandacht van een Brabantse prepara
teur. die met Herkes in gesprek raak
te. Het resultaat hiervan was een han
del in het opzetten van dieren. Hier
iets van te maken, was Herkes wel
toevertrouwd. Had hij niet meer dan
eens bewezen gewiekst te zijn? In de
dertiger jaren speelde hij het spel van
de „sigarettenbokser" met veel allure,
tijdens de oorlog toonde hij zich een
zeer bruikbare kracht in het verzet en
aan boord van de Zweedse stomer Al
ten wilde men hem niet graag kwijt.
Aan de Keizersgracht begon hij een
pension, waarvoor nog altiid grote be
langstelling bestaat, omdat Herkes
niet alleen een prettige pensionhou
der, maar ook een uitstekende kok is,
die de gasten in een duidelijke staat
van opwinding brengt als hij zijn spe
ciale „riisthappen" serveert.
Met zijn „vogelrage" heeft Herkes er
een zware taak bij gekregen. In het
krappe kamertje dat hij kortweg zijn
hut noemt, is hij tot diep in de nacht
bezig met zijn bonte verzameling van
opgezette dieren. Dan maakt hij
meerpalen voor de zeemeeuwen,
boomstronken voor Se eekhoorns, tak
ken voor de vogels en een hok voor
het dikke konijn, dat hem op Kerst
mis zo'n smakelijk diner bezorgde.
Dan ontvangt hij in zijn hut met de
gapende kooi, de patrijspoort, de
scheepslantaarn, de reddingsboei en
het bootje in de fles, zijn klanten die
in steeds grotere getale een beroep op
hem doen. Er zit iets lugubers aan de
ze visites, waarop sommige klanten
hun nog levende honden, poesen en
kanaries meenemen om al vast een
afspraak te maken voor de dag, dat
zij deze dieren dood vinden. Antoon
Herkes verbaast zich daar niet meer
over. Hij noteert in alle ernst de na
men en adressen in zijn „scheepsjour
naal", terwijl „Jacob" de klanten
groet met een zeer beleefd „goeden
avond".
De Nederlandse zeesleepvaart, die
haar roem bouwt op Maassluis,
IJmuiden en Terschelling, heeft
nooit kunnen besluiten de handen ineen
te slaan om één machtige monopolie
op te bouwen. Leen Smit, Wijsmuller
en Doeksen willen liever hun eigen po-
imMiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimnniHiiiimiiiiniiiHMiiiiiHiiiHiiHiiiiiimiiiiiiiHiimiii
sitie versterken, desnoods met hulp
van buitenlandse ondernemingen, die
echter bij een Nederlands samengaan
de zeven zeeën zouden moeten ruimen
voor de Hollandse vlag.
Wijsmuller heeft indertijd steun ge
zocht bij een Amerikaanse maatschap
pij en breidt met de finantiële hulp van
deze zjjn vloot uit. Leen Smit heeft nu
zijn belangen zeer nauw verweven met
een van de oudste en belangrijkste En
gelse maatschappijen, The Overseas
Towage and Salvage Co Ltd. De direc
tie van deze Britse onderneming blijft
aan, maar de welvarende Smit heeft
een belangrijk gedeelte van de aande
len overgenomen. Een aanzienlijke
machtsuitbreiding van het Maasslui.se
concern betekent deze stap op het Brit
se gemenebest, waar Smit nu onder En
gelse vlag kan opereren. The Overseas,
is naar onze inlichtingen niet bij de
Salvage Association aangesloten, niet
gebonden aan Lioyds' Open Form en
kan dus vrijbüiterèn.
The Overseas beschikt over twee zee-
sieepboten. de Marina en de bekende
Turmoil, die geschiedenis maakte tij
dens de ramp met de Flying Enterpri
se in 1951, toen de Engelsman dagen
lang met de zinkende Enterprise rond-
zeulde. maar vlak voor het kanaal zijn
sleep naar de bodem zag verdwijnen.
Ondertussen blijft de controverse
Smit-Wijsmuller bestaan. Een door
IJmuiden geïnspireerd bericht waarin
gezegd wordt dat Leen Smit gezien
zijn ervaringen op de Stille Oceaan
wel niet meer met twee vliegdeksche
pen achter zich aan op weg zal gaan,
wordt in Maassluis tegengesproken.
Hoenders, raskonijnen, duiven en
siervogels tot een gezamen
lijke waarde r an naar schatting
honderdduizend gulden prijken in
de meest wonderlijke verscheidenheid
in hun kooien op de tentoonstelling
Avicultura, die vandaag en morgen in
de Haagse Dierentuin wordt gehouden.
De veertig keurmeesters, die hebben
uitgemaakt wiens haan koning kraait,
bedienen zich bij hun beoordeling van
de vreemdste termen, zo is ons geble
ken. Zelfs de mens zou zich de kwali
ficaties ernstig aantrekken: iets wit in
gezicht; hals niet geheel schoon: be
nen moeten zwaarder; kale voetzolen;
waai-oor of ongelijk getande kam.
Onvermoede dieren treft men er
ook aan: van slanke kippetjes, niet
iiiHimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiinmiiiiiiiiiiimiiiiiiiHiiiiiiimiHiiiniiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiii
71 fillister mr. V. G. M. Marijnen, minister van Landbouw en Visserij, zal
wi tnaandagmorgen de tentoonstelling „Het Landbouwwerktuig" in het RAl-
gebouw te Amsterdam officieel openen. Op deze e.rpositie, welke tot 23
januari duurt, zijn 150 stands ingericht door Nederlandse firma's, die in Neder
land of in het buitenland vervaardigde machines op het gebied imn de land- en
tuinbouw zullen tonen. Ook komt er een paviljoen „De Vrouw ten plattelande
dat, naar men ons heeft verzekerd, ook interessant zal zijn voor de vrouwelijke
stedelingen. De foto toont een stier van papiermaché, die de ingang van het
paviljoen zal versieren.
groter dan een vuist, tot enorme han
den die in omvang niet voor een flinke
hond onderdoen. Kippen met haar zijn
er en andere weer met bevederde po
ten.
Een uitgebreide wasbeurt, compleet
met gebruik van „zakje blauw" heb
ben vele dieren ondergaan voor zij
aan het oog van de (keur)meester
werden getoond. Vele kippen kunnen
niet nalaten zelfs op de tentoonstelling
nog een ei te leggen. Deze „expositie-
eieren" worden met mandenvol aan
de Haagse ziekenhuizen afgedragen.
Ruim zestien jaar nadat het marine
fregat „Johan Maurits van Nas
sau" is te water gelaten wordt
het geacht zijn plicht te hebben
gedaan. De oorlog was in volle gang
toen het van stapel liep en onmiddel
lijk voor een taak „naar vermogen"
werd ingezet. Dat, vermogen was in
1943 niet gering. De bewapening, twee
kanons, zeven mitrailleurs en een in
stallatie voor het afzenden van diepte
bommen. verleende het oorlogsschip
zijn geschiktheid als beschermer van
oonvooien. Veel heeft de „Johan Mau
rits van Nassau" deelgenomen aan het
escorteren van belangrijke convooien
in de laatste jaren van de oorlog. Toen
was de snelheid, die de 5500 pk het
schip gaven, voldoende. Maar bij de
oorlog zouden steeds hogere eisen van
snelheid worden gesteld en zo geraakte
de ..Johan" in het stadium van verou
dering. Waarop tenslotte de „afkeuring
voor actieve dienst" zou volgen.
Het afgekeurde marineschip werd
gisteren, samen met een eveneens ver
ouderde mijnenveger, publiek ver
kocht. De zestig inschrijvingen boden
een staalkaart van waardering voor
hetgeen van de „Johan Maurits van
Nassau" is overgebleven. Een der bie
ders had er 82.000 en niet méér voor
over, maar een andere inschrijver
kreeg het schip voor ruim 2% ton. De
ze koper brengt het schip nu met iets
méér egards „voor de bijl". Het fregat
wordt gesloopt, machinerieën, elektri
sche installaties en de duizend en een
waardevolle onderdelen waaruit het is
samengesteld worden doorverkocht.
Het schip verdwijnt op deze wijze
beetje bij beetje als de oude krijger,
„the old soldier", die in de historie
niet sterven zal.
LONDEN, 16 jan. (Reuter, UPI)
Sinds het begin van de kou- en sneeuw-
periode zijn in Europa al bijna hon
derd mensen omgekomen, wier dood
aan de weersomstandigheden geweten
wordt. De meeste slachtoffers worden
gemeld uit Duitsland, namelijk 28. De
cijfers in andere landen waren: Enge
land 5, Italië 8, Denemarken 13, Span
je 8, België, Noorwegen en Zwitserland
elk 7, Finland 3 en Frankrijk 6. Het
waren mensen die omkwamen door be
vriezing, ongelukken door de gladheid
en verdrinking.
De meer dan honderdduizend men
sen, die maandag door aardschok
ken uit hun woningen in vijf dorpen
ten noorden van Napels, in zuid-west
Italië, waren verdreven, en die sinds
dien in legertenten in de open lucht
verblijven, ontdekten gisterochtend,
dat zij door zware sneeuwval van de
buitenwereld waren afgesneden.
Politie, Rode Kruis en vrijwilligers
zijn dag en nacht in de weer om de
daklozen te bevoorraden. Een aantal
hunner, wier woningen niet beschadigd
werden, is door de politie daarheen te
ruggeleid. Enkele weigerden terug te
keren, omdat zij er niet zeker van zijn
dat het aardbevingsgevaar is geweken.
In Oost-Australië heerst een hittegolf
De havenwerkers van Melbourne heb
ben het werk vanwege de warmte
neergelegd. Honderden mannen bestrij
den in de 259 kilometer ten noordwes
ten van Melbourne gelegen Grampian-
bergen bosbranden, die reed. veel scha
de hebben aangericht. 225 Kilometer
len noorden van Adelaide, in zuid-
Australië, staat de begroeiing van hele
dalen in brand.
HICAGO, 16 jan. (UPI) Manschap
pen van vliegende politie-brigadcs iu
Chicago hebben gisteren by razzia's,
die in de vroege ochtenduren werden
uitgevoerd, acht collega's gearresteerd
die van inbraken beschuldigd worden.
De autoriteiten verklaarden dat de zaak
tot een groot politie-schandaal zal uit
lopen. Bij de razzia's werden, aldus po-
litie-tunctionarissen. vier wagonladin
gen gestolen goederen aangetroffen.
De razzia's werden uitgevoerd nadat
een van inbraak verdachte persoon een
tip had gegeven. Hij beweerde dat de
acht politiemannen de dekmantel vorm
den van een bende dieven. Er zijn ver
scheidene agenten bjj deze affaire be
trokken. Sommige berichten spreken
van veertig.