Actrice opgenomen in golf
van toejuichingen
fiets!
Nomaden-bisschop in Afrika
Hiërarchie
en
D
leken
Min. Cals:
door zeer
Keuze geschraagd
zeer velen'
Hoofdpunten wettelijke loon
regeling binnenkort ter tafel
Mr. Da Costa Gomez: Neder
land heeft politieke plicht
Theo Mann-Bouwmeesterring voor Caro van Eyck
Minister verdedigt nieuw stelsel
De koers bepaald
h
WITTE
KRUIS
J
DE STRUCTUUR VAN DE ANTILLEN
Laat Uwfiets steeds paraat staan!
Bevoegdheid mag niet uit
handen worden gegeven
Mgr. J. de Reeper
DE £cJtj@ PIJNSTILLER
Kiespijn... maar ook andere
plagende pijnen stilt u het
snelst met WITTE KRUIS.
Kleuter verdronken
ZATERDAG 12 MAART 1960
PAGINA 5
de natuurzuivere
Nóg zijn dc bomen kaal, maar in bet gras t
heeft de natuur haar helofte reeds vervuld.
Ook in de natuurzuivere KING pepermunt
komt zij haar belofte na.
In KING schenkt zij nieuwe inspiratifv
door de opwekkende en verkwikkende
eigenschappen van het natuurproduct,
waaruit KING bereid is.
Ministers Beerman en
Lampe naar de West
Documentaire film van
Hattum Hoving
'ngezonde
beweging
Het best? dagelijkse middel ter optrekking en rerktrikking
(Van onze Utrechtse redacteur)
UTRECHT, 11 maart In het eigen
huis van Veritas heeft vanavond de
ex-minister president van de Neder
landse Antillen, mr. Da Costa Gomez,
ft e bent de eerste missie-
f bisschop die ik ooit ge-
heurd heb," zei mgr. Mut-
saerts, toen mgr. J. de Reeper
hem een en ander verteld had
over de onherbergzame prefec
tuur die hem onlangs is toever
trouwd. En wat nog nooit ge
beurd was, geschiedde nu: er
ging een bisschoppelijk schrij
ven naar alle dekens van het
Bossche diocees met het ver
zoek, de eerste apostolische pre
fect van de Massai-negers de
helpende hand te bieden. Het
resultaat is, dat van 20 tot 27
maart in heel het bisdom een ac
tie ivordt gevoerd, die de Bossche
missionaris een deel van zijn
uitrusting moet bezorgen.
Volgende maand gaat de 57-
jarige prefect op de boot. Vier
priesters twee Engelsen, één
Nederlander en één Tiroler
en één Nederlandse broeder zijn
intussen al in het nieuwe mis
siegebied van Mill Hill gearri
veerd.
Mgr. De Reeper, die thans
nog in het comfortabele vader
land verblijft, weet wat hem
ginds te wachten staat: Veertien
jaar lang, van 1933 tot 1947,
heeft hij vlak bij zijn nieuwe
missiegebied gepionierd. Toen hij twee jaar in Kenya was, werd hij uitge
zonden naar de Kipsigis-negers, die een nog onbekende stam vormden. Het
gebied dat deze stam bewoonde was zelfs nog niet in kaart gebracht. Offi
cieel mocht de missionaris er alleen in met politie-escorte en onder voor
waarde dat hij 's avonds weer terug was. Maar op die manier kon hij
onmogelijk missiewerk gaan doen. „Het is in strijd met de wet en u kunt
gestraft worden met zes maanden gevangenisstraf en vijftig pond boete,"
lichtte de Engelse gouvernements-ambtenaar hem toe. „Ik ga morgen en
als ik een kaart heb, kunt u een kopie krijgen," zei father De Reeper. De
volgende dag trok hij met kompas en schredenteller de wildernis in. De
kaart is intussen verschenen, maar er is méér: er staat, in een bloeiend
missiegebied, zelfs een seminarie, dat al twintig inlandse priesters heeft
opgeleid, onder wie mgr. Maurice Otunga, bisschop-coadjutor van Kisumu
in ons land en met name in Tilburg geen onbekende. Drie jaar geleden
werd hij tot bisschop gewijd en het was bij die gelegenheid dat mgr. De
Reeper voor het laatst in Afrika was.
Hij reisde in 1947 naar Engeland, ivaar hij als provinciaal overste moest
deelnemen aan het Kapittel voor de verkiezing van de nieuwe algemene
overste en zijn vier assistenten. Na afloop kon hij zijn retourkaartje ver
kopen, want hij hoorde tot de gekozenen. Tien jaar geleden werd hij als
enige opnieuw in het hoofdbestuur van de Congregatie gekozen en het zag
er dan ook niet naar uit, dat hij nog ooit naar de missie zou terugkeren.
Maar toen eind vorig jaar besloten werd om in Kenya een afzonderlijke
prefectuur op te richten voor het gebied van de Massai-negers en deze toe
te vertrouwen aan Mill Hill, kwam father De Reeper op de voordracht voor
de benoeming voor de apostolische prefectuur, ondanks zijn 57 jaren.
De nieuwe prefectuur is afgescheiden van de diocesen Nairobi Ivan de
Ierse provincie van de Paters v. d. H. Geest) en Kisumu (van Mill Hill),
maar in feite is er nog geen missiewerk verricht: het gebied is tot dusver
door het gouvernement gesloten gehouden en pas onlangs is verlof gegeven
om het te betreden. Dat zal moeten gebeuren met jeeps, die voorzien zijn
van vierwielaandrijving en kettingen, want in heel de streek is er geen
enkele verharde weg. Bij de noodzakelijke uitrusting hoort zelfs een lier
en de meeste ruimte in het vervoermiddel zal moeten worden opgeofferd
aan tanks voor water en benzine. Wat er dan nog aan ruimte overblijft is
behalve voor de missionaris, voor diens proviand bestemd.
Bij de Massai-negers kan nl. het „Eet wat u wordt voorgezet" onmogelijk
in praktijk worden gebracht: deze nomaden leven voornamelijk van een
mengsel van melk enbloed, dat ze aftappen bij hun koeien. In heel hel
gebied, dat' anderhalf maal zo groot is als Nederland, leven 60.000 men
sen, die ieder over elf koeien beschikken. Met deze dieren trekken ze van
de ene streek naar de andere en de missionarissen zullen zich voorlopig
aan dit nomadenbestaan moeten aanpassen. Het eerste wat ze de Massai-
negers willen leren is echter landbouw. Aan de rand van het gebied is het
de Amerikaanse Paters van de H. Geest en protestantse zendelingen al
gelukt, enkele groepen lot grondbewerking te brengen, maar er i.. ook een
schooltje, waar men tijdens de lesuren nog een kudde koeien buiten ziet
staan: het 12-uurtje van de leerlingen
De Massai-stam is ontstellend gedegenereerd en dr. Paul Juliën vermeldt,
dat ze volgens optimistische schattingen over twee a drie generaties zal
uitsterven. Een van de meest funeste gebruiken is het afzonderen van de
jongens en mannen tussen 12 en 30 jaar in een zg. strijdersklas, die door
de meisjes moet worden bediend. Oude mensen plegen als de stam verder
trekt met een beker bloed en melk te worden achtergelaten: de wilde die
ren doen dan de rest. Alleen opperhoofden worden begraven.
De vliegenplaag is in dit gebied zo verschrikkelijk, dat men aldus
Paul Juliën bij iedere beet voedsel ook vliegen binnenkrijgt, als men
niet heel voorzichtig is. Verder wemelt het van malaria-muggen, tse-tse-
vliegen, schorpioenen, slangen en wilde dieren. In deze entourage zal mgr.
De Reeper in de meest letterlijke zin zijn tent moeten opslaan. Maar hij
is optimistisch: terwijl hij heel het land afstroopt om alles wat bruikbaar
is los te peuteren, droomt hij al van een ziekenhuis en een schooltje in
ieder geval heeft hij een Massai-grammatica. Die ontdekte hij bij toeval
in een Londense boekwinkel. Hebt u er nog meer?", informeerde hij. ..Zeg
maar hoeveel u er wilt hebben," was het antwoord. Men had heel de 'oplage
nog compleet!
voor de Katholieke Federatie van Staat
kundige Studenten gesproken over de
problematiek van dit rijksdeel. Hij vroeg
de moeilijkheden die zich op de Antil
len voordoen en hebben voorgedaan,
toch vooral te willen zien in het licht
van de omstandigheden en eigen volks
aard. Zijn streven is gericht op een zo
goed mogelijke verbinding met Neder
land, dat op een afstand rationeel de
problemen kan bezien.
De grote vraag is voor mr. Da Costa
Gomez of Nederland zijn gegeven woord
gestand zal doen ten aanzien van de
eigen zelfstandigheid der zes eilanden,
zoals het in het Statuut uitdrukkelijk
is bedongen, omdat op de Antillen
slechts van een fictieve eenheid sprake
is. Elk eiland heeft zijn eigen leven,
economie en volk. De Antillen zijn ai-
leen te begrijpen als men oog heeft
voor de sociologie van de verschillende
eilanden. Dit schijnt aan de Nederland
se regering aldus de heer Da Costa
Gomes thans zeer moeilijk duidelijk
te maken, ofschoon de latere gouver
neur van Suriname, Van de Bos, dit
honderd jaar geleden reeds beschreven
heeft.
De eilanden van de Antillen willen hun
eigen gezag, waarvoor het eerst Aruba
zich beijverd heeft. De Nederlands»
regering heeft in het compromis, da$
getroffen is om met de Antillen als deel
van het Koninkrijk een constitutionele
regeling tot stand te brengen, deze auto
nomie van de eilanden ook gewild, om
dat zij zag dat zij zonder de veiligstelling
daarvan een structuur van dit rijksdeai
nooit te bewerkstelligen was.
Daarbij is bepaald, dat, bis
eventuele moeilijkheden op de Antil
len, Nederland de bevoegdheid had
een oplossing te geven. Dit aan Ne
derland gegeven publieke recht moet
echter als een geboden politieke plicht
beschouwd worden. De heer Da Costa
Gomez gelooft, dat de op 30 januari
getroffen algemene maatregel van
bestuur, waarbij Nederland zijn be
voegdheid delegeert aan de AntilliiMU»»
re regering, daaraan niet beantwoordt,
Hij noemt deze maatregel een harde
slag.
Niettemin zullen de samenwerkende
DOlitieke partijen, namens wie de heer
Da Costa Gomez sprak, zoals hij zei,
de moed niet verliezen en blijven wer
ken op grondslag van de gevestigde re
geling. Wij kunnen, zo betoogde hij,
slechts uit de moeilijkheden geraken,
als Nederland zijn bevoegdheid niet uit
handen geeft.
(Advertentie)
Tabletten, poeders
of cachets!
EMMELOORD, 12 maart Na uren
lang zoeken en dreggen heeft de rijks
politie gisteravond uit de Lemstervaart
het lijkje opgehaald van het tweejarig
zoontje Karei van de familie Bol uit
de Schouwstraat. Het knaapje werd al
enkele uren vermist voordat de buurt
bewoners en de rijkspolitie gingen zoe
ken in de nieuw gebouwde en nog niet
volledig bewoonde buurt. Eerst m de
vallende schemering mocht het geluk
ken het stoffelijk overschot van de
kleine te bergen.
Na afloop van de avond in de
Amsterdamse Stadsschouwburg is
Caro van Eyck door het Amster
damse Studenten Corps per rijtuig
naar het Carlton-hotel gebracht,
waar zij vele gelukwensen in ont
vangst mocht nemen. Wuivend
groet zij de belangstellenden, die
langs de route stonden.
e gehele katholieke geloofsge
meenschap is zonder twijfel
geroepen om „haar taak aan
ae wereld" ter harte te nemen en
m vervullen. Maar in de wijze
vaarop zij dat doet, volgt zij de ver
anderingen in de wereld. Dit brengt
mee, dat het kerkvolk groter verant
woordelijkheid krijgt voor de katho
lieke verenigingen en instellingen,
me m de wereld bestaan echter
niet los van de hiërarchie, en dat
de priester zich weer tot het eigen
lijk priesterlijke kan bepalen. Het
brengt ook mee, dat overleg van ge-
lovigen over hun samenwerking met
anderen in z.g. algemene of gemeng
de instituties een bijzondere beteke
nis heeft als apostolaat. En dat in
de verbinding met de hiërarchie het
bezig-zijn van de gehele Kerk met
deze taak concreet wordt."
Met deze woorden besluit prof. dr.
Jr- F. Teilegen zijn pre-advies, dat
als uitgangspunt diende voor een
discussie van K.A.-gespreksgroepen
over de afhankelijkheidsvormen van
het lekenapostolaat van de hiërar
chie. Daar dit onderwijs alle Katho
lieken aangaat, hopen wij onze le
zers een dienst te bewijzen door hun
een korte weergave van de materie
voor te leggen.
Men dient dan voorop te stellen,
dat de Kerk (de geloofsgemeenschap,
de gelovigen) in de wereld staat,
daarmee een wezenlijke verhouding
heeft, maar zich nooit identificeert
met een bepaalde historische perio
de of cultuur, daar haar eschatolo
gische boodschap boven-historisch is.
De gelovigen „zijn", naar het woord
van Pius XII, „de Kerk" en hebben
als zodanig een wereldtaak. Hier
over gaat het.
De hedendaagse situatie is zó, dat
de hiërarchie bij verenigingen en in
stellingen vertegenwoordigd is door
Priesters, die dan genoemd worden:
geestelijk adviseur, bisschoppelijk
commissaris, aalmoezenier, modera
tor, assistens ecclesiasticus etc. Wat
dit alles precies inhoudt verschilt
Vaak en uiteraard van geval tot ge
val. Soms is er sprake van een strikt
Priesterlijke taak, soms niet, terwijl
het ook voorkomt, dat de verbinding
met de hiërarchie niet bestaat in
een speciaal daartoe aangesteld ver
tegenwoordiger van de bisschoppen.
Zo heeft b.v. de KVP geen geeste
lijk adviseur of iets dergelijks. Het
totale beeld is zeer gevarieerd.
Nu is er de laatste tijd een ver
schuiving gaande naar meer eigen
Verantwoordelijkheid der leken voor
katholieke verenigingen en instellin
gen, maar óók een overgang van
kerkelijke naar katholieke verenigin
gen met inbegrip van wijzigingen in
9e organisatie daarvan: b.v. in de
jeugdbeweging, het ziekenhuiswezen,
<3e scholen. De bisschop van Roer
mond, mgr. Moors, zei in dit ver
hand, dat het kerkelijk gezag in ons
land tot dusver meer leidend dan
hegeleidend is opgetreden t.a.v. het
katholieke organisatieleven en zijn
structuur. Dat was nodig omwille
Van het moeizaam op gang komen
Van de epiancipatie, van de overwe
gend ethische inslag van de organi
satie der maatschappij rond de
eeuwwisseling en van de daarmee
Verbonden bedreiging van het gods
dienstig leven. Nu worden het de
leidinggevenden in het maatschappe
lijk bestel zelf, die met bezinning
en waarneming aanpassing moe
ien zoeken aan de veranderde soci
aal-economische eisen. Daarbij die
ben zij zich te baseren op de chris
telijke visie op mens en samenle
ving. (Kath. Arch. 2-10-'59. Rol.
®17-18).
Deze verschuiving wijst op een
grotere rijkdom van de Kerk,
maar is óók een cultuurver
schijnsel, waaraan de Kerk moet
meedoen, wil zij in de veranderende
Gereld aanwezig blijven. De leken
billen derhalve een steeds grotere
Verantwoordelijkheid dragen voor de
Wereldtaak der gelovigen. Hiërar
chie en kerkvolk moeten groeien in
9e wederzijdse erkenning van de
e'gen taak van leiding en leken bin
den de activiteit der gehele Kerk.
Zielzorg en apostolaat (is bemoeie
nis met de wereld) zal men dan niet
meer als tegenstellingen zien. Na
tuurlijk is het niet gemakkelijk in de-
?e veranderende situatie de juiste
houding te vinden. Van het grootste
helang is het daarbij goed te besef-
Tb, dat het gaat om een gezamen
lijke opgave van de gehele Kerk.
N°ch de hiërarchie, noch de leken
Weten nu al hoe het moet. Samen
ment er gezocht te.worden naar de
luiste weg. Onaantastbaar echter
staat, voorop, zegt prof. Teilegen te-
meht„De hiërarchie blijft be
vissend leiden, de religieuze staat
I tijft. het teken van het enig-noodza-
Thjke en het kerkvolk gaat voorop
de taakvervulling van de Kerk
an de wereld."
Het onderzoek naar de juiste weg
haagt een gelovig samen en open
Ven van de vragen, waarvoor men
|®ste]d is, waarbij het inhoudelijke
belangrijker is dan bet methodische,
fganisatorische of juridische aspect
jfvan. Het geloven zelf en het ge-
°vig samenzijn in de geloofsgemeen-
'phap behoort op de voorgrond te
taan in eerlijke zelfkritiek,
y'.Toezicht uitoefenen op de bele-
'bg der katholieke beginselen" past
_ïet meer in de feitelijke situatie,
l^bidat het niet meer past in onze
bidige visie op katholiek-zijn, die
beer ruimte geeft aan een „geza
menlijke (cultuur) bemoeienis van
Udie, experiment en opbouw met
j® aardse vormen van ge
meenschapsbeleving en die spreekt
jTbuit het geloof over een christe-
mensbeeld, dat enerzijds een
bhdarnentele rol speelt in die be
moeienis en anderzijds alleen in
V,'etlsgevallen bepalend is voor een
(Van onze speciale verslaggever)
Men mag wel zeggen dat zich gister
avond in de Amsterdamse Stadsschouw
burg een historische gebeurtenis vol
trokken heeft in ons vaderlandse to
neelleven: de Theo Mann-Bouwmees
terring werd overgedragen aan de ac
trice Caro van Eyck. Het is trouwens
ook een bijzondere gebeurtenis gewor
den. Zij werd opgeluisterd door de aan
wezigheid van talrijke autoriteiten in
den lande en door die van illustere to-
■eelfiguren als ^tika Hopper, Albert
van Dalsum, Eduard Verkade en Paul
Huf. Maar ook de allerjongste toneel
generatie was vertegenwoordigd; op het
schellinkje of daaromtrent hadden n.l.
jongelui van de Amsterdamse, Arn
hemse en Maastrichtse toneelscholen
plaatsgenomen. En misschien waren
zfj wel het meest geestdriftig in hun toe
juichingen toen Caro van Eyck, na de
gala-voorstelling van „De kleine vos
sen", aan de arm van Jan Musch het
toneel betrad. Maar op dat moment
barstte overigens een minutenlang du
rende ovatie los, die de aloude Stads
schouwburg op zijn grondvesten deed
trillen. Er werd een massal gescan
deerd „Bravo" aangeheven en er daal
de een kleine bloemenregen op het to
neel neer. En de frêle actrice nam al
dit uitbundige huldebetoon met zichtba
re bewogenheid, maar toch ook met
een tikkeltje guitige verwondering in
ontvangst. Voorzover haar daartoe al
thans de gelegenheid werd gelaten dooi
de royaal opdringende fotografen en
cameramensen van film en televisie.
Maar toen mevrouw Caro van Eyck
eenmaal had plaatsgenomen in haar
roodfluwelen, goud-omrande stoel brak
dan het grote ogenblik aan. De minis
ter van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen. mr. Cals, die met andere
autoriteiten vrijwel het voltallige en
semble „Theater" op het toneel had
plaatsgenomen, trad naar voren en stak
in een voortreffelijke speech de loftrom
pet over de actrice, die, zoals hij con
stateerde, wel „bijzonder bescheiden
had gereageerd op de haar toegekende
onderscheiding". De minister bestreed
die bescheidenheid in zoverre dat hij
stelde dat de keuze niet willekeurig ge
weest kon zijn, maar dat zij „geschraagd
werd door velen, zeer velen ln den lan
de". Hij bracht „domweg als toneel
liefhebber" l ulde aan Caro van Eyck,
die in de loop der jaren zoveel uiteen
lopende vrouwenfiguren uit alle tijden
zo voortreffelijk gestalte had gegeven.
Toen minister Cals dan tenslotte de be
faamde ring aan de vinger van de ac
trice schoof, braken opnieuw de tumul
tueuze toejuichingen, die geen einde
schenen te zullen nemen, los. En Caro
van Eyck toonde met een triomfante
lijk gebaar het aan haar vinger schit
terende kleinood aan het ongekend
geestdriftige publiek.
Nadat de rust as weergekeerd be
trad mr. H. P. Bloemers, commissa
ris van de koningin in Gelderland, het
spreekgestoelte om namens de bestuurs
leden van „Theater" hulde te brengen
aan de actrice, o.m. zeggende dat de
ring ook eei teken van trouw was.
„Wjj hopen", zo concludeerde hij, „dat
u trouw zult blijven aan uw kunst aan
het Nederlandse toneel en gespro
ken uit eigenbelang aan uw gezel
schap.
Mr. A. de Roos, wethouder van kunst
zaken van Amsterdam, toonde zich dank
baar dat deze avond in de hoofdstad
gehouden had kunnen worden, alhoe-
Advertentie)
ZWARE VERKOUDHEID EN BRONCHITIS
worden afdoende bestreden met de vermaar-
de.bacillendodende Potter's Catarrh Pastilles.
Eén pastille geeft onmiddellijk verlichting!
Vo
bri
'fbi." Vanzelfsprekend
zal de
'ester, die de bisschop vertegen-
®°rdigt, zo nodig, corrigerend heb-
Sch -op te treden, maar zijn taakom-
(j drijving mag gerust vaag zijn, om-
p hij steeds minder een afzonderlij-
jy functie zal hebben te vervulllen.
j,'et alléén hij immers heeft pasto-
10 verantwoordelijkheid. De „theo-
v»e der aardse werkelijkheden" zal
•Sr aandacht vragen.
V tenslotte nog dit: het is een mis-
ting de bedoelde verschuiving te
d®tt als een voortdurend toenemen-
\Va secularisering van het leven,
geloof en Kerk zich steeds
jjj 'der uit de wereld terugtrekken,
hipt Verschuiving is noodzakelijk en
9ü« tegen te houden. Wij moeten ze
s kanvaarden en beamen. Aan ons
wel zulks wel aan een traditie beant
woordde. Rob de Vries, directeur van
het ensemble „Theater", uitte o.m. zjjn
bewondering voor Caro van Eyck als
zjjnde „een voorbeeld van iemand, die
op grootse wijze haar vak beoefent
En met duidelijke instemming van al
le collega's rai hij tenslotte: „Wjj hou
den van je, we zijn gelukkig mét en
trots op jou".
Na een bloemrijke toespraak van
Fred Sterneberg, voorzitter van de Ne
derlandse Vereniging van toneelkunste
naars en een huldigend woord van de
heer Muider, rector van het Amster
damse studentencorps, was dan „het
laatste woord" aan Caro van Eyck zel
ve.
De volle schouwburg hoorde haar in
een roerloze stilte aan. En met haar
saillante, tot in alle hoeken doordrin
gende toneelstem bracht de actrice
dank aan eenieder. Aan haar ouders
van wie de moeder in de zaal aanwezig
kon zijn aan mej. Alingh Brugmans
en Cor v. d. Lugt Melsert, die haar „de
eer van de ring waardig hadden ge
keurd", aan haar vrouwelijke collega's,
die „even goed in aanmerking hadden
kunnen komen" en aan allen die haar
huldigend hadden toegesproken. En zij
hoopte dat zij „de uitverkiezing waar
dig zou zijn". Tenslotte onthulde Caro
van Eyck dat zjj zich vrijwillig ver
plicht had binnen drie maanden een
naam van een actrice, die de ring te
zijner tijd van haar zal overnemen, bij
een notaris zal deponeren; met het
voorbehoud overigens dat zij die naam
wanneer dan ook door een andere zal
kunnen vervangen en ook met voorbe
houd van het recht om de tijd van over
dracht zelf te bepalen. Tenslotte ver
scheen de stralende actrice dan nog
een maal ailéén voor het neergelaten
doek en werd nogmaals opgenomen in
een golf van toejuichingen.
Het was al geruime tijd na het mid
dernachtelijk uur dat Caro van Eyck
plaats nam in een met paarden bespan
nen calèche om onder escorte van i'ak-
keldragende en riant geüniformeerde
studenten, naar „Carlton' 'gebracht te
worden, alwaar het gemeentebestuur
van Amsterdam haar een feestelijke re
ceptie aanbood. En daar gebeurde het
ook dat een vertegenwoordiger van de
„Vereniging van vrienden van het „The
ater" haar een ring, meer bestemd voor
dagelijks gebruik, aanbood.
Het feest duurde voort tot diep in de
nacht en het werd met fonkelende ogen
gadegeslagen door Caro van Eyck, een
diep-gelukkige tragédienne....
(Zie ook elders in dit nummer)
Vrijdagavond is de minister van justitie
mr. A. C. W. Beerman rechtsmet de
gevolmachtigd minister van de Neder
landse Antillen in Nederland, de heer W.
F. M. Lampe van Schiphol naar de An
tillen vertrokken.
Minister Lampe deelde mee, dat ook
de minister-president, prof. dr. J. E.
de Quay, in de naaste toekomst een
bezoek aan de overzeese gebiedsdelen
in Zuid-Amerika hoopt te brengen.
Het bezoek van de ministers Beer
man en Lampe staat in geen enkel
verband met de onlangs aangekondigde
maatregel van rijksbestuur, zo ver
klaarden zij.
Bij apotheken
en drogisten f. 1.10
IMP. H. TEN MERKEL N.Y. HILVERSUM
de taak de daarin verborgen rijk
dom te ontdekken en te benutten.
Ook in een veranderde wereld geldt
de heilsboodschap van God volledig.
Onze opdracht is het, samen met de
hiërarchie en onder haar leiding, het
middel te vinden, dat haar de grootst
mogelijke vruchtbaarheid schenkt.
(Van onze Haagse redacteur)
DEN HAAG, 11 maart In de mi
nisterraad zullen binnenkort aan de or
de komen de hoofdpunten van een wet
telijke regeling inzake de bevoegdhe
den op het stuk van de loonvorming,
zo deelt minister Van Rooy mee 111 zijn
Memorie van Antwoord op het voor
lopig verslag van de Eerste Kamer
over de begroting van Sociale Zaken
en volksgezondheid. Een wettelijke ka
der voor deze bevoegdheden wordt ge
wenst geacht; de bewindsman wil ech
ter de naam „loonwet" vermijden om
dat die in de economie een andere be
tekenis heeft.
De primaire verantwoordelijkheid
voor de loonvorming behoort naar
s ministers mening ie liggen bij het
bedrijfsleven. Daarnaast wordt echter
opgemerkt, dat de grotere zelfstandig
heid, die in het kader van het nieuwe
loonbelcid aan het georganiseerde be
drijfsleven is toegekend, niet het laat
ste woord behoeft te betekenen. Geen
enkele constructieve groepering heeft
tot dusverre een herstel van vólkomen
vrijheid voorgestaan. Naar ieders me
ning zal er, onder welk stelsel dan ook,
altijd ergens een scheidingslijn moeten
zijn tussen de verantwoordelijkheden van
overheid en bedrijfsleven. De eerste fa
se van de toepassing van het nieuwe
stelsel is nog niet achter de rug. Eigen
lijk is het bedrijfsleven en zijn ook
de toetsende instanties, met inbegrip
van de regerihg' nog bezig ervaring
op te doen. De voorlopige resultaten en
vooruitzichten geven tot nu toe aller
minst aanleiding tot de vrees voor een
mislukking van het nieuwe toonstelsel.
Minister Van Rooy bestrijdt de op
vatting, welke zegt, dat niet in vervul
ling is gegaan de verwachting, dat de
werknemers thans op kortere termijn
en in grotere mate in de welvaartsver
betering zouden delen dan vroeger. On
der het oude stelsel was het resultaat
van een algemene loonronde voor de
werknemers wel globaal te ramen aan
de hand van de relatie tussen tijdstip
en percentage van de loonsverhoging
en het te verwachten effect voor de
kosten van levensonderhoud. Onder het
huidige stelsel echter kan noch het uit
eindelijk gemiddelde tijdstip, noch de
uiteindelijk gemiddelde loonsverhoging
op dit moment exact bepaald worden
De minister merkt verder onder
meer op, dat de omstandigheid, dat
een groep werknemers bij het gemid
delde ten achter blijft, op zichzelf
geen reden kan zijn tot optrekking
buiten de loonrichtlijnen om, in het
bijzonder buiten de richtlijn, dat uit
de loonsverhoging geen prijsverhoging
mag voortvloeien. Wel zal, vooral op
iets langere termijn, er voor gezorgd
moeten worden, dat er geen achter
standen ontstaan, die uit een oogpunt
van coördinatie niet aanvaardbaar
zijn.
Bij een stabiel prijsniveau kunnen so
ciaal niet aanvaardbare achterstanden
zich vooralsnog niet voordoen, want
geen enkele groep gaat dan in absolute
zin in welvaart achteruit. Of een mo
gelijke achterstand voor bepaalde groe
pen verminderd moet worden, kan eerst
in een later stadium beoordeeld worden.
Het criterium van de produktiviteit
en dat van de behoefte aan arbeidskrach
ten behoeven niet parallel te lopen. Het
is denkbaar, dat door de loondifferen-
tiatie het tekort aan werknemers in
„zwakke" bedrijfstakken of onderne
mingen zal toenemen. Het is echter on
juist te veronderstellen, dat dientenge
volge het gehele loonniveau opgetrok
ken zal worden tot het peil, dat over
eenkomt met de produktiviteitsstijging
in de bedrijfstakken met het gunstigste
resultaat. Het nieuwe loonsteisel houdt
integendeel in, dat inflatietendenties
voorkomen kunnen worden, indien het
georganiseerde bedrijfsleven de hand
houdt aan zijn eigen richtlijnen voor
de loonvorming zonder prijsverhoging
en met als het kan prijsverlaging.
(Advertentie)
De industrialisatie, die zich momen
teel in de provincie Groningen voltrekt
en de daarmee gepaard gaande uit
breiding van scheepvaart en verkeer
zijn voor het Havenschap Delfzijl aan
leiding geweest om Multifilm opdracht
te geven, een documentaire te ver
vaardigen om daarmee de aandacht te
vestigen op de snelle en verheugende
ontwikkeling, die deze min of meer
vergeten hoek van Nederland door
maakt.
De vondst van grote hoeveelheden
zout in de omgeving van Winschoten
heeft de stoot gegeven tot de vestiging
van een belangrijke soda-industrie, die
op haar beurt leidde tot een aanzien
lijke uitbreiding van de haven van
Delfzijl en de ontsluiting van de hele
streek door de aanleg van industrie
terreinen, bruggen en verbindingswe
gen.
De uitvoering van dit project en de
invloed, die het heeft op de daar wo
nende mensen en hun omgeving, wor
den door regisseur Hattum Hoving, die
zelf het draaiboek samenstelde naar
een scenario van Charles Bressers en
Frans Dupont, beschreven in aantrek
kelijke heelden en in een vlot tempo,
dat de aandacht van de toeschouwers
voortdurend vasthoudt. Telkens uitgaan
de van de mens, of het nu de jeugd op
school is bij de aardrijkskundeles, de
jongen, die naar zee wil, de landar
beider, die werk zoekt in de industrie
dan wel de makers en uitvoerders van
de plannen zelf, belicht hij de ver
schillende aspecten van dit belangrijke
werk, dat hij van de aanvang af
de opdracht werd hem in 1956 ver
leend, toen het plan pas was ontstaan
heeft meegemaakt. Op deze wijze is
h\j instructief en volledig zonder
schools of vervelend te worden en weet
hij zelfs zijn opdrachtgevers in het
beeld op te nemen zonder dat dit, zo
als meestal het geval is, storend of
irriterend werkt.
„De Koers bepaald", zoals dit film
pje van circa een half uur heet, is sim
pel van opzet, maar fris van uitwer
king. Kortom een documentaire, waar
in ook net menselijke element een rol
speelt. F.
(Advertentie)