Spijt en verontwaardiging
over verdwijning van mevr. Ko Luyckx
uit Eerste Kamer
Amusement moet
geleerd worden
Evenzeer nodig als wasdag
Leerzaam
studievak
Italië toont de wintermode
De vrouw als een figuur
uit één stuk gegoten
Parijse honden moeten het veld
ruimen voor auto's op straat
Poes Pietertje is weer de oude
M
IS VROUW NOG ANDER „SOORT"?
EEN DAGJE NAAR ARTIS
Ongelukkig verloop
voormoeders
Concierge houdt plantenpension
Spoorwegen houden
niet van zonde
OMVANGRIJKE HOOFDEN
DONDERDAG 11 AUGUSTUS 1960
evrouw Ko Luyckx gaat
heen uit de Eerste Kamer.
Zij is de eerste en enige
KVP-vrouw die in de senaat zit
ting heeft gehad. Op 13 sept, is
er, na de vakantie, nog eenmaal
zitting en op 17 september sluit
het zittingsjaar. Dan is ze er voor
het laatst bij in de politieke
kring, waar men met elkaar ver
trouwd is geworden en waar ze
zeer gewaardeerd werd. Daarna
treden de nieuw gekozenen aan en
het vrouwelijk lid, dat drie jaar
lang deel heeft uitgemaakt van de
KVP-fractie, verdwijnt dan uit de
senaat. Tot ieders spijt en tot
veler verontwaardiging. Tot ver
ontwaardiging met name van het
Katholiek Vrouwendispuut, voor-
treksters onder de vrouwen, die
zich ervan bewust zijn, dat de
vrouw in het grote gezin, dat de
maatschappij is, net zo goed naast
de man hoort als in het natuur
lijke gezin. Het Vrouwendispuut
heeft dan ook met klem geprotes
teerd bij het bestuur van de KVP
met een protestbrief, die op 23
juli in ons blad is afgedrukt. Maar
het bestuur van de KVP betreurt
het zelf ook. Het zit echter klem
in een raderwerk van vastgeroes
te wetten, die de kandidaatstelling
en verkiezing bepalen. En veran
der zoiets maar eens!
Men moet wel tien jaar van vaneen paar modehuizen van de avant-
onafgebroken succes in de
modewereld achter de rug
hebben, zoals signor Giorgini, om
zich te kunnen veroorloven 300
kopers en 200 journalisten om
twee uur in de middag naar het
Palazzo Pitti te laten komen. De
uren van twee tot vier zijn in de
zomermaanden in heel Italië ta
boe. Het heet, dat er dan slechts
een hond of een Duitser op straat
loopt. En toch bestormden juist
in de „hondsdagen" Amerikanen,
Engelsen, Zwitsers, Denen, Duit
sers en zelfs Italianen het Palaz
zo Pitti, dat als een vesting mid
den in een gloeiende woestijn ligt.
In de „Sala Bianca" (witte zaal)
toonden enige van de Italiaanse
modehuizen (elf couturiers lieten
hun wintercollectie in Rome zien)
hun modellen voor het komende
seizoen.
al S
S 1
llllllMSIIIIIIIIIIIIIlllllllllllllllllllllllllllllilIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Op hoog niveau is er druk uitge
oefend op de Nederlandse Spoor
wegen, maar ze zijn op hun stuk
blijven staan. Ze hielden, niet van de
zonde en zelfs de toverwoorden ,,film"
en „deviezen" konden daar geen veran
dering in brengen. De Italiaanse regis
seur, die de zonde dit keer tegen een
Nederlandse achtergrond portretteert
en alom met ware Christelijke naas
tenliefde tegemoet is getreden, kreeg
niet de beschikking over het Centraal
Station.
Na al die bereidwilligheid is dit wel
verfrissend. Wat „onder Christenen niet
genoemd mag worden", is tegenwoor
dig het onderwerp van de dag. De wal
letjes behoren tot de bezienswaardighe
den van de stad en de filmverhuurders
piekeren net zo lang, tot ze een titel
voor hun films hebben gevonden, waar
in het aantrekkelijke woord zonde voor
komt.
Nu is dat niet zo moeilijk, want de
producers weten ook wel, dat de deugd
onverkoopbaar is geworden.
Verdorven? Ach, is het eigenlijk niet
meer kinderachtig? De wereld verkeert
in een verlate puberteit, De belangstel
ling voor wat met mag, kent geen gren
zen. Vaak is het zelfs de belangstelling
voor wat vroeger niet mocht, want in
heel veel gevallen bekommert men zich
allang niet meer om de geboden, die
een- handeling tot zonde stempelen.
De nuchtere weigering van de Neder
landse Spoorwegen lijkt ons in dit ver
band echter een verheugend teken van
volwassenheid.
De senaatsleden worden gekozen
door de leden van de Provinciale
Staten en aangezien mevrouw Luyckx
zelf lid is sinds ruim acht jaar van
de Prov. Staten van Noord-Holland,
kon zij niet op de lijst van Noord-Hol
land kandidaat worden gesteld, maar
moest dat gebeuren op de lijst van
Zuid-Holland. Dat maakte de zaak nog
ingewikkelder. Want de mannelijke
kandidaten op die lijst maakten al
Mijn ereschuld bestond uit een
dagje naar Artis, hetgeen nooit
een sinecure is. Het begin wordt
gevormd door langdurige besprekingen
met de groenteman, die ons tegen een
zacht prijsje aan bananen en sla moet
helpen. Ervaring heeft ons namelijk ge
leerd, dat de apen in de dierentuin een
erfelijke alkeer van de naar hen ge
noemde noten hebben en mijn verant
woordelijkheidsgevoel verbiedt me de
zak snoepjes, waar ze wel dol op zijn,
maar die hun gezondheid schaden, mee
te nemen. Natuurlijk zou het nog mooi
er zijn, als we helemaal zonder eetbare
waar gingen, alleen om de dieren te
bestuderen, maar dat vraagt wel een
geestelijke krachttoer van een kind.
Ons compromis: een zak bananen, een
tikje overrijp.
Tot mijn verbazing informeerde een
van de Artisgangers, óf ik ook meeging.
•k ben zeker een overdreven moeder,
maar ik zou er niet aan denken om zes
kinderen in de leeftijden van 7 tot 11
alleen naar Artis te laten gaan en daar
bij strijden dan twee drijfveren om de
voorrang: de kinderen beschermen te
gen de dieren en de dieren beschermen
tegen de kinderen. Ik heb heus wel be
grip voor de overwegingen van moe
ders, die in de vakantie de kinderen een
dagje kwijt willen zijn en dan denken
aan de hekjes, tralies en slootjes, die
ter beveiliging om de dierenverblijven
heen zijn aangebracht, maar toch zou
den ze beter een dag de kamers met
kunnen stoffen en zelf meegaan.
Een kind hoeft niet te leren hoe het
zich moet amuseren, want dat kan het
van nature. Wat het meestal niet van
nature kan, dat is zich amuseren zonder
anderen te hinderen of hun onaange
naam te zijn. Het is een studievak, dat
tegenwoordig steeds belangrijker wordt,
omdat we met de korter wordende werk
week meer tijd voor amusement over
houden.
Het klinkt als een paradox, dat we
zouden moeten leren, hoe die vrije tijd
te besteden. Als we vrij zijn, doen we
immers waar we zin in hebben en daar
valt niets te onderwijzen of te organi
seren. In de praktijk komt het echter
wel anders uit en het kind dat zich in
de vakantie verveelt, is heus geen zeld
zaamheid. Hier is dus ook opvoeding,
ontwikkeling nodig.
Beperking van zijn vrijheid? Laten
we ons toch niet verbeelden, dat het
kind zo erg op zijn vrijheid gesteld is.
Terwijl wij, volwassenen, bereid zijn
het van alle verplichtingen vrij te
stellen en het boven en onder de wet
te plaatsen in verband met zijn leef
tijd, weet het zichzelf en zijn kame
raden in te spannen in een heel stelsel
van reglementen. Het draagt bepaal
de kleren, doet op een bepaald ogen
blik bepaalde spelletjes, trakteert met
verjaardagen op een bepaalde lekker
nij en is voor niets zo bang als voor
het uit de toon vallen bij anderen.
Er is dus geen sprake van, dat we
het in zijn ongerepte vrijheid aantas
ten, als we op de manier, waarop het
zich amuseert, enige controle uitoefe
nen.
Nu wordt er vooral in de stad heel
veel gedaan voor het kind met vakantie.
Er zijn wisselende vermakelijkheden
met allerlei aantrekkelijks, er is de
vakantieschool en er is in de Amster
damse R.A.I. „Sport en Spel", waar
het kind allerlei takken van sport kan
beoefenen en waar het ook handenar
beid kan verrichten. Jeugdbewegingen
organiseren kampen en ieder kind kan
zijn portie vakantie toegediend krij
gen, zonder dat vader of moeder zich er
mee bemoeit, maar wat zou het jam
mer zijn, als we de vakantie niet ook
eens benutten om samen uit te gaan.
Terwijl de opvoeding in het dagelijks
leven zo vaak lijkt te bestaan uit louter
vermanen en verbieden, kunnen we op
zo'n uitstapje eindelijk eens iets posi
tiefs presteren. Samen spelen met het
voorbeeld van Iets door de vingers
zien, zodat het niet dadelijk op katjes
spel uitloopt, de kleintjes mee laten
doen, de aandacht afleiden door te ver
tellen over wat er te zien valt, zodat
er niet de hele dag gesnoept en ijs
gegeten hoeft te worden.
Misschien denkt u, dat u niets te ver
tellen hebt of niet vertellen kunt, maar
onderschat uzelf niet. Is er geen on
derwerp, waar u iets meer van weet.
dan ontdekt u dat onderwerp misschien,
terwijl u samen bossen, dierentuinen
of musea bezoekt. En lukt dat niet, dan
is er altijd nog uw eigen jeugd, waar
u iets over vertellen kunt.
Het is misschien een inspanning, maar
het is even noodzakelijk als de wekelijk
se wasdag. De kinderen van nu maken
zo vaak de indruk, dat ze niet weten
wat te beginnen en als er iets is, wat
plaats was teruggedrongen op de
lijst van Zuid-Holland, heeft men na
lang aandringen mejuffrouw Wil
Hillen, voormalig directrice van de
School voor Maatschappelijk Werk te
Sittard en voormalig adviseur van
de Miriister van Maatschappelijk
Werk, bereid gevonden, zich als
eerste plaatsvervanger op de lijst
te laten zetten. Wanneer een der
kandidaten van de lijst tijdens de
nieuwe zittingsperiode zou uitval
len, komt er langs die achterdeur
dus toch mogelijk weer een vrouw in
de senaat terug. Buitenstaanders
zullen daar niet veel van begrijpen,
waarom mejuffrouw Wil Hillen wèl
en mevrouw Luyckx niet, zullen ze
zich afvragen.
Mevrouw Luyckx neemt de zaken
met een brede sportiviteit. Ze zal haar
onverwoestbare activiteit blijven ge
ven als lid van de Provinciale Staten
van Noord-Holland en op zuiver maat
schappelijk terrein als bestuurslid van
het Landelijk Sociaal Charitatief Cen
trum, als landelijk secretaresse van
de Meisjesbescherming en voorts als
spreekster met groot élan, onder an
dere in het Vormingscentrum van de
KVP te Baarn, waar ze groepen vrou
wen politieke vorming geeft. De Eerste
Kamer zal haar moeten missen, maar
zal haar elders kwiek zien gaan met
haar aktetas onder de arm en een
flatteuze hoed op. Zakelijk en vrouwe
lijk. Capabel en plezierig. Het is héél
jammer, dat het zo gelopen is!
A. Bgl.
Mevrouw J. LuyckxSleijfer thuis in haar Amsterdamse werkkamer.
keu. En in de politiek gaat het nog al
tijd niet om „mensen", maar nog wel
heel onderscheiden om mannen en om
vrouwen. Niet dat iedereen vrouwen
nog als een soort indringsters be
schouwt, maar het fenomeen vrouw
wordt in het openbare leven toch nog
wel een ander ..soort" geacht. En wat
dat betreft hebben de vrouwen, die
zich met een dapper hart in de poli
tiek begeven, nog wel eens iets te slik
ken. Dat verschijnsel zal echter, naar
men mag hopen, steeds minder wor
den. Want naarmate in de jongere ge
neraties mannen en vrouwen samen op
de middelbare school hebben gezeten,
samen gestudeerd hebben, samen zijn op
getrokken en samen maatschappelijk
zijn gevormd, zal de waardering voor
eikaars bemoeienis met het openbare
leven wel steeds vanzelfsprekender
worden.
Wat niet wegneemt, dat de gang van
zaken, die nu mevrouw Luyckx uitran
geert, minstens een „ongelukkig ver
loop" moet genoemd worden, zoals de
schrijver zegt van het Vrijmoedig Com
mentaar in ons blad van 3 augustus.
Dat overigens de persoon van me
vrouw Ko Luyckx, die in de Eerste Ka
mer veel heeft gedaan voor de spijtop-
tantep en in de fractie het hare bij
droeg tot een klare meningsvorming,
gewaardeerd werd in senaat en fractie,
is wel gebleken. Een van haar fractie
leden heeft haar eens gezegd, dat zij
hem genezen had van zijn „anti-femi-
nisme"! Dat zal iedereen begrijpen,
die Ko Luyckx kent. Onder alle om
standigheden ontwapenend zichzelf. Za
kelijk en hartelijk, een helder spreek
ster, recht op haar doel af, maar altijd
zeer direct gericht op het levende le
ven. En daarbij bezit ze de humor, die
een werkende vrouw, zeker in de poli
tiek, niet kan ontberen om van alle si
tuaties de betrekkelijkheid te blijven
inzien.
Maar bij deze gelegenheid zouden
we toch wel eens willen zeggen, dat
de wjjze waarop soms over ae vrouw
in het openbare leven wordt geschre
ven grievend en bijna denigrerend is
(al is het niet zo bedoeld). Niet al-
dit dicht-bevolkte land onbewoonbaar
kan maken, dan is het een bevolking
van mensen, die zich vervelen.
Verveling is een plaag en een ge
vaar, dat we het beste bezweren kun
nen door onze wereld groot te maken.
De wereld is namelijk inderdaad groot
en Interessant genoeg om zelfs de
meest veeleisenden onder ons bezig
te houden. Als we ons vervelen, is
dat een gevolg van onze eigen beper
kingen en het is een grote fout, als
we onze kinderen geen andere be
langstelling bij kunnen brengen dan
voor wat de buren doen en voor wat
je met geld kunt kopen.
Het dagje uit, de vakantie, zelfs het
bezoek aan bioscoop of jeugdtheater is
de kans om werkelijk op te voeden,
mee te delen van eigen ervaring, ken
nis, beschaving en vermogen om het
prettig te maken, waar we in het da
gelijks leven zo vaak niet aan toe ko
men. Ga met ze mee en kom tot de
conclusie, dat uzelf in het studievak
amusement ook nog iets bijgeleerd
hebt.
H.
Overrijpe bananen voor de apen.
leen voor de betrokkene, maar voor
alle vrouwen die toch minstens even
capabel zijn als hun vakbroeders en
met hen op voet van gelijkwaardig
heid het werk doen.
Intussen is het gebeurde met me
vrouw Luyckx beschamend voor een
partij, die de .eerste vrouwelijke mi
nister heeft geleverd en de eerste
vrouwelijke staatssecretaris.
Des te beschamender is de afwezig
heid van een KVP-vrouw in de Eerste
Kamer nu door verschuivingen dit de
grootste partij is geworden in de senaat
met 26 zetels. De P.v.d.A. met 25 ze
tels heeft een vrouw, mej. mr. Tjeenk
Willink, de WD heeft een vrouw, me
vrouw J. Schouwenaar - Franssen en de
CPN heeft een vrouw, mevr. H. van
Ommeren-Averink. De christelijke par
tijen hebben geen vrouw in de Eerste
Kamer, hun emancipatie is niet zo
snel gevorderd. Maar de eerstgenoem
de partijen hebben ieder een eigen po
litieke vrouwengroepering, terwijl bij
de KVP de vrouwen IN DE PARTIJ
ZITTEN. Het rapport Nolte heeft in
dertijd die kwestie uitvoerig behan
deld en gesteld, dat zolang de KVP
de vrouw in de partij de plaats gaf die
zij verlangde, van een aparte vrouwen
groepering zou worden afgezien. Een
minderheid van de katholieke vrouwen
in het Vrouwendispuut was echter wèl
voor een eigen vrouwengroepering.
Door dit terugdringen van de vrouw
uit de senaat zal er wel wéér een en
ander wakker zijn gemaakt.
Er is nog een kleine kans, dat er
een KVP-vrouw langs een andere
weg in 'de Eerste Kamer binnen
komt. Toen namelijk bleek bij de kan
didaatstelling, dat mevrouw
Luyckx naar een onverkiesbare
De mouwen lijken „gegroeid" aan dit wijde bolerojasje van Garnett, Rorhe'
De buitenlandse kopers zochten hier
naar best-sellers, de journalisten naar
de lijn, die de silhouet van de vrouw in
het aanslaande seizoen zal beheersen.
Dgze Hjn is gegroeid uit vorige creaties
arde, zoals Simonetta en Patrick de
Barentzen. Men zou deze in het kort
kunnen beschrijven als een cape, waar
in aan de voorzijde twee langwerpige
gaten zijn aangebracht, waaruit, de
mouwen te voorschijn komen als de
slappe armen van een marionet. Een
groteske verschijning. En toch is dit
het prototype van de winterjassen, die
men in Palazzo Pitti hartstochtelijk
bewonderde.
De meeste couturiers hebben zich
laten inspireren door deze extravagan
te cape-mantel. Bij Simonetta is een
ponchomodel ontstaan, of, als u dit
meer zegt, een kasuifelvorm, waarvan
de zijkanten gedeeltelijk aan elkaar zijn
genaaid en die van voren sluit met een
grote knoop. Haar echtgenoot, die een
eigen modehuis exploiteert, lanceert de
cape in double-facestof, die zo wijd
wordt, dat zij bijna met een punt over
de linkerschouder kan worden geslagen,
zoals de Italiaanse officieren dit nog
een halve eeuw geleden deden. De
mannequins van Ricci in Parijs brach
ten deze geste al in praktijk.
In Florence, zowel als in Parijs wer
den jassen met een aan de achterkant
tot de schouder reikend split getoond.
Ongeschikt voor een koud klimaat. Be
ter leek ons de Schots geruite cape,
omzoomd met lange wollen franje.
Bijna alle couturiers hadden zich het
silhouet van de vrouw voor de komen
de winter gedacht als iets monumen
taals, als een beeld geconstrueerd uit
wiskundige vormen: de bol, het trape
zium, de ruit.
(Van onze medewerkster in Parijs.)
adame, zegt onze concierge, hebt
u mijn pensiongasten gezien?
Als ik daar ontkennend op ant-
woord, toont ze me op de binnenplaats
een aantal planten. Het is een heel re
giment en ze zijn afkomstig van de
huurders, die ze tijdens hun afwezig
heid aan haar hebben toevertrouwd om
water te geven. Keurig op een rijtje
staan eerst vetplantjes, daar achter gro
tere planten en ten leste hoe is het
mogelijk twee ouderwetse palmen
van het soort, dat ^mstreeks 1900 iD
geen behoorlijk interieur ontbrak.
De concierge vertelt me, dat die pal
men aan een pas getrouwd paartje be
horen, terwijl ze toch eerder in de sa
lon van stokoude mensen op hun plaats
zouden zijn. Maar dan doceert de con
cierge: „die monsieur zegt, dat in een
modern interieur die palmen zo koste
lijk mal staan." Iets wat me niet het
summum van gezelligheid lijkt.
„Kijkt u nu eens naai mijn eigen
tuin", zegt ze en triomfantelijk wijst ze
me een verzameling van de meest uit
eenlopende planten. Vlak voor het raam
van de loge een loge waar nooit zon
komt staan en hangen zeker wel vijf
tig verschillende planten van geraniums
tot rozen, klimop en bergplanten toe.
„Dat ze nooit zon hebben is we] naar,
maar ik verzorg ze goed en ze groei
en best en nu leg ik nog een kruiden
tuintje aan ook", gaat de concierge on
verstoorbaar voort.
Als ik haar vertel, dat de Nederlan
ders klimop langs de muren van hun
huiskamers leiden, lijkt haar dat raar
en het is duidelijk merkbaar, dat ze dat
geen muurbedekking voor een kamer
vindt. Maar bij onze concierge is het
nooit mogelijk twee zinnen achter el
kaar te zeggen. Als altijd ratelt ze met
een verder en vertelt dat, nu ze een
poes heeft, ze geen vogeltjes meer in
pension neemt, want dat zou een te gro
te verleiding voor de poes zijn. Goud
vissen neemt ze echter wel inbewa
ring voor de huurders. In drie kom
men, die met moeite een plaats von
den in de kleine overvolle loge, zwem
men ze met' een vaartje rond. De poes
zit er met een wijsgerig snuit naar te
kijken. Het is duidelijk, dat hij zich af
vraagt hoe zo'n vis te bemachtigen zon
der zijn poten nat te maken.
Het houden van dieren in Parijs be
perkt zich de laatste jaren haast uit
sluitend tot katten, vogels en vissen.
Honden zijn nagenoeg uit de stad ver
dwenen nu langs de trottoirbanden een
lange rij auto's staat. Het vraagstuk
waar de hond uit te laten is daardoor
zo moeilijk op te lossen geworden, dat
haast niemand er meer een koopt, ten
zij hjj aan een brede avenue woont.
In ons huis zijn de honden langzamer
hand allen gestorven, behalve een oude
poedel, die in zijn eentje van de vierde
verdieping de diensttrap afkomt en be-
neden aan de grote trap op z(jn baas
wacht om zijn dagelijkse wandeling te
maken. In de Parijse huizen mogen de
honden alleen de diensttrappen op en
af. Wij bezitten nu alleen nog maar een
poes. Deze is aan komen lopen toen ze
een maand of zeven, acht was. Ze tik
te tegen de ruit en toen ik het raam
open deed, sprong ze naar binnen, ging
op de bank zitten en was absoluut niet
van plan meer heen te gaan. Dat is nu
een jaar of twaalf geleden en sindsdien
hebben we gelegenheid te over gehad
om te bemerken, dat ze weet wat ze
wil en nooit van iets wat ze zich voor
neemt afstapt. Doen we iets wat haar
niet aanstaat, dan brengt ze ons dat
meteen zeer duidelijk aan het verstand.
Het gevolg is dan ook, dat met alles re
kening wordt gehouden met Minou, la
ter omgedoopt in Pietertje. Verleden
jaar werd ze ziek. Ze wilde niet meer
eten, kreunde de hele dag en bleef maar
stil liggen. We stopten haar in een
mandje en gingen er mee naar de vee
arts. Die veearts kennen we al jaren;
successievelijk zijn al onze poesen b(j
hem „uit logeren" geweest als we de
stad uitgingen. De veearts heeft haar
beklopt en bevoeld en orakelde eindelijk,
dat het de oude dag was. „Ze is versle
ten" zei hij kalmpjes. Misschien met
penicillinespuitjes... en zo kreeg Pieter
tje een spuitje, een paar dagen later
nog een, en toen trok de veearts haar
een kies uit en hij schudde zijn kale
hoofd al weer bewerend dat ,,ze versie-
ten was. We vonden het indecent om
zeS8en als je, zoals hij zelf,
tachtig bent, maar dat voelde hij blijk
baar niet.
Ondertussen had Pietertje in geen drie
weken gegeten of gedronken en was
akelig mager geworden. Tot overmaat
van ramp moesten we de stad uit. De
veearts wilde haar niet in pension heb
ben, maar alleen in „observatie", daar
bij voegend dat ze wel dood zou zijn als
we terug zouden komen. Maar dat vas
niet het geval en we trokken naar huis
met een Pietertje, die niet meer op haar
pootjes kon staan. Juist toen we er over
begonnen te denken haar af te laten
maken, sprak ik een dame uit de buurt,
die dol op poesen is en die gaf me de
naam van een geneesmiddel op waar
ze haar oude kat mee had genezen. En
toen gebeurde het wonderbaarlijke: drie
dagen later liep Pietertje weer rond, nog
enige dagen later at ze af en toe een
hapje en na een maand was ze weer
de oude. Wel eet ze sindsdien alleen ge
weekte beschuit met groene groenten
en gehakte biefstuk, maar ze is weer
net zo vrolijk en vlug als voor haar
ziekte en we zijn wel zoveel Parijzenaar
geworden, dat we weten dat we voor
een poes consideratie moeten hebben.
DINY K.-W.
De regen is in Italië minder verve
dan hier en staat zo'n bruin flvtve
pakje toe in de modelijn van Maruce
Bij alle mantelontwerpen heerst
tendens naar de grote lijn, de
lute eenvoud met verwaarlozing
het detail. Geen of zeer Kleine *r09ir
dus, zo weinig mogelijk naden, I ge-
den of zakken, de mouwen azV
knipt of zeer w(jd ingezet. Men
kunnen zeggen, dat de figuur uit
stuk lijkt gegoten tezamen met ^jt
hoofddeksel. Hoed kunnen wU
hoge bol-,! punt- of kokervorrmge c<t
tikel nauwelijks noemen. Het 11,30,
iets van de pothoed uit de jaren J-»
waar wij ook maar net onderuit j
den kijken, maar nu ontbreekt de r
en hij is zeker twee maal zo hoos'
Het is duidelijk, dat de modistes
met alle geweld zo iets als een hoe» 5,
het hoofd willen drukken 's morfS-p
's middag^ en... wie 's avonds »eSii
toque van struisveren (Fabiani) 01
wagenrad van geplisseerde tule ei
Barentzen) wil opzetten, kan het
een pruik doen. Het gaat er maar
het hoofd in omvang te doen toenen jj
Het materiaal van de hoeden
bont, tweed, vilt, glimmend leer, tcjs
gorawol. Het materiaal van de mar' ed
is een nieuwe combinatie van tw u,
en jersey of mohair en tweed. Het_ete
rengamma is het gedekte, ®0Ir<V'
van een herfstbos: vuilgrijs, auberr
wijnrood, brons en bruin in alle
aarden. v9a
In de korte jasjes en in de bi"
de zevenachtste mantels die wü.
laatste jaren droegen is nauweblK= ^e'
ge verandering te bespeuren,
simpele jurkje, kraagloos en ce!?t li'
loos, dat als een kokertje
chaam sluit, is bijna hetzelfde. D® $e
dacht valt steeds meer op de
mantelpakjes zijn recht, ruim °f ^ail'
vormig en duiden slechts zelden de
le aan. De taille zelf is enige ceni
ters gezakt, maar nog ver van het v je
waarop wij haar in 1930 plachte:
dragen.
Enige geslaagde details zijn de -ts
ting met grote wollen pompons in P* M*
van knopen, de col van zwarte
die om de hals blijft als de mantel ef
gaat, de rokken van achteren l0*f|S'
dan van voren, ook bij mantels- e^e
schien is dit een gooi naar de lanbjjf
rok, maar blijkbaar is men daar
nog lang niet aan toe, want toen '..j
berth het waagde een rok tot yGfii
zes centimeter onder de knie te
m-O v-v. 1w--«v - -
zakken, ging er een afkeurend gen'
pel door de zaal.
Capucci, de benjamin, heeft.
A
Capucci, de benjamin, heen i<j,
jeugdige fantasie wat gebreiu pi
doch hier en daar speelt die ey
nog narten. zoals de jas van a*yV'
kaar 'gestikte repen verschillend ge
kleurde stof en dè blouse van aaa;e("
kaar genaaide witte en zwarte
kantjes. Die deed ons denken 3a „sf
dagen, dat wi) matjes vlochten \e
gekleurd papier en de weg van.,,vfê
stijlperioden naar het abstracte °e!Ue;
van Mendriaan: lijntje, blokje, PVLuns
Er is nu eenmaal, zowel in de
als in de haute-couture een -,<r
mate van overdrijving nodig en
gen wij de Italiaanse modedemon-
tie niet revolutionair noemen, jf
kunnen de meeste creaties tocn^i
dragen. De ontwerpers zetten tj 1
ideeën om in lijnen, de c?nl pP
post die aan de smaak en hei
bliek aan.
SINE