Dam en Dame
-ATOUT
rsSBïSSBgil
HOE MAFFIANUS MIER
genoeg van kreeg
er
DE VLUCHT
Onrust in Peuterenburg VAN
CAL
De meester gaat
verhuizen
biljoen schade
St. Maarten
en
sSt" wlnt
FONS VITAE
A
ST,t»
Swf
fe
é91p
ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1960
Aarden van
becking
bongers
XJLFT
È°iEa!fSTAr>. 9 sept. (ANP)
ScL^or rn"Pon."a" hee« °P St. Maar-
v tan milj°en Ned- gulden
H °vrka;
z
'ï-T- -k/
DYNAMIEK,
GRONDSLAG
VAN HET
BELEGGINGSBELEID
c d e f g h.
f 9
°bl»
f*6 op\ ^ar?n n *0t een goetl ein(4e Se-
Sp-TJ5it
S.O.S. DOOR FOUT IN
ZEND INST ALL AT IE
Liturgische weekkalender
1 1
^iUi:
«■BB»:
wmm s ■sum
Een mier, die niet werkt, dat is geen gezicht
door JOH. RAM
Advertentie
Sch
Da ®Öe no"*" VRX m
On-^lieA11 ueric'l;it. De schade aan
ïtn„e,él1 ma- ttingen wordt geschat
0q twim; en Nederlandse gulden.
Spt, eiln„§ Percent van de woningen
«ari„ nd zou min of meer ernstige
schade-
Het is een feit, dat de z.g. „midden-
kaarten" - dat zijn de tienen, negens en
achten - bij het spelen van Sans-atout-
contracten een belangrijke, vaak zelfs
een doorslaggevende invloed kunnen
nebben. Een ervaren speler zal dan ook
vaak de „derde sans" wagen, als deze
middenkaarten een klein tekort aan
hoge kaarten lijken te compenséren,
Hoe belangrijk dit allemaal is, bewijst
het volgende, bijzonder aardige spel uit
een oefenpartij van Nederlandse mees
terklassespelers:
A VI 6 2
O A B 87
O V 10 3
3
10 4
V H V 6 3 2
O 4
t?. B 10 8 6 2
N
W O
HB95
5 4
A G 2
V ft 5 4
hnKl? "'«'i v- 1UCC1 c
f^issip b?'? opgelopen. De
(Jrn?° Pla»+ric haar activiteit in de
lör at vpi„ op het particuliere bezit,
tin hehn„ mensen vrijwel ailes ve-r-
e en. Financiële hulp op rui-
is nofHrr mpHo omdat da
0Vr\ t) 1
kortheicl, di 's ,nod,'g. mede
bii* te kaSf steeds met een groot te
ut,PfihEonmPen heeft, niet allee.n kan
b0T,g0 n- Het wegennet op St. Maar-
SaN en n1ee,s '"tact gebleven, maar
-Icb en Ji t®n hebben veel geleden.
tin?"3® upiL Eustatius hebben geen
ten tóédi ®den- Gisteren is een schip
Vp-haar ï,^en v°edsel van St. Maar-
tfokken zwaar getroffen Anguilla
4> .8 3
10 9
H B 9 8 7 5
•J» A H 7
Het bieden ging langs gebaande We
gen:, noord gever (NZ kvsrétsbajjar)noord
1 schoppen - oost pas - zuid 2 ruiten -
west pas - noord 2 harten - oost pas -
zuid 2 Sans-atout - noord 3 ruiten - zuid
3 Sans-atout.
West speelde «s> Boer voor. zuid won
met Aas. Zuid begon natuurlijk met
ruiten te spelen, want slechts als O Aas
derde zou zitten dreigden er moeilijk
heden: dat was het geval en oost was zo
verstandig de derde ruitenslag eerst te
nemen. West had twee kleine hartens
opgeruimd.
Toen oost met O Aas aan slag was.
deed zich dus het merkwaardige feit
voor, dat oost niet de mooie, lange
klaverkleur kon doorspelen, want dat
zou zuid een snelle entree hebben gege
ven voor het maken van het restant der
ruitens. Oost gooide het daarom over een
andere boeg en vervolgde met 05 en nu
ging de waarde blijken van de (?10 9 8
7, waarover NZ beschikten. Zuids qplÓ
(Advertentie)
==ROTT£RDAMSCH BELEGGINGSCONSORTIUM NV.
BLAAK 10 - ROTTERDAM
2lS Je,isslnS in no. 149 zal wel spoe-
Jit oiv°nden zijn. Met no. 150 staat
efero(iv,ainders' maar het is ook een
inleid' "Pgave. Hier is een goede
ken, x S8zet aanwezig en dit pro
ved ?e-nt bovendien nog een zeer
chijnspel.
Tda Pr°bleemoplosslngen
kv',E- Holladay. Opl, 1. Pa7-c8
No- 144. H. Ott. Opl. 1. Dd8, Ke4.
2. Dd5t enz. 1Kf5. 2. Dg5: enz.
1. L ad lib. 2. Dd51' enz.
Inzendingen betreffende deze rubriek
te adresseren aan P. A. Koetsheid,
Huize St Bernardus, Sassenheim.
Correctie oplossing no. 134 R. Cheney.
Ia 1Pde6 2. Db7t niet 2. Dd7.
C. S„ J. J. P. A. S„ A. P. E„ L. C. W.
Uw opgaven worden onderzocht.
l49 A. M. Voorting, Haarlem.
Ie plaatsing.
Mat in 2 zetten.
(diagram)
No. 150 H. L. Musante.
Ie en 2e prijs gedeeld,
die Schwalbe 1957.
Mat in 2 zetten.
(diagram)
'Ai S?
3,®ern voor geoefende oplossers.
Opge Van J. H. Scheyen en J. Vink.
laeen aan J. A. Pennings te
s-Hertogenbosch.
naar een aardig en leerzaam eindspel
dat nog heel wat moeite kost.
Probleem voor beginnende oplossers.
No. 634 van A. v. Wingerden te Delft.
a 7 ibgp,'eT wint; oplossingen kun-
k h B. vr Aen worden tot 15 okt. a.s.
erhsteq'e Stevens, Eikenlaan 36,
Van 9P!°ssing
(y, u|87 van D. Kleen te
tlq st>eeit Heemstede.
227' 30, z?onaar: 25-20, 19, 33, 35, 39, 18,
<1, n 'Zd, 2B ,1.) nó „Ir, lo „<11 10
T'i9.'z32A 2j?' z12' 23. zl7, 18. z21, 13,
v9iV 15 ^8, 15 en wint. A. z31,
onfi6Bstanri i47 en wint- De aan"
bin™ ls minder geslaagd, de
wat doorzichtig doch leidt
Wit begint en wint; oplossingen van
de nummers 633 en 634 kunnen tege
lijk ingezonden worden tot 15 sep
tember a.s.
Oplossing
van no. 630 van A. H. de Jong te
's-Hertogenbosch
38-33, 36x49, 15-10, 49x24, 29x20, 27x29,
10-4, 14x25, 4x27 of 33 en wint het af
spel. Een heel leuk probleempje met
weinig, doch moeilijke zetten. Vooral
de beide eerste zetten zijn verrassend.
deelnemers aan deze serie
Vde heli? van de fraaie stukjes
ee_ ral pu A. Polman te Bussum.
i%S vcrstniTeit zomerse weer nogai
e,,1- da^, lt-k
bi
Oplossingen van de Zomer-serie.
bet gaan hebben velen
er
6Wa,hborH saan neDDel
'iet- asl aai? f1331- opgezocht en,
?Üe eerdep oogonnen, kon men er
S?taJ?rob]eL, mee ophouden voordat
37„&e 0®?hgen van de niet bijzonder
JSjtSfi 0%n luiden aldus: No. 1.
47voo22.-18> 13x22, 32-28, 23x43,
Q» 4n 45x3 O/1-.rOK O-rt; OK „/I f)
^7- 2jc3s ',48x30
a' ?M° A, 35-
24x35, 3x5, 35-40
"U-4i 38-32, 37x28, 39-33,
2*3a\48x30, 35x4. 23x34, 4x2,
lm a' ^>4-40 A 3R.R 40v4.Q ft-R
40x49, 8-3
?fi:
A io u /v' ö0'
13-27 16"2x. 27x16, 34-40, 35-13,
rriet t,0n wint. Een heel leuk
M, l5-4n Tee scherpe varianten.
dV' 28-28 24x35- 25-20, 14x25. 47-41.
49x4n' .7x50< 23x5, 35x44, 5x1,
45-50, 34-30, 25x45, 1-6
en wint. Bijzonder aardige tric-trac-
lijnopsluiting.
No. 4. 34-30, 39x48, 37-32, 48x14, 32x3,
26x37, 15-10, 14x5, 3x46 en wint. Deze
peuter doet het ook goed!
No. 5. 32-27, 21x23, 35-30, 24x44, 33x2,
44x33, 22-37, 11x22, 2x25, 33-38, 25x48.
No. 6. 48-43, 38x49, 50-44, 49x40. 47x42,
37x48, 36-31, 48x34, een typische stand,
31-27, 32x21, 26x8, 2x13, 23x1, 34x18,
1x45 en wint. Een verrassende afwer
king.
No. 7. 44-40, 35x44, 50x39, 24x35, 28-23.
19x28 gedw., 34-30, 35x24, 39-34, 28x30,
27-21, 24x42, 21x3, 18x27, 3x15 en wint
Dit stukje was nog vrij moeilijk te
ontleden; vooral de schermutselingen
rond veld 30 zijn heel interessant.
No. 8. 16-11, 7x27, 37-31, 36x47, 31x22,
18x27. 33-29, 24x33, 38x9. 47x49, 9-4,
25x34, 4x39, (slaat 6 stukken) 49-43,
39-44 en wint. Een heel mooie ontle
ding met een verrassend motief. Vol
gende week komt het restant.
j
werd gedekt door Vrouw en C? Aas.
noord vervolgde met C>7 en de 9 van
zuid moest wel door west met de Heer
worden genomen.
West zag terecht in, dat er nog slechts
kleine kansen overbleven in schoppen -
en door harten na te spelen bracht hij
noord aan slag, zodat na het maken van
de resterende harten noord schoppen
moest gaan naspelen. Noord speelde +2,
oost Nt»5 en zuids <£8 deed goed werk
door wests <|»1Ö te forceren. Uiteraard
speelde west *4 na, in noord werd de
4»6 gelegd en oost moest nemen met 4»9.
OW hadden dus nu gemaakt 1 slag in
ruiten, 1 slag in harten en 2 slagen in
schoppen - doch op dit moment kon de
zuidspeler zeggen „Wie komt er in mijn
hokje?'' Immers of oost moest schoppen
maspelejr, waarddói; noord de resterende
3. slagen in die kleur zou krjjgen - óf
oost moest klaveren brengen, waardoor
zuid de rest van het menu zou kunnen
verorberen.
U moogt zich er nog in verdiepen hoe
of 3 Sans-atout gespeeld moet worden
als west met <^?3 uitkomt - wat aan de
aridern tafel gebeurde. Het is geen paren-
toernopi, dus overslagen zijn onbelang
rijk. De, juiste speelwijze met dichte
kaarten is direkt hartenaas te nemen en
ruiten te gaan spelen; op geen enkele
ivijze kunnen de 9 slagen nu aan zuid
ontsnappen. Snijdt men in harten, dan
dreigt het gevaar dat oost de slag wint
en klaveren gaat spelen - waardoor zuids
belangrijke entree verdwijnt. Met open
kaarten ziet u, dat zuid de eerste harten
kan laten lopen, waardoor hij oversla
gen zal gaan maken. Onverdiend, want
die 30 of 60 extra puntenstellen een
vaste winst van 600 punten in de waag
schaal. MIMIR
DEN HAAG, 9 sept. Schepeningen-
radio heeft vanmiddag melding gemaakt
van een S.O.S.-bericht dat door het En
gelse schip „Loch Garth" was uitgezon
den. Een goede minuut later seinde het
schip zelf echter dat het veilig in de
haven van Rotterdam lag en dat een
ongelukje in de zendinstallatie de oor
zaak van een loos alarm was geweest.
Tijdens een kleine revisie van de zen
der begon het automatische noodsein
plotseling te werken. De verschrikte te
legrafist meldde direct daarop de sein-
zaal van Scheveningen-radio, dat alles
wel is aan boord van de „Loch Garth"
en dat dit hopelijk zo zal blijven.
Zondag 11 september: 14e zondag ra
Pinksteren; eigen mis; 2 geb. HH. Protus
en Hyacinthus; (Roermond: 2 geb. H.
Otger); credo; pref. van de H. Drieëeen-
heid; —groen—
Maandag: H. Naam van Maria; eigen
mis; credo; pref. van O. L. Vr.; wit
Dinsdag: Mis van zondag; groen
Woensdag: Verheffing van het H. Kruis;
eigen mis; cDredo; pref. van het H. Kruis;
—rood
Donderdag: Zeven Smarten van O. L. Vr.;
eigen mis; 2 geb. H. Nicomedes; credo;
pref. van O. L. Vr.; wit
Vrijdag: HH. Cornelius en Cyprianus,
martelaren; mis Intret; 2 geb. HH. Euphe-
mia en gez.; —rood
Zaterdag: Stigmata van de H. Franciscus;
eigen mis; —wit—; Den Bosch, Brede en
Roermond: H. Lambertus, bisschop-mar
telaar; eigen mis; 2 geb. H. Franciscus;
—rood
Zondag 18 september: 15e zondag na
Pinksteren; eigen mis; 2 geb. H. Josef van
Cupertino; credo; pref. van. de H. Drieëen-
heid; —groen
(Advertentie)
rapjwij
AMA
De oorspronkelijke bewoners van het Peruaanse bergland beoefenen muziek op
tokkel-instrumenten van eigen vorm, waarbij ze gekleed zijn in originele kostuums.
Chicais ligt in een open plek in het
Amazone-woud van Noord-Peru. Het is
omgeven door een vruchtbare en weel
derige plantengroei: enorme woudreuzen
met diepgroene bladeren vormen een
donkere achtergrond voor de fleurige
kleuren van de bloemen en het gezang
van ontelbare vogels. Uit de jungle, die
het slechts een paar honderd vierkante
meter grote dorp omsluit, komenvreem-
de geluiden, die zich vermengen met het
gezang van vogels, het grommen van
wilde dieren, het zoemen van de mil
joenen insecten en het Voortdurende ge
ruis van de bomen.
In dit Chicais horen de Aguaruna-In-
dianen thuis, die een bruinkleurige huid
hebben, brede neuzen, dikke lippen en
zachte wat verlegen ogen. Zij vormen
een vredelievend, wat naïef volk met
wellevende manieren, zij hebben het
kwaad dat geweldpleging heet uit hun
midden geweerd reeds voordat zij in
contact kwamen met de moderne be
schaving en hun edelmoedigheid ver
rast dan ook iedere bezoeker.
Om dit volk van de Aguaruna-India-
nen te kunnen bezoeken moet men eerst
het vliegtuig naar Lima nemen, waar
na men de majesteitelijke toppen van
het Andesgebergte passeert om tenslot
te in Pucallpa te landen. Pucallpa is
een van de twee steden, die in het Ama
zone-woud zijn gebouwd. Van hier kan
men de reis op twee manieren voort
zetten: per boot, maar dat kost weken
of per watervliegtuig.
Sommige stammen schrikken heel erg
van zo iets onschuldigs als niezen en dit
komt, omdat verkoudheid een van de
ergste ziekten in de jungle is en niezen
betekent voor hen dus zo iets als een na
derend onheil. Er is ook wel eens een
poging gedaan om de bewoners van
het dorp der Aguaruna's de slechte ge
woonte in onze ogen dan van het
spugen af te leren. Maar dat begrepen
zij niet. Zij geloven n.l. dat alleen een
man, die spuugt terwijl hij praat de
waarheid spreekt en als iemand hun dus
probeert wijs te maken, dat men niet
moet spugen wil hij hen in feite tot leu
genaars maken.
Nog slechts een paar jaar geleden
leefden de Aguaruna's als nomaden in
Boven-Maranon in Peru, maar thans
hebben zij reeds 10 dorpen gebouwd.
Tweetalige scholen pogen nu de kinde
ren onderwijs te geven en er zijn al ve
le jonge Aguaruna's, die Spaans spre
ken.
De mensen van Chicais dragen ge
woonlijk een licht katoenen tuniek, maar
op feestdagen kleden zij zich in kos
tuums, die overvloedig versierd zijn met
glazen ornamenten en zilveren munten.
De 300 inwoners van Chicais wonen
in ongeveer 20 hutten, waarvan de vloer
gevormd wordt door aangestampte aar
de, waarop gewoonlijk stromatten wor
den gespreid. In een hut wonen verschil
lende families bij elkaar. Midden in het
dorp staat een wat grotere hut, waarop
een vlag staat en waarvoor een muskie
tengaas hangt: dat is de school.
Iedere avond als de inwoners van Chi
cais al in diepe rust zijn verzonken, kan
men hier de vier Indiaanse onderwijzers
en het schoolhoofd bijeen vinden, ter
bespreking van de gebeurtenissen van
de afgelopen dag.
v;
Primitieve vaartuigen in het Amazone-gebied.
Bewoner van de Peruaanse hoogvlakte.
Midden in het bos hadden de mie
ren een grote stad gebouwd.
Een mooie stacj, met allemaal
gangetjes, straatjes en oversteek-plaat-
sen. Toch vonden de mieren dat hun
stad nog niet mooi en groot genoeg
was. Ze vonden het nooit eens welle
tjes en zonder ophouden bleven ze door
bouwen. Ze werkten van 's morgens
vroeg tot 's avonds laat. Zë sleepten
takken en blaadjes aan. En een hele
boel andere dingen, die ze konden ge
bruiken in hun mooie mierenstad. Je
hebt misschien wel eens gehoord dat
de mieren het vlijtigste volkje is, dat
er in de dierenwereld bestaat. Daarom
zul je ervan ópkijken, als ik je vertel,
dat er ook een luie mier bestond. Het
was Maffianus de mier, die de hele
dag languit in het zand lag te niksen.
Het was dan ook een mier van niks.
Een leegloper en een slaapkop. Het
was gewoonweg geen gezicht zoals die
mier daar lag. Als het nu een torretje
was geweest of een kleine kever,
nu ja, voor zo'n dikkertje zou het er
minuimm
Huize Petrle!
Een zenuwachtige man heen en weer
lopend door de kamer.
Een bijna bewusteloze vrouw in de
grote leunstoel.
Boze stemmen, over en weer: oom
Paul en tante Paulina!
„Als ik een half uur eerder op de
boerderij gekomen was, had ik Pim met
dat pokkenpakket te pakken gehad. Nu
hing die aap van een jongen me in de
lucht uit te lachen...
Even was er stilte in de kamer: Toen,
plots, tante Paulina, opverend uit haar
stoel.
„Het leek wel, of de jongen er de
lucht van had, dat ik kwam
Paul... jij hebt Pim toch niet gewaar
schuwd?...
Weer even stilte. Toen oom Paul:
„Als je 't weten wilt, Paulina... ja,
dat heb ik wèl gedaan. IK heb Pim
een telegram gestuurd en hem gezegd,
dat hij mijn vliegtuig moest redden."
Tante Paulina zakte weer in haar
stoel weg en jammerde:
„Maar dan is het jouw schuld, dat de
arme jongen nog niet terug is. Het is
jouw schuld, als die lieve Pim een on
geluk krijgt....
Ja, wie weet, waar de stakker neer-
févallen is... Allemaal jouw schuld
aul!"
„Ja vrouw, ik weet het. Het is mijn
schuld. En ik neem die schuld graag
op me. Want mijn grote uitvinding is
me heel wat waard. Ik ben echter geen
ogenblik bang, dat er iets met het toe
stel gebeurd kan zijn. Daar kan niets
mee gebeuren. Alleen zou ik ook graag
willen weten, waar ons pleegkind is.
Daar zijn we tenslotte verantwoordelijk
voor. En daarom ga ik dadelijk alles in
het werk stellen, om meer over hem te
weten te komen. Ik ga naar de politie,
ik ga naar Schiphol, ik bel desnoods al
le vliegvelden van Europa op... Het kan
me niet schelen, hoeveel tijd en hoeveel
geld het me kost. Ik zal Pim behouden
terugvoeren. Maar... één ding moet je
weten Paulina. Ik moet het je nu zeg
gen. Je hebt natuurlijk helemaal geen
idee hè, waarom die jongen gevlucht is
en niet zo gauw terugkomt...
Tante Paulina zuchtte. Nee, ze had
werkelijk geen idee,
„Dan zal ik het je zeggen!" vervolgde
meneer Petrle. En heel langzaam sprak
hij de woorden uit: „Pim is bang voor
je!"
Weer veerde tante Paulina op.
„Bang voor mij!" herhaalde zij. „Ik
die als een moeder voor hem zorg. Ik,
die zoveel van mijn tijd aan hem be
steed; urenlang met hem oefen, om dat
spraakgebrek af te leren... ik...
Tante Paulina was nog lang niet klaar
met haar litanie van goede daden ten
opzichte van Pim.
Maar haar man onderbrak haar:
„Ja, hij is bang voor je. En hij haatte
je spraaklessen. Hier... hier heb je zijn
•laatste brief aan zijn vader, die ik op
zijn kamer gevonden heb. Lees die maar
terwijl ik weg ben."
Meneeer Petrie wachtte geen verder
antwoord af: Hij verliet de kamer en
ging op speurtocht.
Het werd een hopeloze tocht.
Op het politiebureau:
„Nee meneer Petrie. Het spijt ons
voor u. Maar er is geen enkel bericht
over uw raket binnengekomen. En Pim?
Nog nooit van gehoord meneer. Maar
we zullen een onderzoek instellen. Na
tuurlijk, daar kunt op rekenen. We heb
ben echter zo'n idee, meneer, dat uw
Pim voor de avond valt, wel in de ar
men van Tante Paulina zal liggen. Dat
laatste betwijfelde meneer Petrie al
heel sterk.
Maar hij had de politie al genoeg
verteld. Hij belde Schiphol op. Het
werd een lang gesprek. Zeker, op
Schiphol wisten ze wel iets meer.
Ja, daar was die Pim Puister inder
daad geweest. Ja, met zo'n klein toe
stelletje. Een leuk ding wel, meneer.
Het kon prachtig recht omhoog de
lucht ingaan. Ja, dat hadden de heren
op Schiphol gezien. Ze waren net te
laat. Jammeranders zou er niets
gebeurd zijn en Pim weer in eigen
huis rondspringen.
Maarwaar hij nu heen was?
Ja, dat wisten de heren ook niet.
Hij had geen boodschap achtergelaten.
Na het eten van de moorkoppen was
ie verdwenen.
Zeker, ze zouden met andere vlieg
velden contact opnemen om iets na
ders van Pim en zijn raket te weten
te komen.
Ja, meneer Petrie, een beroerde ge
schiedenis. Maar misschien toch ook
een klein beetje uw eigen schuld
Dat was Schiphol. Oom Paul wist
het. Een beetje zijn eigen schuld.
Een beetje? Een beetje? De man be
gon onwillekeurig Teddy Scholtens
lied: een Beetje te neuriën.
„Welja, zing ook nog!" jammerde
tante.
„Met huilen krijgen we Pim ook niet
terug. Er zit niets anders op, dan
rustig tot morgen te wachten!"
„Je valt me tegen, Paul!" zei tante
Paulina beslist. „Ik had er op gerekend,
dat je zo knap zou zijn, dat je Pim
voor het vallen van de avond binnen
zou hebben. Dan had ik hem voor het
slapen gaan nog even onderhanden
kunnen nemen. Iemand die zulke on
dankbare brieven schrijft, verdient
straf."
„Ja, dat ontbreekt er nog maar aan!"
zei meneer Petrie.
„Of het al niet erg genoeg is, dat
we zo de nacht moeten ingaan. Met
geen enkel bericht over Pim!"
Deze woorden waren alweer voldoen
de, om tante Paulina in tranen te doen
uitbarsten. Ineens was ze weer vol me
delijden met die arme Pim. Maar hui
len noch klagen hielp hier.
Het werd angstig wachten.
Door heel Nederland galmde de
naam Pim Puister. Iedereen hoorde
plots over „pocketraket Paulina" pra
ten. Maar niemand kon inlichtingen
geven. Pim en raket schenen spoorloos
verdwenen.
Het werd een nacht van akelig wach
ten en luisteren in huize Petrie.
Tante Paulina snikte voortdurend.
Zo nu en dan hield ze dat snikken even
in, als er voetstappen door de donkere
stille straat klonken. Zou dat Pim zijn?
Als het hem wasnou dan zou
Tante Paulina staakte haar wraak-
gedachten en snikte verder.
Oom Paul sliep ook slecht. Hij was
toch wel een beetje bang. Pim was
nog zo jong en hij vloog voor de eer
ste keer met een toestel, waarmee nog
nooit iemand gevlogen had.
En dan weer: er kan hem toch
eigenlijk niets gebeuren. Hij is in mijn
pocketraket volkomen veilig. Hij kan
uren, dagen, weken met dat ding in
de lucht blijven...
Jammer, dat hij niet meteen radio
in de raket aangebracht had. Met een
klein zendtoestelletje... Dat waren nog
toekomstplannen.
Nu was er onrust! Waar zat die
Pim?
Voetstappen in de straat? Stemmen?
Och nee, dat dacht oom maar. Wat
duurde die nacht lang...
Eindelijk begon het te dagen in het
oosten.
Meteen maar bellen: politiebureau!
Nee, niets van Pim gehoord. Overal
radioberichten verzonden. Geen enkel
antwoord... Rotterdam was en bleef het
laatste aanknopingspunt. Daarvandaan
was de raket verdwenen... Misschien
naar de maan? informeerde de dienst
doende inspecteur. Oom Paul bromde.
Schiphol! Ook daar een tasten in het
duister. Van andere vliegvelden geen
enkel landingsbericht ontvangen. Ten
slotte moest de landing van zo'n klein
vliegtuigje en een nog kleiner pilootje
toch wel opvallen. Ja, ja men bleef
waakzaam op Schiphol... Zo gauw men
iets wist zou men bellen. Zeker me
neer Petrie, daar kunt u op rekenen.
Tante zat al aangekleed voor het raam,
toen oom gebeld had.
„Is ie er?" vroeg ze, hoewel ze 't
hele gesprek had kunnen volgen.
„Misschien ligt die arme Pim al op
de bodem van de zee!" vervolgde ze.
En dat zou allemaal niet gebeurd zpn.
als
„Dat doet er niet toe!" riep meneer
Petrie kwaad. „Mijn geduld is op. Ik
zal Pim opspeuren. Wat er ook ge
beurt, ik zal hem vinden. Ik voel me
tot alles in staat!"
Gelukkig, dat tante Paulina niet be
greep, waartoe haar man in staat was.
Dat zou ze spoedig genoeg ontdekken.
Nu hoorde ze de deur achter hem
dichtslaan.
Zelf zakte ze langzaam achteruit in
haar stoel...
(Worttt vervolgd
nog mee door kunnen. Maar een mier
die luiert, dat lijkt nergens op. Nu wist
Maffianus zelf niet, hoe verschrikkelijk
onfatsoenlijk het stond om zo lui te
zijn. Als hij om zich heen keek, zag
hij allemaal vlugge en vlijtige mieren
en hij vond het heel plezierig om dat
gedoe zo eens aan te zien. Maar hoe
hjj er zelf bij lag, zo lui en zo soezerig,
dat wist hij eigenlijk niet. De andere
mieren waren de hele dag zó druk aan
het werk, dat ze Maffianus niet eens za
gen. Ze hadden geen tiid om op of om
te kijken. Ze letten eigenlijk nergens
op. Als ze maar werken konden. Mis
schien zouden ze wel nooit te weten
zijn gekomen, dat er in hun stad een
luie mier was, als Janus en Joris Mier
er niet geweest waren. Die Janus en
die Joris Mier sjouwden op een middag
met een zware balk door het bos. Ze
praatten niet. ze keken niet om zich
heen, ze sjouwden maar. Toen kreeg
Joris de kramp in zijn poot. Hij zei
„au" en keek eens om naar Janus, die
achter hem liep. Zouden we eventjes
rusten? stelde hij voor. Een minuutje
dan! zei Janus royaal. Ze legden de
balk op het mos en wat zagen ze daar?
Een mier, die met uitgestrekte poot
jes lag te luieren.
Ki-jk daar eens! riep joris. Hij liep
naar Maffianus toe en vroeg: bent
u niet lekker geworden? Misschien de
mierenziekte of zo?
Uh... nee, stotterde Maffianus ver
schrikt. want hij begreep natuurlijk
wel, dat het geen pas gaf om lui te
zijn.
Soms van een steiger gevallen? in
formeerde Janus. Is er soms wat ge
broken? Maffianus wist niet wat nij
zeggen moest. En opeens geeuwde hij,
heel slaperig en heel lui. Nu is geeuwen
op klaarlichte dag bij de mieren iets
heel ongehoords.
Janus en Joris deden een stapje ach
teruit, namen toen zwijgend de balk op
en stapten verder. Dat ventje moeten
we eens in de gaten houden, fluisterden
ze, toen ze een eindje uit de buurt wa
ren. Dat is er ge-en van het goede
soort.
Vanaf die dag gingen Janus en Joris
onder het werk speciaal op de luie
mier letten. En ja hoor, de ene dag
zagen ze hem tegen een paardebloem
hangen. En de volgende dag lag hjj
te dutten met zijn kopje in het zand.
Maar werken deed hij nooit. Janus en
Joris waren helemaal van streek. Ze
vonden dat zoiets niet langer door de
beugel kon. En op een dag, toen Maf
fianus achter een paddestoel lag te sla
pen, grepen ze hem beet en tilden hem
vierkant op hun schouders. Maffianus
begon te spartelen en te schreeuwen.
Maar Janus en Joris waren door al
het werken wat ze deden, veel sterker
dan hij. Ze hielden hem stevig vast
en droegen hem naar het paleis van
de mierenkoningin. Die kwam ontdaan
naar buiten en riep: wat zullen we nu
hebben? Twee mieren met een andere
mier op hun schouders? Wat moet
dat? Zijn er soms geen balken meer
nodig in de stad. Wat heeft dat te be
tekenen?
Een luiaard, majesteit, zelden Janus
en Joris en ze tikten aan hun pet. De
ze mier werkt niet. Hij doet niets an
ders dan luieren en slapen. We hébben
het zelf gezien.
De koningin begon dadelijk de nood
klok te luiden. Daarop kwamen alle
mieren uit de omtrek naar het kasteel
gerend. Er is zeker oorlog of zoiets,
dachten ze. Maar wat zo zagen en
hoorden was haast al even erg. Een
mier die niet werkte! Van schaamte
en verdriet vielen ze allemaal doodstil
achterover op het pleintje voor het
kasteel. Niemand die zich nog kon be
wegen of nog een poot verzetten kon.
foen Maffianus al die doodstille mie
ren zag, begon hy helemaal te bibbe-
ren. Het was dan ook een verschrikke-
j j §ezlcï}L Allemaal, mieren die niets
deden. Die zich niet verroerden. Het
leek wel of het helemaal geen mieren
meer waren. Maffianus de mier
sprong op en begon te huilen. Heb ik
er °S ,zo bÜ gelegen, toen ik achter
paardebloemen en paddestoelen de lui
lak uithing? snikte hjj.
Janus en Joris knikten ernstig van
„ja". Ze stonden met gevouwen voor
pot-en achter Maffianus. Precies het
zelfde, zeiden ze.
Maar ik wist niet dat het zó erg
was, fluisterde Maffianus zacht. Ik zal
het nooit meer doen. Ik wil vlug en
vlijtig worden, net als jullie. Och. mie
renbroertjes en zusjes, sta weer op als
jeblieft en doe maar weer gewoon.
Toen wreef Maffianus zich in de
voorpoten en tilde een enorme bosbes
van de grond, die juist uit de lucht
was komen vallen. En terwijl de an
dere mieren langzaam overeind krab
belden, stapte Maffianus weg met de
bosbes op zjjn kopje. Ze renden alle
maal achter hem aan om te zien of
hij werkelijk aan het werk zou blijven.
Zejzagen het al gauw genoeg. Maffia
nus draafde de hele dag door met bal
ken, takken en blaadjes. Hij draafde
ook de volgende dag en alle andere
dagen van het mierenjaar. Hij had ge
zien hoe een mier die niet werkt, er
uit ziet. Hjj zou het nooit meer ver
geten. Maar de geschiedenis van Maf
fianus de luie mier werd wél vergeten.
Ook al kwam die in de boskrant te
staan en al werd die omgeroepen door
de bosradio. Mieren hebben geen tjjd
voor kranten of radio's. Ze werkten
dopr aan hun eigen stad. Die werd
groter en groter. Er kwamen pleintjes
bjj en bruggetjes. En er kwam ook
een grote tunnel. Nu heb ik met mjjn
eigen ogen gezien, welke mier er het
hardste werkte. Dat was Maffianus.
Maar de mieren zelf letten daar niet
op. Mieren hebben nooit tijd voor iets.
Zelfs niet voor een wedstrijd in het
dóórwerken.
LEA SMULDERS
De meester gaat verhuizen
van Warffum naar Uithuizen.
Wat neemt hij mee?Een hele boel:
Een tafel en een leuningstoel,
een klokje met een klepel,
een mes en vork en lepel,
twee bordjes en een koffiekop,
een kussen met een poes er op,
twee jassen en twee broeken,
en stapels, stapels boeken.
En wat gaat er nog verder mee?
Een televisietoestel Nee,
daar zou hij nooit aan wennen.
Wel honderdduizend pennen,
en pakken schriften, blauw en groen,
daar kan hij heerlijk veel mee doen.
Tien stufjes en tien latjes,
een kladblok voor zijn kladjes,
een wereldbol, een zonnebril,
een opgezette krokodil.
Wie zal die boel verhuizen,
van Warffum naar Uithuizen?
DE KINDEREN, dat spreekt vanzelf.
Er lopen er al honderdelf
te zingen met hun vrachtje:
„Ha, lekker een vrij dagje!"
De meester houdt zijn hoofd wel koel.
Soms rust hij in de leuningstoel,
't Gaat prettig dat verhuizen
van Warffum naar Uithuizen.
VERA WITTE