Waar horen de torenhuizen thuis?
UTRECHTSE TORENFLAT
ROEPT GEEN RUIMTE OP
De mens is een ruimtedier
Handwerk basis voor
hanteren machinepark
Gemeentelijke herindeling van
Goeree-Overflakkee
Opening Zuid-Hollanddagen
Schoenherstellers
in Emporium
rmm
I Ir
Pastoor gedood
door kolendamp
Bromfietsdieven
opgespoord
ILangere startbaan
MISSIEBISSCHOP IN
CONFLICT MET
GROTE PARTIJEN
Succesvolle actie vat1
Haags burger
4gent van verboden
loterij betrapt
NZH
N S C—N D C
WOENSDAG 9 NOVEMBER 1960
Het zal rond veertig Jaar ge
ledien zijn, dat ir. A. Siebers
na een aanvullend studie
jaar ia Amerika naar het vader
land terugkeerde. Hij bracht een
vracht notities mee en putte daar
uit voor een reeks onderhoudende
artikelen in De Maasbode. Ik her
inner me uit die artikelen maar
één zinsnede, maar het is juist
degene die ik hier nodig heb. Het
ging over de wolkenkrabbers,
waarvan iedere stad die zich res
pecteerde er toch minstens één
moest hebben. Hier komt het zin
netje: „Dat hoort erbij als de oli
fant m het drcus".
door prof. ir.-
M. J. CRANPRÉ MOLIERE
„Plasticinfectie"
Twee prijzen voor patroon
IN NYASSALAND:
Politie nam inleggelden
(10 mille) in beslag
Roer niet
te veel in
onze oude binnensteden
We hebben daar toen om geglim
lacht. „Die naïeve Amerikanen toch",
zeiden we bfj cms zelf. Nu lach ik niet
meer: nu willen wjj het ook. Wjj wil
len ook olifanten in onze tent. Wt) wen
sen niet minder Jong, niet minder Ju
veniel te ztJn dan de Amerikanen. Het
is nu aan deze elephantiasis dat ik, op
gewekt door een geharnast artikel van
Jan Engelman over het torenbouw-plan
op de Neude te Utrecht (in uw blad
van 22 oktober), een beschouwing wil
wijden; en wel aan de torenflat meer
in 't algemeen, als tijdverschijnsel.
Ik veronderstel nu dat alle argumen
ten. die worden aangevoerd ten gerie
ve 'van werk- en woontorens, by u vol
doende bekend zijn. Misschien ook niet;
dan is het zoveel te beter. Want het
zijn niet de cijfers en argumenten die
over ons lot beslissen, maar een ge
heimzinnige, verborgen heerser, een
hardnekkige anonimus, namelijk het
menselijk instinct.
Wat heeft dit machtige instinct, dat
in het hart van mens en dier is geves
tigd, te zeggen? Waarop is het gericht?
Het is gericht op de verwerkelijking
van de natuur. Nu, van nature zijn we
symbool-dieren. Zo zou men de mense
lijke natuur zelfs kunnen definiëren.
Laat ik om niet uitvoerig te worden
daarvan stilzwijgend mogen uitgaan.
Ons instinct is gericht op het symbool
als vorm van zelf-expressle. De grafo*
logen wisten het al lang. De Kerk heeft
het altijd geweten. Sinds kort weten de
pathologen het ook.
Of het ook voldoende bekend is aan
de apostelen van het functionalisme,
dat Is een andere vraag. Ze kijken wel
heel eenzijdig naar de tegenoverge
stelde kant Ze kijken zo aandachtig
naar de sakelijke motieven, dat het
hun wel eens ontgaat dat het Instinct,
gestoken in het kleed der zakelijkheid,
zich ook in hun werken niet onbetuigd
laat Het is nu mijn bedoeling te gaan
onderzoeken in welke architectuur
symbolen de mens van heden zich
bij voorkeur uitspreekt
Het komt me voor dat met het to
renhuis en met zijn antipode, de bunga
low, twee van de voornaamste, zo niet
de allervoornaamste zijn genoemd.
Welk woord spreken deze beide bouw
typen uit? De bungalow spreekt onmis
kenbaar van de eenzaamheid, die ons
in deze eeuw zo goed bekend is en die
Dok op andere terreinen, zoals dat van
de psychologie en van de literatuur, in
het brandpunt komt. Het torenhuis, dat
or b verder zal bezighouden, getuigt van
massificatie. Maar de massamens is
evengoed eenzaam als de teruggetrok
ken buitenman. Het torenhuis staat dus
in een leegte. Ik kom daarop terug.
De massamens is inwendig ledig en
hunkert daarom naar buiten. Ook dit
komt in het torenhuis tot uitdrukking
doordat het rondom is bekleed met glas.
Het registreert in een taal, die de dui
delijkheid heeft van het symbool, wat
we werkelijk op weg zijn te worden.
Daarom is het torenhuis ons uit het
hart gegrepen. Daarin is de werfkracht,
de onweerstaanbaarheid, van dit bouw
type gelegen.
Dit is dus de juveniele wijze waarop
wij heden betuigen, dat we een groot
tijdperk van de geschiedenis ingaan en
dat we vastbesloten zijn ons aandeel
daartoe bij te dragen, al moeten we
Rotterdam; Maastorenflat van Maaskant.
ook daarvoor de kroon van ons per
soon-zijn afleggen.
Wie zal dit veroordelen? Is het niet
eerder lofwaardig? Kan in dit vroege
uur, waarin de springvloed van nieu
wigheden over ons komt. meer van ons
worden gevraagd? En ais dit zo is, zal
men dan niet wensen dat zulke torens
niet alleen aan de zelfkant, maar ook
in het hart van de stad verrijzen, zoals
nu in Utrecht? Als de oude stad, om
nog verder te vragen, daarmee in be
ginsel wordt opgegeven, is dat dan niet
juist het bewijs van ons vertrouwen in
de grote tijd die we thans binnengaan?
En tenslotte, wat wil men, mag men de
oude steden laten sterven en tot een
oneigenlijk museum laten verworden?
Welk recht heeft het verleden nog op
ons?
Afsluiten
Op deze vragen kan een eenvoudig
antwoord worden gegeven. Dit ant
woord is dat we, door ons op te sluiten
in het heden, ons ook afsluiten van de
nieuwe tijd. Het heden is een schakel
in de keten tussen verleden en toe-
beoogt iets anders. Laat ik dit aan de
hand van de Utrechtse torenflat
trachten te omschrijven. Dit toren
huis munt uit door gladheid, doorzich
tigheid en homogeniteit. Het gelijkt
een bergkristal. In deze karakteris
tiek ligt waardering en kritiek; alle
waardering die u maar^ wilt en alle
kritiek die u wellicht niet zult wen
sen. In elk geval resoneert het op
de geest van de tijd.
Deze tijd immers Is gericht op strik
te eenvoud en op indringendheid en
onmiddelijkheid van uitdrukking. Tot
aan ontbloting toe. Ja, deze term schijnt
voor alle facetten van het leven te gel
den. Hij geldt voor de zin van oprecht
heid, daarbovenuit tot in de mystiek
en daaronder tot aan de gebieden van
zakelijkheid en van lichamelijkheid. De
ze ontblotende tendens geldt ook voor
de architectuur en hier gaat ze uiter
aard gepaard met schaalvergroting.
Het torenontwerp voor het centrum
van Utrecht blijkt daaraan te beant
woorden. Het is hoog en zeer eenvou
dig van verschijning. Eigenlijk niet
eenvoudig, maar eenzinnig. Daardoor
niet te vermijden. En waar ze gemaakt
wordt, is er de breuk met het verleden.
Nu zullen veel van mijn vakgenoten
zich tekort gedaan voelen. Niet waar?
Het is er u juist om te doen het huis
te openen op de wereld? U maakt het
zelfs zo, dat men niet eens bemerkt
waar men het huis binnenkomt. Zeker,
ik erken uw goede bedoeling. Ik heb
eerbied voor iedere echte overtuiging.
Maar ik heb de mijne. Die zegt me dat
iemand, die sprekende zijn woorden
laat ineenvloeien, niet spreekt, maar
bazelt. Dat iemand, die schrijvende de
letters laat uitlopen, niet schrijft, maar
knoeit. Da- iemand die de mensen sa
menbrengt tot een massa geen ge
meenschap sticht, maar de chaos ont
ketent. Ik spreek omdat ik er zeker
van ben. Ik ben er volkomen zeker van,
dat iemand die ruimten doet vervloei
en geen ruimte schept, maar ledigheid
laat. En ik durf het ook te zeggen om
dat ik het herstel alweer zie intreden.
Het gaat hier over het a.b.c. van
de architectuur. Laat me er dus iets
meer van mogen zeggen. Ruimte ont
staat niet door een afscheiding met
coulissen. Ze ontstaat niet zonder iets
dat aan het ledige is tegengesteld,
dus niet zonder plastiek. Wij kennen
nu eenmaal uitsluitend door tegen
stelling, door bevestiging en ontken
ning, omdat we zelf staan tussen zijn
en niet-zijn. Men bouwt heden in glas
gordijnen. Goed. Maar een glasvelum
is niet plastisch. Men blijft ermee in
een, wellicht schitterend, voorhof van
de architectuur.
Laat ik dan op dit a.b.c. nog wat
dieper mogen ingaan. Want alles komt
voort uit één beginsel, en als we het
daarover eens worden, dan komt de
rest vanzelf: een waaier van mogelijk
heden, alle verschillend gericht, onder
ling één.
Dat de architectuur ruimte-kunst is,
dat, hoe men het ook doen mag, haar
onveranderlijke doel blijft aan de mens
zijn passende ruimte te geven, daarover
is iedereen het wel eens. Maar bij het
ruimtebegrip zelf gaan de wegen uit
een. Sommigen maken weinig onder
scheid tussen leegte en ruimte, anderen
zelfs in 't geheel niet; weer anderen, en
daartoe behoor ik, en naar ik meen
ook ons hele voorgeslacht vanaf de
tempelbouwers toe, gaan uit van de
tegenstelling tussen beide.
Onder ruimte versta ik de aan de
mens aangepaste uitgebreidheid, een
omgeving dus waarin hij zijn eigen
aard en plaats heeft uitgedrukt; die
dus spreekt, die een symbool is, van
de heerschappij van de mens over de
cosmos. Het specifieke werk van de
mens bestaat erin leegte om te schep-
komst. Het leven is een keten, niet al
leen biologisch, ook cultureel. Een lang
leven is, volgens de Schrift, alleen weg
gelegd voor die volkeren die eerbied
hebben voor het voorgeslacht.
Maar zo wil ik er me niet van af ma
ken. De vraag is juist, wat men van
het verleden heeft te erkennen om. in
de kracht van dat inzicht, een nieuw
tijdperk te kunnen ingaan.
Bij de bespreking van dit punt zal Ik
me zo strikt mogelijk tot de hoofdzaak
bepalen. Ik bepaal me tot één gemeen
schappelijke trek die is waar te nemen
aan de bouwwerken vanaf het oude Ro
me tot aan die van Berlage toe. Al de
ze werken zijn ruimte-scheppend. Ze
laten inwendig ruimte ontstaan, buiten
zich roepen ze ruimte op. Zo wordt het
inwendige met het uitwendige verbon
den, niet door vervloeiing of transpa
rantie hetgeen de moderne middelen
zijn maar door een ruimtelijk com
positum. Uit de compositie van deze
composita groeit dan de stad. Of men
nu de huizen zij-aan-zt) samendringt om
kleine pleinen en smalle straten, zoals
eertijds, of ze wijd uiteenlegt, zoals nu,
dat maakt geen wezenlijk verschil. Al
leen is voor deze tijd de vlucht uit de
ruimtelijkheid in de wijdheid zonder
meer gemakkelijker geworden. U moet
namelijk weten dat tussen ruimte en
alleen maar wijdte eenzelfde onder
scheid bestaat als tussen muziek en la
waai.
De moderne architectuur als het
geoorloofd Is een zo geschakeerd ge-
Bied onder één noemer te brengen
ook niet groot, maar mateloos. Hierin
stemt het met het kristal overeen, dat
geen eigen schaal'en geen eigen struc
tuur heeft.
Daarmee Is dus de kritiek al Inge
zet. Toch gaat het me om iets anders
dat nog meer het wezen van de archi
tectuur raakt. Deze toren heeft name
lijk ook met het kristal gemeen, dat hij
zuiver autonoom is gedacht. Hij staat
er. Hij is voor zichzelf alleen. Er wordt
geen ruimte opgeroepen, noch Inwen
dig, noch naar buiten. Dat de architect
zich
zich op het paleis op de Dam beroepen
heeft is verklaarbaar: dit is, b(j mijn
weten, het eerste gebouw in Nederland
dat afwijzend naast zijn buren staat in
een ondefinieerbaar ledig.
Deze kritiek, die het hart van de ar
chitectuur raakt, geldt voor de meeste
torenhuizen. Daarmee zijn onze archi
tecten, helaas, een slag achter. Want
onze filosofen en theologen weten reeds
lang dat het persoon-zijn bestaat in een
„être soi étant 5 un autre". De ar
chitectuur is gelegen in het deelheb
ben aan de stadruimte. Schoorvoetend
gaat men met de nieuwe torenbouw ook
wel die kant op het nieuwe kantoor-
ontwerp voor Philips te Eindhoven be
wijst het maar toch is de fout bijna
gen werd een derde prijs toegekend e®
wel aan J. van Haasteren uit Schïeda
de klasse van het machinale werk.
De werkopdracht bestond uit het
stellen van een paar schoenen. De w
tijd het herstel werd door de aeei
mers thuis verricht was ongelirrntc
Het ging erom een resultaat te ver* -
gen dat mocht gelden als i;.een Juw
van een gerepareeiile schoen".
t 4"
Een deel van het ingezonden werk
in Emporium is geëxposeerd bij gew3
heid van de vijfde Zuid-Hollanddagen
aisteren en vandaan werden gehoua
ROTTERDAM, 8 november. In ge
bouw „Emporium" zijn gisteren voor de
vijfde maal de Zuid-Hollanddagen begon
nen voor de schoenmakers. Deze jaarlijks
terugkerende vakwedstrijd voor Zuid-
Holland met daaraan verbonden een vak-
tentoonstelling, werd geopend door de
voorzitter van de Stichting Vakopleiding
in de schoenmakerij, de heer H. Snieder.
„De plasticinfectie waar ons vak aan
geleden heeft, kon geen schade aan het
ambacht toebrengen", aldus de heer Sme
der. „Door gebruik van vervangingsarti
kelen bij de fabricage van schoenen wor
den deze bij slijtage vaak onherstelbaar.
Het is overigens de vraag of wij, schoen
herstellers, de reparatie indien deze
mogelijk was van dit schoeisel zouden
ambiëren. De vervangingsmaterialen be
tekenen voor de produktie van de schoen
hersteller vaak een rem. Het werkaanbod
is er echter niet noemenswaardig door
gedaald. Het is evenwel zaak, dat er door
de schoenmakerijen een zo groot moge
lijke service wordt gegeven en dat de
produktiecapaciteit in evenredigheid blijft
tot het werkaanbod. Een schoenhersteller
zoals men die tien jaar geleden zag wer
ken, is thans ondenkbaar. Ook de mecha
nisatie heeft haar intrede gedaan in ons
vak. Het is echter onmogelijk dat er goed
werk met behulp van een machinepark
kan worden verricht, zonder dat de her
steller het handwerk terdege beheerst.
Deze gedachte is dan ook de basis waarop
de vakopleiding is gebaseerd".
Van de ongeveer 1620 schoenherstellers
in de provincie zonden er dertig een
werkstuk ter beoordeling in. Zowel de
eerste als de tweede prijs werden ver
overd in de patroonsklasse door M. van
der Schans uit Delft in de machinale en
in de handwerkklasse. Bij de nleuwelin-
AKMtevdcwK Hoogbouw kt Stotermeer.
pen tot ruimte. Hoe vertrouwd we hier
mee mogen zijn, het is iets geheel bui
tengewoons. De mens heerst werkelijk
over de uitgebreidheid, hij alleen; en,
om het precies te zeggen, onmiddellijk
beschikt hij over niets anders. Maar
door het werkelijk te doen, maakt hij
de wereld herbergzaam, dat is; tot een
gelijkenis van het paradijs.
Niet zonder begrenzing
Nu is één ding zeker; ruimte ontstaat
niet zonder begrenzing, evenmin als
muziek zonder Beperking van duur. Zo
dra men de taal van de ruimte niet
meer verstaat wordt de begrensdheid
tot een kwelling. De vlucht begint.
Naar buiten; de bungalow, naar boven;
het torenhuis. De torenflat op de
Neude zal aan deze beklemming en de
ze vlucht uitdrukking geven. Zal men
ervoor capituleren? In elk geval zal de
weerstand niet krachtig zijn, want al
len zijn we gegrepen, tenminste ge
raakt, door het tijdsverschijnsel, dat te
recht de „obsession du fini" is genoemd.
Het heeft lang gedreigd; in de Gothiek
vinden we er al de sporen van en in
de Barok de duidelijke trekken. Maar
eerst nu is de breuk geslagen. In deze
eeuw van overmatige belangstelling
voor de eindige dingen is de keten ge
broken. Het instinct revolteert. Het eist
symbolen van eindeloosheid. Welke
kracht hebben dan nog redelijke over
wegingen?
Laten we dan, al zou het alleen ter
verademing zijn, een blik slaan in de
werkplaats van de voorouders. Nemen
we een beperkt terrein: de stads
gracht. Als verkeers-ader is het een
(verblijf-) ruimte in fageleide zin. Nu
gaan we eens na, hoe men eertijds is
te werk gegaan, om daaraan het
meer edele verblijf-karakter te ge
ven. Het verdiepte water draagt ze
ker tot de rust bij, maar dit staat
nog aan de functionele kant. Vrijwil
lig zijn al de lichte buigingen, die een
zekere beslotenheid geven en de vaart
een weinig afremmen. Vervolgens
treffen ons de boomalleeën, over het
water heengebogen, en het mozaïek
van het plaveisel. Dan komen ter
weerszijden de stoepen en vooral de
overhellende gevels. Deze hebben iets
van een gelaat: Ze beantwoorden on
ze blik.
Dit zi)n nu stuk voor stuk ruimte
scheppende middelen, waardoor ver-
keersbundels toch een wezenlijk woon-
baar karakter verkrijgen. Een enkele
wandeling door de Domstad zal het u
bevestigen.
De eigentijdse architectuur werkt met
andere middelen: de moderne huizen to
nen ons bij voorkeur hun benen, hun
buik of hun rug. Wat Maaskant heeft
willen uitdrukken, laat ik in het midden.
Wel mag er aan worden toegevoegd dat
er reeds een kentering plaats heeft en
dat men steeds meer huizen ziet verrij.
zen die een gezicht vertonen. Natuur
lijk met geheel andere middelen dan
voorheen.
Dergelijke vergelijkingen met het ver
leden zijn hachelijk. Men krijgt de naam
de klok te willen terugdraaien. Maar in
Utrecht: Torenflat in aanbouw.
feite zou ik ze wat sneller willen doen
lopen. Want zolang we bevangen blij
ven door de „horreur du fini", komen
we niet aan de eigenlijke architectuur
toe en evenmin aan de oplossing van
het vraagstuk der binnensteden. De uit
gangspunten zijn te veel aan elkaar te
gengesteld. Het is waar dat de schaal
vergroting die deze tijd gebiedt en de
eenvoud van compositie die hij eist,
een afstand scheppen met het verleden.
Maar dit betekent nog geen breuk. Niet
door de kracht van deze tijd, maar door
de zwakte, door het verzet tegen alle
beperking, is de scheuring veroorzaakt.
En zolang deze niet overwonnen is, zal
men torenhuizen en bungalows bouwen
die geen aandeel hebben aan de stads
ruimte. Zolang zal men de oude stad
aftakelen, telkens als stoepen worden
opgeruimd, grachten gedempt, bomen
gerooid, doorbraken geforceerd en ge
vels worden neergehaald. Zolang zullen
stad en land ieder jaar meer onher
bergzaam worden. En zolang zullen on
ze denkers en dichters blijven klagen
over de onbehuisdheid van een wereld,
waarin ze tegen hun wil zijn geworpen.
Daarom zou ik wensen dat we hier
weer bovenuit kwamen. Dat onze bin
nensteden verslijten en dreigen tot. een
levenloos museumstuk te verworden,
dat is niet noodzakelijk. Blijkbaar wel
voor ons. De problemen zijn zeker niet
eenvoudig, maar men stelt het vals voor
door ze voor onoplosbaar te verklaren.
Onoplosbaar zijn ze alleen voor ons.
Uitweg
Waf staat ons dan te doen? Het voor
beeld van Utrecht navolgen en door cen
trale torenhulzen te preluderen op een
totale omvorming van de binnenstad?
Dan gaat een stedelijk kunstwerk ver
loren; maar wat in de plaats komt
zal geen kunstwerk zijn en ook geen
stad. Dat wordt met enkel schaalver
groting, abstracte en astrale bouwwer
ken en een wrijvingloos verkeer niet
bereikt. Daarvoor zijn ruimtescheppen
de werken nodig. Wat op deze wijze
ontstaan zal, kan alleen een schablone
of een chaos worden: een dictatuur of
een anarchie. Een prettig alternatief is
het zeker niet.
Ik zoek de uitweg in een andere rich
ting. „Zichzelf zijn in de Ander", dat
is leven. Het impliceert; zichzelf te vin
den in net andere. Dit andere is de
ruimte. Ruimte, dat is echte woonbaar-
heid, het is een levenseis. Het klinkt
niet mooi, maar het bevat waarheid:
de mens is een ruimtedier, „het" ruim
te-wezen. Dat is: een bouwmeesterlijk
schepsel; een wezen dat zich uitspreekt
in de uitgebreidheid; in de taal van de
ruimte. Het is de taal die ieder mens
verstaat.
Dit inzicht hebben qnze voorouders,
Impliciet, bezeten. In die kracht van dit
inzicht zullen wij de nieuwe tijd tege
moet gaan. De bewoonbare wereld. Niet
alleen in onze kringen, maar ver daar
buiten, dringt het meer en meer door
hoe onbehuisd de moderne tijd de we
reld heeft achtergelaten.
Deze onbehuisdheid drukt zwaar op
de stedelijke overheden. Zij zijn met
problemen overstelpt. Ze worden, nu
en dan, haast gedwongen naar nood
oplossingen ite grijpen. In dit licht zal
men ook het beleid in Utrecht heb
ben te zien. Zullen wij architecten die,
bij het pogen gestalte te geven aan
de nieuwe tijd, zelf op zijwegen ver
dwalen, dit aan hen verwijten?
Er zijn vele dwaalwegen. Er is maar
één weg vooruit. Het is de weg die
voert tot de ruimte. Het is de vanouds
betreden weg; de enige die niet dood
loopt.
De conclusie ligt voor de hand; roer
niet te veel in onze oude binnensteden
totdat de beklemming der grenzen van
ons wijkt. Totdat we onszelf vinden In
het verleden.
MAASTRICHT, 9 nov. Gisteri»0/,'.
en is de 69_jarige pastoor J. H. 11
mans in Berg en Terblijt ^venloos,
zijn werkkamer aangetroffen. Hij
door kolendampvergiftiging om het jj
ven gekomen. De kolendamp, die 7,-e
lm de centrale verwarmimgsinstal'^j.
1 nde kelder van Ie pastorie had
wikkeld, was door het hele huis ge»0
ken.
De 7 „jarige zuster van de
mejuffrouw M. Halmaos. die als s"
houdster Bij haar broer werkzaam W.V
lag bewusteloos in bed. Zij werd O"1111/
dèllifk n,aa,r het ziekenhuis ,.st--£j"Jhé
dal" overgeforach/t. Na een medi?'
behandeling werd haar toestand beVI
digend genoemd. in
Toen gistermorgen de pastoor n' ,„311
de kerk verscheen, gingen de kape^
en de koster naar de pastorie. Zij
gen geen gehoor, maar in de werkkan„;j
van de pastoor brandde nog licht. r
waarschuwde de politie, die zich Het
bet inslaan van een ruit toegang t°'
huis verschafte. jgs
Naar schatting was de dood omstre®
twaalf uur 's nachts ingetreden.
BLANTYRE, 9 nov. (K.N.P.) *J.
Nederlandse missiebisschop mgr- ,y_
Theunissen, aartsbisschop van Blan 'jS
re in Nyassaind (Centrala Afrik») us
het middelpunt geworden van een
aanvallen va,n de grootste partij in.0ji-
Britse mandaatgebied, de Malawi c
grespratij. De voorzitter van deze P -
tij. Aleke Banda, heeft de bisschop j,,
van beschuldigd, dat hij zich actie'
de politiek heeft gemengd door de. lc
richting van een christen-demokrat>sc
partij. As,
In een herdelijke brief, welke de a~.ai)
bisschop vorige week in de kerken eP,
zijn aartsbisdom heeft laten voorlegt
weerlegt deze de beschuldiging en
hij erop, dat hij geen partij heeft <je
richt maar er zich toe heeft Beperkt
morele grondslagen aan te geven, 5.
op politiek moet worden bedreven.
salamd streeft thans naar zelfstandig" i5,
In de conferentie te Londen van juli e
te Banda van de Britse autoriteiten
middellijke zelfstandigheid voor Nya-°tas
land. De uitslag van de conferentie
de instelling van een parlement
tweeëndertig leden, van wie vijf BI»1
ken. 5.
De MalawLcongres partij is tot "A
ver de grootste partij van Nyassa130
De oprichting: van een christen.de"
kratische partij door een groep voor»3
staande katholieken (25 procent der
volking is katholiek) heeft de Ma'a
congres-partij zeer kwalijk opgenotn
vooral omdat de voorzitter der chrisPk
demokratische partij Chester Katson»"
is, voeger lid van de Malawi. „0-
De oprichting va,n de christen
kratische partij was voor Banda.
leiding mgr. Theunissen ervan te Ljj
schuldigen, dat hij een politieke P^,s,
had opgericht uit verzet tegen de -"'J
lawi. Mgr. Theunissen heeft in antwc0 e
Op deze beschuldiging verklaard: rrfé-
reactie van de Malawi congres.partiJ
monstreert wat deze partij eigenlijk jjj
De bisschop zie, dat de Malawi Pa
niet weet wat politiek is en bovendien
christenen en de christelijke beginse
haat.
ROTTERDAM, 8 november. Een Rot
terdamse chauffeur is door de recherche
betrapt op het ogenblik, waarop hjj, In
de Van Swietenlaan in Zuid, pakken met
ingevulde formulieren van de in ons land
verbonden Duitse Conti Lotto overlaadde
in de auto van de Haagse koopman U.
Duizenden formulieren en ongeveer 10
mille aan Inleggelden werden In beslag
genomen. Tegen de chauffeur, de koop
man en het schoonzusje van de chauf
feur Is proces-verbaal opgemaakt.
DEN HAAG. 8 nov. De minister
van binnenlandse zaken heeft aan Ge
deputeerde Staten van Zuid-Holland
een memorandum betreffende de ge
meentelijke herindeling van Goeree-
Overflakkee gezonden, waarin voorge
steld wordt verscheidene gemeenten sa
men te voegen. Deze samenvoeging acht
de minister noodzakelijk wegens de te
verwachten veranderingen op het ei
land, wanneer een vaste oeververbinding
met de randstas Holland tot stand ge
komen is. De huidige gemeentelijke In
deling van het eiland is op deze veran
deringen niet afgestemd.
Omdat een toenemend bezoek aan het
recreatiegebied op het eiland wordt ver
wacht, is samenvoeging van de gemeen-
[te Oudidorp, Goedereede en Stellen
dam gewenst, aldus het memorandum.
Voor de visserij in deze gemeenten zou
dit tevens een oplossing betekenen, daar
de havens van deze plaatsen door de
Deltawerken onbruikbaar zullen worden
en de aanvankelijk als werkhaven voor
de bouw van de dam in het Haringvliet
gebruikte haven als nieuw visserijcen
trum gebruikt zal kunnen worden.
Ook wordt in het memorandum voor
gesteld de gemeenten Melissant. Dirks-
land en Herkingen met een gedeelte van
Sommeisdijk samen te voegen tot een
gemeente, waardoor de agrarische be
langen van dit deel van het eiland beter
kunnen worden behartigd.
Vervolgens stelt de minister voor, de
gemeenten Middelhamis en Sommeis
dijk tezamen met de kleine gemeenten
Stad aan het Haringvliet en Nieuwe Ton.
ge tot een gemeente te combineren, aan
gezien de eerste twee zowel economisch
als maatschappelijk reeds een eenheid
vormen en de laatste twee bezwaarlijk
zelfstandig gelaten kunnen worden, wil
de indeling van het eiland zo doeltref
fend mogelijk zijn,
Tenslotte wordt het wenselijk geacht,
de in het oostelijk deel van het eiland
gelegen gemeenten Ooltgensplaat. Den
Bommel en Oude Tonge samen te voe
gen om krachtsversnippering te voor
komen en aan de te verwachten indus-
trialisatieproblemen beter het hoofd te
kunnen bieden Dit deel van het eiland
zal door de aan te leggen verbindings
weg van de Beneluxweg naar de dam in
Grevelingen gemakkelijker bereikbaar
worden, waardoor vestiging van indus
trieën ter plaatse te verwachten is.
Gedeputeerde Staten hebben het me
morandum inmiddels onder de aandacht
van de betrokken gemeenteraden ge
bracht.
ROTTERDAM, 8 nov. Zestienho
ven zal zijn langere startbaan krijgen.
De minister van Verkeer en Waterstaat
heeft goedkeuring verleend aan het
plan van het gemeentebestuur de be
staande startbaan van 1300 meter te
verlengen tot 1800 meter .Bovendien
heeft de minister toestemming verleend
de hierbij behorende werkzaamheden
uit te voeren, zodat het vliegveld de be
schikking zal krijgen over een xg. rol-
baan, een taxibaan parallel aan de
startbaan.
(Van onze Haagse redactie)
DEN HAAG, 7 november Doof
oplettendheid en het doorzetUngsvcf'j,,
gen van een Hagenaar heeft de politie
de Residentie zes jongens kunnen aanb0
den, die in twee maanden tijd veer»
bromfietsen hadden gestolen en gesio0,J,f
De oplettende Hagenaar, die eind okto®
zjjn bromfiets was kwijtgeraakt, besl
de politie te helpen bij het speuren
de dader. Iedere avond ging hij naar
Boekhorststraat, waar zijn brommer 8
stolen was, in de hoop zijn eigend
en de dader te kunnen grijpen.
Vorige week woensdag betrapte
's avonds in de Boekhorststraat twee
gens op het stelen van een fiets. Hij v°'?e
de het tweetal tot een woning aan
Hoefkade, waar de knapen naar bin"
gingen. De man noteerde het nummer
het huis en keerde terug naar de &°eAe
horststraat, waar hij de eigenaar van
gestolen fiets opwachtte. Gazamenlijk S]
gen zij naar het politiebureau op het
nenhof. Met twee man sterk deed de r,e
cherche een inval In de woning aan
Hoefkade. Daar troffen zij met de gest0 .3
fiets een zestienjarige loopjongen en e
e.sen oude machinebankwerker aan. ie
&ij het verhoor bleek al spoedig, dat
beide heren met een aantal vriendjes
afgelopen maanden meerdere keren
pad waren geweest. Aan het einde
de vorige week en gisteravond wist
politie nog vier jongens aan te houd®Q,
een 15-jarige leerling-drukker, een A<
jarige winkelbediende, een 16-jarige "'L
rijder en een 15-jarige timmerman. D'
van hen zijn al voorgeleid.
De jongens hadden allen zelf een br
mer, die zij optuigden met accessoires
de gestolen brommers. De overblijfse p
van de brommers werden eenvoudig
straat gezet of in de gracht gego0'°',
waarschijnlijk zijn de veschillende broty
mers opnieuw gestolen dor anodere
ven. De oplettende Hagenaar heeft "H,
succes gehad met zijn volhouden. 0°
zijn brommer Ja£ terug. Gesloopt