Boeken om voor te lezen
sprookjes en verhalen uit het kinderleven
L
V'
Wat is de beste
speeisoort?
m
m
t
Het kacheltje wel
uit mocht gaan
FAWKESDAG
Vliegende reddingboot
BEETHOVEN
1
DE VLUCHT
19. Naar dc Oranje Nassau
A
VE-
V 3
'200-000
LIER
VERDWAALD IN HET DONKER.
ZATERDAG 10 DECEMBER 1960
#NT-
NU OOK OFFICIEEL
GENOTEERD
TE BRUSSEL EN
ANTWERPEN
z
door JOH. RAM
Sjr dffU,™T aStokS J",»» W 'Sa' be"
V
Je houdt van de verhalen, die
Leo Smulders 's zaterdags in
'het h 011ze lirant vertelt, zal blij zijn
grote boek „Vrouwtje Vertel-
ptseh' dat bÜ de uitgeverij Cantecleer
^ar ,nen is. Daarin zijn veel van
febiiAertellingen en van haar versjes
?Vet v Het eerste verbaal gaat
'.j iDr°uwtje Vertel-maar, die verha-
?°U pp schudden uit haar mouw. Dit
3nP„ Portret van Lea Smulders zelf
,'ttitïip wezen. Zij hoeft blijkbaar ook
d<Vi r naa'r inspratie te zoeken. Haar
Jsei lijkt aan te sluiten bij een
r'ssch' 6 traditie, waarin deze gave
te^rn °°k niet overvloedig voor-
tnaar zich, ongehinderd door ai
r's J°,rmen van amusement buitens
ta' o'et gemakkelijker ontplooide. Bij
oetste ^.flders lijkt deze gave op de
pn Plaats te bestaan uit het vermo
rs tahuleren. Reuzen en kabou-
Vjien reeën kpmen soms in haar ver-
pHi jX?°r. dieren kunnen soms spre-
>s't ia"eriei dingen kunnen een be-
,e*1 er op na houden, de grote
'iks hebben bijna altijd iets kinder-
Sï'êevp a^een de kinderen zelf zijn wel
i!er r gewoon. Het komt eigenlijk
®U ajpP "eer, dat haar fantasie zich
ptldin van de kinderen aanpast. Bo-
v Ze» vertelt zij echt gezelling, dat
fRen in die toon, die een verras-
f hot- de verrassing namelijk
et uitstapje buiten het gewone.
/y fW>
Heintje heeft pech met zijn step.
Men kan zich haar in deze verhalen
het best voorstellen als de moeder, die
haar kleintjes op haar schoot en tegen
zich aan verzamelt om een half uurtje
gezellig te vertellen.
ea Smulders komt men ook enkele
malen tegen in „Het grote voor
leesboek van Tante Hannie", dat
bij De Fontein in Utrecht is versche
nen. De Tantie Hannie uit de titel
haar kleurenfoto op het boek maakt
dat duidelijk genoeg is Hannie Lips
van de televisie. „Ik heb heel veel
mooie verhalen voor jullie bij elkaar
gezocht", zegt zij in een korte inlei
ding. Het is zelfs een internationale
verzameling geworden, waarin de Ne
derlanders niet het grootste, maar ze
ker ook niet het slechtste aandeel
leveren, Harriet Laurey_ heeft er bij
voorbeeld twee verhalen in, een sprook
je en een Sinterklaas-vertelling, waar
in een heldere gevoeligheid verrast.
Vera Witte heeft enkele aardige vers
jes afgestaan. Het is over het alge
meen een aantrekkelijk boek, al moet
men een paar minder geslaagde verha
len op de koop toe nemen.
Van Lea Smulders is, wederom bij
Cantecleer, ook nog een ander
boekje verschenen, waarin het ge
wone kinderleven onderwerp van de
vertelling is. In de titel „Heintje Hoé-
pelstuk en zijn avontuur met Stepper-
tje Stap" klinkt nog haar gewoonte
door om even afstand te nemen van
de werkelijkheid, maar het verhaal
zelf is kinderlijk-reëel: een klein jon
getje, zo hevig verknocht aan zijn
prachtige rooie step, dat geen van zijn
vriendjes cr op mag. Hij raakt die
vriendjes dus kwijt. Op de duur wordt
hem dat toch te bar. Op dtt ogenblik
komt zjjn moeder even duidelijker het
verhaal binnen gestapt. Zij koopt te
rechter tijd een zak toverballetjes voor
hem. Dit brengt de verzoening tot
stand en daarna ziet men de vriendjes
om beurten een blokje om steppen.
Er zitten heel wat kinderlijke avontuur
tjes in het verhaal verwerkt en het is
op een volkomen ongezochte manier
ook nog een klein lesje rijk. Het bij
zonder aardige is, dat Heintje zelf er
.zo echt levend uit te voorschijn komt.
Een voortreffelijk boekje.
an andere aard is het boekje „Al
zeg ik het zelf. zei de zwif-
zwaf". Dit is een verhaal voor
kinderen van Misscha de Vreede, die
nog niet zo lang geleden door haar eer
ste dichtbundel aanstonds faam kreeg.
Het is verschenen in „De bonte boek
jes" van de uitgeverij Holland, waar
in Harriet Laurey, Hans Andreus, Sy-
bren Polet en Mies Bouhuys al eerder
opmerkelijke kinderverhalen hebben ge
schreven. Ook dit is bijzonder aantrek
kelijk. De zwif-zwaf is een heel merk
waardig dier. Omdat het er zo vreemd
uitziet een dagelijkse bron van vrolijk
heid voor de meer gewone dieren van
Dierendorp. Dit maakt hem ook heel
eenzaam. Een vriendschap met de gi
raf vanwege zijn lange hals ook een
buitenbeentje gaat voorbij als er
een giraffenfamilie bijkomt. Door een
toeval raakt de zwif-zwaf in drukke
correspondentie met een zwoffel uit
een naburige stad. Hier komt een ont
moeting uit voort, waarbij blijkt dat
zij als twee druppels op elkaar lijken.
Samen blijven zij dubbel aansteken tot
vrolijkheid, maar hun eenzaamheid is
voorbij.
De beschrijving van de zwif-zwaf zou
kunnen doen denk aan Jeroen Bosch,
maar overgebracht op een vriendelijk
gekleurd miniatuur. De lust tot fabule
ren op kinderlijk niveau blijkt Misciia
de Vreede ook niet vreemd. Maar de
toon, waarin zij dat doet, is die van een
tere feestelijkheid, waarin een beetje
weemoed doorklinkt. De figuren en de
kleine gebeurtenissen tekent zij met
voorzichtige, ijle lijntjes, dat wil zeg
gen in zorgvuldig gekozen, helder dui
dende woorden. Zij schijnt vooral uit
te zijn on. dat deel van de kinderlijke
belangstelling, dat naar de kleine din
getjes uitgaat. Daar komt een doorzich
tig gevoelswereldje uit op, dat heel
bekoorlijk is, omdat het een dichter
lijkheid heeft, die ook kinderen aan
spreekt. Het is een opmerkelijke ver
schijning in de boekenstroom, ook door
de tekeningen van Babs van Wely, die
heel goed passen bij de sfeer van de
vertelling.
De zwif-zwaf aan het tekenen.
(Advertentie)
=.ROtTKI>AMSCH KlEGGINGSCONSOdTIUM N.V.
HET FUNDAMENT VAN UW VERMOGEN
Praktisch alle wedstrijdspelers
zwakke en sterke weten dat men met
25 a 26 punten samen met de partner,
een manchebod moet plegen. De kunst
is nog slechts vast te stellen, wat de
beste speeisoort zal zijn.
Even bekend is de stelling, dat een
speler die in antwoord op een openings
bod van zijn partner een tweebod in
een nieuwe kleur doet, tenminste 9
punten in handen moet hebben.
Gebaseerd op voorstaande theorie,
ziet men nu vaak het volgende gebeu
ren: een speler (zuid te noemen) opent
met één in schoppen of harten en heeft
16 a 17 punten, alsmede een vijfkaart in
de geopende kleur. Zijn partner biedt
nu twee ruiten of klaveren en de
„totaalkracht" bedraagt dus zeker ten
minste 16 4- 9 25 punten. Voor vele
bridgespelers op de zuidplaats is dit nu
aanleiding om 3 Sansatout uit te knal
len soms goed, maar lang niet altijd.
Zie hier:
654
Q A 6 5
O V 9 8 7 6
H B
V B 10 9 3
V V 9 7
O B 10 4
10 9
N
W O
H 7
QB2
O A 5 3
8 7 5 4 3 2
(NADRUK VERBODEN
A 8 2
V? H 10 8 4 3
O H 2
A V 6
Zuid opende (allen kwetsbaar) met 1
harten west paste noord bood 2
ruiten oost paste.
Zuid verkeerde nu in de klassieke
situatie van: 16 punten zelf, minstens 9
punten aan de overkant totaal ten
minste 25 punten en dekking in alle
kleuren. Dus 3 SA.
Zuid ging spelen west kwam met
Vrouw uit, oost nam met de Heer
over zuid won de 3e schoppenronde.
Zuid hoopte hierna maar, dat oost met
de derde aan slag zou komen doch
toen west die kaart bleek te hebben,
ging zuid geruisloos ééntje down.
NZ hadden nog voldoende zelfkritiek
om te zien, dat vier harten tussen
NZ het goede contract Is. Bij uit
komst neemt zuid de tweede speelt
twee hoge hartens, dan drie hoge kla
veren waarop een in noord ver
dwijnt: 10 slagen zijn niet te missen.
Had noord nu na 3 SA van zuid nog
4 harten moeten bieden? Neen want
met een driekaart-steun is dat bod
principieel onjuist. Maar wat dan wèl
De oplossing is, dat zuid twee
Sansatout had moeten herbieden
(zuid 1 C-noord 2 O-zuid 2 SA) en dat
hij daarmede óók tenminste 16 punten
aangeeft! Noord weet nu ook wel, dat
NZ dus 25 punten samen hebben
doch noord heeft nü nog de gelegenheid
hartensteun te tonen met een bod van
3 harten.
Dit is dan geen „teruglopen naar de
eerste kleur" zoals men wel eens hoort
mompelen; het is een bod, dat partner
de keuze geeft, dus eventueel 3 SA
of 4 harten.
Maar als noord dan zwak is, zult
u zeggen, wat moet hij dan bieden over
2 SA?? De oplossing is even eenvoudig
als logisch: met een zwal: spel met
hartensteun, moet noord beginnen
direct twee harten t; antwoorden
Geef in de gedemonstreerde noordhand
de noordspeler niet Heer-Boer doch
Boer-2 en noords eerste bod moet
geen 2 ruiten, doch 2 harten zijn! Een
nuttige moderne theorie bespreek
hem eens met uw partner.
MIMIR
Tante Willemijntje had een kachel- |fnp„kaank Zei" Helei Toen haalde tante Willemijntje hout- nen van de stad. En dan wordt Guy
ze, wat mankeert jou^ dat je' aTn^t 6Fawkes in da vorm van een stropop,
Een klein, zwart kacheltje, met j Juu» uac Jc fka h#»t hph bloeiend rood buik-
blinkend zilveren pootjes eronder.' wf"de'en be.nt"'
Van boven was een klepje, waar tan- r„. t
te Willemijntje de kolen in kon doen. Een kacheltie^hoort' thuis Te^ziin""" Willemijntje nam haar breikous en tale bijeen is. Op
Dat was zijn ^mondje, begrijp je wel. Als ik uU mag gaan, dan ga T'uit. <*hoof dicht bij.
namelijk de buskruitaanslag op het
Zoals elk jaar te Amsterdam Hartjes
dag wordt gevierd met knallen en vuur
tje stoken op straat, zo wordt te Londen
op een dergelijke wijze elk jaar op 5
november de z.g. „Guy Fawkesdag"
gehouden. Maar dan sleept de Engelse
jeugd bovendien een heleboel brandbaar
materiaal bijeen voor het stoken van
een geweldig groot vuur op een der plei-
Ha. tntdiit het aau edneiend rood buik-
Al?. ta"ta tSmS Jï®1 hmï^hc6- schreeuwde heTkacheltje boos. En het
lekker opstoo e, werd zi„n buikje he ,qppd klpnic wao-pnwiiri nnen. Ver-
lemaal rood. En dan begon het water
keteltje, dat boven op baar zwarte kop
jêstcnd, v an pure gezelligheid te zin- knag e - z0 g,=zellig was. Het luister- bekijkt.
En vraag je me nou of het kachel- Engelse parlement. In een van de kel
tje nog eens is uitgegaan, dan weet
KK »«n pura LjS&heW te ,dK "ïf ,5SLS SSSJ* "st °"r 1,oe "el ItaS.^le^la^TwÏÏ'èm 4»
gen.
v;- a „„i,PnTP u - de niet naar het egeltje, dat riep: ga
Het kach<el j had het erg "aar_zijn terUK naar huj^ ^acheltie Het is hier
Hp Overdas keek hot naar r oes die niets voor i°u Sedaan! Het lieP toch
H l Sï L pon mandil A dnftsn door- Net zolang tot het donker werd
vlakbij in ee wahdjy lag te dutten. en tQen had het pag genocg ervan.
En als taP iSm Iwam Vittpii Maar. zoals je misschien wel begrij-
breikous dicht bij hem kwam zitten,
da.n praatte^1 mctVde tafef en kacheltje'kon de weg naar huis ïn hit
s ^achls P e het met de tafel en donker je). m,9er vinden. En moest bui
de stoelen. Met de klok, de lamp en bliiven de hele lanse donkere
het glazenkastje. En met de theeta- J tange,
fel. met zoveel rinkelende kopjes erop.
Ik heb het goed getroffen, dacht het Tante Willemijntje
Door Lockheed Aircraft Corporation
LEA SMULDERS gebouwen in de lucht te laten vliegen.
De man, die Ht plan zou laten uitvoeren
heette Guy Fawkee. Reeds lang tevoren'
was het plan beraamd. Guy Fawkes
kreeg een betrekking als bediende in iet
huis naast het Parlementsgebouw. Maar
in werkelijkheid ging men onder zijn
leiding aan het werk om een onderaard-
is een „vliegende reddingboot" ontwik- se SanS te graven, die in de kelders
v ar h pi tie Ik woon" hier heel gezellig t - I keld om in noodgevallen bestuurders van PaHement zou moeten uitko
kacheltje, ik wuon nier neei gezeiug. |aaj thuisgekomen. En o, wat was ze men Tnen werden een ernnt aantal va
en een t^t Wille- teen 1P,_ van vliegtuigen met snelheden tot vier- men Toen werden een groot aantal v«
was die avond
Maar op een dag trok tante Wille- geschrokken toer ze zag dat haar ka
mijntje een mooie feestjurk aan en ze cheltje verdwenen was. Er is vast een
zei: ik ga vandaag eens uit en ik dacht dief geweest, die het heeft weggeno-
dat mijn kacheltje dan ook wel uit kon men, zuchtte ze. En van kou en narig-
gaan. heid ging ze maar vlug naar bed.
Ze gluurde even in het klepje en
zag dat er niet zoveel kolen meer in
waren.
maal die van het geluid en op een 'en buskruit door die gang naar de kei
hoogte tot 30 kilometer in staat te stel- der van het Parlement gerold en onder
len veilig de grond te bereiken. Het is de kolenvoorraden verstopt. Op 5 no-
een cockpit-capsule, die van het vlieg- vember zou koning James I het parle-
tuig kan worden losgemaakt en die met ment openen, dan zou die Guy Fawkes
Maar de volgende morgen stapte ze behulp van een raket 300 meter ver de lont aansteken en het gebouw met
naarrdegstad orri^eet? n?euw tafcheltie wordt weggeschoten en vervolgens aan alle aanwezigen zou de lucht invliegen!
1 I.i-i ii T-\ - 1. „i. 1 p wi nr» av»T-?/\ s\ aVi im rln
Mooi, zei ze, die gaat vanzelf wel te kopen. Een kacheltje met zilveren een valscherm langzaam daalt. De cap- Op het laatste nippertje echter, in de
uit hoor! pootjes eronder. En dat gezellig snor- sule bevat een volledige inventaris om nacht van de vijfde november, werd de
Toen zette Z' ha ar hoedjeop knoop- ren kon ais ze er met haar breikous de pij00t jn leven te houden en voldoen- aanslag ontdekt en Fawkes gevangen
te een bontje om, viam haar tasje en dicht bii cin? zitten.
paraplu onder de arm en stapte naar Tussen een paar struiken stond heel de zuurstof voor tijdens de daling. Wan- genomen. Het Engelse parlement
buiten. zielig en alleen het kacheltje, dat uit neer de capsule op zee terecht komt niet in de lucht gevlogen en nu wordt
We hebben het rijk alleen, riepen de was gegaan. Het was zo moe gewor- kan hij voor onbepaalde tijd op het wa- nog steeds elk jaar Guy Fawkes in de
dingen uit de tamer, zo gauw ze de den van al het lopen en dwalen. Uit pri drH F vnrm van een stron0D verbrand'
deur hadden dicht horen slaan. Tante zijn pijpje ]iepcn e^n paar druppeltjes. ter bll^ven drliven. vorm van een stropop verbrand.
Willemijntje is uit. Het leken wel traantjes, maar het kon-
UioL i„ei d?n ook dauw of regendruppeltjes zijn. niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinMiiiiiiiiiiiiiiiMiniiiiiiiiiiiimiiiiiiimHiiHiiiiiiimiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiimtiiiiiiiiiiiiiiimr
kacheltje. Waar zou ik naar toe gaan zijn klepje bibberde. En zijn pootjes
zeg? waren helemaal modderig en vies.
Jij naar toe gaan. nepen de dmgen. Daar zag het kacheltje tante Wille- 5
Je moet blijven waar je bent natuur- mijntje lopen. En al is het dan niet
lijk- de gewoonte, dat dingen zomaar tegen
Nee zei net Kacheltje, ik moet un- mensen praten, het kacheltje stoorde mitiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiTmiiiiiijiiiiiiiMiiiiiiiiiimiisiiiiiiMiiiiminiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiimiiiiiiiiiii
gaan. Tante Willemijntje heeft liet zelf er zich niet aan en riep: tante Wille-
gezegd. Hebben jullie dat dan met ge- mijnte, tante Willemijntje!
h°T^d|naarf rienon aa otrwiAn en de Het was een vreemd krassend stem- 16 december is het 190 jaar geleden,
.il P «nderl dat bet kacheltje had. Misschien dat d.e beroemde componist (musicus)
daar bedoelde ze wat anders wag het wgl verkoudJn geworden van Ludwig van Beethoven te Bonn werd
die koude nacht. Tante Willemijntje geboren.
Jullie kunnen me nog meer vertel- j^eek verbaasd op toen ze haar ka- Toen Beethoven vijf jaar was, begon
len, zei het kacheltje. Uitgaan is uit- cheltje daar zag staan. Maar jongen, zei zijn vader, die zanger was, hem onder
gaan. Tante Willemijntje zal het niet ze? sjjj hier? Heeft iemand je hier wijs in muziek te geven,
zeggen, als ze wat anders bedoelt. mee naar toegenomen? Nee, zuchtte Doordat Beethoven weinig gelegen-
Toen begon het voorzichtig naar vo- kacheltje, ik ben gewoon uitgegaan, heid kreeg met kinderen om te gaan en
ren te scharrelen, op zijn zilveren Uitgegaan? riep tante Willemijntje. de gewone kinderspelen niet kende, om-
pootjes. Het pijpje schoot los uit het Maar dat is toch te gek! dat hij alleen voorde muziek als het
schoorsteengat en daar stond het Maar U hebt het zelf gezegd, zei het ware leefde, werd de jonge Beethoven
kacheltje al midden m de kamer. Zou ik kacheltje weer. eigenzinnig en ongezeïlig.
hit" ea0anh°de ando dfngl! Je m^et Toenbegon tante Willemijntje te la- Xoen hij acht jaar oud was verbaas-
thuisblijven, riep de glazenkast en al- chen. Ze lachte zo hard dat alle haas- de kjj ;e(ier met zijn vioolspel. Op zijn
le glaasjes rinkelden. jes evi konijntjes tevoorschijn kwamen. zestjentje jaar werd Beethoven naar
Als ik uit moet gaan kan ik niet jjn het egeltje en de vogel en ook do wenen gestuurd om zich verder in de
thuisblijven, zei het kacheltje, dat nog „ri-„
maar etg jc.ig was. Met een eigenwijs kleine. gnJze mu,s- muziek te bekwamen. Daar, in het
gezicht knoopfe het een dasje om zijn En allemaal lachten ze mee. brandpunt der kunsten, heeft Beetho-
pijp en wandelde naai de voordeur. Als mensen uitgaan, vertelde tante zjjn buitengewone gaven ontwik-
deDtheVatei;'hal?1JLVaMakarJShlt ka- Willemijntje. dan zetten ze een hoed- keld in jaren van onvermoeide studie;
cheltje stapte al naar buiten. Het keek je op en gaan ze naar Duiten, luaar door en rampspoed heen.
nieuwsgierig rond in de wijde wereld, als kacheltjes uitgaan, dan branden ze Want daar zeer arm wag) jeefde
üaai'Uifin waren niet meer- zie je' dat is het verschil- bekrompen op een klein achterkamer-
middettiin het veld. I^n nero0ns vnren v»of kapheltie dus ik mocht a- m i -\ ajv
er mensen te bekennen. zei net KacneilJe» aub «lucm Ten gevoige van een verkoudheid,
Het kacheltje liep parmantig over de niet uitgaan. opgelopen bij een concert in de open
zandweg en het laatste beetje rook Hoor eens, lachte tante Willemijntje, verloor hij het gehoor en later
kringelde door zijn pijpje naar buiten, dat zal ik je thuis nog wel eens pre- volslaeen doof Maar toch zins
Ha dat kacheltje! zei een kleine cies uitleggen. Ze nam het kacheltje on- werd mj volslagen doot. Maar toen gmg
muis', die ook over de zandweg liep. der haar arm en sleepte het dadelijk hjj door met het scheppen van muziek-
Mag 'jij zomaar uitgaan zeg? O ja, zei naar huis terug. Daar kreeg hst eerst stukken, ofschoon hij deze niet kon ho-
het kacheltje. Tante Willemijntje heeft een flinke poets-beurt, zodat zijn poot- ren uitvoeren. Dat hij daardoor niet blij-
Ludwig van Beethoven
het zelf gezegd. jes weer schoon en zilver werden.
lllirilllllllllllllllllllllllllllllBliniKllllllllllllllllllllllllfl TStS!Z!!llïlllllllVllltllIllIIIISïa!lltllllllllllllllllllll"llllllllllllll"llllll"lll"lllllllllllllllllllllllllllHlllllllll"llllllllllllllllll(lltlltlll!l.t!l!"f1
moedig gestemd was, valt te begrijpen
en in de muziek van Beethoven hoor
nen de meester in een andere hoek van
de kamer te zoeken. „Waar bent u"
vroeg zjj met sidderende stem. „Maar
juffrouw, ik sta voor u. U ziet mij niet?"
je meestal de droeve ondertoon van zijn Een tranenstroom vloeide uit de ogen van
het arme meisje. „Ik kan niet zien"
zonloos leven.
De terugslag van zijn gemoed open
baart zich in zjjn muzikale denkbeel
den, maar werd tot zvjn hoogste schoon
heid in het slot.:oor van zjjn Negende
Symphonie (muziekstuk).
Het volgende verhaal over Beethoven 'ot hem, „ik ben niet meer bang, sinds
a 1 i J l!1-, i 1 n rr mol rl aat i D iiFAr,! o t 4 /-V r.1» A+rt w»„1 1-rvi aaa! a*» Kn
zei zjj met een door snikken gebroken
stem, „want ik ben blinT'
Gedurende enige ogenblikken heerste
er stilte.
„Kom naderbij", zei het arme kind
dateert uit de tjjd toen hij nog niet doof
was. Op zekere avond ging Beethoven
bij maneschijn buiten wandelen, toen
„En morgen..." IVHPHIVP
Pim keek zjjn oom een beetje ang- oom naar vader te kunnen gaan. vreemde ideeën,
stig aan. Was oom dus echt boos? „Ja", vervolgde oom, „ik ga met je „Maar het is toch wel fijn, als u rijk
Maar de ogen, waarmee oom Paul het mee! Dat is niet helemaal naar de zin worden kan," vond ie.
volgend ogenblik naar zjjn neefje keek, van meneer Prestway. De man meent „Och, dat weet ik nog niet. Maar
stelden Pim volkomen gerust. Nee, hier het heel goed. Maar hij overstelpt me klets niet zoveel. De Paulina wacht. En
zou geen straf volgen. Maar... wat dan? met voorstellen. Hfli spiegelt me gewei- je vader ook!" te zien Hii eaat verder De huisdeur
„En morgen!" herhaalde oom pla- dige dingen voor. En^daar__kan ik_zo Dat wag andere taal stil verlieten _s|aa{ 0nen BMthov
ji. - - L"Cv» AnlmlA
ik weet, dat de grote muziekmeester bij
mjj is. Wilt u bij mij blijven tot mijn
moeder terugkomt en een beetje met
was blij. Heerlijk vond hij het, met zijn Grote mensen hebben soms van die {Je. ^eenzaa^ge^gen ^uitenw^ mij praten?" „Spreek, ik zal u met ge-
ning speelde men een van zijn sonaten
(muziekstukken) op het klavier (ouder
wetse piano). De uitvoering verrukte
de meester.
Hjj gaat de tuin in. Er is niemand
morgen!" herhaalde oom pla- dige dingen voor. En daar kan ik zo Dat wag andere taai. stil verlieten staat open" beethoven aangetrokken
gend langzaam, „morgen ga je naar je maar niet over beslissen. Morgen maak de twee ket gastVrije huis. En enkele door de tonen van het klavier, beklimt
vader!" ik met jou mijn laatste tocht met de minuten later schoot de Paulina door d„ trao De deur staat half oDen Een
„Naar vader?" juichte Pim. Ineens Paulina. Dan laat ik het toestel in de het luchtruim. jong mèisje zit aan dl pilno met' haar
was alle spanning verdwenen. Als een handen van meneer Prestway en ga Heerlijk!" zuchtte Pim opgelucht. ,-Ucr naar de deur Beethoven za^ slechts
dolleman stormde hij op zijn oom af, met tante Paulina terug naar Peuteren- Hij voelde zich nergens meer zo thuis haar slank! glstalte In weelderige blon-
enkele ogenblikken niets voelend van burg. Wat er dan later verder gebeurt, alj! in ziin pocket-raket. En ook oom lokken êl bewonderde en luister-
zijn verstuikte voet, sprong tegen hem zullen we wel zien. glunderde. de Het ión»e meisie had eeëindi"d
op, sloeg zijn armen om hem heen en „En gaat u dan met naar Sestri Le- „Toch een fijn toestelletje. he\Pim. rieDdemelstei dieziinB^
Van^IteiVrT°eALPnt??" herhaalde oom ?en reuze-püootjeWat is dat voel nie't ko^ bed^ln '„Wil is'daaF',
„Sestri Levante. laaide allemaal goed gegaan... vroeg het jonge meisje. „Juffrouw
„O, je bedoelt, dat vakantieoord van „Als tante Paulina... jk hen een vriend een bewonderaar
meneer Prestway in Italië? Och nee, „Stil maar!" weerde oom af. „Eigen- van uw talent".„Een vreemdeling?
daar komt niets van. Tante Paulina luk hebben we alles aan haar te dan- klavi„rt.nPe]ster Wees
heeft duidelijk te kennen gegeven, dat ken. Ik ga morgen weer gauw naar »"P ^r'eP aei klaviers^elster. w^s
ze daar niet heen wil. En tante Paulina haar toe. En dan praat ik nog wel met £iet D^, juitrouw uw talent heelt mij
heeft de laatste tijd al zoveel onaange- haa Je zult zien Pim. het komt alle- da|leM verontsc^
name dingen meegemaakt, dat ik haar maal in orde!" denneia verontschuldigen, wanneer ik u
nu haar zin wel geven moet. Boven- Ze schoten met grote snelheid over de
dien al dat deftige gedoe ligt oils niet... bergen van Californië. Ze zweefden bo-
Maar ja, dat is allemaal van minder ven de vruchtbare vlakten, waar tussen
belang. Jij gaat morgen naar je vader het groen van de bomen duizenden vru
Éir ten kleurden in de morgenzon.
gaf hem een zoen op beide wangen
Zo stevig had hü zijn oom te pakken,
dat deze nog maar net lucht genoeg had
om uit te roepen:
„Je laat me stikken! Laat los! Gauw!"
Pim gehoorzaamde lachend. Oom
haalde opgelucht adem.
„Jij bent me er een!" lachte hij.
„Blij he, dat je eindelijk van ons af
bent. Maar daar kon je je nog wel eens
in vergissen."
Pim was veel te nieuwsgierig om op de
laatste woorden van zijn oom te letten.
noegen aanhoren," zei Beethoveti.
„Goed, spreken wij van u, van uw
genie!" „Neen, lief kind, spreek rnjj van
uzelf, of uw ongeluk u niet troosteloos
maakt!" „Ik ben minder ongelukkig dan
u wel denkt", zei zij. „De muziek troost
mjj dikwijls in de eindeloze duisternis,
die mij omgeeft. Sedert twee jaren ben
ik blind. Maar de muziek is mijn ver
troosting. Ik ken al uw werken, met uit
zondering van de laatste, want ik kan
niet meer studeren, daar ik de noten
niet meer kan zien". Het meisje hield
stil en weende.
„Mijn lief kind", zei eindelijk de com
ponist, „wanneer u het mij veroorlooft,
zal ik u vaak komen bezoeken. Ik ver
zoek u mij als uw beste vriend te be
schouwen." „Zult u dan uw laatste com
positie voor mij spelen?" Beethoven
plaatste zich achter het klavier. Het in
strument sidderde onder zjjn krampach-
j, tig bewegende vingers. De snaren ga-
,de componist (maker) van ven een SOmber trillend geluid en in te-
rilt stuk hen" ..Dan hent n Roethoven
Ho. dat. di, ik naar vad.r wordt
hee?,:"_„, V..W 4- „„tatton... Pim bad nog best even door willen
„Ik zal het je allemaal vertellen! praten oyer z£n vader. Maar de klok
sprak oom, „als je tenminsteeerst jus- wees eif: meer dan pilotenbedtijd! Nog
dit stuk ben". „Dan bent u Beethoven.'
-i.i juffrouw!"
De ogen van de klavierspeelster sche-
genwoordigheid van deze ongelukkige,
schiep Beethoven de droefgeestige zang,
die men de „Maneschijn-Sonate" noemt.
tig in je stoel terug valt en luisteren
wilt!"
Pim gehoorzaamde heel gedwee.
„Au!" riep ie nog even.
„O ja, die enkel komt wel in orde.
Ze naderden de kust. Over de Oceaan
vlogen ze noordwaarts. Schepen als no-
tedoppen kropen onder hen voort.
„We zullen wat lager gaan vliegen!"
rippn half mir later "had hii Paddv en stelde oom voor. „Dan kunnen wc mis
baar vader goede nacht gewenst en lag sch2al dwe?rmoeiiykSSgaan""demeende
hij met één voet in waterverband in D;"fal wel moeibjk gaan. meenae
zijn bed. En sliep! Dadelijk! Pim.
Het was oom Paul die hem de volgen- „Toch niet! lachte oom. „Kijk eens,
-VT' "nariplHk êpn waterver- de morgen al vrjj vroeg wekte. „Wak- wat ik meegenomen heb?"
y.e_^UAe",!£ker worden, Pim. We moeten weg! Met-
bandje omleggen. En nou je vader. Ja,
lie heeft ons vandaag weten te be-
Pim ontdekte een pracht van een ver
een;" rekijker in ooms handen. Een lange ko-
„w ..www. w Pim kreer- nlots een idee dat ie weer peren buis was het. Hjj mocht er door
.ichten, dat zijn boot morgen aankomt in vluchten m°egt 'En dat was nog waar kijken. En ineens werden de notedoppen
de haven van San Francisco, baar ga 0ok; want toen ie klaar wakker en haast grote boten vlak bij. Nog iets lager vlo-
je dus heen: naar San Francisco. Dat is „ekleed wag zei oom: Mje moet er nog gen ze. Ze konden zelfs de naam op de
je laatste vlucht, mannetje. Want daar gén keer va'ndoor pim. Stil en vlug!" boeg van de schepen al onderscheiden
zal je vader zich weer over je ontfer- de Paulina?,. vroeg Pim ver.
men. hi i d
b]lpr'cci,0j? d°vast"VEvoorlopig „ja, en dat zal je laatste tocht met
met. Maar dit staat vast. voorlopig z„n En du keer ;k met
je mee!"
,Ook op de vlucht?" lachte de jon-
blijf je bij hem!'!
„Ha!" juichte Pim en hij sprong zo
wild overeind, dat hij meteen met een
kreet van pijn op de grond neerviel.
„Da's je eigen schuld!" zei oom,
„moet je maar rustig in je stoel
gen.
„Inderdaad!" antwoordde oom ern-
,n a,ucl stig. „Het is beter, dat we de familie-
moet ik je nog Prestway vanmorgen met meer zien.
En het duurde niet lang, of Pim gaf,
niet eens expres zijn oom een stoot met
de verrekijker, terwijl hij uitroep:
„Daar is de Oranje Nassau. Daar
is het schip van vader!"
Oom keek ook eens, ja, hoor, vlak
beneden hem voer de Oranje Nassau.
Een prachtig groot zeekasteel.
Zou vader ons zien?"
j„Ï44„„ „/mi ik ie nnp ücöinaj vajiiiivift— wv uicci „Nou dat zal niet lang duren!" Oom
wat anders vertellen. IJe kan het nit even Zi0 je. meneer Prestway wi] me liever '0e£te j^'^innig 'At was ievkn
SffStfS.1» P""'y - V,"et SSSZ jffATS S dalen oom? G.i.'u-
Ik ga met je mee, Pim". vind, dat die besprekingen nog wol „Kijken en wachten!" gebood oom.
,,Mee naar mijn vader!" Opnieuw had wachten kunnen. En daarom ga ik meq Jullie ook wachten, tot de volgende
Pim van vreugde op willen springen, naar je vader!" week.
Maar nu beheerste hij zich. Maar hij Het was Pim niet helemaal duidelyk. (Wordt vervolgd).
Binnenplaats van het Beet bovenhuis te Wenen, een der woningen, waar de
meester geleefd heeft.