Kon./Shell zal delen in stijging van olie ver koop Vermoedelijk sal hevige concurrentie nog een tijdlang aanhouden Nettoresultaat per aandeel Koninklijke f 15,13 (15,10) rS Knuffeltje konijn werd een paddestoel- JAPAN PARIJS MUIZEN IN HETBURO'. KOP-VAN-JUT Asbach um NIET BANG VOOR DE BOZE TOVERDWERG ubi\co T MATRASSEN MATRASSEN -d Vrachtvliegtuig V B ZATERDAG 22 APRIL 1961 PAGINA 15 rV™ ''"'^wwend ÖEN HAAG, 22 april „De spreiding van de erkzaamheden der Koninklijke/Shell Groep over /je gehele wereld en de hechte concurrentiepositie ap groepsmaatschappijen in afzetgebieden waar ,e stijging in de vraag vermoedelijk bijzonder si'oot zal zijn, vormen een garantie dat de Groep eb volle zal delen in de verwachte toeneming in verkoop van olie", aldus de directie van de "koninklijke" in het jaarverslag 1960. De vraag <tar energie in de wereld buiten het Sovjetblok bl yan eef in 1960 toenemen, waarbij het grootste deel deze stijging voor rekening van aardolie ^vam. In West-Europa en in het Verre Oosten j.jts de toeneming in de vraag naar olie uitzonder- groot. Ondanks de veel grotere vraag bleef het aanbod van olie in het algemeen ruim met als gevolg hevige concurrentie op alle markten. Naar het zich laat aanzien zal in 1961 de vraag naar olie blijven stijgen, doch de huidige concur- rentiefactoren zullen waarschijnlijk nog een tijd lang aanhouden. De jaarlijkse toeneming van het wereldolieverbruik is zeer groot en bedroeg in 1960 circa 50 miljoen ton, een hoeveelheid die groter is dan bijvoorbeeld het huidige olieverbruik in het Verenigd Koninkrijk. Aardolie zal vermoe delijk de voornaamste leverancier van de extra benodigde energie blijven, en het wereldverbruik zal omstreeks 1970 wellicht meer dan anderhalf maal zo groot zijn als in 1960. steck,A?nde met 65 Pct- va" het na de t&ai h'tkering uitstaande gewone kapi- Financiële resultaten ANTI HERNIA L ATI LIT SCHUIMRUBBER Advertentie) »»e« °"s - in ,7 ."J'0"0**" 57 banden J A sc»°t Jbren«e destijds °"*c vaders Binnenkort verschijnt het interessante Asbach-boekje 'Mijmeringen bij een goed glas'. Vraag het nu reeds aan bij Uw slijter - wijnhandelaar of bij de importeur voor de handel: N.V. Brcdaschc Wijnhandel, Breda. N'oord-Amerika zal het tempo van Wp. stÜging waarschijnlijk beneden het '^gemiddelde blijven, doch tegen *tlt,V 2al uit dit deel van de wereld toch v, trl nog ca. de helft van de totale $t„aag komen. In West-Europa, het groot st afzetgebied buiten Noord-Amerika, e de vraag naar olie ongetwijfeld in L? sneller tempo blijven stijgen, dan de h(a°eften naar energie in het algemeen. m°et worden verwacht, dat het fiat hoge tempo zal afnemen, naar- het aandeel van aardolie In de cllj, °Pese energiemarkt groeit en de con- tOffentie van andere energiebronnen leemt. gt,k! de nu tot ontwikkeling komende turfden zal de vraag naar olie procen- r£j waarschijnlijk het snelst stijgen. gfuT® tankertonnage, die thans over de Vu were'd in bestelling is, beloopt de ,"oge cijfer van ca. 14 min ton. In Har.:aatste maanden is een toenemend hef}8* nieuwe opdrachten geplaatst, dat u6n er onvermijdelijk toe zal leiden pen et wereldoverschot aan tanksche- lorJ'-dat nu reeds vijf jaar bestaat, voor zal aanhouden. De toestand zou gunstiger worden indien alle rederijen ertoe zouden overgaan de kleinere en minder economische schepen op te rui men. Dit zou de efficiency verhogen en de kosten van het vervoer per tank schip verlagen. In dit opzicht hebben groepsmij'en een belangrijke bijdrage geleverd ,door in I960 59 oudere en min der doelmatige schepen met een totaal draagvermogen van 750.000 ton voor de sloop te verkopen. Na de oorlog heeft zich een snelle ontwikkeling voltrokken bij de verwer king en verkoop door Groepsmaatschap pijen van chemische produkten geba seerd op aardolie en petroleumgassen. Dit is thans een de gehele wereld om vattend bedrijf met een geïnvesteerd vermogen van bijna 200 min pond ster ling. In een betrekkelijk nieuw en snel groeiend bedrijf vergt het behalen van een bevredigend rendement uiteraard tijd. De winsten van het chemische be drijf van de Groep zijn tot nu toe vrij bescheiden geweest in verhouding tot de in totaal geïnvesteerde bedragen. Hoewel deze industrie vele proble men te wachten slaat, is de directie HAAG, 22 april Het netto- W aat van de Kon.-Shell Groep per Atr 6' van van de Kon. Ned. iyu Mij (incl. het aan de mij toe te 1 f IX IA «taa. hn4 tan* 1(tXQ winst van de Groep), heeft deel van 60 pet. van de inge- jjen winst van de Groep), heeft I960 15,13 bedragen, vergeleken l;,;,! f 15,10 voor het jaar 1959, het 2 1,1® bedrag is herberekend voor de ko uitkering in aandelen in 1960. \>jj®«u beurskoers van 149,10 (off. slot ilj-''ag) komt de koers-winstverhou- tl6 A uit op 9,8. Het netto-actief van •U-Kjtoep per aandeel van 20,Iio- (!Ch 'ilke, laat zich per uit. I960 bereke- vo0 °P 185,33 175,44) herberekend de 2 pet. uitkering in aandelen). koninklijke Nederlandsche Petro llen Maatschappij ontving in 1960 aan 1htiu!?sten uit maatschappijen der Ko- buJIÖke Shell Groep f 392,5 (370,2) Anó' 'nterest en ardere inkomsten be- f 3,7 (3,5) min., na aftrek van bosten en diversen ad 4,08 (4,6) V8'1 st< en winstaandeel ter beschikking de raad van commissarissen en directeuren ad 4,42 (4,36) min., (3g!e„ert een netto-resultaat van 387,75 \W"3) min fja toevoeging hieraan De- "et saldo niet uitgekeerd inkomen hi|- januari 1960 ad f 123,15 (138,31) V6r-' cn een 'bedrag uit hoofde van <2tp8arde dividenden, ad 1.116 is een bedrag van 510,9 Han'd) min. beschikbaar voor uitkering f 5 aandeelhouders. Na uitkering van f 2o (onv.) dividend per aandeel van en dividend op preferente aande- 'n totaal vergend f 387,7 (380,1) Jl2sjc?a' oen bedrag van 123,19 ,J-&) min. worden overgeboekt naar v°lgend jaar. 5!eir]als hekend wordt voorts voorge zet *en laste van de agioreserve 10 j *e keren in aandelen, voor liet He, „.helende in de Winst' over 1961. tew „tstaande aantal aandelen zal dan stu£men' tot 81,22 (73,84) miljoen 'tel f z°dat het geplaatste kapitaal ?eie'n A'5 (onv.) min. preferente aan- el0Do 1.625,97 (1.478,29) min. zal iti A®". Na de uitkering van 10 pet. flra,,helen zal de agioreserve nog be- f 1-057,2 (1.204,9) min., over- an 1.624,5 min. directie neemt het standouiit bi dat het aandelenkapitaal der Kon. Ned. Petroleum Mij. de groei van de Ko ninklijke Shell Groep dient te weerspie gelen. Men zal begrijpen dat het niet doenlijk is een indicatie te geven t.a.v. toekomstige uitkeringen in de vorm van aandelen, evenmin als ten aanzien van de hoogte van toekomstige divi denduitkeringen in contanten. Uiter aard hoopt de directie, dat een aan houdende groei van de Groep van tijd tot tijd verdere uitkeringen in aande len aan aandeelhouders mógelijk zal maken. ervan overtuigd dat het groeiend che misch bedrijf een belangrijk aandeel zal gaan leveren in het totale resul taat van de Groep. Zoals bekend bedroeg het nettoresul taat van de maatschappijen der Kon. Shell Groep in 196C 177,5 min pond ster ling tegen 175,5 min in 1959, een stij ging van 1,1 pet. De verkochte hoeveel heden ruwe olie en olieprodukten ste gen met ca. 7 pct. (8) en ook de verkoop van chemische produkten toonde een aanzienlijke toeneming. De concurrentie was echter nog scherper dan in 1959, hetgeen leidde tot lagere verkoopprij zen. Ook de prpzen van chemische pro dukten kwamen in 1960 onder druk te staan. Als gevolg daarvan kwam de aanzienlijke verhoging in de verkochte hoeveelheden niet tot uiting in een over eenkomstige vermeerdering van het net to-resultaat. De opbrengst van verkopen en andere bedrijfsinkomsten steeg tot 2.674 (2.579) min pond sterling, hierin is begrepen 716 min pond, of 46 min pond sterling meer dan in 1959, aan omzetbelastingen accijnzen en derg. heffingen, zodat daar na resteerde 1.958 min. p.s., 49 min. pond sterling meer dan in 1959. Hiervan komt 10 pct. (in 1959: 9 pct.) voor reke ning van chemische produkten. Het to taal der bedrijfskosten beliep 1463 min. p.s. of wel 60 min. p.s meer dan in 1959. Overal in de groep zijn tijdens 1960 maatregelen genomen, die resul teerden in kostenbesparingen, en wer den verbeterde werkwijzen ingevoerd, die hebben geleid tot verlaging van de kostprijs. Het streven naar efficiëncy en hogere proiluktiviteit wordt steeds krachtiger voortgezet en men verwacht hierdoor in de toekomst belangrijke ver beteringen. In het afgelopen jaar moest een niet onaanzienlijk deel der kasmiddelen wor den aangewend voor kapitaaluitgaven en behoeften aan bedrijfskapitaal; niet temin bleef de financiële positie van de Groep bijzonder krachtig. De post kas middelen en kortlopende beleggingen bedroeg per uit. 1960 420 (488) min. pond sterling. (Advertentie) ubicd y\ :f: 4: o S V' TOONZALEN TE AMSTERDAM, ROTTERDAM. UTRECHT, BREDA Ïn de grond van Knabbeltjesland wa ren een heleboel konijnehoiletjes. En in een van die holletjes woonde Knuffeltje, dat nog maar een ko- njjnekindje was. Knuffeltje Konijn had het heerlijk in het Knabbeltjesland. Hij speelde er verstoppertje en konijntje- óver met dc andere konijnekinders. Hij kon er knolletjes en wortels en klaver vinden, waar Knuffeltje dol op was. Hij kon er een heerlijk leventje leiden, want nergens was het voor een konijntje be ter dan in Knabbeltjesland. Maar aan de rand van Knabbeltjes land, waar het grote Berebos begon, daar stond het huis van Sjoeko, de to- verdwerg. Sjoeko de toverdwerg hield niét van de konijntjes van "het Knabbel tjesland. Sjoeko was een lelijk klein ke reltje, waar je gerust voor uit kon kij ken. Alle vaders en moeders hadden dan ook al dikwijls tegen hun konijne kinders gezegd: denk erom, blijf van het huisje van de toverdwerg vandaan. Zorg dat hij je niet te pakken krijgt, want dan zou het wel eens slecht met je kunnen aflopen. Hebben jullie dat begrepen? Ja pap, ja mam, zeiden alle konijne kinders dan. Maar Knuffeltje dacht: zou die toverdwerg nu heus wel zo'n le lijkerd zijn? Ik geloof er niks van. Mis schien zijn vader en moeder alleen maar een beetje bang. Ilt- -»«u toch wel eens willen weten, wat ei' met je gebeuren zou, ais Sjpelto de toverdwerg je te pak ken kon krijgen. Ik ben niet bang, zei Een lente in Japan is van geheel an dere aard dan in onze koude streken en bij onze levensgewoonten en wordt dan ook op geheel andere wijze her dacht. Het hoogtepunt van een voor jaarsviering ligt in dc „Kersendans". Met takken kersebloesem worden, tegelijk met de bij alle plechtigheid steeds onafscheidelijke waaier, allerlei figuren en zinnebeeldige gebaren ge maakt, welke het ritmisch gevoel van de Japanner volkomen bevredigen. Daarbij zijn de danseressen gekleed in rijk versierde kimono's van schitte rende kleurenpracht, welke bij de meest al langzame, gratievolle bewegingen wonderlijk mooi aandoet. In de fraaie kapsels, opgemaakt volgens de traditio nele Japanse mode, prijkt bovendien de kersebloesem, welke de viering van het lentefeest zij" bijzonder cachet geeft. Knuffeltje tegen zichzelf. Ik ben hele maal niet bang! Sjoeko de toverdwerg zat voor het raam van zijn kleine huis en gluurde naar Knabbeltjesland. Hij zag de konijn tjes vrolijk spelen en pret maken en hij mopperde: die lelijke kwajongens! Kwa men zé maar eens hier, clan zóu ik ze. Maar dc konijntjes bleven ver genoeg uit de buurt. Sjoeko de toverdwerg kon ze niets doen, al mopperde hij ook nog zo hard. Hij kon dan ook alleen maar zijn toverkunsten uitvoeren in zijn eigen huis en in het tuintje daaromheen. Ik ga naar het Berebos, zei Knuffeltje Ko nijn tegen zijn vriendjes. Ik ga bramen plukken. Tot strakjes. Wég huppelde Knuffeltje en zijn vriendjes keken hem na. Maar aan de rand van het bos was het toverhuisje. En bij dat toverhuisje hoorde een mooie tuin. En in die tuin groeiden heerlijke toverknolletjes. Die zien er zó fijn uit, dacht Knuffeltje, daar zou ik wel eens een stukje van willen proeven. Vlak bij het hek bleef Knuffeltje staan. Zou ik het wagen?, dacht hij. Er groei den zóveel toverknolletjes in de turn, Sjoeko de toverdwerg zal er wel niet boos om worden. Wat zou hij trouwens voor kwaads kunnen doen? Hij zal me vast niet opeten, want daarvoor is hij te klein en ben ik te groot. Toen glipte Knuffeltje naar binnen, in het tuintje van Sjoeko de toverdwerg, die voor het raam zat en die het zo maar zag. Eindelijk zal ik dan toch iemand weer eens kunnen betoveren, zei Sjoeko de toverdwerg boos en tóch een beetje vrolijk tegelijk. Het is lang gele-^n dat ik daar de kans voor kreeg. Waar is mijn toverboek? De dwerg pakte vlug zijn Doek met toverspreuken en sloeg het open. On dertussen had Knuffeltje al een stukje van een knolletje geknabbeld en hij wou er al weer haastig vandoor gaan. Hch kus, pokus... mompelde Sjoeko en hp wees naar het konijntje, dat juist door het hek naar buiten wipte. Maar de toverspreuk van Sjoeko de dwerg was net ietsjes vlugger dan Knuffeltje. En precies buiten het tuinhek veranderde Knuffeltje in een grote, vreemde padde stoel. Daar stond Knuffeltje dan. Omge toverd door Sjoeko de dwerg en niemand wist ervan. Wat blijft Knuffeltje toch lang weg, zei moeder Konijn. Hij is bra men plukken mevrouw, zeiden de vriendjes. Maar toch had hij onderhand al thuis moeten zijn, vond moeder en ze tuurde in de verte, naar de richting van het Berebos. Het werd later en later. De avond viel over Knabbeltjesland en de konijntjes zochten hun holletjes op om té gaan slapen. De zon was ondergegaan, maar gelukkig zorgde de maan voor nog een klein beetje licht. Knuffeltje, Knuffeltje, riepen vader en moeder, terwijl ze zuchtend op zoek gingen. Ben je soms verdwaald, Knuf feltje! Knuffeltje, hoor je ons? Maar Knuffeltje was een paddestoel geworden, dicht bij het hek van Sjoeko de toverdwerg. Hij kon niets zeggen tegen vader en moeder. Zelfs niet toen ze héél dicht bij hem waren gekomen. Wat voél ik toch, zei moeder, toen ze langs de vreemde paddestoel liep. Ik voel Knuffeltje. Maar ik zie hem niet. Dat denk je maar moeder, zei vader konijn. Kom, ga mee naar het Berebos. Daar zal hij wel zijn. Maar Knuffeltje was niet in het Berebos. Vader en moe der zochten dc hele nacht voor niets en niemendal. Moe en verdrietig kwa men ze tegen de morgen het Berebos weer uit. En nog altijd stond daar die vreemde paddestoel die Knuffeltje was. Wat voel ik toch? zei moeder weer. Ik voel Knuffeltje. Maar ik zie hem niet. Dat denk je maar moeder, zei va der Konijn. Kom, ga mee. naar huis. Nee, zei moeder, ik ga niet naar huis zonder Knuffeltje. Nu is het daar veel te leeg en te stil voor mij. Ik blijf hier, want ik weet zeker dat ik Knuffeltje voel van binnen. Toen ging ze in het gras zitten, vlak bij de vreemde paddestoel. Arme moe der Konijn, wat was ze verdrietig. Er rolden twee tranen langs haar snoet. Pets, pets. kwamen ze op de paddestoel terecht. En het waren zulke verdrietige tranen, dat zelfs de toverspreuk van Sjoeko de dwerg daar niet tegen kon. Nauwelijks waren ze op de paddestoel gekomen, of daar stond opeens Knuf feltje weer. Knuffeltje Konijn, die moe der haastig wegtrok van het dwergehuis en haar toen wel duizend neusjes gaf van vreugde. Zo kwamen ze dan even later met hun drieën in Knabbeltjesland terug. Het waren de drie gelukkigste konijntjes van de wereld. Maar Sjoeko de toverdwerg was niet gelukkig. Met een gezicht dat nóg bozer was dan anders, ging hij voor zijn raam zitten. Wacht maar eens, als er wéér eens een aan mijn toverknolletjes komt, mopper de hij. Dan zal ik vlugger zijn met mijn toverspreuk. Ik hou mijn boek vast klaar. Dat leg ik nooit meer weg. En zo zat hij daar dan. Hij was zó boos dat hij niet meer van het raam wilde weggaan. Niet om te eten. Niet om te drinken. En ook niet om te slapen. Maar de konijntjes, die het verhaal van Knuffeltje hadden gehoord, dach ten er niet over om bij Sjoeko tover knolletjes te gaan eten. Daarom bleef Sjoeko daar zitten tot hij een ons woog. En later een half ons. En nóg later woog hij helemaal niets meer. Toen aten de konijntjes van Knabbel tjesland alle knolletjes uit zijn tuintje heerljjk op. Want toverdwergen die niets meer wegen, die kunnen niemand kwaad meer doen. LEA SMULDERS niiimiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiii miiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiikii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimi iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiïi De gevel van het operagebouw te Parijs. stormen van de revolutie gaan Sce(t stad over de gehele wereld de stad. die eerst onder Na- onbetwistbare voorrang. Traditional? Japdnse klederdracht. Douglas Aircraft heeft de bouw aan gekondigd van een nieuw vrachtvlieg tuig met straalaandrijving, de DC-8F „Jet Trader". Het vliegtuig, dat een startgewicht zal hebben van 140.0001 kg, zal behalve 24.000 kg vracht ook nog 54 passagiers kunnen vervoeren in een afgescheiden cabine. De vier Pratt and Whitney turbofan straalmotoren van het type JT3D-3 zullen de „Jet Trader" een kruissnel heid geven van 935 km per uur. Het vliegbereik zal ruim 11.000 km. bedra gen. De over poleon I al zijn glans herwint, uitge breid wordt, grote pleinen en brede avenues krijgt cn waar in 1806 de eer ste steen gelegd wordt van een monu ment gewijd „aan de roem der soldaten van het Grote Leger"; het is de Are de Triomphe, waar sinds 11 november 19'-- een onbekende held, soldaat uit de Grote Oorlog (1914-1918), ligt begra ven. Gedurende do 19e eeuw staat de stad in de eerste rijen van de tekenen van vooruitgang. De organisatie van tal rijke tentoonstellingen op het gebied van kunst en industrie, waarop alle lan den ter wereld worden uitgenodigd, geeft reden tot de constructie van grote nieuwe bouwwerken. Parijs wordt ook voortdurend ver fraaid met talrijke kerken in alle stij len, waaronder een basiliek dc Sacrc- Coeur (aangevangen in 1875 en vol eindigd in 1914), zijn musea met on schatbare verzamelingen, rijke biblio theken, streng aangelegde tuinen, bouwwerken uit alle tijden, en blijft nog steeds de stad die het oog trekt van alle kunstzinnige". Vergete men niet dat Parijs de uni versiteitsstad Is, bezocht door een in tellectuele jeugd van de gehele wereld. Parijs is de stad van het toneel. Iede re Winter brengt een succes aan nieuwe stukken met wereldvermaardheid. Het meest bekend is het grote theater „Opé ra". Tenslotte is Parijs het middelpunt var. de Parijse mode. Deze schepping van een meest zekere en verfijnde smaak (SLOT) De „Sacré-Coeur"-kerk op Montmartre te Parijs. Negentig jaar geleden verscheen voor het eerst een „kop-van-Jut" op de ker mis. Het is een kermisattractie, die, hoe wel ouderwets, nog niet geheel en al verdwenen is. Het is eigenlijk een zeer eenvoudig geval: op de grond staat een kist waarin, op een zeer sterke veer ge monteerd, een houten paaltje, dat net even buiten de kist uitsteekt. Dit is dan feitelijk de „kop van Jut" en vroeger was dit uitstekende gedeelte van het paaltje in de vorm van een kop uitge werkt. Daarachter staat een hoge paal; te beschouwen als een hoogtemeter. Het is de bedoeling dat men met een houten hamer met grote kracht op dat uitstekende paaltje (kop) slaat, zódanig dat dit geheel wordt ingedrukt en dan vliegt een klein ijzertje langs de hoge meetlat naar boven. Wie in staat is het ijzertje tot boven aan de lat (paal) te krijgen, is het sterkst. Dan raakt dat ding een klappertje en er ontstaat een knal. Men ontvangt dan een papieren ere teken, dat op de borst gespeld wordt. Je ziet op de kermis, vooral „in de pro vincie", dat sommige personen met meerdere van dergelijke eretekens op de borst rondlopen! Hoe men aan de benaming is gekomen, horen we jul lie al vragen. Dat is zo gegaan: 90 jaar geleden leefde er in Den Haag een rijke dame. Deze dame werd echter vermoord door Hendrik Jut. Dat wist men niet direct, pas jaren later is dat uitgeko men. Zoals het vroeger met dergelijke gebeurtenissen wel meer gebeurde, werden er enkele straatliedjes op ge maakt. Een kermisreiziger kwam op het idee om een apparaat te maken waarop het publiek zogenaamd op de kop van Jut kon slaan. Er ontstond dan het hierboven genoemde apparaat en ieder die dat wilde kon op de kermis tegen een geringe vergoeding zijn woe de op de kop van Jut koelen! Het was in die tijd een groot succes. „Boeren, burgers en buitenlui, komt dat zien en toont hier uw kracht. Slaat op de kop van Jut, zo hard je maar kunt!" Nu de kermis gemoderniseerd is, ziet men wel nog hier en daar de „kop van Jut", in ouderwetse vorm met vlagge tjes versierd, tussen de auto-scooters staan; maar ook zagen wij de kop van Jut geheel in moderne stijl, als een ruimtevaartraket opgesteld. Muisje Pim en Titteltootje wonen knus in een burootje. In la zeven is hun neft. Ja. ze hebben ook al jongen. Tootje raakt nooit uitgezongen: „O, we hebben het zo best!" Hoor die kleine jonge blagen nu eens knabbelen en knagen aan het wetboek, bladzij tien. „Mooi" zegt Vader Pim, „goed eten, en geen lettertje vergeten! dan word je geleerd misschien". Als het wetboek is verdwenen zit moe Tittelto te wenen met haar pootjes aan haar kop. „Ach, nu moeten wij verhuizen, net als doodgewone muizen. Alle lettertjes zijn op". „Stil maar Moeder, troost Papaatj'' „Ik zoek gauw een ander laatje. Mm, ik ruik papier, vol pap". Dan lacht moeder Titteltootje: „Ha, ik blijf in het burootje. En mijn kinders worden knap!" VERA WITTE

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1961 | | pagina 15