Kon./Shell zal delen in
stijging van olie ver koop
Vermoedelijk sal hevige concurrentie nog
een tijdlang aanhouden
Nettoresultaat per aandeel
Koninklijke f 15,13 (15,10)
rS
Knuffeltje konijn werd
een paddestoel-
JAPAN
PARIJS
MUIZEN IN
HETBURO'.
KOP-VAN-JUT
Asbach um
NIET BANG VOOR DE BOZE TOVERDWERG
ubi\co T
MATRASSEN
MATRASSEN
-d
Vrachtvliegtuig
V B
ZATERDAG 22 APRIL 1961
PAGINA 15
rV™ ''"'^wwend
ÖEN HAAG, 22 april „De spreiding van de
erkzaamheden der Koninklijke/Shell Groep over
/je gehele wereld en de hechte concurrentiepositie
ap groepsmaatschappijen in afzetgebieden waar
,e stijging in de vraag vermoedelijk bijzonder
si'oot zal zijn, vormen een garantie dat de Groep
eb volle zal delen in de verwachte toeneming in
verkoop van olie", aldus de directie van de
"koninklijke" in het jaarverslag 1960. De vraag
<tar energie in de wereld buiten het Sovjetblok
bl
yan
eef in 1960 toenemen, waarbij het grootste deel
deze stijging voor rekening van aardolie
^vam. In West-Europa en in het Verre Oosten
j.jts de toeneming in de vraag naar olie uitzonder-
groot. Ondanks de veel grotere vraag bleef
het aanbod van olie in het algemeen ruim met
als gevolg hevige concurrentie op alle markten.
Naar het zich laat aanzien zal in 1961 de vraag
naar olie blijven stijgen, doch de huidige concur-
rentiefactoren zullen waarschijnlijk nog een tijd
lang aanhouden. De jaarlijkse toeneming van het
wereldolieverbruik is zeer groot en bedroeg in
1960 circa 50 miljoen ton, een hoeveelheid die
groter is dan bijvoorbeeld het huidige olieverbruik
in het Verenigd Koninkrijk. Aardolie zal vermoe
delijk de voornaamste leverancier van de extra
benodigde energie blijven, en het wereldverbruik
zal omstreeks 1970 wellicht meer dan anderhalf
maal zo groot zijn als in 1960.
steck,A?nde met 65 Pct- va" het na de
t&ai h'tkering uitstaande gewone kapi-
Financiële resultaten
ANTI HERNIA
L ATI LIT SCHUIMRUBBER
Advertentie)
»»e«
°"s - in ,7 ."J'0"0**"
57 banden
J A
sc»°t Jbren«e
destijds
°"*c vaders
Binnenkort verschijnt het interessante Asbach-boekje 'Mijmeringen bij een goed glas'. Vraag het nu reeds aan bij Uw
slijter - wijnhandelaar of bij de importeur voor de handel: N.V. Brcdaschc Wijnhandel, Breda.
N'oord-Amerika zal het tempo van
Wp. stÜging waarschijnlijk beneden het
'^gemiddelde blijven, doch tegen
*tlt,V 2al uit dit deel van de wereld toch
v, trl nog ca. de helft van de totale
$t„aag komen. In West-Europa, het groot
st afzetgebied buiten Noord-Amerika,
e de vraag naar olie ongetwijfeld in
L? sneller tempo blijven stijgen, dan de
h(a°eften naar energie in het algemeen.
m°et worden verwacht, dat het
fiat hoge tempo zal afnemen, naar-
het aandeel van aardolie In de
cllj, °Pese energiemarkt groeit en de con-
tOffentie van andere energiebronnen
leemt.
gt,k! de nu tot ontwikkeling komende
turfden zal de vraag naar olie procen-
r£j waarschijnlijk het snelst stijgen.
gfuT® tankertonnage, die thans over de
Vu were'd in bestelling is, beloopt
de ,"oge cijfer van ca. 14 min ton. In
Har.:aatste maanden is een toenemend
hef}8* nieuwe opdrachten geplaatst,
dat u6n er onvermijdelijk toe zal leiden
pen et wereldoverschot aan tanksche-
lorJ'-dat nu reeds vijf jaar bestaat, voor
zal aanhouden. De toestand zou
gunstiger worden indien alle rederijen
ertoe zouden overgaan de kleinere en
minder economische schepen op te rui
men. Dit zou de efficiency verhogen en
de kosten van het vervoer per tank
schip verlagen. In dit opzicht hebben
groepsmij'en een belangrijke bijdrage
geleverd ,door in I960 59 oudere en min
der doelmatige schepen met een totaal
draagvermogen van 750.000 ton voor de
sloop te verkopen.
Na de oorlog heeft zich een snelle
ontwikkeling voltrokken bij de verwer
king en verkoop door Groepsmaatschap
pijen van chemische produkten geba
seerd op aardolie en petroleumgassen.
Dit is thans een de gehele wereld om
vattend bedrijf met een geïnvesteerd
vermogen van bijna 200 min pond ster
ling. In een betrekkelijk nieuw en snel
groeiend bedrijf vergt het behalen van
een bevredigend rendement uiteraard
tijd. De winsten van het chemische be
drijf van de Groep zijn tot nu toe vrij
bescheiden geweest in verhouding tot de
in totaal geïnvesteerde bedragen.
Hoewel deze industrie vele proble
men te wachten slaat, is de directie
HAAG, 22 april Het netto-
W aat van de Kon.-Shell Groep per
Atr 6' van van de Kon. Ned.
iyu Mij (incl. het aan de mij toe te
1 f IX IA «taa. hn4 tan* 1(tXQ
winst van de Groep), heeft
deel van 60 pet. van de inge-
jjen winst van de Groep), heeft
I960 15,13 bedragen, vergeleken
l;,;,! f 15,10 voor het jaar 1959, het
2 1,1® bedrag is herberekend voor de
ko uitkering in aandelen in 1960.
\>jj®«u beurskoers van 149,10 (off. slot
ilj-''ag) komt de koers-winstverhou-
tl6 A uit op 9,8. Het netto-actief van
•U-Kjtoep per aandeel van 20,Iio-
(!Ch 'ilke, laat zich per uit. I960 bereke-
vo0 °P 185,33 175,44) herberekend
de 2 pet. uitkering in aandelen).
koninklijke Nederlandsche Petro
llen Maatschappij ontving in 1960 aan
1htiu!?sten uit maatschappijen der Ko-
buJIÖke Shell Groep f 392,5 (370,2)
Anó' 'nterest en ardere inkomsten be-
f 3,7 (3,5) min., na aftrek van
bosten en diversen ad 4,08 (4,6)
V8'1
st<
en winstaandeel ter beschikking
de raad van commissarissen en
directeuren ad 4,42 (4,36) min.,
(3g!e„ert een netto-resultaat van 387,75
\W"3) min fja toevoeging hieraan
De- "et saldo niet uitgekeerd inkomen
hi|- januari 1960 ad f 123,15 (138,31)
V6r-' cn een 'bedrag uit hoofde van
<2tp8arde dividenden, ad 1.116
is een bedrag van 510,9
Han'd) min. beschikbaar voor uitkering
f 5 aandeelhouders. Na uitkering van
f 2o (onv.) dividend per aandeel van
en dividend op preferente aande-
'n totaal vergend f 387,7 (380,1)
Jl2sjc?a' oen bedrag van 123,19
,J-&) min. worden overgeboekt naar
v°lgend jaar.
5!eir]als hekend wordt voorts voorge
zet *en laste van de agioreserve 10
j *e keren in aandelen, voor liet
He, „.helende in de Winst' over 1961.
tew „tstaande aantal aandelen zal dan
stu£men' tot 81,22 (73,84) miljoen
'tel f z°dat het geplaatste kapitaal
?eie'n A'5 (onv.) min. preferente aan-
el0Do 1.625,97 (1.478,29) min. zal
iti A®". Na de uitkering van 10 pet.
flra,,helen zal de agioreserve nog be-
f 1-057,2 (1.204,9) min., over-
an 1.624,5 min.
directie neemt het standouiit bi
dat het aandelenkapitaal der Kon. Ned.
Petroleum Mij. de groei van de Ko
ninklijke Shell Groep dient te weerspie
gelen. Men zal begrijpen dat het niet
doenlijk is een indicatie te geven t.a.v.
toekomstige uitkeringen in de vorm
van aandelen, evenmin als ten aanzien
van de hoogte van toekomstige divi
denduitkeringen in contanten. Uiter
aard hoopt de directie, dat een aan
houdende groei van de Groep van tijd
tot tijd verdere uitkeringen in aande
len aan aandeelhouders mógelijk zal
maken.
ervan overtuigd dat het groeiend che
misch bedrijf een belangrijk aandeel
zal gaan leveren in het totale resul
taat van de Groep.
Zoals bekend bedroeg het nettoresul
taat van de maatschappijen der Kon.
Shell Groep in 196C 177,5 min pond ster
ling tegen 175,5 min in 1959, een stij
ging van 1,1 pet. De verkochte hoeveel
heden ruwe olie en olieprodukten ste
gen met ca. 7 pct. (8) en ook de verkoop
van chemische produkten toonde een
aanzienlijke toeneming. De concurrentie
was echter nog scherper dan in 1959,
hetgeen leidde tot lagere verkoopprij
zen. Ook de prpzen van chemische pro
dukten kwamen in 1960 onder druk te
staan. Als gevolg daarvan kwam de
aanzienlijke verhoging in de verkochte
hoeveelheden niet tot uiting in een over
eenkomstige vermeerdering van het net
to-resultaat.
De opbrengst van verkopen en andere
bedrijfsinkomsten steeg tot 2.674 (2.579)
min pond sterling, hierin is begrepen
716 min pond, of 46 min pond sterling
meer dan in 1959, aan omzetbelastingen
accijnzen en derg. heffingen, zodat daar
na resteerde 1.958 min. p.s., 49 min.
pond sterling meer dan in 1959. Hiervan
komt 10 pct. (in 1959: 9 pct.) voor reke
ning van chemische produkten. Het to
taal der bedrijfskosten beliep 1463 min.
p.s. of wel 60 min. p.s meer dan in
1959. Overal in de groep zijn tijdens
1960 maatregelen genomen, die resul
teerden in kostenbesparingen, en wer
den verbeterde werkwijzen ingevoerd,
die hebben geleid tot verlaging van de
kostprijs. Het streven naar efficiëncy
en hogere proiluktiviteit wordt steeds
krachtiger voortgezet en men verwacht
hierdoor in de toekomst belangrijke ver
beteringen.
In het afgelopen jaar moest een niet
onaanzienlijk deel der kasmiddelen wor
den aangewend voor kapitaaluitgaven
en behoeften aan bedrijfskapitaal; niet
temin bleef de financiële positie van de
Groep bijzonder krachtig. De post kas
middelen en kortlopende beleggingen
bedroeg per uit. 1960 420 (488) min. pond
sterling.
(Advertentie)
ubicd
y\ :f:
4: o S V'
TOONZALEN TE AMSTERDAM, ROTTERDAM. UTRECHT, BREDA
Ïn de grond van Knabbeltjesland wa
ren een heleboel konijnehoiletjes.
En in een van die holletjes woonde
Knuffeltje, dat nog maar een ko-
njjnekindje was. Knuffeltje Konijn had
het heerlijk in het Knabbeltjesland. Hij
speelde er verstoppertje en konijntje-
óver met dc andere konijnekinders. Hij
kon er knolletjes en wortels en klaver
vinden, waar Knuffeltje dol op was. Hij
kon er een heerlijk leventje leiden, want
nergens was het voor een konijntje be
ter dan in Knabbeltjesland.
Maar aan de rand van Knabbeltjes
land, waar het grote Berebos begon,
daar stond het huis van Sjoeko, de to-
verdwerg. Sjoeko de toverdwerg hield
niét van de konijntjes van "het Knabbel
tjesland. Sjoeko was een lelijk klein ke
reltje, waar je gerust voor uit kon kij
ken. Alle vaders en moeders hadden
dan ook al dikwijls tegen hun konijne
kinders gezegd: denk erom, blijf van
het huisje van de toverdwerg vandaan.
Zorg dat hij je niet te pakken krijgt,
want dan zou het wel eens slecht met
je kunnen aflopen. Hebben jullie dat
begrepen?
Ja pap, ja mam, zeiden alle konijne
kinders dan. Maar Knuffeltje dacht:
zou die toverdwerg nu heus wel zo'n le
lijkerd zijn? Ik geloof er niks van. Mis
schien zijn vader en moeder alleen maar
een beetje bang. Ilt- -»«u toch wel eens
willen weten, wat ei' met je gebeuren
zou, ais Sjpelto de toverdwerg je te pak
ken kon krijgen. Ik ben niet bang, zei
Een lente in Japan is van geheel an
dere aard dan in onze koude streken
en bij onze levensgewoonten en wordt
dan ook op geheel andere wijze her
dacht. Het hoogtepunt van een voor
jaarsviering ligt in dc „Kersendans".
Met takken kersebloesem worden,
tegelijk met de bij alle plechtigheid
steeds onafscheidelijke waaier, allerlei
figuren en zinnebeeldige gebaren ge
maakt, welke het ritmisch gevoel van
de Japanner volkomen bevredigen.
Daarbij zijn de danseressen gekleed
in rijk versierde kimono's van schitte
rende kleurenpracht, welke bij de meest
al langzame, gratievolle bewegingen
wonderlijk mooi aandoet. In de fraaie
kapsels, opgemaakt volgens de traditio
nele Japanse mode, prijkt bovendien
de kersebloesem, welke de viering
van het lentefeest zij" bijzonder cachet
geeft.
Knuffeltje tegen zichzelf. Ik ben hele
maal niet bang!
Sjoeko de toverdwerg zat voor het
raam van zijn kleine huis en gluurde
naar Knabbeltjesland. Hij zag de konijn
tjes vrolijk spelen en pret maken en hij
mopperde: die lelijke kwajongens! Kwa
men zé maar eens hier, clan zóu ik ze.
Maar dc konijntjes bleven ver genoeg
uit de buurt. Sjoeko de toverdwerg kon
ze niets doen, al mopperde hij ook nog
zo hard. Hij kon dan ook alleen maar
zijn toverkunsten uitvoeren in zijn eigen
huis en in het tuintje daaromheen. Ik
ga naar het Berebos, zei Knuffeltje Ko
nijn tegen zijn vriendjes. Ik ga bramen
plukken. Tot strakjes.
Wég huppelde Knuffeltje en zijn
vriendjes keken hem na. Maar aan de
rand van het bos was het toverhuisje.
En bij dat toverhuisje hoorde een mooie
tuin. En in die tuin groeiden heerlijke
toverknolletjes. Die zien er zó fijn uit,
dacht Knuffeltje, daar zou ik wel eens
een stukje van willen proeven.
Vlak bij het hek bleef Knuffeltje staan.
Zou ik het wagen?, dacht hij. Er groei
den zóveel toverknolletjes in de turn,
Sjoeko de toverdwerg zal er wel niet
boos om worden. Wat zou hij trouwens
voor kwaads kunnen doen? Hij zal me
vast niet opeten, want daarvoor is hij
te klein en ben ik te groot.
Toen glipte Knuffeltje naar binnen,
in het tuintje van Sjoeko de toverdwerg,
die voor het raam zat en die het zo
maar zag.
Eindelijk zal ik dan toch iemand weer
eens kunnen betoveren, zei Sjoeko de
toverdwerg boos en tóch een beetje
vrolijk tegelijk. Het is lang gele-^n dat
ik daar de kans voor kreeg. Waar is
mijn toverboek?
De dwerg pakte vlug zijn Doek met
toverspreuken en sloeg het open. On
dertussen had Knuffeltje al een stukje
van een knolletje geknabbeld en hij wou
er al weer haastig vandoor gaan. Hch
kus, pokus... mompelde Sjoeko en hp
wees naar het konijntje, dat juist door
het hek naar buiten wipte. Maar de
toverspreuk van Sjoeko de dwerg was
net ietsjes vlugger dan Knuffeltje. En
precies buiten het tuinhek veranderde
Knuffeltje in een grote, vreemde padde
stoel. Daar stond Knuffeltje dan. Omge
toverd door Sjoeko de dwerg en niemand
wist ervan. Wat blijft Knuffeltje toch
lang weg, zei moeder Konijn. Hij is bra
men plukken mevrouw, zeiden de
vriendjes. Maar toch had hij onderhand
al thuis moeten zijn, vond moeder en
ze tuurde in de verte, naar de richting
van het Berebos.
Het werd later en later. De avond viel
over Knabbeltjesland en de konijntjes
zochten hun holletjes op om té gaan
slapen. De zon was ondergegaan, maar
gelukkig zorgde de maan voor nog een
klein beetje licht.
Knuffeltje, Knuffeltje, riepen vader en
moeder, terwijl ze zuchtend op zoek
gingen. Ben je soms verdwaald, Knuf
feltje! Knuffeltje, hoor je ons?
Maar Knuffeltje was een paddestoel
geworden, dicht bij het hek van Sjoeko
de toverdwerg. Hij kon niets zeggen
tegen vader en moeder. Zelfs niet toen
ze héél dicht bij hem waren gekomen.
Wat voél ik toch, zei moeder, toen ze
langs de vreemde paddestoel liep. Ik
voel Knuffeltje. Maar ik zie hem niet.
Dat denk je maar moeder, zei vader
konijn. Kom, ga mee naar het Berebos.
Daar zal hij wel zijn. Maar Knuffeltje
was niet in het Berebos. Vader en moe
der zochten dc hele nacht voor niets
en niemendal. Moe en verdrietig kwa
men ze tegen de morgen het Berebos
weer uit. En nog altijd stond daar die
vreemde paddestoel die Knuffeltje was.
Wat voel ik toch? zei moeder weer.
Ik voel Knuffeltje. Maar ik zie hem
niet. Dat denk je maar moeder, zei va
der Konijn. Kom, ga mee. naar huis.
Nee, zei moeder, ik ga niet naar huis
zonder Knuffeltje. Nu is het daar veel
te leeg en te stil voor mij. Ik blijf hier,
want ik weet zeker dat ik Knuffeltje
voel van binnen.
Toen ging ze in het gras zitten, vlak
bij de vreemde paddestoel. Arme moe
der Konijn, wat was ze verdrietig. Er
rolden twee tranen langs haar snoet.
Pets, pets. kwamen ze op de paddestoel
terecht. En het waren zulke verdrietige
tranen, dat zelfs de toverspreuk van
Sjoeko de dwerg daar niet tegen kon.
Nauwelijks waren ze op de paddestoel
gekomen, of daar stond opeens Knuf
feltje weer. Knuffeltje Konijn, die moe
der haastig wegtrok van het dwergehuis
en haar toen wel duizend neusjes gaf
van vreugde. Zo kwamen ze dan even
later met hun drieën in Knabbeltjesland
terug. Het waren de drie gelukkigste
konijntjes van de wereld. Maar Sjoeko
de toverdwerg was niet gelukkig. Met
een gezicht dat nóg bozer was dan
anders, ging hij voor zijn raam zitten.
Wacht maar eens, als er wéér eens een
aan mijn toverknolletjes komt, mopper
de hij. Dan zal ik vlugger zijn met mijn
toverspreuk. Ik hou mijn boek vast
klaar. Dat leg ik nooit meer weg. En
zo zat hij daar dan. Hij was zó boos
dat hij niet meer van het raam wilde
weggaan. Niet om te eten. Niet om te
drinken. En ook niet om te slapen.
Maar de konijntjes, die het verhaal
van Knuffeltje hadden gehoord, dach
ten er niet over om bij Sjoeko tover
knolletjes te gaan eten.
Daarom bleef Sjoeko daar zitten tot
hij een ons woog.
En later een half ons.
En nóg later woog hij helemaal niets
meer.
Toen aten de konijntjes van Knabbel
tjesland alle knolletjes uit zijn tuintje
heerljjk op. Want toverdwergen die niets
meer wegen, die kunnen niemand kwaad
meer doen.
LEA SMULDERS
niiimiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiii
miiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiikii
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimi
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiïi
De gevel van het operagebouw te Parijs.
stormen van de revolutie gaan Sce(t stad over de gehele wereld
de stad. die eerst onder Na- onbetwistbare voorrang.
Traditional? Japdnse klederdracht.
Douglas Aircraft heeft de bouw aan
gekondigd van een nieuw vrachtvlieg
tuig met straalaandrijving, de DC-8F
„Jet Trader".
Het vliegtuig, dat een startgewicht zal
hebben van 140.0001 kg, zal behalve
24.000 kg vracht ook nog 54 passagiers
kunnen vervoeren in een afgescheiden
cabine.
De vier Pratt and Whitney turbofan
straalmotoren van het type JT3D-3
zullen de „Jet Trader" een kruissnel
heid geven van 935 km per uur. Het
vliegbereik zal ruim 11.000 km. bedra
gen.
De
over
poleon I al zijn glans herwint, uitge
breid wordt, grote pleinen en brede
avenues krijgt cn waar in 1806 de eer
ste steen gelegd wordt van een monu
ment gewijd „aan de roem der soldaten
van het Grote Leger"; het is de Are
de Triomphe, waar sinds 11 november
19'-- een onbekende held, soldaat uit de
Grote Oorlog (1914-1918), ligt begra
ven.
Gedurende do 19e eeuw staat de stad
in de eerste rijen van de tekenen van
vooruitgang. De organisatie van tal
rijke tentoonstellingen op het gebied
van kunst en industrie, waarop alle lan
den ter wereld worden uitgenodigd,
geeft reden tot de constructie van grote
nieuwe bouwwerken.
Parijs wordt ook voortdurend ver
fraaid met talrijke kerken in alle stij
len, waaronder een basiliek dc Sacrc-
Coeur (aangevangen in 1875 en vol
eindigd in 1914), zijn musea met on
schatbare verzamelingen, rijke biblio
theken, streng aangelegde tuinen,
bouwwerken uit alle tijden, en blijft
nog steeds de stad die het oog trekt van
alle kunstzinnige".
Vergete men niet dat Parijs de uni
versiteitsstad Is, bezocht door een in
tellectuele jeugd van de gehele wereld.
Parijs is de stad van het toneel. Iede
re Winter brengt een succes aan nieuwe
stukken met wereldvermaardheid. Het
meest bekend is het grote theater „Opé
ra".
Tenslotte is Parijs het middelpunt var.
de Parijse mode. Deze schepping van een
meest zekere en verfijnde smaak
(SLOT)
De „Sacré-Coeur"-kerk op Montmartre
te Parijs.
Negentig jaar geleden verscheen voor
het eerst een „kop-van-Jut" op de ker
mis. Het is een kermisattractie, die, hoe
wel ouderwets, nog niet geheel en al
verdwenen is. Het is eigenlijk een zeer
eenvoudig geval: op de grond staat een
kist waarin, op een zeer sterke veer ge
monteerd, een houten paaltje, dat net
even buiten de kist uitsteekt. Dit is dan
feitelijk de „kop van Jut" en vroeger
was dit uitstekende gedeelte van het
paaltje in de vorm van een kop uitge
werkt. Daarachter staat een hoge paal;
te beschouwen als een hoogtemeter.
Het is de bedoeling dat men met een
houten hamer met grote kracht op dat
uitstekende paaltje (kop) slaat, zódanig
dat dit geheel wordt ingedrukt en dan
vliegt een klein ijzertje langs de hoge
meetlat naar boven. Wie in staat is het
ijzertje tot boven aan de lat (paal) te
krijgen, is het sterkst. Dan raakt dat
ding een klappertje en er ontstaat een
knal.
Men ontvangt dan een papieren ere
teken, dat op de borst gespeld wordt.
Je ziet op de kermis, vooral „in de pro
vincie", dat sommige personen met
meerdere van dergelijke eretekens op
de borst rondlopen! Hoe men aan de
benaming is gekomen, horen we jul
lie al vragen. Dat is zo gegaan: 90 jaar
geleden leefde er in Den Haag een rijke
dame. Deze dame werd echter vermoord
door Hendrik Jut. Dat wist men niet
direct, pas jaren later is dat uitgeko
men. Zoals het vroeger met dergelijke
gebeurtenissen wel meer gebeurde,
werden er enkele straatliedjes op ge
maakt. Een kermisreiziger kwam op
het idee om een apparaat te maken
waarop het publiek zogenaamd op de
kop van Jut kon slaan. Er ontstond dan
het hierboven genoemde apparaat en
ieder die dat wilde kon op de kermis
tegen een geringe vergoeding zijn woe
de op de kop van Jut koelen!
Het was in die tijd een groot succes.
„Boeren, burgers en buitenlui, komt
dat zien en toont hier uw kracht. Slaat
op de kop van Jut, zo hard je maar
kunt!"
Nu de kermis gemoderniseerd is, ziet
men wel nog hier en daar de „kop van
Jut", in ouderwetse vorm met vlagge
tjes versierd, tussen de auto-scooters
staan; maar ook zagen wij de kop van
Jut geheel in moderne stijl, als een
ruimtevaartraket opgesteld.
Muisje Pim en Titteltootje
wonen knus in een burootje.
In la zeven is hun neft.
Ja. ze hebben ook al jongen.
Tootje raakt nooit uitgezongen:
„O, we hebben het zo best!"
Hoor die kleine jonge blagen
nu eens knabbelen en knagen
aan het wetboek, bladzij tien.
„Mooi" zegt Vader Pim, „goed eten,
en geen lettertje vergeten!
dan word je geleerd misschien".
Als het wetboek is verdwenen
zit moe Tittelto te wenen
met haar pootjes aan haar kop.
„Ach, nu moeten wij verhuizen,
net als doodgewone muizen.
Alle lettertjes zijn op".
„Stil maar Moeder, troost Papaatj''
„Ik zoek gauw een ander laatje.
Mm, ik ruik papier, vol pap".
Dan lacht moeder Titteltootje:
„Ha, ik blijf in het burootje.
En mijn kinders worden knap!"
VERA WITTE