Het verraad van de 4e november
Hongaarse opstand richtte zich
tegen Rusland
en
communisme
Janos Kadars breuk met
Iinre Nagy is nog steeds
tiet geheel opgehelderd
Hongaarse vluchtelingen - na een
harde tijd - nu wel aangepast
Velen hebben zich hier een
prachtig bestaan opgebouwd
MOEIZAAM WERK VAN
VLUCHTELINGENHULP
WERPT RESULTATEN AF
voelt zich thuis
ss srjssr%t {g&r*
,lk ben blij"
ZATERDAG 28 OKTOBER 1961
S'nds ongeveer anderhalve
Slaand heeft Janos Cserma-
hjj ....'yk de baan weer terug, die
Vqii Uar geleden onder nooit
hetlp i °P§ehelderde omstandig-
later eft gekregen en die hij
is cjp Ueer heeft opgegeven. Janos
Se ]a5?0n van een Duits-Hongaar-
distr;'!?ai^eider uit Kapoly in het
beginC Somogy. Toen hij in het
tot (]fl Yj n de jaren dertig toetrad
be\Ve eugaarse communistische
bee]riglng' volgde hij het voor-
Oeeifj V0J?de hij het voor-
Ver^, Van zovele van zijn geest-
huf, n, die bang waren dat
^nkei? YYn'et HonSaars genoeg
ternaa^; t veranderde zijn ach-
hu
kli
terna"a veranderde zijn ach-
bo.s Voortaan heette hij: Ja-
thans *s deze man, die
*WJremier en partijleider in
botnen 1Je 's* tIet *s deze aange
zet Ve "aam- ^ie synoniem is met
Staart .la&d van de Hongaarse op-
n oktober-november 1956.
EIND oktober 1956 barstte in
Hongarije de storm los, voor
al ónder de arbeiders en de
jeugd, die de dictatuur en de
dwang van het communisme niet
langer wensten te dragen en met
de gedachte van: liever dood dan
slaaf, de^ Russische tanks te lijf
gingen. Er ging een schok door de
wereld. De Hongaren, die reeds in
Nederland waren omdat zij al eer
der waren gevlucht, hielden de
adem in. Wij bezochten in 'die
dagen verschillende Hongaarse
families. Waar men ook kwam,
overal zat men stil, doodstil en
angstig te luisteren naar de clan
destiene radio-uitzendingen uit
Komarom en Pécs en andere ste
den in het Noorden en het Zuiden,
die angstig riepen om hulp, die
wij hen niet konden geven. Het
Westen deed niets. Kon misschien
niets doen, vanwege het gevaar
van een wereldbrand.
lassiek geworden foto's van dé Hongaarse opstand: een meisje, dai
*erwarring van het Russische offensief ouders §?i familieleden is kwijt ge-
en dat nu ergens aan de Hongaars-Oostenrijkse grens zit te wachten op een
oude koffer.
0<,r7'a'<en vajj die opstand iyn
velerlei geweest. De overdreven in
dustrialisatie, die tijdens het bewind
van de Hongaarse partijleider Matyas
Rakosi werd nagestreefd, ging ge
paard met een in hevigheid steeds toe
nemende politieterreur en met een te
kort aan allerlei consumptieartikelen.
Daar kwam by een volstrekte onder
schikking van alles wat Hongaars
was aan het Russische voorbeeld, de
Russische maatstaf, het Russische ini
tiatief. Zelfs iiet uniform van de Hon
gaarse soldaten was een getrouwe
kopie van dat der militairen in het
Rode Leger.
Anti-Russische motieven speelden
bij de Hongaarse opstand een zeker
even sterke rol als anti-communisti
sche. Alleen zo1 was het ook te ver
klaren, dat een overtuigde, zij het 'ook
gematigde communist als Imre Nagy
op 23 oktober 1956 voor de tweede
maal in zijn carrière Hongaars pre
mier werd en ditmaal op sommatie van
haast het hele Hongaarse volk. De oude
partijleiding, die al te slaafs was ge
weest tegen de Russen, werd het land
uitgejaagd.
Het perspectief, dat zich een ogen
blik voor Hongarije scheen te openen,
was dat, van een buiten het Rat'*
Warschau staande mogendheid, die
een tamelijk stoer socialisme zou
blijven huldigen.
Onvergetelijk blijven de verhalen,
die toen het westen bereikten over de
geestdrift en de moed, waarmee stu
denten, arbeiders, soldaten en intel
lectuelen op de bres stonden voor het
behoud van hun hervonden Hongaar
se identiteit.
De Russen waren het onderling niet
eens. De militairen wilden hun stra
tegische positie in Hongarije niet op
geven. Sommige partijleiders achtten
het ogenblik gekomen om Nikita
Rhroesjtsjev de gevolgen te verwijten
van de ontluistering, die hy' in febru
ari de nagedachtenis van Stalin had
laten ondergaan.
Aan de andere kant stonden degenen,
die betoogden, dat men geen nationa
listische stromingen in Hongarije kon
onderdrukken zonder tegelijkertijd de
indruk te wekken van een bloedige
strijd tussen twee socialistische landen.
Beide kampen hebben een hoogge
plaatste waarnemer naar Boedapest
gezonden. Mikojan en Soeslov. die in
die dagen verbijsterd en onzeker hun
weg zochten door de stormachtige ge
beurtenissen in de Hongaarse hoofd
stad. reisden wel samen, maar zij
traden on namens verschillende frac
ties in Moskou.
Het was in deze periode, dat Janos
Radar de politiek van de verjaagde
leiders „laag en misdadig" noemde.
Hy trad toe tot de regering van Imre
Nagy, prees de „glorieuze opstand van
ons volk" en stemde in de ministerraad
voor het uitroepen van de Hongaarse
neutraliteit. „Wy kunnen rustig zeg
gen", zo verklaarde hy voor radio-
Boedapest, „dat de ideologische en
organisatorische leiders, die deze op
stand voorbereidden, uit onze rijen zyn
voortgekomen".
Twee voorvallen hebben de loop
van de gebeurtenissen veranderd. In de
eerste plaats werd na het aanvankelijk
welslagen van de anti-Russische actie
ook het anti-communisme steeds ster
ker en zelfbewuster. Hoop op de
solidariteit van het westen, in de hand
gewerkt door allerlei vroegere uitlatin
gen van functionarissen van de rege-
ring-Eisenhower, speelde hierbij een
voorname rol. In de tweede plaats ver
oorzaakte het Brits-Franse optreden
tegen Egypte zóveel gerucht in Azië en
Afrika, dat, de Russische leiders in
Moskou opeens veel minder angst gin
gen koesteren voor de propaganda-
nadelen, die een onderdrukking van de
Hongaarse opstand met zich zou bren
gen.
O nder welke omstandigheden Janos
Kadar zich precies van Imre
Nagy heeft losgemaakt, is niet
bekend. Volgens één verhaal
heeft hij zich in de nacht van 1 op 2
november op aanraden van Ferenc
Munnich naar de Russische ambassade
begeven. Daar heeft men hem_ trans
port bezorgd naar Oesjgorod, (Ungvar)
i'i de Karpatho-Oekraïne, ongeveer 80
km van de Hongaarse grens.
Drie jaar later, op 7 december
1959, heeft Kadar samen met
Khroesjtsjev een bezoek aan Oesjgo
rod gebracht. Hij zei bij die gelegen
heid: „Ik ben drie jaar geleden al
in deze streek geweest. Dar was toen
het Hongaarse volk in nood verkeer
de Wij kwamen om het Sovjetvolk
broederlijke hulp te vragen. Wij kre:
>gen deze hulp en daarmee sloegen wij
de contra-revolutie neer."
De revolutie is neergeslagen, maar
dat is nagenoeg uitsluitend het werk
geweest van de Russen. Zaterdagavond
3 november werden generaal Maleter
en de andere Hongaren, die met het
Russische opperbevel te Tókön op het
eiland Csepei besprekingen zouden voe
ren over de terugtrekking van het Rode
Leger, gearresteerd. Zondagmorgen om
05.20 uur verscheen premier Nagy voor
de radiomicrofoon om mee te delen, dat
Russische strijdkrachten een algemene
aanval hadden geopend om de wettige
Hongaarsé regering ten val te brengen
en de herwonnen zelfstandigheid van
Hongarije ongedaan te maken.
Enkele uren later meldde radio-
Szolnok, dat aldaar een „revolutionaire
arbeiders- en boerenregering" was ge
vormd, die onder leiding stond van
Janos Kadar. Het is niet waarschijn
lijk, dat Kadar zich toen al weer In
Szolnok durfde te wagen. De toespraak
die het station diezelfde dag van herri
uitzond, was vermoedelijk op een band
je opgenomen.
Duizenden Hongaren ontvluchtten
hun land, enerzijds omdat zij de woede
van de Russen en van hun handlangers
vreesden, anderzijds omdat zij een her
stel van de ofude onvrijheid niet konden
verdragen. Resoluties van de Veilig
heidsraad en protesten uit de hele vrije
wereld konden niet verhinderen, dat de
Russen hun repressie-tactiek tot het
bittere einde volhielden. Er zijn goede
gronden om te veronderstellen, dat het
ook Russen zijn geweest, die in juni
1958 Nagy en de zijnen, aan wie zy
ooit een vrijgeleide hadden gegeven,
hebben terechtgesteld.
Janos Kadar is de leiding van party
en regering blijven combineren tot 27
januari 1958. Daarna heeft hy het pre
mierschap gedurende drieëneenhalf
jaar overgedragen aan Ferenc Mun
nich. Sinds 13 september jl. is hij weer
zowel premier als partijleider.
Is de Hongaarse opstand nu ver
geefs geweest? Ja en neen. „Ja"
in die zin, dat de onvrijheid, de
geestelijke onderdrukking en het
atheïstisch activisme onverminderd
voortduren. „Neen" in die zin, dat de
Russen een zekere liberalisatie van het
communistische bewind in Hongarije
hebben toegestaan. Deze verzachtingen
hebben in onze ogen slechts betrekke
lijke waarde. Voor de Chinese commu
nisten zijn ze aanleiding genoeg ge
weest om Kadar en zijn regime te
betichten van revisionisme en van te
zwak optreden tegen zijn vijanden. De
Russen hebben hun economische druk
op Hongarije verlicht. Na de opstand
hebben zij zelfs vry aanzienlijke hulp
geboden.
In de algelopen jaren heeft Kadar al
herhaaldelijk de spot gedreven met
westelijke speculaties, dat het Rode
Leger zich misschien nog ééns uit Hon
garije zou terugtrekken. Onder de hui
dige omstandigheden komt daar niets
van in. Het is zélfs de vraag, of de
Russen er ooit mee zouden instemmen
een land, waar de vlam van de vrijheid
eens zó hoog is opgelaaid, onder te
brengen in een zone van z.g. verdunde
bewapening'' (gesteld al, dat het wes
ten voor de instelling van zo'n zone
zou voelen).
Het beste, wat men voorshands voor
Hongarije mag hopen, is, dat het zich
wat verder kan ontwikkelen in de rich
ting van het Poolse voorbeeld. Helaas
is dat niet veel, maar het is misschien
toch een heel klein pasje vooruit.
H. J. NEUMAN
Groot was de deelneming in ons land met de gevluchte Hongaren na de revolutie in oktober-november 1956. Koningin
Juliana ging naar het Jaarbeursgebouw in Utrecht, waar de vorstin door de dankbare Hongaren een schilderij „De Donau
in Boedapest" werd aangeboden.
(Van een onzer verslaggevers)
Het enige dat de westerse regeringen
konden doen was de duizenden vluchte
lingen opnemen, die-, in de vier dagen
Van de Hdngaarse chaos kans hadden
gezien met achterlating van alles,het
land te verlaten. Npderland besloot
drieduizend Hongaarse vluchtelingen te
latey overkomen.
Men, moet zich realiseren wat het be
tekent' vluchteling te zijn. Dat is: in
één ogenblik alles achterlaten, geld en
goed en de beslotenheid van het eigen
gezin. Dat is: komen in een vreemd
land, waar men de taal niet kent, waar
de I'èvenswijze zo geheel anders is, waar
men geen vrienden heeft, waar men
met niemand spreken kan en zich
zeker in het begin verloren voelt.
De integratie van déze drieduizend
mensen verliep moeilyk. Er waren ook
slechte elementen onder, die b.v. uit de
gevangenis waren ontsnapt. Men moest
hen er eerst tussenuit halen. Men stond
echter voor de vraag hoe in net alge
meen de mentaliteit van deze vluchte
lingen was. Er waren jongeren, er wa
ren ouderen en er waren echtparen met
of zonder kinderen.
Wy hebben over dit probleem een ge
sprek gehad met drs. Kuschpeta, de
directeur van de Vluchtelingenzorg van
de Katholieke Nationale Stichting „Men
sen in Nood" in 's-Hertogenbosch.
Hij wees ons op het feit, dat de Ne
derlandse regering geen criteria aan
legde bij de toelating van de Hongaarse
revolutievluchtelingen: al diegenen, die
zich in Oostenrijkse kampen voor Neder
land hebben opgegeven, zijn met trans
porten van hei Nederlandse Rode Kruis
naar Utrecht gebracht. Het is te begrij
pen dat er onder deze groep een betrek
kelijk groot aantal vluchtelingen was,
die vooral door de paniek, ontstaan in
de woelige revolutiedagen, hals over
kop gevlucht was. Geen merisen dus, die
welbewust de gelegenheid hebben aan
gegrepen om de terreur van de bezet
ters te ontkomen en de vrijheid boven
alles stelden. Hun geestesgesteldheid
verschilde van de bewuste vluchtelin
gen: intellectuelen, studenten, actieve
verzetsstrijders, politieke gevangenen
kortom de directe slachtoffers of ob
jecten van politieke en religieuze onder
drukking.
Maar in die vier dagen Van de revo
lutie was er geen kwestie meer van een
langdurige ontwikkeling in het bewust
zijn, het was een beslissing voor het
ogenblik: doen of niet doen.
Anderzijds had de gemiddelde Neder
lander zich onder invloed van de aan
grijpende radio- en krantenreportages
ten Dnn0Uzeker is de vrijheid aeweest, die de Hongaarse primaat kardinaal Mindszenty tijdens de opstand heeft genoten.
omZ^dagen nadat verzetsstrijders hem uitzijn gevangenschap hadden bevrijd, begonnen de Russen hun massale
drukkingsjrtie. Kardinaal Mindszenty verzacht en kreeg asyl op de Amerikaanse legatie te Boedapest.
sAndor nagy
Sindor Nagy is
een jongeman
van omstreeks
?5 jaar. Hij is
donker, heeft diep
liggende ogen. Een
open blik en een
blozend gelaat. Hij
kwam uit BoedaA
pest. Zijn beroep
was monteur. Hier
in ons land is hij
één van de vele
krachten in één van
de grootste levens-
middelenbedrijven.
Bij onze aankomst
troffen wij hem
hard werkend aan
in één der enorme
pakhuizen. Hij trok
gevulde balen aan
lange kabels omhoog
uit een schip. Met
een veiligheidsgor
del was hij vastge-
gespt aan een lus en
zo trok hij achter
elkaar de balen kof
fie, suiker, rijst, enz.,
omhoog.
Hij beantwoordde
onze vragen in
vloeiend Neder
lands. Hij is zo geas
simileerd met onze
taal, dat wanneer hij
Hongaars spreekt,
hij dit vermengt met
Nederlandse uit
drukkingen.
„Hoe bevalt het u
hier?" Hij lacht en f
antwoordt: „Ik heb
geen redenen tot
klagen." „En uw 4
werk?" „U ziét het, - Nêiêm
ik werk bij dit open
luik. Steeds frisse lucht. Het trekken en sjouwen is wel zwaar,
van. Dan verslappen Je spieren niet." Wijzend van uit zy* -
bovenste ruimte van het pakhuis naar de verte: „En wat een uitzicht.,.Ned
is vlak. En omdat ik zo hoog werk, mis ik minder de berg van Boeda. „Heeft u
vaak heimwee?" „Dit wil ik niet helemaal ontkennen. Af en toe. Maar imtuurlyk
begin je in de loop der jaren je nieuwe leden, dat je byhet begin ^^nover-^
gangsperiode beschouwde, toch als een vaste vorm te zien. „En^de aanpassing m
het algemeen?" Wederom zijn brede glimlach: „Enkele jaren geleden was het nog
moeilijk om aan te passen, zelfs met de beste, wil, die je had. Het k\hmaat, de
levensgewoonten, hef eten, alles was zo anders dan je BewendwasEnnu. nu
eet ik, safnen met mijn Nederlandse vrouw de Hollandse kost en het smaaKt me
Sindor- Nagy is getrouwd met Rie Meulenkamp, een dochter uit een- 9°ede Ne
derlandse: familie. Het is een nog jonge, kwieke vrouw Hij_vertrouM ons toe
dat zij binnen enkele maanden gezinsuitbreiding venvachten Grote plannen neeji
Sandor niet. Thuis, na zijn werk, knutselt hij en leest Nederlandse kranten en
bladen en voelt zich gelukkig een eigen gezin en woning te hebben Pv
nomen te weten in dre samenleving. Hij heeft verschillende vrienden hier germaKi.
De Nngy's bewonen een smaakvol ingerichte flat in een nieuwe wijk, mei een
ver uitzicht op weiden met grazende koeien, een huis dat voor velen
gastvrije woning ie.
maar ik houd er-
zijn „hoge post" (de
een ideaaltype vart de Hongaarse vluch
teling gevormd: een door geweld van
Russische tanks verslagen heroïsche
vrijheidsstrijder.
Achteraf is daarom gemakkelijk te
verklaren, waarom bij de confrontatie
van Hongtferse vluchtelingen met Ne
derlanders soms „kortsluiting" ont
stond, hetgeen de aanpassing zeker
niet ten goede kwam.Men moet daar
bij bedenken, dat de Hongaar in zijn
karakter en mentaliteit de tegenpool
van de nuchtere Nederlander is. Er
zijn berichten geweest over „uitspat
tingen van Hongaren", maar deze ver
halen bezondigden zich aan generali
sering en wekten een verkeerde in
druk over de Hongaarse revolutie-
vluchteling. Natuurlijk zijn zy niet al
tijd even gemakkelijk. Maar zouden
wij, indien wij om welke reden dan ook
gevlucht zouden zijn naar Turkije
waarvan wij taal noch levenswijze ken
den en wij zouden daar een nieuw be
staan moeten opbouwen, even toegan
kelijk, even gemakkelijk en even aar
dig zijn? Dan wordt het een strijd om
het bestaan, die met alle middelen
wordt gevoerd en waar sentiment en
impulsiviteit schering en inslag zijn,
Drs. Kuschpeta verzekerde ons dat er
langzamerhand tastbare resultaten te
zien zijn van het moeizame werk van
«ie Nederlandse Federatie voor Vluchte
lingenhulp en haar confessionele compo
nenten, waaronder de Katholieke Vluch
telingenzorg. De taalmoeilijkheden ver
dwijnen, althans bij de alleenstaanden.
In de gezinnen treden, waar nodig, de
kinderen als tolk op. Bijna iedere jonge
Hongaarse vluchteling heeft de kans ge
kregen de onderbroken studie of oplei
ding te hervatten, en af te ronden. De
werkgelegenheid schept geen problemen
meer, omdat Hongaren harde werkers
zijn en de economische situatie voor ie
dereen, die maar werken wil, kansen
biedt. Natuurlijk viel het niet mee om
b.v. ex-Officieren aan een passende
werkkring te helpen. Het komt ook voor,
dat een gewezen burgemeester zich ach
tergesteld voelt.
Zoals wij echter by de beoordeling van
het gedrag van Hongaren rekening die
nen te houden met hun mentaliteit, cul
tuur en psyche, zo kan voor een Hon
gaarse vluchteling niet méér bereikt
worden dan de gegeven sociaal-econo
mische situatie die Nederland toelaat.
Terwijl in 1957 en 1958 enkele honderden
Hongaren naar hun vaderland terugge
keerd zijn in totaal is in de afgelopen
vyf jaar twaalf procent teruggegaan
vooral sociaal zwakken, die de verbro
ken familiebanden geestelijk niet konden
verwerken repatrieerden de laatste
jaren slechts weinigen. Enkelen zoeken
hun geluk overzee. Hoe langer hoe meer
komt er rust onder de hier verblijven
de Hongaren. Ook migratie komt niet
meer zo vaak voor als in het begin. Na
tuurlijk zal men nog „probleemgevallen"
tegenkomen, maar het staat zo goed als
vast, dat deze mensen ook in Hongarije
reeds onoplosbare problemen-hadden.
Er zyn onder de jeugdigen enkele pro
bleemgevallen, maar „verloren zonen"
zyn er niet. Deze vluchtelingen hebben in
een voor hen vreemd land een moei
lijke tyd gehad, maar de moeilijkheden
blijven niet meer onoverwinnelijk.
Er zyn, aldus Drs. Kuschpeta, zeker
nog Hongaren die in stilte lijden. Het
gevaar is niet denkbeeldig dat in de toe
komst heimwee parten zal spelen. Er
zyn velen die zich in de afgelopen vyf
jaar- een prachtig bestaan hebben opge
bouwd. Naar ons gevoel is het type van
d* dankbare Hongaar overheersend, om
dat dankbaarheid voor bewezen welda
den - maar ook wrok tegen een aange
daan onrecht een echte Hongaarse
karaktereigenschap is.
Men mag niet beweren, dat alle Hon
garen die terugkeerden dit vrijwillig
deden en dat hun repatriëring haar
oorzaak vond in aanpassingsmoeilijk
heden. Het is bekend dat vele vluchte
lingen, ondergebracht^ bij Nederlandse
pleegouders, telefoontjes kregen van
hun familie jn Hongarije met het drin
gend verzoek terug te komen, omdat
alles weer normaal was en zij geen en
kele last zouden hebben. Begrijpelijk,
dat in die moeilijke beginttjd velen de
gedachte aan terugkeer naar het eigen
mag veronderstellen, dat een moeder
of vader of welk ander familielid of
vriend ook tot dit telefoongesprek was
geprest van communistische zijde.
Een Hongaar vertelt ons, dat hij 4
november van de Revolutieraad, waar
hij actief lid van was, de mededeling
had gekregen zo gauw mogelijk met zyn
vrouw en vyf kinderen' te verdwijnen.
Hij was onderwijzer fti een kleine stad
dicht by de Oostenrijkse grens. Hy ver
trok 's morgens inderdaad met zijn. ge
hele gezin. Hij nam alleen enige papie
ren en kleding mee. Via enkele Oosten
rijkse kampen kwam hij met de Rode
Kruistrein in Utrecht, waar toen in de
Julianahal de vluchtelingen bijeen wer
den gebracht. Deze man is geslaagd; hij
leeft tevreden hier met zijn gezin en zijn
salaris van f 400 netto.
„Als je vlucht," zegt hij, „denk je er
maar twee minuten over." Zijn vrouw
is helemaal aangepast en de kinderen
spreken perfect Nederlands.
Ik spreek een jongeman in Roosen
daal. „Och," zegt hl], ,,ik was in 1956
een onbezonnen jongen en ik wist niet
wat ik deed. Mijn moeder en zuster
wonen nog in Hongarije, maar in janu
ari 1957 vluchtte ik naar Joegoslavië.
Ik woonde in Csab dicht aan de Oos
tenrijkse grens en ik reed weg boven
op een goederentrein. By een klein
dorpje, dat 500 meter van de Joego
slavische grens ligt, stapte ik uit en
sloop de grens over. Ik kwam daar
in het Jeugdkamp Bela Crkva, wat
„Witte Kerk" betekent en door mid
delvan het Rode Kruis kwam ik hier."
Hy wilde eigenlijk naar familie in
Amerika in Michigan, maar kwam
tenslotte terecht bij pleegouders in
Roosendaal. Hy kreeg daar Neder
landse les van een frater op een zeer
primitieve manier, namelijk juist als
de kinderen in de eerste klas'met be
hulp van plaatjes. Hy zit nu op de
H.B.S., waar hy de eerste en de derde
klas mocht overslaan. Hij is nu met
gemiddeld een 7 overgegaan naar de
zesde klas en hy wil spoorwegingeni
eur worden.
Hy zegt: „Ik ben blij, dat ik hier
terecht ben gekomen. Ik heb my gauw
kunnen aanpassen. Je moet eraan
denken, dat je gast bent en dat je je
moet aanpassen. Wie dat niet doét."
doet verkeerd.
huis aanlokkelijk voorkwam. En men-eens weer mijn eigen bedrüf
Zo hebben wy verschillende mensen
ontmoet. Mensen, die het hier heus niét
zo gemakkelijk' hadden. Neem bijvoor
beeld een Hongaar, die officier was in
het Hongaarse leger en met vrouw en
een kind van twee maanden vluchtte
Wat moest een man, die beroepsmilil
tair was, hier doen? Het leek een uit
zichtloze toekomst. Hij had het geluk,
dat hy een van de huizen kreeg, die d»
gemeente Den Haag, geheel ingericht
met radio en alles, aan tien vluchtelin
gen had aangeboden. Hij ging als arbei
der werken in de raffinaderij in Pernis
Daarna werd hij kantoor-empiové en nu
is hij commercieel vertegenwoordiger en
rydt in een auto.
Niet allen ging het zo voorspoedig.
Fodor b.v. was een man uit wat wij
noemen het Horeca-bedryf. Hij had een
restaurant in Boedapest, dat in 1944
werd gebombardeerd. Hy werd in 1945
gearresteerd en naar Kapuvar overge
bracht. Hy begon opnieuw een restau
rant in Boeda. Werd opnieuw gearres
teerd en mocht daarna zyn vak niet
meer uitoefenen. In 1956 vluchtte hy
met twee kinderen. Zy zwommen twee
ri\ ieren over en kwamen per vracht
auto in Wenen terecht. In ons land is
hy in zyn oude bedryf gekomen. In een
hotel in Ommen, in een hotel in Zwolle
en nu by een Hongaars restaurant in
Scheveningen. Maar het liefst zou hy
weer een eigen restaurant hebben, waar
voor hem tot nu toe het geld ontbreekt.
de HBS in Vn0rFn V.00r ziJ'n '«on. die
maar één ding Unn" ^egThii Tl
is: al tyd optimistisch blijven eü altijd
blijven bidden. Ik woonde in 195b" tegen-
K-komen.