„Actuele" glasramen in St. Martinuskerk van Maastricht 4 's v- "l c7ji|*> I s M SI c in w m :-è' Gaat u tapijt kopen? ~€hkalon Sjieke pakken en jassen voor heren met standing Tiener wil grote hoeden 1 De schoonheid en het monster PLAAT •>3 5 MÈ4 mmw t js iP Engels mysteriespel BIJ DIK IN AMSTERDAM U# fa*. T oneel-weekeinde voor jongeren fa. De tijd Links af, naar Rechts 1de CPN"- ^hineas Newborn ti t 9'Êm O Wr* g IIs i miy ;<t I li: I ">4F tftW B iijlll!"- L f.' ff :a mM. Utrechts Orkest speelt Badings en Mahler TAPIJT Nieuwe spelling spaart schoolkind veel getob Tunesië arresteert eigenaar „Combat" DINSDAG 4 APRIL 1967 5 Tijd voor een N5 Tijd voor een ?}a; 11 zeldzame postzegel jl k' m m w JËlIÈi 1 - m tU i 'X. Details uit de Verrijzenis-ramen van Hans Truijen. MAASTRICHT, 4 april De Limburgse kunstenaar Hans Truijen uit Klimmen heeft acht opmerkelijke g]as-in-lood-ramen ontworpen voor de Maastrichtse St.-Martinus-kerk, beter bekend als ,,de kerk van de Zwarte Chris tus van Wijk". Binnenkort begint hij met de uitvoering van de ra men. Nog dit jaar zal de Mar tinuskerk volledig begl: asd zijn. Denk dan vooral aan wat u gisteravond op de TV hebt gezien: Enkalon-tapijt is sterk, slijtvast, volkomen kleurecht en... blijvend mooi! '■SSL Een exclusief driedelig geruit kos tuum met bijpassende overjas uit de collectie van Dik (Leidsestraat Amsterdam). IN MAASTRICHT DOOR LEO HANEKROOT Portrp^Ch: Links af> naar Rechts, de om*an een Pditieke partij of c°nfUr?ezviaai van de CPN in het KrugJZ Moskou-P eking. Uitg rUsemanrDen Haao. jjd F. bg®k; dat het ex-CPN bestuurs- -t belpjj cl1 heeft geschreven over ih het ?e cornmunistische par- l'S jaar ®derland van de laatste der- 2eter pnks af, naar Rechts" had £en heten «rh contra De Groot" kun- boek Luant de 166 bladzijden, die f anvaj vormen één persoonlijke ,an de S het beleid van de voorzitter L® schr,te,„ JVan 1945 tot 1964 heeft "«SeUjiJ deel uitgemaakt van het tviji hii f estuur van de CPN, ter- Üedactinnoi een aantal jaren de hoofd- P^ijblaa heeft bezet van het rd hii Waarheid". In 1964 Sch°rst l echter als bestuurslid ge- ^itstotino- twee jaar later volgde zijn Sens Ba?,, u't de partijgelederen. Vol- n ziin Was dit een direct gevolg *che i.. Verzet tegen de anti-Russi- Van Dp £s' die de CPN onder leiding ten en r, ro°t in die tijd begon te va- 'hsnifppf Zlch thans steeds duidelijker Het h irt' srij van° Van Baruch is beslist niet deel n Pera°onlijke rancunes. Integen- leze? Vriiwel elke bladzijde wordt toch m ermee geconfronteerd. Maar dat bü men de schrijver toegeven, druk wekt verschillende punten de in- debben gelijk aan zijn zijde te ^nrinoL, hijvoorbeeld als hij de be- •,De ngen - DerfVan ■De Gr°ot in diens boek v°rhmiiJ7ï8er Jaren" aan de hand van lJ kt jjmstische publikaties verge- Jferkeii'kv, hetgeen in die jaren in 6 Gr is geschreven en gedaan. ®ls je a°t komt hieruit te voorschijn uit •and die er op de eerste plaats ais de is grote aan te tonen, dat hij steeds Profeet van de partij is ge- Dertig Jaar Gelijkhebben" etet •t,"IJertlg Jaar Gelpkheb be ^«aruch het boek spottend, i reealrijver wijdt, zoals de onderti- jjati ,j s suggereert, grote aandacht det c ommezwaai van de CPN in igeno L tussen Moskou en Peking, td'tüs em ligt de persoonlijkheids- tpt teals die momenteel in China ^*1 Ijj v Uit: iriUlTlCIlLtlCl 111 ullllld be Grp absurde wordt doorgevoerd, gro?0t na aan het hart. Mao, ,,on- iaddsB stuurman", wordt in Neder- eÜe ,,„vertalineDe Groot, ,,de blanke «achti^ kritiseert scherp de ,,twee- houding" van de CPN in de ®elrt '^"Beatrix" die hii een voor- VeHyjuVJ*n stuurloosheid noemt. Ook dat «ij zijn vroegere partijgenoten, de h0,; tijdens de .iuni-opstand" van de a jjv/vakkers (1966) in Amsterdam, ter» e]ders in de steek hebben pe'a- ditgi^'.'bdat de houding van de CPN t'erig dlijk bepaald wprd door haar ■^testerrt0 n,aar een wethouderszetel in bo^.u Voorwaar, geen gerin- Op Schuldigmg "hg d^rke,i-1k is tenslotte de voorspel dde Vp« Baruch op de laatste blad tin? ,7 ZI'1n hoek doet: „de benoe- v® blaat? J' wolff op een verkiesba- i>Ophlaats voor de Tweede Kamer (het !^chr«,L vlak vóór de verkiezingen iagen tT' Cr.), betekent, dat de Kaent, -1?. Bakker de beste par- 'Brl u***lèr. Hio ,1 r*tdivt imnfi m-> ad ï'er, die de CPN ooit heeft gp- Al v_ Politiek leider zijn geteld et al is het boek van F. Baruch ,^lt j'fen interessant werk, dat han- Ver- een partij, die voor velen nog dieajs ,.de grote onbekende" is. Men Vechter bij het lezen niet uit het oog h t zen dat hier een communist der6 Woord i? die schrijft over an- gest ommunisten. die hem hebben uit- Jhssgp h. En zoals bekend plegen ruzies Zijjj jmoi'malige vrienden veel feller dan die tussen vijanden. T. Cr. JPh bern ?as Newborn, piano, met 1 er j Minneg ar, bas, en Frank But- 607* ruirns Contemporary SCA stereo. h erd r|„JAAR OF WAT GELEDEN K6hicht .Ihzzwereld verblijd met het dat -i er weer eens een groot a 6kPe'rientWas opgestaan. De mu- w tVtirschreef lange verhalen over StZondaarhaarlijke begaafdheid en de ïjhiteviiii e virtuositeit van een in k lstereriS' (Tenn.) geboren jongeman, j dtp. naar de naam Phineas New- 49 hun 7 van jazzcritici waren lovend >;h beln^?0rdelingen. De eerste pla teht betik veel: in harmonisch op- - d ver_; e?de zijn spel zonder meer een sa?Pg. terwijl hij daarnaast ai beschiki na onbegrensde techniek b! sPoedi„ scheen te hebben. Maar V» al hleek dat Phineas Newborn jjhs i6ts Saven toch niet in staat 6k1stal nuj. niets te scheppen. Zijn bu "hvloiTerre?te vertolkingen misten VL1 sten,-?en eid van de geïnspireerde h-hloou ar en veelal bleef het virtuoos te?1'® ntei8a aan de oppervlakte. New- »a-er beeiaVste album geeft echter een di-^hgug 'd- De solist is nu veel meer °ok 1 is fd mel zijn muziek, zijn voor- si dieper 1:1 nzinniger en hier en daar donwC1,-'1? sPel is zoals meest- g e_ "rokken van een weldadige touT-'hiUm aan de details wordt een Slh de eri aandacht besteed. Hoewel SVphhi n0„ opPervlakkigheid ook op dit e6nr het oT'01 aanwezig blijken, is er ^tei?aaf ,e.meen toch sprake van dteudorn' s ,je werk, waarbij vooral %Bd?Uw -.„ 'e toucher en accoor- ^et^dgg,. Pyallen. Hoogtepunt is het "V ,SeVoi5jmer A walkin' thing, di- de»„,bleR .fa door Ornette Coleman's uer ."lesste r urnette uoieman 6Unen u' ^Innegar en Butler o ?Sh Se zuii kwaam. Met nieuwe in- 'h j van ri:en de critici de verrichtin- j dn uc uiliici ae verricntin- 6 toek„ e zeer begaafde musicus dast dienen te volgen. F. B. v^dzaam4t aPril (UPI) Een van -dlla^f twufie Postzegels ter wereld v verK. 'gduizend gulden (5.600 te»» ®rZamoi° aan een Amerikaan- 6,le ouStZesi^ar- Het gaat hier om Jkis p eep met het jaartal 1861, r?d. ^apie- enveloppe, temidden van -dip e p n op Bermuda is gevon- zegel is een van de vier *e d f?®et 44 Postzegels, waarvan siina in a niet vertegenwoor- 8 i»« zeer uitgebreide ver- n koningin Elizabeth. Mm. M V v (Van onze verslaggever) Geruime tijd geleden gaf het kerk bestuur aan Hars Truijen de opdracht de wanden van het middenschip van de St.-Martinus-kerk van glas-in- lood-ramen te voorzien. De aan wezigheid van het bekende devotie beeld van „de Zwarte Christus", in spireerde de kunstenaar in de vier ramen van één wand, het lijden uit te beelden en de overige ramen van verrijzenistaferelen te voorzien. Bij het uitwerken van de schetsont werpen heeft Hans Truijen de actua liteit als model gekozen. Het lijden in de wereld, zoals de oorlog in Vietnam, de rassendiscriminatie, honger, gebrek en andere kwellingen voor de moderne mens, heeft hij in collage-vorm uitge beeld. Bepaalde onderdelen van zijn ramen bestaan uit foto's, welke hij aan tijdschriften heeft ontleend. Deze beel den worden langs fotografische weg op het glas overgebracht. Het thema van de verrijzenis geeft hij weer met behulp van reportages over uitingen van meer menselijk be grip, van vrede en liefde. Er zijn beel den van Paus Paulus VI en Oe Thant; van Kennedy, van verbroedering tus sen het blanke en zwarte ras en van menselijke tederheid en genegenheid. De bisschoppelijke bouwcommissie, evenals het kerkbestuur, hebben de ont werpen beoordeeld en Hans Truijens nieuwste glas-in-lood-ramen goedge keurd. zodat thans met de uitvoering van dit opmerkelijke werk begonnen kan worden. IN HET INTERNATIONALE festi val van jonge amateurtoneelspelers ,Interdrama '67" dat deze week in Haarlem wordt gehouden, hield giste ren de Junior Drama League uit Lon den een aloude patronaatstraditie in ere: een mysteriespel over de heils geschiedenis. Een verrassing, omdat men uit blasé swinging London iets anders zou verwachten. De vijf delen van deze mystery- cycle, die volgens Britse traditie eigenlijk de hele dag hoort te duren, waren de val der engelen, de schep ping van de mens, Kain en Abel, Noach, Babel en Christus. Qua vorm en inhoud vormde de Babylonische spraakverwarring ontegenzeggelijk een fris hoogtepunt in dit al te tradi tionele geheel. De tekst en het rit misch bewegen der spelers waren uit improvisatie geboren. De vondst om de spraakverwarring uit te beelden was even eenvoudig als treffend: men draaide woorden „God" en „Noach" om en men verstond elkaar niet meer. De ploeg Engelsen is de jongste in Interdrama. De gemiddelde leeftijd was zestien jaar, eigenlijk te jong voor dit festival. Alle routine ont brak, er stond veel naïviteit en een hartstochtelijke overgave tegenover. De naïviteit werkte averechts in de al te realistische slotscène: de krui siging van Christus. De hartstochte lijke overgave kwam echter goed te pas in de spraakverwarringsscène, waarvan de herinnering de tekorten met de mantel der liefde doet bedek ken. J.H. HET PROGRAMMA voor het zeven de maandagavondconcert van het Utrechts Symfonie Orkest bracht voor de pauze een nogal merkwaardi ge opeenvolging van Badings- en Mah- lermuziek. Van eerstgenoemde ging het concert voor viool en altviool, nog geen twee jaar oud, in eerste uitvoering; sinds 1954 waren er drie dubbelconcer ten van Badings aan deze compositie voorafgegaan, waarvan twee in één jaar, terwijl hij voor een van deze twee in Venetië een prijs verkregen had. Frits Knol, een der concertmeesters van het USO, was het, die het Tivoli- publiek in Utrecht nu met het concert voor viool en alt liet kennismaken. En aan heel de uitvoering was goed te merken, dat er technisch serieus ge studeerd was. Of men echter alle moei ten der ensemblevoorbereiding en het zeer knappe spel der solisten (Jan Bleumers en Jo van Helden) in de zaal voldoende heeft kunnen waarde ren, leek, te oordelen naar de reacties, een niet moeilijk te beantwoorden vraag. Partituurverzamelaars zullen de exacte analyse van de componist zeker op prijs hebben gesteld. Muziekliefhebbers echter zullen zich waarschijnlijk wel tekort gedaan heb ben gevoeld. De vraag blijft nu, waar voor de meeste USO-abonnees op maan dagavond naar Tivoli gaan. Door het tweede werk voor de pauze, die Lieder eines fahrenden Gesellen van Mahler, gezongen door de reeds bejaar de Herman Schey die zelfs aan de hoogste noten op ie-klanken nog expres sie en volume weet te geven zal men ongetwijfeld weer eens eerlijk ge troffen zijn geworden. Waartoe ook de Schotse symfonie van Mendelssohn, na de pauze, het hare nog heeft bijgedra gen. Wk. ADVERTENTIE publikatie AKU Arnhem DE JAARLIJKSE HERENMODE- shows van Ger Dijkstra (Society Shop) en sinds een paar jaar ook Dick Holt- haus werken kennelijk zo inspirerend, dat het verschijnsel ,,show voor man nen" nu ook al van de Amsterdamse Van Baerlestraat naar de Leidsestraat is overgeslagen, waar de firma Dik liet zien welke modellen men dit jaar voor „heren met standing" zoals men ze noemt in huis heeft. Een exclusieve keurcollectie van internatio nale kleding waarvan de prijzen na venant zijn en die helemaal de stijl ademt van de ook vrij exclusieve kle dingzaak. Het was de eerste show van Dik op initiatief van de heer A. E. Spijer die deze oude familiezaak voort zet. Wat moet nu zo'n „heer van stan ding" in zijn garderobe hebben hangen. Volgens de nieuwste mode-opvattingen van Dik minstens een perfect Engels klassiek ruitjeskostuum (eventueel met vest), een corduroy kostuum, een bla zer (liefst zwart) een combinatie (even tueel met bijpassend vest) een trench coat (in modekleur spierwit) en een overjas of autocoat van camel, kasj mier, of suède. Voor de zomer dan nog een strandcombinatie met bijpassen de badjas, een windjack (wit of beige) en een paar linnen hoedjes of caps. Dik ziet de moderne gedistingeerde heer niet graag blootshoofds over straat (Van onze onderwijsredacteur) DEN HAAG, 4 april Het bestuur van de Algemene Nederlandse Onder wijzersfederatie hoopt, dat de spellings voorstellen van de commissie-Wesse- lings spoedig tot officiële spellingsre gels zullen worden. Bij wijzigingen in de spelling is kri tiek een normale zaak. De emoties spe len hierbij echter vaak een grotere rol dan het nuchtere verstand, aldus de On derwijzersfederatie. De Belgisch-Neder landse commissie, die het spellingsrap port heeft samengesteld, moet een aan tal knopen doorhakken. Het A.N.O.F.- bestuur acht het een gezond standpunt, dat de commissie hierbij sterk gedacht heeft aan de praktische mogelijkheid voor het gebruik in de lagere school. De voorstellen komen voor een groot deel overeen met de spelling, die de Onderwijzersfederatie zelf enige jaren geleden heeft ontworpen. Men meent, dat de nieuwe spelling het Nederland se schoolkind een hoop getob zal be sparen. TUNIS, 4 april (AFP) Henry Smadja, eigenaar-directeur van het Pa- rijse blad .Combat" en tevens presi dent-directeur van het Tunesische blad „La Presse", die zoals gemeld reeds elf dagen door de Tunesische douane is vastgehouden, is voor de rechter van instructie geleid die hem heeft doen opsluiten. In een buitenlandse auto werd 20 maart een som van 53.000 Tunesische dinar verstopt gevonden. Door de ar restatie van de eigenaar van de auto en diens gezel, beiden Zwitsers, kon een belangrijke dinar-smokkelzaak aan het licht worden gebracht. De betrok kenen bekenden van een organisatie in het buitenland opdracht gekregen te hebben om dinars in te zamelen bij hun van te voren opgegeven adressen. Zij zeiden dat 47.000 dinar van het in beslag genomen bedrag hun ter hand was gesteld door Elie Naccache, die verbonden was aan genoemd blad „La Presse" en de rest door een ze kere Michel Meimoun. Laatstgenoemde werd aangehouden toen hij op het punt stond per vliegtuig naar het buitenland te vertrekken en bekende meteen. Elie Naccache vertelde dat hij de 47.000 di nar aan een van de Zwitsers had ge geven op order van zijn werkgever Henry Smadja. I ff WMM vmm MET EEN KLEINE SHOW van hoeden en sieraden opende Marjolein de Jong dezer dagen haar pas verworven winkeltje in het hartje van de Jordaan. Ze is jong, klein en frêle en ont werpt met kennelijk plezier en grote fantasie hoeden, kettingen, oorbellen en armbanden voor jonge meisjes; petten, dassen en zelfs stoere armbanden voor jonge mannen. Bibelots noemt ze deze snuisterijen. „Vooral geen boetiek," zegt ze, „want dan denk je aan kleren en die maak ik (nog) niet." Haar winkeltje ziet er licht en eenvoudig uit, geen poespas van schrjlle kleuren en Jugendstil-rommeltjes. Ze verzint en maakt alles zelf. Haar hoeden zijn vooral flap- en cloche modellen van Shetland, mousseline of stro, naast de pillbox, versierd met blaadjes en lussen, gehaakte tweekleurige baretten en petten van badstof. „Juist de grote hoeden willen de tieners graag," vertelt ze. „Zelfs de vrij hoge prijs is geen bezwaar." Wonderlijk, want jonge meisjes en vrouwen hebben jarenlang geweigerd hoeden te dragen, ondanks intensieve hoedenpropa- ganda. Waarschijnlijk zijn het de modieuze muts en pet, die vooral tieners altijd fijn staan, geweest, die ook het dragen van grotere hoeden in de mode hebben gebracht. Een feit is dat de middelbare dames-chic er wel af is; hoeden zijn nu nonchalant, jong, opvouwbaar en op vele manieren te dragen. De kettingen en oorbellen van Marjolein de Jong dragen het kenmerk van handwerk: speelse watervallen van houten kralen in modekleuren of combinaties van kralen en borduursel op flu weel, en oorbellen van ,vilt of noten met kleine bloemetjes versierd. Links bovenaan een renversibele cloche, de ene kant warm gele Shetland, de andere gedessineerde katoen met daarbij grappige „mitaines", ook omkeerbaar. Daaronder een zilveren kralenketting met borduursel op fluweel; een oranje fluwelen halsband met fijn kralenborduursel en oorbellen die écht bellen; ®en spiraal-oorbel van kleurige kralen en daarnaast een mooie flaphoed van gele Shetland met splitten In de doorgestikte rand ®n gouden knop in het midden. In het midden een cowboyhoed van marine satijn met oranje bies, vrouwelijk accent: de grote roos achterin. Er hoort een satijnen heupceintuur bij met gouden knoppen waaraan een klein tasje hangt. Rechts bovenaan een lindegroen dopje met een kam erin tegen het afwaaien, versierd met kleine bloemblaadjes, oorbel van vilt. Daaronder een kraagketting van oude kant met ivoren balletjes en geborduurd met gouden kralen. Tot slot een vilten kapje dat heel toepasselijk midzomernacht- droom heet. gaan, waijt vrijwel alle modellen waren op de show maandag voorzien van een hoed of exclusieve cap, waarvan de meeste met een merkwaardig pluim- je er bovenop. Exclusief was het wel. Prijzig vaak ook, maar dat mag voor „de heer van standing" geen bezwaar zijn. Een geruit Engels kostuum voor 442.-, een camel coat van 598.-, regenjas van 318.-, een kasjmier over jas van 718.-, een (weliswaar per fect) kostuum van 578.-, om nog maar te zwijgen van jassen die alleen op bestelling leverbaar zijn. Daar stond echter weer een driedelig corduroy- kostuum van 228.- tegenover en an dere meer in de markt vallende kle ding. „DIK" BRENGT ALS MODEKLEUR voor 1967 veel appelgroen (wie kan zo'n kleur hebben uitgevonden?) en propageert ook weer de visgraat die jarenlang van de straat is geweest. De keuze is niet louter Engels want naast kleding uit de beroemde Engelse ateliers van Burberrys en Daks zijn ook Dior (Frankrijk), Regent (Duits land), Magni (Zweden), d'Avenza (Ita lië) en Anderson Christonette (Dene marken) in de Leidsestraat vertegen woordigd. De klassieke coupe waar Dikvan uit gaat, verhindert overigens niet dat ook de kleding uit deze zaak strak om het lichaam zit en voornamelijk door slanke mannen gedragen kan wor den. Extravagante uitschieters waren er op deze sjieke show nauwelijks of het moest een blauw gebloemd tinne roy jasje zijn, dat als sportcolbert werd aangekondigd. L. Hie (Van onze verslaggever) MAASTRICHT, 4 aprü Onder aus piciën van verschillende culturele in stellingen wordt in de stadsschouwburg hier een speciaal toneel-weekeinde voor jongeren gehouden, de zgn. „Manifesta tie Toneel Nu", op 29 en 30 april. Op de eerste dag verzorgt Wilbert Bank een Inleiding over modem toneel, gevolgd door discussies In groepsver band. Als gespreksleiders fungeren Carol van Herwijnen, Cocki Boonstra en Aart Staartjes van toneelgroep „Stu dio". Dit gezelschap geeft 's avonds voorstellingen van „Verboden toegang" en „1, 2, 3 buut vrij". Twee werken van de Amerikaanse auteur Lanford Wilson. Over deze voorstellingen vindt op de tweede dag een nabespreking met de regisseur Johan Greter plaats. De eindexamen-kandidaten van de Maastrichtse Toneelacademie voeren het stuk „Jeugdproces" van Manuel van Loggem op, onder regie van An toinette de Visser. Het Groot-Limburgs Toneel besluit het weekeinde met een heropvoering van zijn successtuk „Luv" van Murray Schisgal. Tussen de voorstellingen door wor den toneellessen gegeven door Cas Baas, Antoinette de Visser, Madeion Waldorp, Nico de Vrede en Herman Lutgerink. In voorbereiding is een meerdaags jeugdfestival voor jongeren uit Neder lands en Belgisch-Limburg. Dit eve nement, onder de titel „Festival voor het Limburgse Land", zal eind novem ber worden georganiseerd. Hans Tie- meijer heeft het „peterschap" over dit festival aanvaard, dat hem is aan geboden door de initiatiefnemer Wim Bary. DE AFSTAND in niveau's tussen de kunst van het opera theater in Neder land en in de Duitstalige landen heb ben we met Pasen in Salzburg kun nen meten. Terwijl wij in dit land niet weten hoe wij tot een vast ge vestigd theater moeten geraken, maakt in Salzburg Herbert von Karajan een begin met zijn bewijsvoering dat per fecte opera-opvoeringen slechts rea liseerbaar zijn als uitzonderlijke feest spelen. Onder die stelling ligt een he le wijd georganiseerde wereld van het vakmatige opera-theater, in een sca la van kwalitatieve schakeringen van de hoogste tot de eenvoudigste, ge dreven door vaklieden en artiesten van grote kennis én ervaring, maar zonder uitzondering gebaseerd op de routine van de lopende machine, speelplan nen en diensten. Onmogelijk om daar mee opperste realiseringen te berei ken. Op z'n best worden het verwer kelijkingen die als goed geprezen wor den met uitzondering van dat wat er niet aan deugt en dus in feite niet goed zijn, voorstellingen die vaal en lusteloos voorbij gaan in leegloop en sleur, zegt Karajan. Opera moet sterre- uren scheppen, of zij is niet de moei te van de inspanning waard. Voor de man die gegrepen is door het alles overheersende verlangen om de meesterwerken van de opera wezenlijk te realiseren zijn er slechts twee keuzen mogelijk: hij kan zijn on macht bekennen door de boel erbij neer te gooien, of hij kan zelf de organisatie van zijn eigen theater ter hand nemen, dat zich dan beperkt tot het geven van gelegenheidsvoorstellin gen. Toscanini heeft het eerste gedaan. Demonisch bezeten door de drang naar de volkomenheid als hij was, maar overigens „slechts" een wereld vreemd artiest, keerde hij het opera theater de rug toe. Voor hem bleven feestspelen over, waar hij althans de muzikale verwezenlijking kon najagen, de scènische realisering aan anderen overlatend. Voor Karajan, die aller minst wereldvreemd is, rest de an dere keuze: zijn eigen feestspelen. Maar in beide gevallen voor Toscani ni en Karajan niets anders meer dan feestspelen. De laatste wil het instituut in de meest wijde zin uitbreiden en door organiseren. Hij wil de exploitatie vorm van het reizende circus en daar naast nog de toepassing van alle be schikbare media der massa-communi catie. Daar liggen twee redenen aan ten grondslag: de mogelijkheid om de volmaaktheid die hij binnen zijn be reik acht te bekostigen is de ene, de optimale maatschappelijke sprei ding is de andere, de verduurzaming van de unieke gebeurtenis in de tijd en de verwerving van het hoogst mo gelijk geestelijke rendement. Dat was in het verleden voor feestspelen uit gesloten^ ze waren uniek omdat de volmaaktheid slechts te bereiken was door een samenspel van de gunstige krachten in een bepaalde plaats. DIT SCHEEN lange tijd zo te moe ten zijn, maar de uniekheid was niet zo wezenlijk als het leek. Want de volmaakte realisering bleek telkens op een heel aantal plaatsen mogelijk te zijn, in Wenen zo goed als in Mi laan, in München, Frankfurt, Ham burg of Berlijn en in New-York. Het betekende alleen maar een telkens op nieuw beginnen met in wezen hetzelf de met als gevolg een versnippering van krachten en geld en een oneven redig groot risico ten opzichte van alle kwade kansen die de volmaaktheid altijd weer bedreigen. Die nadelen ts overwinnen is een kwestie van orga niseren en dat is eigenlijk niets an ders dan beheersing van de technolo gie op haar actuele stand. Zo ontwikkelt zich door toedoen van Karajan een onderneming die tot doel heeft het bedrijven van de volmaakt heid, wat een wezenlijke nuance an ders is dan het bedrijven van ope rakunst. En het is de ironie der tech niek, dat hij daarbij niet boven de organisatie uitstijgt maar nog verder aan haar vervallen raakt, terwijl hij een veel grotere en nog ingewikkelder organisatie in het leven roept. Het monster verrijst opnieuw, maar nu zal hij het temmen opdat het zijn aard in dienst van hem zal stellen. Maar zijn de traagheid, de sleur van de inertie en de verambtelijking uit de organisatie te verdrijven? Is een organisatie al niet doel in zichzelf op het moment waarop de bespeler er van nog meent dat zij ten dienste van zijn eigen doel werkt? Kan men een opera in een unieke schoonheid op voeren niet alleen met één bezetting maar is er nog een tweede, door de organisatie vereiste mogelijk? Kan men een partituur volkomen kennen, er nieuwe waarheden aan ontlokken, een orkest volmaakt beheersen en tege lijkertijd ook alle mogelijkheden be heersen die de scène als belofte in zich houdt? Kan men letterlijk alles kennen en kunnen en is voorts de tijd koopbaar die nodig is om te repe teren en in te studeren? En als dat nu niet helemaal mogelijk is, voor een relatief groter of kleiner deel, moet men dan niet in razende woedebuien zoals Toscanini die kende, zijn stok stuk slaan, zijn partituur verscheuren, de lessenaar de zaal inslingeren, zijn halsboord uit elkaar trekken en zijn horloge vertrappen, moet men dan niet desnoods schuimbekkend zijn on macht bekennen en zich beperken tot een wel volkomen beheersbaar onder deel? Of moet men desondanks door gaan en waarom? Dan toch slechts omdat de eenmaal aan het rollen ge brachte organisatie niet meer te stui ten is, terwijl de mens zich nog ver beeldt dat hij bezig is de schoonheid te redden. KARAJAN lijdt niet aan driftbuien en als hij onmachtgevoelens kent, wijst hij ze terug tot de onderste lagen van zijn ziel. Hij is de man van het laai ende maar onverbiddelijk beheerste temperament, persoonlijk al hoog ge organiseerd, geduldig bezig met de temming van het monster waarvan hij zich meester heeft gemaakt. Het is een gevecht als dat van Ulysses met de Minotaurus. Het is de eigenlijke inzet van dit meeslepen de feest van muziek en theater, in zijn heroïek van bedoeling, nimmer voltooidheid en altijddurend risico is het in zichzelf een ding van schoon heid. De schoonheid bestaat niet in wat er is, maar in wat we verwach ten als een terugkeer van wat we menen dat zojuist aan ons voorbij is gegaan.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1967 | | pagina 5