Communicatie-stoornis bij afscheid van Feijenoord-trainer frchwepp Jeugdtrainer Ben Peeters mogelijk opvolger TOPFUSIE LIJKT ONWAARSCHIJNLIJK Wnavond: beraad van Xerxes över samengaan met DHC '66 Nieuwe opzet waterpolo- competitie Armoe KNAU FRANS SLAAT JUTTE TERUG SIEP BOLMAN TERUG IN BESTUUR K.N.Z.B. Zwembond onderschat waarschuwing van NSF over gevolgen jeugdzwemmen Bonden willen amateurnormen zelf bepalen Reclame bij korfbal? Drie spelers gevoegd bij selectiegroep MAANDAG 24 APRIL 1967 ROTTERDAM24 april For- fee a 'H werkte niet mee aan een tr^m afscheid van Feijenoords e)l*ïler Willy Kment. Zonder \®e fantasie of inspiratie liet t!mh^ d°or een gemakkelijk hu lerend, maar opnieuw moei- jjj tot scoren komend Feijenoord dg* 3-0 verslaan. Fortuna bleef tno dehele wedstrijd met negen ttrn. in de buurt van het eigen trj'l^chopgebied. Mede daardoor iw a^ure- Niettemin J Kment de spelers verzocht: 'negens, ik zou het fijn vinden (v fallie vanmiddag, als afscheids- l^jeau, een mooie wedstrijd spe- Dan kan ik dié herinnering naar Noorwegen nemen". 5 Vall Sportief.... elegant gedistingeerd sfeer waarin Schweppes thuishoort TE LAAT WEEMOED HP m Voor het laatst volgde hij de verrichtingen van de Feijenoord-spelers. Het werd geen festijnzoals Willy Kment had gewild. 'VS iniet' z°ais dhc >66' een bhslu«e»" ALLEEN MAARTEN DE VOS HOGER PEIL OLYMPUS UTRECHT, 24 april De veer tien wyze mannen achter de groe ne tafel kijken opgewekt als zwembonds-voorzitter Jan de Vries, ter inleiding van de alge mene vergadering van de Ko ninklijke Nederlandse Zwem- Bond, gewoontegetrouw geit en kool spaart. De afgevaardigden in de zaal spinnen tevreden. DE VRIES geen reclame FRANS NYPELS Twee horloges voor kment (Van onze speciale verslaggever) lichA is er niet van gekomen. De op leks aa*e doelpunten van Bild, Ven- ij>ren Haak bleken, evenals de Haa "delende demonstratie van de snel ''in ri6en nieuwe top groeiende Mou- W daarvoor onvoldoende. Kment ver gaf de spelers niets. Integendeel. Hij Scha Feijenoord weg in de weten- WA dat verreweg het grootste deel hirj Waardeert. Een greep uit de me- aanvoerder Veldhoen: „Geen 's A" Woord over hem. Als je hem ®n "is om drie uur uit zijn bed belt W® vraagt hem of ie naar het veld het _v°or een extra-training doet ie a* ^garandeerd" - eh: „Een hele fijne trainer"; het jonge talent Van „Een sympathieke kerel, die i'in S°TS wel eens moeilijk had". Er u'teraard, ook spelers die be- V°0H?n te§en ^ment hebben. Zoals bij- to>iri '.d Libregts: „Kment is. een bij- is jj.?1, ijverig trainer. Maar misschien te veel Oostenrijks. Ik bedoel tot,-,111®6, dat hij wat te veel op per ils a succes uit is. En daarbij wel fce6t" °Pb°uw in een vereniging ver sla v. net duel tegen Fortuna '54 om ADVERTENTIE A..-''AV-C.. INDIAN TONIC SODA» GINGER ALE (Sweet and Dry) b. Schweppes (Genval) Ltd. Nederland /''"Uwstraat 131 Den Haag Tel. 070-1S0558 kwart voor vier, was Kments taak bij Feijenoord officieel ten einde. Op een geïmproviseerd afscheidsbijeenkomst- je na afloop na. Zijn verzoek aan het bestuur hem enkele maanden eerder vrij te laten, dan in het contract is aangegeven, werd aan het begin van deze maand ingewilligd. Manager Brox: „We hebben begrip voor de motieven van Kment. De competitie in Noorwegen start al op 2 mei. Het is voor hem beter als hij met ingang van die datum met zijn werkzaamheden gaat beginnen". Tot het eind van het seizoen neemt Ben Peeters, al jaren lang de man achter de opvallende suc cessen van Feijenoords jeugd, de tech nische leiding van Kment over. Het ziet er naar uit, dat, wanneer Peeters voor deze „proef-periode" slaagt, hij voor het komend seizoen een vaste aanstelling krijgt. Hoewel Brox min der definitief was: „laten we zeggen, dat inderdaad met die mogelijkheid moet worden rekening gehouden". In tussen heeft Feijenoord al een nieuwe trainer gecontracteerd. René van Eek (28), vroeger speler van Hermes DVS, krijgt de taak zich het komend seizoen met de jeugd bezig te houden. De op til zijnde veranderingen in de boezem van Feijenoord komen te laat voor Kment. Hij tekende twee maan den geleden een contract voor drie jaar als bondstrainer in Noorwegen, waar hij al eerder werkte. Donderdag rijdt hij met de wagen naar Kiel en stapt vandaar op de boot naar Oslo, waar hem een compleet ingerichte, nieuwe woning wacht. Hij zegt: „lk ge- loof, dat ik op tijd bij Feijenoord ben weggegaan. Hoewel, als ik had gewe ten, dat de nieuwe opzet, zoals ik die altijd heb gepropageerd, er door zou komen, had ik nog best twee jaar bij Feijenoord willen blijven". Gevoelsmens Kment had gisteren een moeilijke middag. Hij wilde daar voor niet uitkomen: „Ach dat is het lot van een oefenmeester. Als je er- geins een jaar of drie, vier heb ge werkt is het tijd om vérder te gaan" Dat vond Brox ook: „Ik heb nog te gen de jongens gezegd: je moet dat niet te sentimenteel zien. Voetbalbusi- ness is nu eenmaal kei- en keihard". De vaak als „vijandig" gekwalificeer de relatie tussen Brox en Kment is overigens goed. Brox is óók uitgeno digd voor het feestje, dat spelers en trainers dinsdag in een zorgvuldig ge heim gehouden etablissement in de Rotterdamse binnenstad gaan aanrich ten. De kosten worden betaald door Kment, de spelers en een gedeelte van de inhoud van Feijenoords boetepot, dit seizoen door o.a. de affaire Ro- meijn-Israel rijkelijk gevuld. Omdat sentiment een onder Rotter dammers weinig voorkomende zaak heet te zijn, was er bij Kments laat ste optreden nauwelijks opwinding. Er was geen applaus van de 28.000 toe schouwers, voor wie het beeld van de met een hip suède-hoedje geklede, aan de lijn trippelende Wener niets onge woons had. De spelers maakten later veel grapjes, dat wel. Er werd bij voorbeeld gevraagd of Kment op het feest zou komen, als Feijenoord dit seizoen tóch nog landskampioen zou worden. Waarop hij antwoordde, wij zend op Brox: „Natuurlijk, maar dan ga ik eerst mijn premie halen". Er was, af en toe, toch de wee moed. Het reservebankje, de kleedka mer, de catacomben van Feijenoords stadion. Kment heeft er bijna drie jaar „gewoond". Hij heeft er de successen meegemaakt. Landskampioenschap. Europees bekervoetbal. Zoals Kment ook de periode van vieir jaar bij VVV, dat onder zijn leiding de beker won, en de twee seizoenen bij DOS ophaal de. Hij zegt: ,,lk vind Nederland een heel fijn land, waar ik graag heb ge werkt en waar ik graag wil terug ko men. Het Nederlands voetbal kan het ver brengen. Omdat de mentaliteit bij de spelers goed is". Kmént verheelt ook niet, dat hij bij Feijenoord teleurstellingen heeft ge kend. Hij wordt verbitterd als hij spreekt over de kritiek, die hij in vele gevallen onbillijk vond. Hij kijkt dan ook met vreugde naar da nieuwe Noor se periode. „Ik heb me de afgelopen weken herhaaldelijk laten informeren over het Noorse voetbal. Mijn plannen heb ik al aan de Bond voorgelegd. Ik ga rustig opbouwen. Jong Noorwegen, het elftal tot 23 jaar, krijgt mijn volle aandacht. Ik heb in Noorwegen veel vrienden. Ik mag wel zeggen, dat ik in heel Skandinavië een goede naam heb. Dat vertrouwen hoop ik te recht vaardigen door goede resultaten in de komende interlands tegen Finland, Portugal, Bulgarije en Zweden. Mis schien ook eventueel tegen Neder land". Het betoog van Kment werd in Feijenoords restaurant herhaaldelijk onderbroken door mensen, die „hem veel succes in Noorwegen toewens ten". Het ging allemaal duidelijk in formeel. Zoals ook de laatste bijeen komst met het bestuur een informeel tintje had. Vrijwel onopgemerkt ver dween Kment naar een hoekje van de bestuursruimte, samen met Feijen oords bestuursleden. Tien minuten la ter kwam hij terug. Een komische dis sonant was „geboren". Terwijl Haak op verzoek van Kment al een horloge als een afscheidscadeau heeft gekocht, was het bestuur op dezelfde gedachte gekomen. Manager Brox sprak veront schuldigend: „Wij hebben rekening ge houden met die mogelijkheid. Daarom hebben we er ook geen inscriptie in laten aanbrengen". Kment, het doosje wat beteuterd in de hand, reageerde nuchter op dit treffend staaltje van (Van onze sportcorrespondent) ZAANDAM, 24 april De Olympi sche selectiegroep (amateurs) is thans uitgebreid met de talentvolle voetbal lers De Vries (ZVV), Leget van UVS en doelman Bos van Vlissingen. Dit seizoen spelen de Nederlanders in het kader van de voorronden voor het Olympisch toernooi in Mexico te gen Finland. De verwachting is, dat de spelers van de Olympische selectie amateur blijven. Eerder gaven de gebr. De Wit van ZVV dit reeds te kennen. Naast deze selectiegroep is er een kernploeg, waaruit het Nederlands amateurelftal wordt gevormd. Dezer dagen oefenden de amateurs tegen HVC, dat met 3-1 verloor. (Van onze verslaggever) feöi JTERDAM, 24 april Naar aan- V °hd Van e door de Stichting DHC eJhiug.Toornen pogingen om in sa- met Xerxes te komen tot U^'^evoetbal in Delft, gaat het va.n de Rotterdamse eredivi- a bejJn}9ing zich vanavond over zijn •>T''*ftt n houding beraden. Xerxes' H. Keeven kon nog geen Sen doen over het door het (jp te bepalen standpunt. „We be eatifc Ze.} °ok voor ons zeer actuele ij11 tig u'tv°erig bestuderen. We heb- h*chikk-te Weinig gegevens tot onze t, X3orCfri9 om ons nu al een mening 'etAeh eri-" Wél maakte de heer <6 sa~f-idelijk, dat er van een vol- >v "iongaan 'tussen beide vereni- h "e>i «ti>bl»e,^n sprake kan zijn. Xerxes %„fe8st' 2on het bestuur van Xerxes ^5 Zq[ hebben voor een topfusie, otterVSt e ledenvergadering van en i hamse club tot een splitsing b 'eh i,etaa.ld- en amateurvoetbal stuur van de Stichting DHC '66 heeft gisteren een communiqué uitgegeven. Er wordt in gezegd, dat de Delftse semi-profclub contact heeft gezocht met „enkele leidinggevende functionarissen" van Xerxes. „Het plan," aldus het communiqué, „be staat te komen tot een nieuwe stich ting, die het ere-divisievoetbal binnen de Delftse muren zal brengen." Aangezien het bestuur van de Delft se stichting zich van verder commen taar onthoudt, kan men slechts gissen naar het stadium waarin de onderhan delingen tussen de Delftse en Rotter damse bestuurderen verkeren. Wel spreekt uit de taal van het commu niqué de wens van DHC, dat Xerxes na een eventuele fusie met DHC '66 zal gaan spelen in het Delftse sport park Brasserskade, dat in I960 in ge bruik werd genomen en accommoda tie aan circa 17.000 toeschouwers biedt. Dit zou dan tevens kunnen inhouden, dat er in de Maasstad een amateur vereniging Xerxes zal blijven bestaan. Bij DHC is de splitsing van semi- profs en amateurs reeds vorig jaar een feit geworden en sedertdien spe len dé amateurs in de vierde klas. De financiële situatie van DHC '66 is weinig rooskleurig, want nog altijd onthouden gemeente Delft en indus trie zich van financiële steun aan de stichting, die daarom reeds enkele malen heeft verzocht. Het bestuur van de stichting DHC '66 laat derhalve geen mogelijkheid onbenut om te fu seren, teneinde op deze wijze het be taalde voetbal in Delft een wat vas tere grond onder de voeten te geven. Enige maanden geleden liet DHC '66 bij de moeilijkheden van Holland Sport in Deri Haag reeds weten, dat een fusie met deze vereniging niet on aantrekkelijk zou zijn, mits Holland Sport naar de eredivisie zou promo veren. Thans is dus contact gezocht met Xerxes, al schijnen de bestuur ders van beide clubs al lang met el kaar te spreken. Ook Xerxes verkeert namelijk in moeilijkheden. De Rotter damse vereniging beschikt over geen eigen terrein en heeft eerder dit sei zoen al eens bij DHC getraind. Het lijkt de vraag of DHC '66 zonder fi nanciële hulp van buiten af het nog lang in het betaalde voetbal zal red den. gebrek aan communicatie in de club Feijenoord: „Ik ruil hem in voor een Zaanse klok". Klokslag zes uur verdween Kment. Het was stil rond het stadion. Kment zei nog: „Als ik eerlijk ben moet ik toegeven, dat ik wel aan Feijenoord ben gaan hechten". Er waren geen bloemen bij het stille afscheid van Kment. Logisch eigenlijk. De doem Van de toptrainers is vaak, dat zij door vele landen worden gejaagd. Als een nomade laat Kment de keurige on persoonlijke flat in het grijze Lombar- dijen achter. Zelfs hond Suzy heeft Kment moeten verkopen. Kment zegt: ,.Ik ben een gevoelsmens. Sag beim Abschied leise Servus. Zelfs als trai ner. Afscheid doet pijn. Vooral straks. Als ik alleen ben". (Van onze verslaggever) UTRECHT, 24 april Tijdens de algemene vergadering van de Ko ninklijke Nederlandse Zwem Bond hebben de afgevaardigden het bonds- bestuur gemachtigd de voorgestelde reorganisatie van de waterpolocom- petitie van 1968 door te voeren. Die reorganisatie beoogt de waterpolo- competitie interessant te maken voor een breder publiek en zal, zo haar verdediger de Alkmaarder Klaas v. d. Pol betoogde, het peil van het club- waterpolo verbeteren. De nieuwe competitie-opzet, die ove rigens tal van lastige problemen ople vert, omvat de volgende wijzigingen: a. concentratie van de zomercompe titie in de periode van 1 januari tot 1 juli; b. concentratie van de speeldata op de zaterdagavond; c. uitbreiding van de hoofdklasse tot twaalf verenigingen en samensmel ting van de twee eerste klassen (ieder acht clubs) tot één klasse van twaalf. De problemen schuilen in de vast stelling van de minimale maten van de speelvelden. Er zijn tal van badin richtingen, vooral de oudere zwemba den, die niet aan de gestelde minima voldoen. De clubs die hier domicilie houden zullen, indien de commissie Sportzaken van de KNZB geen dispen satie verleent, hun thuiswedstrijden el ders moeten spelen. Grootste struikel blok is de diepte van bepaalde baden. Veel oudere inrichtingen, die over een vrij groot ondiep gedeelte in hun bas sin beschikken, zijn ongeschikt voor waterpolo. De grèns die de commissie Sportzaken aangeeft is 1.80 meter. Toch brengt deze reorganisatie licht in de duisternis van het afzakkende clubpolopeil. Al vele jaren bestaan er grote bezwaren tegen de wijze waarop de zomercompetitie wordt afgewerkt. Bezwaren tegen het spelen van twee of meer competitiewedstrijden in één week tengevolge van afgelastingen in het begin van de competitie wegens te koud water. Bezwaren tegen het spe len van competitiewedstrijden tijdens de zomervakantie. Botsingen van de belangen van het Nederlands zevental en van de clubs, die touwtrekken om hun beste spelers. In zijn verdediging zei Klaas v.d. Pol, voorzitter van de- commissie Sportzaken: „Het is voorgekomen, dat een ploeg van de tegenstander moest horen, dat het kampioen was". En: „Waterpolo is, op de oude wijze be oefend, totaal oninteressant". Tot slot: „Belangrijk streven is clubwaterpolo op hoger plan te brengen. De trainer van het Nederlands zevental zal daar dan ongetwijfeld de vruchten van I plukken." Alle verzet kon Van der OMTRENT HET GETAL der Vrien den van Olympus weet ik niets. Dat der Vijanden is duidelijker. Het stijgt met het vorderen der maandagen. Maar gelukkig alléón onder hen, die zich mijn kwalificatie: „sport-popen met baarden van hier tot gunder" op het lijf geschreven voelen. Bij de kwar taal-inventarisatie dezer vijandschap viel mij de naam van Frans Jutte op voorzitter van de Koninklijke Ne derlandse Atletiek Unie. Een aardige man. Hartelijk. Keurig in 't pak. Goed voorkomen ook. Hij heeft bij mijn weten in zijn leven maar één fout ge maakt: hij werd president van de KN AU. Dat doende, trad hij in een gebied waar niet de aardigheid of de bemin nelijkheid, doch de functie telt. En waar met scherp wordt geschoten op een iegelijk, die zijn ambities niet met vakbekwaamheid dekt. Een maand of wat geleden, tijdens de jaarvergade ring van de Unie, stond die aardige man Jutte over de voltooid verleden tijd te neuzelen, alsof het de actuali teit gold. Hij had veel van een pas toor, die tijdens een beat-mis de be minde gelovigen oproept de vereniging van oud-zouaven „Pro Petri Sede" krachtig te steunen. Kritiek leverend op het IOC en de aanwijzing van Mexi co City, geleek hij de commandant ener Studenten-weerbarheid die drei gende taal uitslaat tegen Mao Tse Toeng. En zelfs haalde mijnheer Jutte op een gegeven moment de hoogte van een directeur, die het niet van de grond komen van zijn Nederlandse ijs lolly-fabriek meent te moeten wijten aan de hitte in Ghana, waar zijn ex port gesmolten arriveert. Van de speech zei ik het mijne. Dat nam de heer Jutte niet en hij sloeg in een KNAU-orgaan terug: „Desondanks was er geen aanleiding tot commentaren zoals een anonieme meneer in De Tijd meende te moeten leveren. Deze meneer, die zich Olympus noemt, heeft o.a. mijn woorden over het onderzoek-Blersteker volkomen verdraaid weergegeven. Ik heb mij niet tegen dit onderzoek gekeerd (zoals hij wil doen voorkomen) maar tegen het I.O.C. dat naar mijn besliste overtuiging voor de organisatie van Olympische Spe len plaatsen dient aan te wijzen, waarop een ieder in de gelegenheid is topsport onder normale omstandigheden te bedrijven. Voor prof. Biersteker en zijn team heb ik slechts de grootst mogelijke bewondering en waardering geuit. Die heb lk niet voor het soort sportjournalisten dat onder anonieme vlag onnodige en verkeerde kritiek uit". ASJEBLIEFT. Hier wordt auteur de zes tot het niveau van een anonieme briefschrijver gedegradeerd. Toch geen beste beurt voor een voorzitter van de Atletiek Unie? Hoe ziet hij immers „Flex" van Trouw, „Janus" van Vrij Nederland, „Kronkel" van Het Parool, „Wandelganger" van De Volkskrant, „Nijdas" van De Gelderlander? Als al lemaal anonieme meneren, die iets te verbergen hebben? Als lafaards mis schien? Als belastingontduikers soms? Wie het presidentschap van de KNAU ambieert, moet wel over zoveel al gemene ontwikkeling beschikken, dat hij de journalistieke traditie van het rubrieks-pseudoniem weet te plaatsen. Wat in een krant „redactioneel" is, kan per definitie niet anoniem zijn. Maar dit is toch boter aan de galg gesmeerd. Het volgende bereikt Jutte misschien wel: als hij zich keert tegen het I.O.C. en de aanwijzing van Mexico City, keert hij zich tegen de noodzaak van een Biersteker-onderzoek. Als Jut te voor 's heren professors research „an sich" toch waardering heeft, le vert hij een bovenmenselijke prestatie. Hij bewondert dan immers de vrucht van iets dat hij grondig verfoeit. Maar hij kan wel zéggen, dat hij die vrucht lekker vindt, ze smèèkt hem natuur lijk niet. Hij eet haar met lange tan den: hij vindt haar bitter en vooral te duur. Dat liet de heer Jutte in zijn Utrechtse betoog duidelijk merken. Dus blijf ik zijn Biersteker-waardering in deze sfeer zien: „Wel aardig, maar het had nooit mogen gebeuren". Het ergste van alles is echter, dat de KN- AU-voorzitter zo'n end achter loopt. Hij stond in de Domstad nog te mop peren over de „aanwijzing" (en zo zijn eigen atleten zwaar te frustreren) terwijl de buitenlandse bonden al druk bezig waren uit die dunne Mexicaan se lucht te halen, wat er aan records in zit. Dat is het eeuwige verschil tus sen de Unie en de „anderen". Een be lachelijke ondertoon in Jutte's betoog was deze: als de Nederlandse atletiek in Mexico geen plak haalt, is dat de schuld van het I.O.C. Daar wilde hij het heen leiden. En daar trapte een zeker „soort" sportjournalisten niet in. Zij hebben de zwakheid van Jutte al lang door: hij durft geen schuldbe lijdenis aan, noch een bekentenis van de innerlijke armoe van de Unie. Hij wil de boeken niet zien, waaruit blijkt dat de KNAU met toto-geld minder heeft gepresteerd dan destijds de KN- AU-jonder-onze-centen. „Onze pres taties gaan snel vooruit", zei Jutte tij dens een praatje voor de Amsterdam se Sportpers „maar in het buitenland stijgen ze nog sneller". Precies! Daar om is het ronduit een lacher, wanneer haar voorzitter ten bewijze van de „vooruitgang" alsvolgt argumen teert: op de 110 meter horden hadden we in 1947 twee atleten die beneden de 16 seconden kwamen; in 1956 hadden we er elf; in 1966 „niet min der dan 25". Dit is boerenbedrog. De cijfers zijn niet afgewogen tegen die van het buitenland. Als Jutte verder gaat met: op de 1.500 meter hadden we in 1947 alleen De Ruyter en Slijk huis, die beneden de 4 minuten kwa men, en in 1966 hadden we er 25 die dat konden dan vergeet hij iets. De Ruyter en Slijkhuis waren toen „Euro pese top" en met hun tweëen heel wat meer waard dan de 25 van nu. Die sukkelen, internationaal gezien, maar wat mee. NEE WE HOUDEN niet van de betogen des heren Jutte. Zo hij niet anders gaat denken en doen, moet hij weg wezen uit dat KNAU-president- schap: hij verspeelt er zijn beminnelijk heid mee. Heeft hij gelezen, wat Bob Spaak, niet behorend tot „het soort sportjournalisten dat onder anonieme vlag kritiek uit", geschreven heeft in het blaadje der Vrienden van de KN AU? Letterlijk dit: „Ik zou best een echte vriend van de KNAU willen zijn, als die wat slaperige, vriendelijke, weinig ambitieuze, .wat veel te snel achterstanden aanvaardende KNAU daar wat meer reden voor gaf". Kijk zo hoort meneer Jutte het ook eens van een ander. (Van onze speciale verslaggever) Waarom ook niet. Grote problemen kent de zwembond blijkbaar niet. Als ze er al zijn, toont Jan de Vries zich een zeiler van olympisch gehalte. Over het jeugdzwemmen merkt hij op: „Wij moe ten dit rustig en bezadigd bekijken." Over de reorganisatie en haar tol aan hogere lasten. „Wij moeten trachten de contributie niet te verhogen." Lonkend vervolgens naar de meest pure ama teurs aller tijden, het Internationaal Olympisch Comité, zegt hij over de re clame in de sport: „Wij moeten tas tend onze weg vinden. Het blijft ech ter belangrijk het oog te richten op de grote groep plezierzwemmers. Het is moeilijk een oordeel te vellen over deze materie." Als de vroegere voorzitter van de sportcommissie Siep Bolman (35), die wegens een geschil over topsportbeleid na Tokio van het zwemtoneel ver dween, via geheime diplomatie (er wa ren twee besprekingen voor nodig) en een stemming weer in de bondsbe- stuurlijke gelederen is geslopen, blijkt de verschuiving van de waterpolocom- petitie het enige vuurwerk. Het gevaar van de tijdbom die de algemeen secre taris van de Nederlandse Sport Fe deratie, dr. W. van Zijll, middels een per expres verstuurde brief, onder de stoel van het bondsbestuur heeft ge legd, is dan niet alleen vergeten, maar is bovendien schromelijk onderschat. Toen Rob Kerkhoven, destijds nog coördinator, na Tokio de technische leiding in handen kreeg, mocht hij spoedig na zijn benoeming op kosten van het Leo van der Karfonds naar Amerika. De jonge Utrechtse trainer liep enige weken mee met Amerika's beste zwemcoach, George Haines, de met ongebreidelde zwemmacht uitgeruste leider van de kampioenen leverende Santa Clara Swimming School. Kerkhoven kwam opgetogen te rug. Het jeugdzwemmen moet, op Amerikaanse leest geschoeid, de basis vormen voor een nieuwe Nederlandse zwemmacht, zo liet hij weten. Hij stel de een rapport samen, waarover later de medische commissie van de KNZB struikelde, omdat zij geen verantwoor- ding dorst te nemen voor de gevolgen van het jeugdzwemmen, alvorens zij de materie diepgaand had bestudeerd. Geen nood, meende de KNZB, wij vra gen de NSF en het NOC de zaak te onderzoeken. Hetgeen op 8 maart 1966 gebeurde. Ondertussen mocht Kerkho ven de zaak op bescheiden wijze aan pakken. Op 18 april van dit jaar schrijft de NSF: „De Raad van Opleiding en Re search is na uitvoerige bespreking tot de conclussie gekomen, dat het niet mogelijk is een onderzoek als door u bedoeld, op korte termijn te doen ver richten." Op zichzelf is dit niet opzien barend. Nederlandse medici staan be kend ais behoudend. Aangezien de me dici en de pedagogen op het standpunt staan dat grote terughoudendheid met betrekking tot het jeugdzwemmen moet worden betracht, wijst de Raad van Opleiding en Research van de NSF op de mogelijke gevaren voor de lichame lijke en/of geestelijke gezondheid van het jonge kind. In zijn rappport na zijn bezoek aan Amerika schrijft Kerkhoven echter let terlijk: „De commissies voor jeugd zwemmen bestaan voor meer dan vijf tig procent uit doktoren. Ik heb ge sproken met doktoren die reeds over een periode van zes tot tien jaar dit jeugdzwemmen gadeslaan en metingen verrichten. Zij zijn allen overtuigd van de heilzame werking voor zelfs de jongste jeugd." Hij besluit: „Zij zijn van mening, dat beweging (.arbeid) geleverd in de periode van ontwikke ling tot volwaardig kind (10-11 jaar) psychisch de meeste invloed op dat kind zal hebben." De Raad van Opleiding en Research laat de KNZB weten, dat het dr. J. F. de Wijn en drs. W. G. Lötgerink ver zocht heeft een literatuurstudie over respectievelijk de biologische en psy chologische aspecten van jeugdzwem men te verrichten. Dr. De Wijn kon die studie wegens ziekte nog niet af sluiten, drs. Lötgerink toont zich scep tisch over prestatiesport op jeugdige leeftijd. Hij pleit voor een soort alge mene vorming in sportieve zin en acht dit van méér belang dan dat te vroeg een eenzijdig accent wordt gelegd op een bepaalde tak van sport met het doel zich vroegtijdig te verzekeren van voldoende jonge kweek. Een dui delijk afwijzend standpunt dus. Wie nu denkt dat én de KNZB én coach Rob Kerkhoven in zak en as zitten, komt bedrogen uit. De verga dering neemt de brief kennelijk voor kennisgeving aan en Rob Kerkhoven reageert lakoniek: „Niets aan de hand. We gaan door. Er staan trouwens heel positieve zaken in de brief. Bijvoor beeld daar waar de heer Lötgerink laat blijken dat bij verantwoorde sport beoefening door zeer jeugdigen, zéér veel belang moet worden gehecht aan 'n goede opleiding van het kind.Hulp dus van een goed opgeleid kader, dat ook psychologisch en paedagogisch ge schoold is. Dat heb ik altijd verlangd". Té doorzichtig echter voor een we gens zijn progressieve visie op de top sport wel eens als lastig gekwalificeer de trainer. De negatieve lijn in het schrijven cijfert hij weg, omdat, en daar heeft hij feitelijk gelijk mee, én het bondsbestuur én hij zelf geen grond zien het eerder ingenomen standpunt te verlaten. Jeugdzwemmen, schuchter opgezet, maar zich lang zaam ontwikkelend, behoudt zijn kans. Het afgelopen jaar kregen 63 kinde ren van 8 en 9 jaar een startvergun ning, zwommen 101 tienjarigen om me- ZEIST, 24 april Tijdens de zater dag gehouden bondsraad van de Ko ninklijke Nederlandse Korfbalbond te Zeist is over reclame bij korfbalwed strijden gesproken. Geen der bonden had bezwaar tegen een beperkte recla me. In hoeverre men dit zal gaan toe staan, zal men na bestudering van de bepalingen bij andere sportorganisaties nader preciseren. dailies en bekers en werden 161 kinde ren van 11 jaar voor wedstrijden in geschreven. Bittere pil bij dit alles is overigens wél, dat die aantallen in vergelijking met '65 zijn teruggelopen. Toch, met een grijnslach en een knip oog van verstandhouding, kan Kerk hoven, het conservatisme van de me dici negerend, blijmoedig verklaren: „Onze jeugd is op vele punten de Europese top genaderd". Gezien tegen de achtergrond van zijn recente erva ringen in Rusland, waar van medi sche terughoudendheid geen sprake is, een moedgevende gedachte. LAUSANNE, 24 april Een nieuw onderzoek naar de waarde en de werkelijkheidszin van de huidige amateurbepalingen door het Interna tionaal Olympisch Comité was een van de belangrijke wensen van de internationale sportbonden op hun vergadering alhier. De bonden heb ben de eis gesteld, dat alleen zij be voegd zijn de normen voor een ama teur vast te stellen. Allereerst wil len zij echter met het oog op de Olympische Spelen in Mexico een wijziging van de clausule dat een trainingskamp slechts 28 dagen ach ter elkaar mag duren. De internationale sportbonden heb ben ook hun verontrusting uitgespro ken ove de technische organisatie van de olympische spelen van 1968 in Mexico City. De organisatie is op ve lerlei gebied nog niet verder dan het stadium van plannen. Men betreurde het, dat het Mexicaanse organisatie comité geen afgevaardigde naar Lau sanne had gestuurd, ofschoon men hiervoor was uitgenodigd. Het doel van de bijeenkomst, waar op 20 van de 27 internationale sport bonden waren vertegenwoordigd (tot de absenten behoorden de internatio nale voetbalbond, de internationale at- letiekfederatie en de internationale amateur-boksassociatie), was om di recte medezeggenschap te krijgen bij de toewijzing van olympische spelen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1967 | | pagina 15