„COMMERCIËLE SEX-ZONNETJE BREEKT DOOR WOLKEN DER VOORZICHTIGHEID" Het recht van wederwoord Ziekte voorkomen Erecode „nooit over drempel van de slaapkamer" fillm &E TIJD ZATERDAG 29 APRIL 1967 5 ONS LAND is een van de wei nige landen in Europa waar in geen enkele vorm het recht be staat tot antwoord op een artikel in een krant. LONDEN, 29 april „De meeu wen scheerden krijsend boven 't zwerk. De schuimende zee trok een grillige vloedlijn over het strand. Zij zat met een pruillipje in het zand. Hij stond zwijgend Haast haar, de blik somber ge richt op het vage silhouet van een schip, dat langzaam achter de horizon verdween HAYE THOMAS Een collectie blikvangers uit heden en verleden. Achter deze omslagen gaat een door velen begeerd leven opefi. SARA SEALE VTC LANGENHOFF RIJKEVOORT, 29 april „Integratie" is op het Oost- Brabantse en Limburgse platte land een veelgehoord woord. De boeren hebben het dan niet over de Europese eenwording, maar over de moderne slachtkuiken- mesterij, die een industrie is ge worden, waarvan de .verschillen de takken nauwkeurig op elkaar zijn afgesteld. de bodem vrijwel bedekt EEUWIGDURENDE LIEFDESROMANS (Van een juridische medewerker) In 1881 besliste de Hoge Raad dat de rechter in geval van belediging al leen volgens de letter van de wet mocht bevelen dat het vonnis waar in de belediging werd geconstateerd Werd aangeplakt. Hij mocht niet beve len dat dit vonnis werd opgenomen in het dagblad dat zich aan de belediging had schuldig gemaakt. Sindsdien is er in ons land wel veel over dit recht van wederwoord gespro ken, maar pas in het ontwerp voor het nieuwe Burgerlijk Wetboek bereikt het Weer het stadium van wetsontwerp. Van de kant van de Federatie van Nederlandse Journalisten is tegen dit ontwerp veel bezwaar gemaakt. Waar schijnlijk om die reden is als eerste deeltje van de serie „pers- en omroep- fecht" van de hand van mr. J. M. de Ntey een studie over dit onderwerp ver- Schenen. Hij wijst erop dat Frankrijk dit recht si sinds 1822 kent en Duitsland sinds 1874. Dan maakt hij tussen de regelin gen die wij in die beide landen vin hen een principieel verschil. Het Fran se systeem noemt hij recht van weder woord en het Duitse', recht yan rectifi catie. Volgens het in Frankrijk bestaan de recht, dat ook in iets andere vorm Ifi België bestaat, kan iedereen die in een dagblad genoemd wordt, of ten hiinste daarin duidelijk kenbaar wordt, S'sen dat hij in die krant een bepaal de hoeveelheid ruimte krijgt, om zijn lening over die vermelding kenbaar te maken. In Duitsland en vele andere landen krijgt iemand dat recht alleen als er onjuiste feiten over hem vermeld zijn. Nu lijkt ons dit verschil niet zo principieel als deze schrijver het doet voorkomen. Is het een feitelijke bewering of een opinie als men van een zangeres zegt ,.Ze beheerst de zang-techniek onvol doende om dit werk te kunnen zin gen"? Het gevaar dat an dit recht van wederwoord is verbonden is dan ook dat er eindeloze debatten uit kun nen ontstaan. In een enkel land heeft men dit proberen op te vangen door het recht van wederwoord alleen toe te kennen aan iemand die kan bewijzen dat de mededeling die hij beantwoordt ook onjuist is. De moeilijkheid doet zich dan voor dat er dan iemand moet nagaan of er inderdaad in het antwoord bewijs geleverd is. Dit zal moeilijk door de rechter kunnen worden gedaan om dat de jurist een totaal ander bewijs- systeem volgt dan in alle andere weten schappen. Een onderzoek door dë rech ter kost zeker in ons land zoveel tijd dat het antwoord steeds pas zal ko men als het eerdere artikel door de lezers al weer vergeten is. Tegen de inmenging van de gewone rechter richt zich dan ook een van de bezwaren van de Nederlandse Federa tie van Journalisten. Ook hebben zij er bezwaren tegen dat het nieuwe B.W. het recht van rectificatie niet alleen toekent in het geval van opzettelijke belediging maar ook als de krant iets zou schrijven wat ze niet beter wist of kon weten. Een ander bezwaar tegen de inmen ging van de rechter is dat degene die de opname van rectificatie beveelt heel goed op de hoogte moet zijn met de journalistiek. Een interessant voorbeeld deed zich jaren voor de oorlog voor: de Duitse radio zei van een Amerikaanse rechter, Brodsky ge naamd, dat hij een jood was. De heer Brodsky achtte dit om een of andere reden beledigend en wist van de Duitse rechter een rectificatiebevel te krijgen. De ver betering kwam in een uitzending om half zeven 's morgens! Toch is het volmaakt onmogelijk om de rectificatie altijd op dezelfde plaats of zelfs op dezelfde pagina te plaat sen als het te rectificeren bericht. Voor de oorlog meldde een Amsterdams dagblad dat zich bij de broodjeswinkel C gevallen van voedselvergiftiging hadden voorgedaan. Dezelfde avond stond er een meneer C bij de redactie die vroeg om toch mee te delen dat het niet om zijn broodjeszaak ging. De redacteur waar schuwde hem maar nam de rectificatie toch op in zijn ochtendblad er waren toen nog ochtend- en avondbladen een paar uur later was meneer C er weer en vroeg of ze nu wilden schrijven dat het wel in zijn winkel geweest' was en nu alles weer in orde was, hij smeekte het want sinds de rectificatie had hij geen klant meer gehad. De beoordeling van de noodzaak van rectificatie zou men dus beter geheel buiten de rechtssfeer kunnen houden en haar laten verrichten door ervaren journalisten en vertegenwoordigers van sociale organisaties. Het is opvallend dat in de landen waar het recht van wederwoord be staat er steeds minder gebruik van ge maakt wordt. Invoering in ons land zou dan ook alleen van belang zijn om tot correcties te kunnen komen in extremistische bladen, die het enige leesvoer voor hun aanhangers vormen, maar dan zelfs nog alleen maar voor zover het gaat om opzette lijk onjuiste berichten. (Van onze speciale verslaggever! Tot op de dag van vandaag vullen dit soort verhalen de kolommen van de damesbladen en verschijnen zij in zorgvuldig uitgekiende boekvorm. Ooit is men er in Engeland mee be gonnen en nog altijd kan men stel len dat de „romantic novels" hier toonaangevend zijn voor het genre. Zij verschijnen en gedijen binnen de vaste stelregels dat bij voorbeeld de sex nimmer de drempel van de slaap kamerdeur mag passeren. Dat onver togen woorden taboe zijn. Dat puur sadisme absoluut uit den boze is! Generaties lang zijn het vooral de vrouwen geweest die een schier onuit puttelijke leeshonger voor deze door gaans simpele verhaaltjes aan de dag hebben gelegd. Van het begin af aan zijn het ook vrouwen gebleven, die ze schreven. „Zij over zij in haar eigen Wereldje." In Engeland bereikten in de jaren dertig tal van deze verhalen moeiteloos een recordomzet. „Kom in de zon", „De gordel van Venus", „Het geheime jaar" en „Dwaasheid Van verliefden" zijn enkele toppers uit die tijd. Zij volgden het gouden spoor van „Een krans van sterren", dat reeds in de twintiger jaren grote be kendheid genoot. Een van de grote troeven in die dagen was Ruby M. Ayres, meesteres op het thema van verhalen die zich vrijwel altijd in de betere kringen afspeelden en waarin lieftallige dienstmeisjes en charman te privé-chauffeurs voor het nodige ru moer zorgden. „Ruby M. Ayres heeft het eeuwige leven", vertelde ons de Londens-e uit gever Alan Boom. Zij wordt nu, na al die jaren, opnieuw opgetrommeld. Haar oude boeken worden weer uitgegeven. Alan Boon, in strakke streepjesbroek en onberispelijk zwart jasje achter zijn bureau, is een van de uitgevers die zich hebben gespecialiseerd in de „ro mantic novels". Met Hale, Hodder en Stoughton, Sollins en de Hutchinson- Group, viert hij triomfen met deze bra ve liefdesromannetjes en vangt hij de klappen op in de tijd dat het minder goed gaat. Men kan stellen dat de „romantic novels" er thans een periode van on miskenbaar magere jaren hebben op zitten Tenminste als men de verge lijking trekt met de vooroorlogse tijd en de eerste jaren na de bevrijding. De opkomst van de TV en het sterk teruglopen van het aantal bibliotheken worden als de oorzaken genoemd. Mr. Boon vertelde ons van de klap die het sluiten van Booth's drogisterijen en de bibliotheken van W. H. Smith in En geland (samen ongeveer 900 vaste ge- legenheden waar men voor de roman- tic novels" altijd terecht kon) voor zijn business heeft betekend. De opslagcijfers en de verkoop daal den sterk. Men moest nu van Soede huize komen om toch in de slag te blij ven. En dat leidde tot een schifting, die alleen de allerbesten hebben over leefd. In „de stallen" van Collins, Hale Hutchinson, Mills en Boon, Hodder en Stoughton, zoals de uitgevers hun eigen groepen schrijfsters noemen, vielen de nodige slachtoffers. De sterken bleven over, aangevuld met enkele nieuwe ta lenten, waarvan bleek dat hun toon aansloeg. Zo'n nieuweling is de omstreeks der tigjarige Violet Winspear, een free-lan ce journaliste uit het Londense West end. Violet lanceerde bij Boon haar ge van de lieve stewardess en de knap pe commander in de cockpit. En thans nog steeds de sfeer van de witte jassen, de verpleegsters en hun ondeugende flirts met de bedaarde chirurg, die het grijs reeds aan de slapen heeft, of de blonde doktersassistente, die de avances van de jonge patiënt in kamer drie niet kan weerstaan. De doktersroman levert op het ogen blik een strijd op leven en dood met de nieuwste „omlijsting" van het gro te witte strand, de speelse kabbelgolf- jes en de zachte Hawaiiaanse tokkelmu- ziek op de achtergrond. Het thema van wat de Engelsen „Love in a hot climate" noemen. De liefde onder de wuivende palmbomen, onder de strak ke blauwe hemel en de felle zon van het gebenedijde vakantieparadijs. Insiders menen dat de filmrage van James Bond voor deze verandering van décor mede verantwoordelijk is. Alan Boon wil dat niet ontkennen, maar haast zich met te stellen dat de „ro mantic novelists" aan de doortastend heid van hun Bonds duidelijke gren zen hebben gesteld, die hen bijvoorbeeld veel charmanter en toegewijder laten zijn dan de snel op zijn doel afsteve nende agent 007. De uitgevers volgen de omwenteling met argusogen. „Er zij'n heel wat vrouwen die het te ver doorgevoerde sexthema schuwen", zegt Alan Boon. „De jon gere lezeressen stellen echter nieuwe eisen. We moeten beide groepen te vriend houden. Daarom geloof ik toch dat het commerciële zonnetje van de sex toch wat meer door de wolken van onze voorzichtigheid zal heenbre- ken. Daar valt niet aan te ontkomen. Een dergelijke verandering veroor zaakt de nodige opwinding in de krin gen van de Romantic Novelist' As sociation". De dames, die uit heel Engeland komen, zijn het er nog niet over eens. De code is hun heilig, maar zij beseffen dat ook hun bestaan als schrijfster op het spel staat. Zij vre zen de steeds sterkere concurrentie van de uit Amerika komende Gothics" de liefdesroman met pittige sex- en griezelsausjes overgoten. Is er een tendens dat de honger der damesbladen afneemt, als pockets blij ven de „romantic novels" een belang rijke bron van inkomsten der uitgeve rijen. De wonderlijke groep van ty pisch Engelse dametjes blijft volop ac tief. Er zijn er bij die het voor hun plezier doen, hoogstens een boek per jaar leveren. Er zijn er ook die er van leven, vaak heel goed zelfs, met een eigen „cottage" buiten en een crème kleurige Jaguar-sportwagen. Sara Seale woont aan de weg Lon- den-Brighton, alleen met haar collectie honden, haar schrijfmachine en haar onuitputtelijke voorraad gin-and-tonic. Zij heeft een respectabel oeuvre aan „romantic novels" op haar naam staan. En zij is ook een der troeven in „de stal" van Alan Boon. Een driftig raspaardje, waarop gewed kan worden. Elk boek kost haar de grootste moeite1. Maar zij heeft een toon die aanslaat, zij weet alles van bloemen en planten, van honden en van leuke kleine huisjes, die zij telkens weer in haar boeken op voert. Anne Weale is in werkelijkheid een gewone huisvrouw, heet mevrouw Malcolm Blakeney. Gaat altijd heel uit voerig op de kleding van haar types in en legt zo'n goede smaak aan de dag, dat zij talrijke bewonderaarsters telt. Zij schrijft ook vlot en gemakkelijk en kan, als zij wil, een jaarlijkse bij verdienste van tegen de 20 mille halen. Met „The Sea Waif", haar 24ste boek, oogst zij thans grote triomfen en zij is nog jong genoeg om het legendarische record van Barbara Cartlands, die het tot honderdtwaalf „romantic novels" bracht, te evenaren. Tenminste als de „romantic novels" de tijd van leven houden. NEDERLAND VOOROP MET ,SLACHTKUIKEN-INDUSTRIE' „The honey is bitter" en dat werd meteen een daverend succes. Het mooie blonde meisje, dat omwille van haar familie met de schatrijke Griek Paul Stephanos trouwt, zuiver op basis van opoffering, maar tenslotte bij hem tóch de grote liefde vindt, haalde zelfs de kostbare kolommen van het grote damesblad „Woman" en is sindsdien 'n groot succes. Toch is dit niet zonder rumoer gegaan. Want Violet brak met een van de ijzeren stelregels. Zij pas seerde namelijk de drempel van de slaapkamerdeur en ook al ging het hier om twee met elkaar getrouwde mensen, de ere-code was gebroken. Dit heeft het nodige spektakel ge geven in de selecte kring van de Ro mantic Novelist' Association", de eigen organisatie der schrijfsters van dit soort verhalen, die ongeveer tweehonderd leden telt. Op geregelde tijden komt deze vereniging in de Windsor-room van het dure Shaftesburyhotel in Lon den om de stand van zaken te bespre ken, te luisteren naar de leerzame woorden van een zorgvuldig uitgezoch te spreker en om bij een stevige slok de laatste nieuwtjes en roddels uit te wisselen. Roddels zijn er natuurlijk genoeg want men kan zich voorstellen dat deze wereld vol gelijkgerichte belan gen niet vrij is van spanning. Het gaat om een volstrekt uniek milieu van in het algemeen vrouwen op rijpere leef tijd, die in hun rijke fantasie stuk voor stuk tot over hun oren verliefde jonge meisjes zijn, al of niet in mini-rokken gekleed gaan, dromen in de maneschijn en hunkeren naar de genegenheid van hun gebronsde favoriet. Zo is het nu, zo is het vrijwel altijd geweest. De oudere vrouwen die over de liefdespe rikelen van jonge meisjes schrijven. En met een ongelooflijke vaardigheid. Eerst het volstrekt hopeloze, het uit zichtloze, dan opeens, de grote omme keer; de zon, de lach, de kus, het ge luk. Het décor verandert met de smaak van het publiek. Voor de oorlog de ro mantische verwikkelingen in de betere milieus. Na de oorlog aanvankelijk de jonge meisjes als emigranten in een vreemd land. Dan de periode van de zeereizen, „love-Liebe-l'amour" aan dek van een oceaanreus in de tropen nacht. Vervolgens de verleidelijke ima- ziekte nu al zover de baas, dat het aan tal langzaam minder wordt. IN DE BEDRIJFSTAK voor de slachtkuikens doen zich weer andere problemen voor. Hier moet een hoge produktie van eieren worden gehaald, maar het moeten tevens eieren zijn waaruit goede slachtkuikens groeien. Dat gaat moeilijk samen. Bij het' fok ken van slachtkuikenrassen wordt na melijk alle aandacht besteed aan eigen schappen voor snelle groei. Wat men in die richting wint, verspeelt men aan legcapaciteit. Het omgekeerde is het geval bij het fokken van legrassen: daar gaat het om de eierproduktie. Het ideale slachtkuiken is voor d« leg waardeloos. Voor de mesterijen ia dat geen ramp, want daar komen de kuikens aan leggen toch niet toe. De vermeerderingsbedrijven moeten echter zoveel mogelijk slachtkuikeneieren pro duceren, anders wordt het eendagskui- ken te duur. De oplossing is een com binatie van eierleggende hennen met vleesproducerende hanen. Dat wil te gelijk zeggen: zeer lichte hennen en zware hanen. Op de vermeerderingsbe drijven ziet men het gevolg: volledig kaalgetreden hennen. Bij kalkoenen is het verschil in gewicht tussen hanen en hennen al zo groot geworden, dat men K.I. moet toepassen, omdat na tuurlijke bevruchting onmogelijk is ge worden. Dat is dan het einde van het laatste stukje romantiek in de pluim vee-industrie NEDERLAND EET 5 kilo slachtkui ken per hoofd per jaar, Duitsland kilo. Dat is nog maar één derde van de Amerikaanse consumptie: 18 kilo per jaar. In de kuikenmesterij rekent men dan ook op een gestadige stijging van het verbruik. De lage te lage prijzen van het ogenblik gevolg van een iets te snelle uitbreiding van de produktie kunnen daartoe extra sti muleren. Kuikenvlees kost momenteel ongeveer 2,per halve kilo. Trekt men daar het beenpercentage af, dan komt men aan 2,50 per halve kilo. Riblappen, van het rund, kosten onge veer 3,60 per halve kilo, varkens- schoudercarbonaden, zonder been, 2,90 varkenslappen (hamlappen) 3,80. De prijs is dus bijzonder concurrerend. De pluimveeslachterijen werven nieuwe klanten door het verpakken van „hand zame" onderdelen. Sinds enkele maan den zijn pakjes kuikenpoten, kuiken- dijen en voor soepliefhebbers goedkope „backs and necks" in de handel. De moeilijkheid van het aansnijden en het gevecht om de twee poten zijn daar mee verdwenen en de eerste ervarin gen zijn, dat dit veel nieuwe kopers trekt, (Van onze speciale verslaggever) De Europese integratie heeft daar wél mee te maken; want zonder mas- saproduktie heeft Nederland geen kans op een aandeel in de gezamenlijke markt. In juli en augustus zal die markt voor het pluimvee voor goed een feit worden. Dat vooruitzicht heeft de Nederlandse slachtkuiken-industrie de afgelopen maanden de moed gege ven om door te gaan met de produktie, ondanks boordevolle vrieshuizen en zeer lage winkelprijzen. Straks, als de concurrentiekansen gelijk liggen, zal Nederland kunnen profiteren van het moderne produktiesysteem dat de laat ste zes jaar is opgebouwd en waar mee men de andere EEG-partners evenzoveel jaren vooruit is. Kuikens mesten is een activiteit die men in onze tijd niet meer individueel kan beoefenen. Alleen bij een zorgvul dige planning van ei tot diepvriespak ket is er nog kans op een redelijk in komen. Vandaar dat steeds meer „in tegraties" zijn ontstaan waarin ver meerderingsbedrijven, broederijen en mestbedrijven gelijkelijk lasten en ba ten delen. Een van de grootste com binaties, vooral voor export is de Coöperatieve Pluimveeslachterij Boxmeer, waar wekelijks ongeveer 400.000 kuikens het prille leven laten; dat zijn per jaar 20 miljoen dieren. Een paar jaar geleden zou men zo'n zaak „Amerikaans" hebben genoemd; nu kunnen Amerikanen haar „Euro pees" noemen. Voortdurend rijden vrachtauto's vol levende kuikens het fabrieksterrein op; ze passeren de gi gantische diepvrieswagens die de fa briek met even grote regelmaat ver laten. Het beklemmende in dit mam- moetbedrijf met zijn drie slachtlijnen en 400 man personeel is niet de slach terij of de verwerking van onderdelen, maar de massaliteit en de anonimi teit van de kuikens, geproduceerde „stuks'! zonder meer. Dezelfde ongekende, onpersoonlijke veelheid vindt men al in de broederij, waar zeven weken tevoren het kuiken leven begint. In eindeloze rijen broed- kasten komen twee keer per week tien duizenden piepende donsballetjes uit het ei om in doosjes van 50 stuks naar de mesterijen te worden gebracht. Die reis en de rit naar de slachtplaats zijn de enige momenten waarop de dieren iets van deze wereld zien: de tussen liggende periode brengen zij door in het mesthok, een laag gebouw zonder ramen, waar de dieren bij matig kunst licht matig actief zijn. De tempera tuur wordt zorgvuldig op peil gehou den, zodat de kuikens geen calorieën verspillen om warmte te produceren die goedkoper uit olie kan komen. Te gen de tijd dat de mestperiode ten ein de loopt, is de bodem van het hok vrijwel bedekt met kuikens. IN DEZE MASSABEDRIJVEN, waar alleen wordt schoongemaakt tussen twee partijen in, is het zaak om ziek tes buiten de deur te houden. Wie er een bezoek brengt, krijgt daarom een witte jas en een paar laarzen, die hij in ontsmettingsmiddel moet dompelen. Voor ziekenverzorging is in deze tak van veeteelt geen tijd, het komt uit sluitend op de preventie aan. Enkele weken na hun aankomst in het mesthok krijgen de dieren in het drinkwater een voorbehoedmiddel tegen pseudo-vogel- pest en infectueuze bronchitis. Ze reageren met een tijdelijk gebrek aan eetlust; voor de mester een hele" zorg, want wat niet eet, kan niet groeien. Veel ernstiger is de groeistoor nis die optreedt als de dieren CRD krij gen, een ademhalingsziekte, die de af gelopen jaren heel wat zorg heeft ge baard. Dat is nu verleden tijd, dank zij een uitvinding van de Brabantse die renarts dr. A. C. Voeten, pluimveespe cialist van de provinciale gezondheids dienst voor dieren. Op basis van Ame rikaanse experimenten, waarbij men de kuikens al vóór de geboorte CRD-vrij trachtte te maken door verwarmde eieren te laten afkoelen in een vloei stof met 'n antibioticum (waardoor dit laatste in het ei werd opgenomen) is de „dipcentrale" in Rijkevoort ontwor pen, waar nu eieren uit het hele land ziektevrij worden gemaakt. Het nieuwe procédé dat de heer Voe ten in een proefschrift beschreven heeft houdt in, dat de opname van het anti bioticum in de eieren niet geschiedt door middel van temperatuurwisselin gen waardoor teveel sterfte optrad maar in vacuumketels. Hierbij wor den de eieren CRD-vrij gemaakt, zon der dat de kiem wordt geschaad. Een belangrijk neveneffect van de „gedipte" eieren is dat zij kuikens opleveren waarbij in de eerste dagen na het uit komen minder uitval optreedt dan nor maal. Opgeteld en omgeslagen kost het dippen 2 cent per ei, maar er staat een voordeel van 6 ct. tegenover. De dipcentrale sinds kort overge nomen door een landelijke stichting heeft het vorig jaar per week tot één miljoen eieren behandeld. Men is de

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1967 | | pagina 21