ONVREDE MET HUIDIGE SITUATIE
Televisie heeft nog kansen
als zuivere kunstvorm
Ardito-Kwintet wint prijs
van Nederlands Impresariaat
goeie.
Lexington
Van Beinum dirigeert het Utrechts Orkest
Verontrusting in Israël werd mei de dag groter
Prijs
is.
v;
Komeet'van Israël
Liever Cairo
Raketkoppen
Vertaalde poëzie in
Holland Festival
De Tijd
MAANDAG 29 ME11967
Iëden Men ZEVEN Jaar GE-
de 'Met Montreux begon, waren
ele
Xw Jerstonr meer gezien als een
iVkiiipp 'ddel. Meer niet, met zijn be-
iiiThino maar als je daar nu maar
in ^meehoudt, komt het vanzelf
X bQei
?art i1' B
X* as
NIEUW ONDERWERP
een sigaret die thuishoort in een krachtige hand.
hegr, ansrnan Michel Bar-Zohar
de rJn 2iJn boek „De jacht op
l9§0"Uitse geleerden, 1944
de °nthullingen gedaai. over
de „ar"er* waarop na de twee-
9e|e ®re'd°orlog vele Duitse
Anw.| n verdwenen naar
Nlassi - en Rusland. Nadat
Vvgs ®r 'n Egypte aan de macht
9®Homen gingen velen van
te°K naar Egypte om raket-
Hunne Uwen- die 'egen Israël
bruikt. De
vertaling van het
^rUna'S uit9egeven bij A. W.
WdgQSn Zoon in Utrecht. Za-
He|g^ Publiceerden wij enkele
^Pdag13^611^6 fragmenten;
dorp.
gaan wij daarmee
Kurt Tank. Deze Nazi-deskundige
werd na de oorlog door Messer
schmitt voor Egypte ingeschakeld.
De raket Al Kahir, succesvol ge
lanceerd op 21 juli 1962. President
Nasser was er ooggetuige van.
Volgende aflevering op dinsdag:
NIZUWE ACTIE TEGEN
HET JOODSE VOLK
(Va
>p U' bijzondere medewerker)
Verwn veyun, waren
sPttnnen V, 9en eigenlijk hoogge-
1estivalenkelingen die al de
"lee9eni.°i" ®ouden Roos hebben
de C/° zuEen zich herinneren,
het d._ lscussies op het terras van
et i> ™°o,m c
avüjoen hoog
en
oplaaiden. Trou-
rrien zie] C'6 eerste Wren verzamelde
V(lri het1 wer^u®ster^e 3aa(
mensen Paviljoen, maar konden alle
c°nfer n°S P^"aats vinden in de grote
entiezalen van het Palace-hotel.
•U0 J-
E6gaan ^iss'jS zWn 'toen steeds weer
vin§ de tBif r- de vraaS in welke ricb-
X'er tv e zou gaan en °P welke
I»1Verst ai- ^lcb bet duidelijkst en het
e, Hie iav.„ kunstvorm zou openbaren.
nen fiigpr. Sloofde men dat televisie
n?ast de fii stvor.m is- dat het zich
i, eren rif een e'Sen plaats zou ver-
riatld. jj 'e gedachte daar lag voor de
Zovpbi nische materiaal verschil-
.^hillen ,van de film, dat deze ver
te" ®en „u we' z°uden moeten leiden
r. eh va^j el aParte wijze van han-
=f°duct at techniek, die zich in het
dijker een v°lkomen van de film
nde
Is d°60r.al in
volkomen van de film
vorm zou manifesteren.
de Nederlandse discussies
y-, llCUCXiCtUUSC U1ÖUUSS1CS
si6®! ste.tag over de eigen kunstvorm
j^titlp af er geweest dan elders. Van
,^er;
'"tv
tg
cj^ C{q 1 "Cl Wdö CUCXX UllUCimUcXclJ.
?v^sie geschikt zou zijn voor
S V. istllklrpvr. T-Y-1 noinolo on nnovot.
bv.'kfirs aan gingen de programma-
t t?rvan uit dat hun wijze van
do 8 Va zou nioeten leiden tot een
da 'eW;sPelregels. uitsluitend voor
Sl?t dg t ile' was t°en ondenkbaar,
t Jnet bukken, musicals en operet-
laleVisiB grote mensenmassa's die het
a d. Sc.herm letterlijk zouden opvul-
lin erafZKn er nu aan gewend. Het is
„a8, ,j Pekeken alleen maar zonder-
"bi^akt 6r *oen zo'n drukte over werd
2jj
u11 tei6 p ?n Nederland televisie maken
tjfjben Sle met hun kritiek begeleiden,
tii dan l abijd veel zwaarder aan ge-
i 'evi,.; net buitenland. Men heeft de
6 ziJn 111 de angel-saksische lan-
i» Wai g,een congressen bijeengeroe-
®fden bele en halfgeleerde betogen
hJ" üi,itg?bouden over televisiekunst,
dn thpfi and is dat anders. Daar was
ut Milo a "die Kunst des Fernsehens"
Men slaagde er steeds in
h.6 m -".unaiunK una r ernsenen'
Iv^slaj^j11®6,11 uit heel Europa naar
V^Sang
Niï al c
jfMlen
S6lheg Engelse televisie, die in het al-
j:ehr0p genomen wel de beste televi-
St^ar Pla's maakt, men behoeft
®et i kijken naar bv. Coronation
j^V, 0'Paar Z-cars en naar mrs. Thurs-
■Jj^t jj?1 te kunnen constateren, dat die
.'tsw.P en schouders boven de rest
b Mn ^lende referenten te laten op-
Sa*t Bad Boll, niet ver van Stutt-
een geliefd oord voor confe-
n, M ,ngers.
SiF6l'SBkJ dat idealisme is maar v
Se, leven. Men gelooft er niet
Me® Engelse televisie, die in h
Mïo^genomen wel de beste televi-
wQrokpjj' beeft zich nimmer het hoofd
®l-kUf,b °ver de vraag of televisie
6 En geen"kunst is.
ngelsen hebben zich gericht op
het publiek en zich alleen afgevraagd
op welke manier kunnen we met ons
programma een zo groot mogelijk pu
bliek bereiken zonder het publiek af te-
leiden van wat werkelijk gebeurt voor
de camera. Televisieopname en film lo
pen door elkaar. Er is geen onderscheid
meer tussen de twee opnametechnie
ken. Bij de festivals is nimmer de na
druk gelegd op televisieproducties. Noch
in Montreux, noch in Praag, noch in
Berlijn, noch bij andere festivals van
dit soort.
De televisie-omroepen zelf zijn nooit
in staat de behoefte aan programma's
uit eigen producties te dekken. Het is
een afschuimen van de markt en elk
programma, dat maar enigzins aan de
gestelde eisen voldoet. Allerlei grote en
kleine filmproductiemaatschappijen zien
nu de kans schoon op de markt te ope
reren.
Amerikaanse filmmaatschappijen heb
ben zusterorganisaties opgericht om
speciaal voor televisie te produceren;
overal in de wereld ontstaan kleine
maatschappijen die op film gaan pro
duceren. In 't uitvoerige Duitse ,,Hand-
buch für Rundfunk und Fernsehen1
vindt men de adressen van vele maat
schappijen en maatschappijtjes die zich
op dit terrein bewegen. Door al deze
omstandigheden concentreert de vraag
van de omroepen zich uitsluitend op
het programmamateriaal en niet alleen
bij de omroepleiding. Ook het publiek
heeft er niet het flauwste benul van,
ziet het in de meest gevallen nauwe
lijks of een gedramatiseerde documen
taire nu een televisieproductie is of op
de film is vastgelegd.
presentator en samensteller van een
kunstprogramma en politiek commen
tator. En voor de komende uitreiking
schijnt de cameraman van KRO-Brand-
punt Piet Kaart in de markt te zijn.
Een nationale regieprijs zou wellicht
een stimulering kunnen zijn voor de ont
wikkeling van televisie naar een auto
nome uitdrukkingsvorm.
AMSTERDAM, 29 mei Dit jaar
zal een nieuw onderwerp aan het
Holland Festival worden toegevoegd:
Poetry-reading". Nederlandse dich
ters gaan hun verzen in een Engelse
vertaling voorlezen. Elf Nederlandse
en Vlaamse dichters zullen aan deze
manifestatie hun medewerking verle
nen: Hans Andreus, Cees Budding,
Jaap Harten, Dick Hillenius, Ed Hoor-
nik, Pierre Kemp (wiens werk wordt
voorgelezen door Fred van Leeuwen),
Adriaan Morriën, Hugues Pernath, Sy-
bren Polet, Bert Voeten en Riekus
Waskowsky. James Holmes zal deze
dichters presenteren. Hij is tevens de
vertaler van vele voor te lezen ge
dichten. Deze poëzie-avond zal 20 juni
gegeven worden in de Kleine Zaal van
het Concertgebouw onder de titel
„Poetry for now".
DIT ALLES DOET toch de vraag
stellen öf er niet getracht moet worden
om te onderzoeken op welke manier de
televisievormgeving-pur-sang zou kun
nen worden gestimuleerd. Want er lo
pen toch in verschillende landen men
sen rond, die niet tevreden zijn met de
huidige gang van zaken. Het aantal van
hen is niet bijster groot, hun aanhang
evenmin. In de verslagen uit Montreux
is een paar keer de naam van Fran
se regisseur Jean Averty genoemd en
in dit verband ook die van Rob Rooy-
ens. En wat Nederland betreft zou men
naast deze AVRO-regisseur ook kunnen
noemen de VARA-medewerker John
van der Rest en de free-lance regisseur
en acteur Ton Lensink (de laatste jaren
geleden winnaar van de televisieprijs
van het Prins Bernhard fonds). Deze
prijs is na enige malen te zijn uitge
reikt niet meer ter beschikking gesteld,
maar men zou zich kunnen indenken,
dat een soortgelijke prijs toch weer
wordt ingesteld als beloning voor crea
tieve prestaties waardoor de televisie
regie een eigen gezicht weet te krijgen.
In Nederland worden jaarlijks tiental
len prijzen uitgereikt, die betrekking
hebben op een artistieke prestatie,
maar de televisie schijnt daar maar
buiten te moeten vallen. Uitsluitend de
jaarlijkse uit te reiken personderschei
ding, de Nipkow-prijs valt er voor een
televisiemedewerker nog te winnen,
maar die prijs mil.Met geen"düfa?lTfk öh-
derscheid voor regie, camera, uitvoe
rende medewerking, want diegene, die
in een bepaald jaar opmerkelijk werk
heeft verricht komt er voor in aanmer
king. Zo kwam de prijs o.a. bij Erik
de Vries, ook bij Pierre Jansen en ook
bij prof. dr. L. de Jong, resp. regisseur
HET NEDERLANDS IMPRESARIAAT
in Amsterdam heeft in de viering van
zijn twintigjarig bestaan een jubileum
concours ingeschakeld, waarvoor liefst
73 gegadigden (16 pianisten, 15 blazers.
32 vocalisten, 7 strijkers en 3 blaas-
ensembles) zich meldden.
Het concours zelf is besloten gehou
den op wens en om wille van de deel-
nemenden zelf, teneinde in volledige
anonimiteit een proef voor de jury te
kunnen afleggen. Techniek, artisticiteit
en presentatie van het geheel waren de
drie hoofdpunten die men bij de beoor
deling in overweging heeft genomen,
'n Uitvoering van een Nederlands werk
werd bovendien verplichtend gesteld.
Zaterdagavond werd het concours be
sloten met een concert in de Kleine
Zaal van het Concertgebouw te geven
door de prijswinnaars. De attractie van
dit concert was. dat de prijswinnaars
nu moesten strijden o-m de jubileum-
prijs, waarover aan de juryleden Kees
van Baaren, Eduard Flipse en Marius
Flothuis de eindbeslissing werd gela
ten. Tot de prijswinnaars behoorden:
AREND VAN DER KNAAP (trompet)
en JACOBUS BRASSE (fluit, beiden
Aanmoedigingsprijs van 200, RINUS
GROOT (piano) eerste prijs 500, RUUD
VAN DER MEER (bariton) eerste prijs
500, ANANDI VAN DER VEGT (cello)
tweede prijs 250; ROSETTIKWARTET
(prijs Stichting Nederlandse Muziekbe-
langen, voor de beste uitvoering van
Nederlandse werken en het ARDITO
KWINTET (Prijs van het Prins Bern-
hardfonds 1000).
Ter opening van het concert, dat bij
gewoond werd door minister Klompé,
speelde de nog zeer jonge trompettist
Arend van der Knaap even onbevangen
als veelbelovend Intrada van Otto Ket
ting, waarmee hij zijn Aanmoedigings
prijs, toegekend wegens overtuigend
muzikantenschap, met fierheid waar
maakte.
Eerste prijswinnaar, pianist Rinus
Groot, de gelukkige uit zestien, kreeg
in een programma van drie compo
sities ruime kans zijn kunnen te bewij
zen. De toekenning van de prijs heeft
heel wat wikken en wegen gekost; een
uur lang heeft de jury bij de beslis
sing diametraal tegenover elkaar ge-
Staan.. Hieruit blijkt wel hoe onvoor
stelbaar* gèdiffërëïftiê'dt-d een piano kan
klinken en een spreekwoordelijk ge
zegde „de goede toets op het goede
moment en je bent al een heel end"
gaat hier al helemaal niet op. Zijn
nobel touché en muzikaal stijlinzicht
kwamen in de sobere nostalgische So
natine van Kees van Baarens „Hommage I
a Willem Pijper" en lijnrecht daar te
genover in het romantisch uitwaaierend
flonkerspel in Etude „La Leggerezza"
van Liszt overtuigend naar voren.
Scarbo uit „Gaspard de la Nuit" van
Ravel had hij technisch nog niet in
de vingers; zijn toon en voordracht
waren hier bepaald niet sec en geraffi
neerd genoeg.
Het optreden van bariton Ruud van
der Meer bracht kwaliteiten naar vo
ren wat betreft vocale beheersing op
het punt van dictie en snelle wisseling
van expressie; mooi gaaf materiaal
en muzikaliteit. „Liebesbotschaft" van
Schubert en enkele Schumanns be
hoorden tot de beste van zijn vertol
kingen en in Chausson frappeerde zijn
begeleider Wim Serlie zich in een
raak treffen van de Franse muziek-
sfeer.
De celliste Anandi van der Vegt, die
haar prijs veroverde in het bijzonder om
haar affiniteit tot het kamermusiceren
en nog niet om haar instrumentaal
kunnen, speelde met haar begeleidster
Titia Zonneveld „Sonate" van Debussy.
MET VERBLUFFEND MUZIKAAL
ELAN kwam dan van het Ardito Kwin
tet de kunst van het ensemblespel,
met een Kwintet Van Pijper, lenig en
talentvol over het voetlicht. De jury
ging in beraad, terwijl een piepjong
fluitist Jacobus Brassé de zaal ver
tederde met zijn in prille toon en zui
vere muzikaliteit voorgedragen Ooster
se impressie van mei van de Japan
ner Kazuo Fukushima. Een nieuwe
lente en een nieuw geluid; jong en
veelbelovend!
Bekendmaking van de winnaar van
de jubileumprijs en uitreiking van de
andere genoemde prijzen geschiedde
hierna door Jan de Man, geestig en
joyeus, met voor ieder een „bon mot".
Met algemene stemmen werd de Ju
bileumprijs toegekend aan het Ardito-
kwintet, met lof voor hun kamermuziek
stijl, zuivere intonatie en fijn uitgeba
lanceerd samenspel.
Behalve de Prins Bernhardfondsprijs,
waarover in een record minimumtij d
van 30 seconden werd beslist, krijgen de
gelukkige winnaars Paul Verhey (fluit)
Rob Visser (hobo), Sjef Douwes (klari
net), John Mostard (fagot) en Peter
Hoekmeyer (hoorn) als jubileumprijs
van de avond een concert aangeboden
in de Kleine Zaal.
Een gastvrije uitnodiging ter recep
tie voor alle aanwezigen besloot dit
voor jong muzikaal talent zo stimule
rend belangrijk feestconcert!
TOON VRANKEN
ADVERTENTIE
IN MOZARTS TIJD was het arran
geren van een concert een moeilijke
zaak. In het bijzonder een klarinettist
was zelden te vinden. Toch heeft Mo
zart die moeilijkheden niet geschuwd
toen hij zijn pianoconcert in C klein
(uit 1786) aan de Weense kunstlieven
de adel wilde presenteren. Hij vond
het werk zo belangrijk dat hij geen
enkele concessie deed ten aanzien van
de bezetting, die naast hobo's ook kla
rinetten verlangde.
Een ander risico school in het karak
ter van dit concert. Het is een somber,
agressief stuk waar geen opgewekte
noot in voorkomt.
Redenen te over voor het aristocra
tische publiek om zo'n stuk de rug
toe te keren. Maar Mozart had zijn
toehoorders op hun juiste waarde ge
schat. Men was tot tranen geroerd.
Het pianoconcecrt K.V. 491 is nog al
tijd een der meest beklemmende en
ontroerende stukken van zijn soort.
Het zou teveel gezegd zijn dat Her
man Uhlhorn, die het zaterdag
avond speelde met Bart van Beinum
en het Utrechts Symfonie Orkest in de
Grote Zaal van het Amsterdams Con
certgebouw voor de Kunstkring ge
heel was opgewassen tegen de grote
psychische spanningen die het op
roept. Hij heeft het echter vertolkt
met de volle inzet van zijn groot lyrisch
en muzikantesk vermogen. Men kon
bezwaren hebben tegen wat overmatig
pedaalgebruik en tegen een tekort aan
strakheid in de ritmiek, waardoor aan
het tragische gehalte werd afbreuk ge
daan. Maar zijn spel was virtuoos,
klankrijk en vervuld van een diepe
ernst. Hij heeft het stellig in zich om
nog meer gevoelsdiscipline te verwer
ven en de diepte van deze muziek nog
verder te peilen.
Bart van Beinum leidde het U.S.O.
daarna in Brahms' vierde symphonie.
Hij bereikte dikwijls een fraai afge
wogen klank en zorgvuldig opgebouw
de climaxen. Maar men kon zich af
vragen hoe de orkestmusici zijn ge
barentaal, die rechts en links vrijwel
hetzelfde is, juist kunnen lezen. Hij
rïïaaktweinig chesuren en veel frasen
..[open inéén. Hij (naakt Brahms te
week. Hij verwekt een uniforme wel
luidendheid, waarin het onderscheid
tussen de delen dreigt weg te vallen.
Dat viel te meer op omdat hij Ros
sini's ouverture voor de „Gazza ladra"
van scherpe contouren en pittige con
trasten had voorzien.
E.
DUITSERS IN EGYPTE GOED BETAALD
Pt"
edo-i' w°rden
beende
!ïScj L^uaren besloten in het bui-
q firm T «JtJBioxen in net dui-
t>.rekeni?a's °P te richten, die voor
le vqi„ gen zouden kunnen inkopen
^kT^orkfn118 dun orders zouden kun-
W -tt.A Zo werd te München de
.>chul°P„gericht, een ogenschijn-
•hoi°°ien Qlge zaak, die een hele serie
enPliOC:flt met betrekking tot
p.'elektrische apparatuur van
de l z en Ooercke waren hier
It. ®en ®lgenaars van; de directeur
Tt^ -eitiz jj°?gere_ officier, de piloot
'uW^oanni- Ug' Be Spaans-Zwitserse
Het -,belanc'-de M-E-c-G. te Zürich
t56tl Paangf1 f.k® overeenkomsten met
Vp»atl(iere Uliaa] van Messerschmitt.
TUrbin rma' de M'T'P- - Mo"
interes-
X Zich n PomPeu
Hie 1 sterai 'amen met de I.N.T.R.A.
C^ee Storen. De
ai 6l"s
Zwit De eigenaar van
eBiS dan T,Serse firma's was niemand
o lder alg assan Kamil, de man die
het man had gediend.
'et -,=1 c
^ht0^eïïtru1v10n»act te onderhouden met
Xw5ese firm Caïr°. gebruikten die
iv Hhon S 6en code' waarin het
XX knn^ terugkwam: groene
XoX'. A^?en' koperen en ijzeren
A gemaal slimmigheidjes om
0sc0Pen en... belangrijke
personen aan te duiden. Krug en Ka
mil, vaak geholpen door uit Egypte
overgekomen experts zoals Schierhorn,
Kleinwachter en Brandner, zonden gro
te hoeveelheden kostbaar materiaal naar
de Oriënt. Messerschmitt zorgde voor
cockpits en schiettoestellen en zelfs
voor een paar Franse motoren, waar
mee de eerste proeven konden worden
genomen. Maar belangrijker nog was
de man. de geleerde, die hij aan Egypte
leverde, namelijk Kurt Tank, hoofd
constructeur bij Focke-Wulf. Messer
schmitt was naar Spanje gegaan, terwijl
Tank zich naar het peronistische Ar
gentinië begaf, dat hij binnen de twee
jaar een formidabele straaljager met
revolutionaire capaciteiten ten geschen
ke gaf, de „Pulqui 2". Toen Peron
van het toneel verdween was Tank
teruggegaan naar Duitsland met een
twaalftal elitebreinen. Het lukte hem
niet Bonn voor zijn plannen te interes
seren. Tank ging opnieuw in balling
schap en vertrok naar India, waar hij
de eerste Indische jager, de Hindoe
stan HF 24, met krachtige Engelse
„Orpheus" motoren bouwde.
Het testen van de He 300 motoren
zou nog maanden moeten duren, maar
als men ze nu eens op een toestel in
volle vlucht kon proberen, zou die ter
mijn verkort kunnen worden. Waarom
niet een Hindoestan van Tank geleend?
Een van de twee Orpheus-motoren kon
dan vervangen worden door de motor
van Brandner. Mocht deze uitvallen,
dan zou de andere Orpheus het toestel
wel in de lucht houden. Als de proef
slaagde zou men Tank vragen de Britse
Orpheus-motoren in zijn vliegtuigen te
vervangen door de Egyptische. Tevens
zouden op die manier de banden tussen
Egypte en India nauwer aangehaald
kunnen worden. Tank voelde voor deze
oplossing bijzonder veel. En zo gebeur
de het dat de geleerden van Hitier,
nadat ze ook Stalin en Peron hadden
gediend, in dienst traden van het posi
tief neutralisme!
De Duitse geleerden werden goed be
taald. Het laagste salaris, dat van een
opzichter, kwam niet onder de 3750,—
per maand. Dat van een hoofdingenieur
ging tot 9500,—. Fraaie villa's met
air-conditioning stonden de geleerden
te Heliopolis en Meadi ter beschikking.
De Duitsers bezaten ook mooie sport
wagens en in het zwembad van de
„Heliopolis Sporting Club" waren zij
doorgaans de enige baders. Zij organi
seerden een „Rijncarnaval" in het Hil-
tonhotel en in het beroemde Sheppard's
hotel was een hele verdieping voor
Messerschmitt gereserveerd, die daar
iedere maand kwam. Pilz en Kleinwach
ter maakten liever lange ritten te paard
door de woestijn of gingen op de tro
pische visvangst in de Rode Zee.
Deze miljonairsontspanning schaadde
het werk niet. Het rakettenproject ver
keerde al in een yérgevorderd sta
dium en op het jaarlijkse défilé ter ere
van de verjaardag van de revolutie op
26 juli, ontlokte het in allerijl in de
Egyptische kleuren geschilderde eerste
He 200 oefenvliegtuig de menigte te
Cairo luide toejuichingen.
Israël had zijn eerste vaste brandstof-
raket, de Shavit 2 gelanceerd. Over
deze komeet maakte Nasser zich dus
zorgen. Volgens uit Israël ontvangen
inlichtingen had hij, met een heldere
natriumwolk achter zich aan, een hoogte
van 80 km bereikt. Mahmoud riep
Sanger bij zich en liet hem de foto's
zien: „Wat is dit?" „Een gewone me-
tereologische raket," antwoordde de
Duitser. „Metereologisch of niet, ver
dubbel uw inspanning. Wij mogen ons
niet laten voorbij streven."
Begin '62 kwam Messerschmitt met
het advies een stel verantwoordelijke
mannen van de fabriek 36 ontslag te
geven, want hij had gebreken ontdekt
in de constructie van de rompen der
He 200 en He 300 toestellen. „Herr Dok
tor Mahmoud" voldeed aan dit verzoek.
Trouwens, Messerschmitt had wel de
nodige vervangers achter de hand; een
Oostenrijker, dr. Schoenbaumfeld, die de
plaats innam van dr. Nentzen als di
recteur van de fabriek; voorts een spe
cialist van Siebel, die in de stoel van
hoofdingenieur Spiess mocht gaan zit
ten. Vijftien andere Duitse ingenieurs
werden verplicht Egypte te verlaten,
hoewel hun contract nog niet afgelopen
was. Zij gaven duidelijk uiting aan hun
ontstemming hierover en dreigden de
regering van de Verenigde Arabische
Republiek voor het gerecht te zullen
slepen.
Reeds lang hadden de speurders van
het Israëlische Tweede Bureau het
opvallend drukke contact opgemerkt
tussen het „Instituut voor Rakettenaan-
drijving" te Stuttgart en de met prik
keldraad omgeven gebouwen te Caïro.
Zij hadden ontdekt welke rol de fic
tieve firma's in Duitsland n Zwitser
land speelden en waren in het bezit
van de lijst van geleerden, die voor
Nasser werkten evenals van gedetail
leerde kaarten, waarop de geheime fa
brieken stonden aangegeven. Van dit
ontplofbaar materiaal voorzien deed Tel-
4
contracten en sommeerde Sanger naar
Duitsland terug te keren. Deze moest
zich daar wei bij neerleggen en hij ves
tigde zich in Berlijn, waar hij aan het
hoofd kwam te staan van een centrum
voor theoretische bestudering van de
luchtvaart. Dat was een zwaar verlies
voor fabriek 333.
De collega's van Sanger bleven liever
in Caïro en zagen van hun functie te
Stuttgart af. Pilz verving Sanger aan
het hoofd van de „Verboden Stad" en
ingenieur Walter Schuran werd chef
van de sectie aandrijving.
Op 26 juli 1962 woonde een triomfan
telijke Nasser samen met een groot
aantal journalisten in de woestijn het
vertrek van twee zwart en wit geschil
derde raketten, een grote en een kleine,
die een prachtige start maakten in een
zee van vlammen. De clou van het mi
litaire défilé werd gevormd door tien
tallen grote raketten, met de Egyptische
vlag bedekt, die door roerloze soldaten
op grote opleggers werden bewaakt.
Een opgetogen menigte juichte dit
schouwspel toe. Egypte bezat nu twee
raketten van een nieuw type: Al Zafin
(De Overwinnaar), met een reikwijdte
van 280 km en Al Kahir (De Verove
raar) met een reikwijdte van 560 km.
Die laatste raket kon, zoals Nasser be
nadrukte, gemakkelijk ieder doel ten
zuiden van Beiroeth bereiken.
„Ten zuiden van Beiroeth!" De Is
raëlische geheime dienst beschouwde
dit communiqué als niet minder dan
een oorlogsverklaring: zij waren toch
al van plan het een en ander tegen
de Duitse geleerden te ondernemen.
Aviv een stap bij Bonn. Beschikte de
federale regering werkelijk over geen
enkel middel om druk uit te oefenen
op de geleerden, die voor rekening van
Egypte mét militair onderzoekings
werk bezig waren?
Natuurlijk kon de regering dit doen.
De activiteiten van de geleerden van
Stuttgart waren des te laakbaarder
daar het Instituut subsidie ontving van
de Bondsregering Bonn annuleerde alle
Atomaire, bacteriologische of chemische
bom?
Reeds geruime tijd vroegen de Is
raëlische diensten zich af, wat voor
soort koppen Nasser op zijn raketten
zou gaan plaatsen. Het leek weinig
waarschijnlijk dat dit atoomkoppen zou
den zijn.
Wat Tel-Aviv wel verontrustte was,
dat er bepaalde chemische experts naar
Egypte gekomen waren, onder wie een
jonge vrouw, genaamd Mathilde Rosen-
fleder. Was Nasser met chemische wa
penen bezig? En wat voerde de vroegere
concentratiekamp-arts dr. Hans Eisele
eigenlijk uit, die kort voor zijn berech
ting wegens op gevangenen uitgevoerde
experimenten uit de Duitse Bondsre
publiek was gevlucht? Was hij alleen
maar, zoals de rapporten zeiden, be
drijfsarts van fabriek 135, of was hij
met bacteriologische wapenen bezig?
In de zomer van 1962 waren de Is
raëli benaderd door een geleerde van
Oostenrijkse afkomst, de vroegere A-
ficier van de Wehrmacht Otto Frank
de man, die een paar maanden later
onder de naam Jokklik samen met
Ben-Gal in Bazel gearresteerd zou
worden. Deze Joklik kwam net te
rug uit Caïro, naar hij zei en hij
had de bewijzen, dat de Duitsers in
Egypte bezig waren met de fabricage
van „een atoombom van de arme",
die afvalstoffen van strontium 90 en
kobalt 60 bevatte. Wanneer deze radio
actieve elementen over het Israëlisch
grondgebied zouden worden verspreid,
zouden ze de bodem en de atmosfeer
voor maanden kunnen bederven. Joklik
was zelf belast geweest, vertelde hij,
met de levering aan Pilz en zijn col
lega's van grote hoeveelheden van dat
materiaal.
Joklik beweerde, dat hij Cairo had
verlaten uit „gewetenswroeging" om de
genocide, die daar werd voorbereid.
Hij was ongetwijfeld vóór alles ge
ïnteresseerd in geld. Hij beweerde, dat
het radio-actieve materiaal niet aan
Nasser geleverd was en men had ont
dekt, dat hij er op nogal vreemde wijze
mee in Egypte aangekomen was. De
pakjes waren geadresseerd aan gynaeco
loge, mevrouw Khalil. Zodra ze in
Caïro waren gearriveerd waren ze door
agenten van de speciale diensten ach
tergehouden en doorgestuurd naar on
bekende bestemming. De geadresseerde,
de vrouwelijke arts, was niemand an
ders dan de zuster van de directeur
der speciale militaire projecten.