Tranen van een zieke
a
.1
STAO 19
Reportage:
Cor Doctor,
Ton Schuurmans,
Jaap Vissering
Foto's:
Lex de Herder
Compositie:
Jan de Kluyver
f EOTTEHDAMSCH NIEUWSBLAD ZATERDAG 16 AUGUSTUS 19»
BEN
HET LOOPT TEGEN HET
EINDE van de bijeenkomst.
De mensen zijn zichtbaar
vermoeid. Er hangt een on
definieerbare spanning. Ben
Hoekendijk Iaat nog steeds
zijn volzinnen door de tent
schallen. Nu begmt de ge
bedsgenezing, het hoogte
punt van de avond. Een
soort prijsuitreiking maar
dan heel tragisch. Een
vrouw van middelbare leef
tijd, die aan suikerziekte
lijdt, staat naast de evange-
lisator op het podium. Hij
vraagt: „Vrouw, gelooft u
door God te zijn geraakt?"
De vrouw antwoordt: „Ja, ik
geloof erin en mijn dochter
is ook genezen." „Wat man
keerde uw dochter?" Ze
had een nierziekte. Ze is op
een van uw bijeenkomsten
geweest. Nu is ze nooit meer
ziek." De dochter, een meis
je van ongeveer veertien
jaar, k in. de tent. Ze moet
naar het podium komen. Ze
kijkt recht de tent in en zegt
,.De Here Jezus heeft me ge
nezen." Ben Hoekendijk rea
geert onmiddellijk: „Ieder
een die blij is zegt amen."
De tont roept „amen". Ben
Hoekendijk pakt de vrouw
bij het hoofd. Zo te zien
heeft hij moeite niet te hard
tc drukken. Zijn stem trilt
als hij zegt: „Doorstroom
haar met mv kracht, Jezus."
Hij geefi haar een hand:
..Vertrouw in God, zuster"
en tot de zaal „Iedereen die
blij js, zegt Halleluja". De
zaal roept opnieuw. dit
maal heeft iedereen de ar
men opgeheven. Het meest
tragische komt hierna
EEN DAME STA Al' voor het
podium. Ze heeft een „ge
zwel". Ben Hoekendijk zegt:
„Dit gezwel is bestraft en
vervloekt in de naam van
Jezus. Heeft u veel pijn. me
vrouw?" Het vrouwtje knikt.
„Wat zou u nou graag wil
len?" De vrouw begint te
huilen. Dc zaal is nieuwsgie
rig stil. Met een door tranen
verstikte stem zegt ze moei
lijk te verstaan: „Heer. as
jeblieft verhoor mijn gebed.
Dat. wil ik zo graag, andei's
moet ik sterven." Dar valt
haar stem weg. Het wordt
onhoorbaar gemompel. Hoe
kendijk: „Broeders -er. zus
ters, wilt u blijven bidden
voor deze vrouw." De zaal
roept amen. De twee man
van de ordedienst, d:e buiten
hebben gepatrouilleerd, ne
men hun posten weer m. Het
hoogtepunt van. de avond is
voorbij. De mensen m de
tent ontspannen zich duide
lijk.
NAAST DE TENT is de geheel
vc-rlaten gebedstent. Het is
cen kleine ruimte, waar do
menden ger.ezingskaartcn
kunnen krijgen, die niets
kosten. Het is ook de ruimte,
waar Ben Hoekendijk privé
met de mensen praat. In een
kaartenbak zijn dc namen
van de mensen systematisch
gerangschikt naar kwaal.
Het zijn met alléén lichame
lijke kwalen. Iemand van de
organisatie: „Er zijn ook
geestelijke gedeprimeerden
bij en overspannen mensen.
Wij hebben niets tegen een
arts of een psychiater, maar
onze mensen hebben hun
1*31'.i 't iUm'ui; i\' .I,. I',
vertrouwen in de Heer ge
steld. Er zijn er bij die door
de artsen zijn opgegeven."
IS HET VAN VEEL MENSEN
e<.n laatste vertwijfelde po
ging toch nog beter te wor
den? „Er zullen er best bij
zijn die het als hun laatste
hoop beschouwen, maar lang
met allemaal. Het is De
Heer die ze zoeken. Ben
Hoekendijk heeft een roe
ping als evangelist en die
draagt hij uit. Hij heeft geen
medische of psychologische
opleiding, alléén zijn roe
ping. Hij praat met de men
sen. omdat de meesten niet
:n het openbaar durven zeg
gen wat ze mankeren. Maar
aan de hand van de kaart
weet Ben Hoekendijk wat er
aan scheelt. Iedereen die
een genezingskaart heeft in
gevuld. krijgt automatisch
het blad „Opwekking" thuis
gestuurd. In dat biad schrijft
uneraard Ben Hoekendijk
zelf en er staan predikingen
in. Daarnaast getuigenissen
en nieuws over andere cam
pagnes."
HOE WORDT DE ORGANISA
TIE gefinancierd? „Uit de
opbrengst van de bijeenkom
sten. We zijn nu zo'n twaalf
jaar bezig <Ben Hoekendijk
voelde zijn roeping voor het
eerst toen hij negentien jaar
was) en hebben in die tijd
een groep sympatisanten om
ons heen verzameld, die
vrije giften sturen. Niemand
is lid." „Hoe groot is de
groep?" „Ddt is niet te zeg
gen." Kunt u een. schatting
maken, tien, vijftien, twintig
of honderd vijf tig? „Nee, he
laas, dat kan ik niet."
Na afloop praten we met een
dame die ook is geweest
Wat ze er van vond? „Ik bei
er naar toe gegaan op aai
raden van Indische kenn
sen. Zelf ben ik katholiek. I
heb het aan de pastoor g
vraagd en die had geen be
zwaar. Het mocht best van
hem. En ik heb genezingen
gezien. De vorige keer een
lamme. Hij kwam lam bin
nen, meneer, en toen ineens
kon hij lopen. Zomaar door
de zaal heen. Dat is het wel
hé. En allemaal door me
neer Hoekendijk. Het is zo'n
aardige man, werkelijk. Ook
als je niet ziek bent is 'ie
aardig. Morgen ga ik weer.
Alléén. Ik heb namelijk een
beetje kwestie gekregen met
de mdische mensen hé. Die
geloofden het ineens met
meer. En ik wel."
Q Achter de ruggen van hen, die stonden.
Vóór het begin van de Hoekendijk-avond probeerden
wij uit te maken, wie de gelovigen en wie de nieuws
gierigen waren, die de tent bevolkten. Maar bij de
eerste zangnummers al voltrok zich de verrassende
scheiding. Tussen het publiek sprongen in plotselinge
extase juist die personen op, van wie we dat in
eerste instantie niet hadden verwacht: een jong
meisje in zeer hippe kleding, een man met een uitge
sproken boksersuiterlijk of (foto) een man met open
boord, die naar onze schatting toevallig maar eens
was binnengewandeld. De jongeren in het publiek
waren wel de eersten, die tijdens de prediking onge
durig werden.
Tijdens de prediking van Hoekendijk.
c