Halve eeuw geleden zei Toos Swinkels 400 keer hallo per uur Top tien IN De jeugdhaven goed op gang Onze telefoon sedert 1382 m 2 [stop] door Louis Bronsdijk s» y-v Vijftig jaar geleden nag gevestigd in de Hoogstraat SCHIEDAMSCHE COURANT ZATEEIDAG 11 OKTOBER ZE SENT T)E TELEFOONNUMMERS VAN TOEN NOC Schiedam Van de telefo nisten» die indertijd het Boterhuis aan de Hoogstraat „bemanden" zijn er nog enkele in leven, maar het is merkwaardig te constateren, hoe na vijftig jaren nog altijd de eed tot geheimhou ding werkt, die ze indertijd hebben moeten afleggen. Voor zover het de gewoon- menselijke dingen betreft, voelt Toos Swinkels, thans mevr. C. M. L. van Thienen- Swinkels, zich daardoor niet gedrukt. Ze kan nog open hartig vertellen van de kos telijke jaren, die ze bij de telefoondienst heeft doorge bracht- En geloof me, zegt ze, als ik alles moest over doen, dan ging het weer net zo: ik zou weer telefo niste willen worden. Het zit rae ook in het bloed, zegt ze, weet u: Als ik iemand door de telefoon hoor spreken, dan herken ik hem, bijna een halve eeuw later, nog aan het geluid van zijn stem: ach, dat is Pieterse en zijn telefoonnummer was 180, Zo wonderlijk werkt dan het computergeheugen in het menselijk brein. Naam, tele foonnummer en geluidstril lingen, onverbrekelijk ge- koppeld. „Ik kwam bij liet Centrale Bu reau in het Boterhuis toen ik 17 was", zegt ze, „en eigenlijk heb ik het aan de telefoon tc dan ken, dat ik mijn man gevonden heb. Na zeseneenhalf jaar tele foniste le zijn geweest, ben ik met hem getrouwd. Ik heb veertien kinderen gekregen. De telefoon heeft een goede klant aan me, want ik wordt van alle kanten opgebeld. Tien van mijn kinderen zijn getrouwd en ik heb 23 kleinkinderen. Ze zitten tot in Australië en in Duitsland en ze bellen me allemaal". ZENUWSLOPEND GEROEZEMOES „We werkten met acht of tien te lefonistes en twee mannelijke collega's daar in de Hoog straat. Zij waren voor de nacht dienst. De ingang van de zol derruimte waar we werkten, lic-p door het pakhuis van Van der Waart, We moesten eerst dat pakhuis door, dan een kale trap op en clan op de zolder, achter een glazen wand, was ons kantoor. Toen ik er de eer ste dag kwam, dacht ik: Ik neem morgen mijn ontslag weer zo'n enerverend lawaai was er, maar ik heb het er ruim zes jaar volgehouden. De «00 abonne's waren aangesloten in blokken van 200 met elk tien lijnen. Elk van ons kreeg een De telefonistes in het Bo terhuis. In het midden Toos Swinters. post met 200 nummers. Kreeg je een een aanvrage, bv. voor C50, dan moest je naar je colle ga op de andere post roepen: 650 voor post twee en zij riep jou de nummers toe, die zij doorkreeg. Toen ik dat voor het eerst hoorde, dacht ik dat ik er stapelgek van zou worden. Er begon een licht je te branden, je trok er de stop uit, zei hallo! en een heer van 150 vroeg: juffrouw, mag ik 600 hebben? Dan drukte je de stop in een van de tien lijnen en riep naar post drie het nummer waar het ma ging". „Het ging nog erg gemoedelijk in het Schiedam van die dagen. Je kende de mensen en de num mers uit je hoofd. Als ze vroe gen: Mag ik dokter Jansen? dan ging de stop meteen in het goede nummer. Vroeg meneer Hendriks naar de slager, dan wist je dat hij slager Poot be doelde, want daar was hjj klant. „Je had er fijne korrekte klantjes bij. Zij bijv, de vader van Ale- wijn dc Groot. Om de paar we ken kwam hij door. Hij zat dan op de beurs voor de beursnote ringen en zei dan: „Juffrouw wilt u even opletten? Ik moet verschillende nummers achter elkaar hebben." Je deed je werk en na afloop belde hij op en zei: „Juffxuuw, het was kor- rekt; ik ben u zeer verplicht". Je had ook anderen, die te lang moesten wachten naar hun zin. Die gingen dan tekeer. Ik zei dan: Als u zo onvriendelijk doet, help ik u niet. Zo was er een op Hemelvaartsdag ja, we werkten toen ook op feest dagen. Die eindigde heel be deesd.: Juffrouw, ik wens u een 9 De gezelligheid in het primitieve keukentje. zalige hemelvaart". Ik had er eens een voor het loket. Toen ik vroeg, wat wenst u meneer? zei hij: niets meer, juffrouw. Ik kwam met een klacht omdat ik te lang moest wachten, maar nu zie ik hoe druk u het heeft..." GEMOEDELIJK CONTACT Tevreden klanten waren er ook in overvloed. Met sinterklaas wer den we overladen met boterlet ters. Je hielp er niemand beter om, maar ze gingen nu een keer zo met je om. Ik had er eens een, die met een hese stem vroeg: Juffrouw, weet u Iets tegen griep? Ik antwoord de: ach, misschien helpt het als u mij wat dropjes zendt. Nou, ik heb ze prompt gekregen ook. Er is een tijd geweest, dat abonne's alleen op zondag mochten bellen, als het drin gend noodzakelijk was. De tele foniste, die zondagsdienst had, vroeg dan: is het dringend no dig? Ze zeiden dan natuurlijk altijd: Ja, juffrouw. Het was ei genlijk onzin dat te vragen, want je zit er toch en je kon best de verbinding tot stand brengen, later is die regeling er dan ook uit gegaan". 1. My special prayer Percy Sledge. 2. Deep Water Grapefruit. Space Oddity David Bowie. 4. Air Eksepllon. Bloody Mary Tom Dick. 6. Commotion/Green River Creedence Clearwater Revi val. 7. Shangrila Kinks. 8. Don't forget to remember Bee Gees. U. Sugar, Sugar Archies, 10. Scarlet Ribbons Cats. Verdwenen uit de Schiedamse Top Tien van de firma Hakkert zijn „Naturel bom bug ie" (naar M) Schiedam Sociëteit De Vonk in het gebouw de Jeugdhaven aan de Lange Haven 129, die wordt gerund door de CJV Schiedam, zich tegenwoordig tooiend met de internationale aanduiding YMCA is zaterdag goed van start gegaan. Er waren heel veel oude bekenden, maar ook een verheugend aantal nieuwe gezichten. <*n „Je t'aime moi non plus" van Jane Birkin {naar 19). De grote klap maakteEkscpticn met „Air", hun plaat steeg \'anuit het niets naar de vierde plaats. De andere groepen stegen of daal den enkele plaatsen, waarbij de Bee Gees en Tom en Dick met hun „Bloody Mary" de grootste duikeling maakten. Iedere tiende bezoeker die de deur binnenst«pte kreeg een fikse taart, die daarna gemeen schappelijk geconsumeerd werd naast de gratis koffie. Men zit in De Vonk overigens nog wel midden in de verbouwing. Er komt namelijk een nieuwe bar met vele krukken en de disco bar krijgt een plaats midden in de sociëteitsruimte. Woensdag opent een andere so ciëteit in gebouw De Jeugdha ven, namelijk een tienersocië teit voor 15- en 16-jarigen met ds naam „Tinus", Iedere tiener van de geschikte leeftijd is wel kom en kan zich voor 2,50 gul den per maand elke woensdag vermaken. HIER SLAGER PIETERSE „Hoe ik aan. mijn man gekomen ben? Ik zei u al: dank zij de te lefoon. Als het niet druk was haalden we wel eens grapjes uit. Dan brachten we bv. een verbinding tot stand tussen twee concurrenten. Bv. slager Pietersen en slager Van der Meer. Je kreeg dan de zotste gesprekken. Wie daar? Slager Van der Meer? Hier slager Pie tersen. Wat is er? Niks, waar om heeft u gebeld. Ik heb niet gebeld... en zo ging dat een hele poos door. Soms verbon den we ook twee goeie vrien den, We wisten immers alles van onze abonne's af? Dat wa ren vaak heel leuke gesprek ken, al wisten ze dan niet dat wij er tussen zaten. Soms kwa men ze dan informeren: Juf frouw, hoe zat dat? En dat wer den aardige gezellige gesprek jes. Weet u dat heel wat telefo nistes zo aan de man zijn geko men. Ik heb wel eens met drie heren tegelijk een afspraakje gemaakt. En dan noemde je geen naam, want dat was re glementair verboden. Uit de verte keek je toe op de plaats van afspraak, samen met een vriendin..." Aha, zeiden wij bij dit punt, maar een huwelijk starten met zoveel bedrog, dat lijkt me moeilijk. Ik denk dat u dus één keer de heer van het afpsraakje te aar dig vond om hem. te laten, lo pen... Mevr. Van Thienen schakelt over op een ander onderwerp, „Het was eigenlijk onverantwoord, 2oals we daar soms tot 's a- vonds tien uur alleen waren. Allemaal heel jonge meisjes. Om tien uur kwam dan een mannelijke collega voor de nachtdienst, Er was er een met een houten been, die kwam een half uur eerder. Dat was heet plezierig. Want dan konden wij .wat vroeger weg. De beneden deur was 's avonds wel op slot, maar ik heb een keer zo een man aan de deur gehad, die kwansuis wat kwam verkopen. Nou, ik heb de deur voor zijn neus dichtgesmeten. Later werd dat voor ons wat veiliger gemaakt", DE KLOKKEN LUIDDEN „We hadden het altijd erg druk. Heken maar uit: We hadden elk een vierduizend gesprekken per dag, een stuk of acht per minuut. Op de zon- en feestda gen zat je alleen voor alle vier posten. Erg druk was het de dag na oudejaar en als er iets te doen was. Bv. toen de konin gin kwam in 1925, Ik had op dracht om bij het eerste tele foontje van het station een hele ren: de politie, de beiaardier, de burgemeester, de hoge omes... Met' onweer behoefden wjj niet te werken. Dat was ge vaarlijk, vertelde men. Maar tijdens een onweer ging maar al te vaak het belletje van apo theek Evers en op het laatst dacht ik: Kom, ik doe het toch maar. Dat was een tragisch, geval: Direkt een dokter, een dokter, zeiden ze en ik de stop in het nummer van de dokter. Later hoorde ik dat er een kind uit een raam gevallen was. De dokter heeft niet meer kunnen helpen, maar ik was toch blij dat ik had doorverbonden... Toen we eindelijk overgingen naar het postkantoor, werd de gemoedelijkheid wat minder, "We moesten toen bij elke aan vrage het nummer vragen, „Maar dat weet u toch wel, juf frouw?" zei men toen. Het is voorschrift, meneer, moesten we antwoorden. Onze chef was juffrouw Groene- veld, Ze was heus wel aardig, maar niet in het begin van de maand, want dan moest ze alle kwitanties de deur uit doen met alle strookjes van hoeveel ge sprekken de abonnee had ge voerd. In die dagen was ze niet te genaken. Maar was alles de deur uit, dan was ook zij best een gezellig mens. Alles met al les: ik ben reuze voldaan over mijn leven en ook reuze vol daan over hetgeen ik beleefd heb als telefoniste. Moest ik het overdoen, ik zou stellig weer te lefoniste worden. Ik heb er nooit spijt \'an gehad". Mevr, C. M. L. van Thienen-Swinkels, die zo aardig vcri over baar leven als Toos Swinkels, de telefoniste van jaar geleden. Schiedam De telefoon nu zo vertrouwd in ons dage lijks leven is in onze stad begonnen met eon heel schuchter lijntje met twee toestellen tussen de beide kantoren van de firma Hout man en Co. aan de Hoofd straat en de Frankenland- schelaan. Dat was een partï- kulier van de firma Hout man zelf en in het jaar 1882 nog een hele bijzonderheid. Een krantenbericht uit ge noemd jaar schrijft er het volgende over: „Men staat waarlijk verbaasd over de eenvoudigheid van een toe stel, dat twee kantoren op betrekkelijk verre afstand aan elkander verbindt, en waardoor men op dezen af stand met elkander kan spreken, alsof men zich in hetzelfde gebouw bevind, in twee aangrenzende vertrek ken. Wij spraken in het eene kantoor met iemand op het andere en ternauwernood hadden wij een vraag ge daan of het antwoord volgde. Dc muziek van een speel doos werd van het eene kan toor duidelijk naar het ande re overgebracht. Het groot ste gemak en voordeel, dat door de telefoon wordt ver kregen zal haar invoering zeker spoedig meer alger meen doen worden." IN HET BOTERHUIS Spoedig was voor Schiedam toch eigenlijk het woord niet. Want toen een halve eeuw geleden het Centrale Bureau van de plaatselijke telefoondienst nog gevestigd was in het Boterhuis aan de Hoogstraat, of eigenlijk ge zegd op de zolder van het pakhuis van Van der Waart aan de Lange Haven, waren er in heel de stad nog maar een kleine 700 abonnees; men voerde toen misschien per maand een honderddui zend lokale gesprekken. Ver geleken met de gemiddeld duizend gesprekken per maand, die de eerste 51 abonnees van de Nederland- sche Bell Telephoon Maat schappij in het jaar 1890 voerden, was dat natuurlijk een grate vooruitgang, maar snel is toch een ander woord. Het moet vooral een kwestie van abonnementsgeld zijn geweest. Dat bedroeg per jaar zestig gulden, een vrij hoog bedrag voor de smalle beurzen eind vorige eeuw. Eerst toen in 1895 het bedrag tot f 40 per jaar werd terug gebracht, steeg het aantal aansluitingen tot 140, maar ook dat cijfer verdient met enige reserve te worden beoordeeld, want niet alleen de burgerij, maar ook het stadsbestuur leed aan grote zuinigheid en had zich bij de lokale telefoondienst vijftien gratis abonnementen bedon gen. Via de aansluiting van het telegraafkantoor kon men een verbinding elders tot stand brengen. Allengs kreeg het Rijk een vin ger in de pap en die vinger werd groter en groter. In 1898 nam het Rijk de interlo kale telefoonaansluitingen van de Bell Maatschappij over en in 1913 ook het loka le telefoonnet. Maar de Bell bleef nog tot eind 1915 belast met de exploitatie, zij het dan voor gemeenschappelij ke rekening. Het was dus daar in het Boterhuis al een Rijkstelefoondienst maar er ontstond enig verzet toen het Rijk baar rechten begon te laten gelden, meer in het bij zonder bij het streven er een regionaal net van te maken. Plannen in die richting bete kenden. een abonnementsver- lioging. Er waren in 1921 880 aansluitingen op het lokale tetefoonnet. Is u bereid tot aansluiting bij het Rotter damse telefoonnet, &amen met andere plaatsen aan de Beneden-Maas? Het gaat u 9G gulden kosten voor een huisaansluiting en 132 gul den voor een zakenabonne- ment. "Van de 880 abonnees antwoordden er 705, helaas 347 tegen en slechts 298 voer een streeknet. Het waren de plaatselijke middenstanders, die helemaal geen belang meenden te hebben bij een streeknet, omdat 2ij al hun gesprekken voerden op het plaatselijke vlak. Waarom dan. zoveel geld meer uitge ven? COÖPERATIEF Na veel heen en weer gepraat werd er in. 1925 een Coöpera tieve Vereniging Het Streek net voor de Beneden-Maas en Omstreken opgericht met een uitzondermgstarief voor de kleine neringdoenden, de bakkers, de slagers, de melkhandelaren, die 132 gul den abonnement te duur vonden. Zij behoefden maar 90 gulden te betalen. Een an dere groep betaalde 132 gul den als minimum tarief tot op lVs km afstand van het kantoor en dan waren er de „grootsprekers", die tussen de 150 en 5000 gulden betaal den. Tot de grootsprekers behoorde de Scheepsbouw Maatschappij De Nieuwe Waterweg, die 5000 gulden moest dokken, Schieveem betaalde 2.500, Smulders en Wilton Ieder duizend, het Bankkantoor Mees en Zoon 600 en de Kaarsenfabriek Apoiio 500, Op 31 oktober 1930 waren er 578 abonnees, waarbij 51 grootsprekers en 233 kleine neringdoenden. Zij voerden met elkaar gemid deld 9.446 gesprekken pet dag. Sedertdien, maar vooral sinds I augustus 1936 werden alle lokale verbindingen geauto matiseerd, zijn we alleman' grootsprekers geworden. „Grootspreekster" is ook dc Telefoniste Toos Swinkels. die de overgang heeft mee gemaakt, Ze zegt thans: Ik zou de telefoon niet meer kunnen missen. En dat is géén grootspraak.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1969 | | pagina 2