Tandartsen staan niet de rus tegen de muur
'Monsterpraktijken
duperen de tand ar
en zijn
Dr. J. A. Tolmeijer:
De nieuwe
H WST° y
Brievenboek
AVONTUREN MET EEN
VREEMD VAARTUIG
SCHIEDAMSCHE COURANT - DINSDAG 16 OKTOBER 1973
3
Viaardingen „In Viaardingen heerst nood. Tandheelkundige
nood. Er is een groot tekort aan tandartsen. Wij, een groep bij
de gezondheidszorg ter plaatse betrokkenen, willen dat tekort
opheffen. Wij gaan daarom een vorm van samenlving in het
leven roepen om te komen tot een. NIEUW IN TE RICHTEN
GROEPSFRAKTJJK VOOR VIER JONGE TANDARTSEN EN
EEN MONDHYGIËNISTE".
Vlaardings noodkreet in veelvoud. Zwart op .wit als advertentie
in de dagbladpers. De opruep, waarin jonge aankomende of al
afgestudeerde sociaal voelende tandartsen worden gevraagd, is
het laatste redmiddel. Met die dringende oproep in de vorm
van een advertentie is Viaardingen officieel probleemgebied ge
worden.
Onoficieel was het dat al lang met z'n tien tandartsen voor meer
dan tachtigduizend inwoners. Dat terwijl het landelijk gemid
delde van een tandarts op vierduizend eigenlijk nog te hoog
wordt geacht.
Een onhoudbare situatie, waarin arts en. patiënt geïrriteerd ra-
I; >n. Waarin verwijten worden gemaakt. Waarin incidenten het
sohrijnend tekort nog eens benadrukken. Waarin de tandarts al
leen nog maar een onafzienbare rij tanden en kiezen ziet passe
ra en aan zijn veel uitgebreide taak r.iet meer toekomt. Een
situatie waarin de patiënt het gevoel krijgt „alleen maar eert
gebit te zijn", terwijl zijn tandheelkundige geneesheer geen tijd
en aandacht meer lijkt te hebben voor de patiënt zelf.
Dr. J. A. Tolmeijer, de initiatiefnemer van de advertentiecam
pagne ter opheffing van de Vlaardingse noodsituatie zegt: „Het
is sociaal niet meer fatsoenlijk dat zo'n situatie tandartsen die
hun veertigjarig jubileum al hebben gevierd, dwingt om nog op
volle toeren te werken".
„Het is logisch", zegt deze Vlaardingse kaakehirurg, „dat een
dergelijke onderbezetting spanningen geeft. De hele publiciteit
ts tot nu toe zo negatief gericht geweest op die paar tandartsen
die de hele lawine nu moeten opvangen. Maar eigenlijk moest
iedereen boos zijn op die tandartsen die niet gekomen zijn".
Hij zegt ook: „lk kan me voorstellen dat een jonge tandarts
VIaardingen niet verkiest als woon- en leefklimaat. Want bet
probleem waar alles om draait is: wat heeft Viaardingen, ieder
probleemgebied op zich, te bieden? Welnu, we bieden nu alle
mogelijkheden die er maar 2ijn. Komt er geen respons, dan
hebben we het tenminste geprobeerd. We staan nu met de rug
tegen de muur".
9
1 Dr. J. A. Tolmeijer: „Zolang er geen wet is die een onevenwichtige spreiding van artsen en tand
artsen kan voorkomen, moet een gemeente in een probleemgebied zich zelf zo aanlokkelijk mo
gelijk verkopen".
door Reïna ten Bmggenkate
„Monsterpraktijken zijn het. Het
is: zitten, mond open, behan
delen en wegwezen. Tijd voor
dat stuk informatie en overleg,
waar iedere patiënt recht op
heeft, is er niet. Het wordt ge
dwongen lopende-band-werk.
Stopwerk, want aan het meer
tijdrovende werk kom je niet
toe, er wachten nog tientallen
anderen. Struisvogel-politiek in
feite want het probleem is daar
mee niet opgelost. De patiënt
komt weer terug".
Dr. J. A. Tolmeijer, da Vlaar-
dingse kaakehirurg die het plan
opperde om het tandartsen-pro
bleem drastisch aan te pakken,
is radicaal in zijn uitspraken.
„Drukke praktijken", zegt hij,
gaan ten. koste van de kwali
teit van het werk. Het kan niet
anders dan afzakken. Het is nu
eenmaal niet mogelijk om al
tijd, jaar in jaar uit, optimaal
te werken. Je kunt je interesse
niet altijd onder hoogspanning
houden. Aan ieders mogelijkhe
den komt een einde".
Op dat punt zijn de Vlaardingse
tandartsen beland. De noodklok
heeft geklonken. De hoop is nu
gevestigd op die jonge en so
ciaal-voelende tandartsen die op
een verdieping in het ziekenhuis
naast het Holyriekenhuis, in
groepsverband de boor ter hand
willen nemen.
Er zijn nu tién praktizerende tand
artsen. Nog tien er bij zou
geen overbodige liix'e zijn,„al
zijn we ook blij met vier of vijf
or bij"*
In de landelijk verspreide oproep
staat: „Uitgangspunt is' de wil
tot praktijkvorming, waarbij
verhoudingsgewijs ook de zie
kenfondspraktijk volledig tot
zijn recht komt. Overigens is op
dit moment iedere vorm van In
spraak mogelijk, cok ten aan-,
zien van praktijkruimten met
volledige inventaris". En ver
der: „Aanstelling en-of honore
ring zal in onderling overleg
worden geregeld evenals pen
sioenen en overige sociale voor
zieningen. Vrijstelling van mili
taire dienst is wellicht mogelijk,
wonen binnen de gemeente
Viaardingen wordt niet vereist".
Een aanlokkelijk aanbod ge
creëerd omdat men beseft dat
Viaardingen als Rijnmondplaats
- weinig aanlokkelijks te bieden
heeft: een niet aantrekkelijk
woon- en leefklimaat als een
jonge tandarts de vrije keus
heeft zich elders te vestigen.
Een groot tekort aan tandart
sen, dus een teveel aan patiën
ten. „Het lijkt een contradictie',
zegt Tolmeijer, „maar des te
minder de animo, want wie heeft
er zin in een praktijk die je bin
nen de kortst mogelijke keren
over de schoenen loopt"?
„Bovendien zijn de artsen op dit
moment niet happig op een
zelfstandige praktijk, dat zelf
standige winkeltje met al z'n so
res. Veel jonge collega's werken
dan het liefst in groepsverband,
vandaar dat we al. die mogelijk
heden hebben gecreëerd".
De voordelen van een groepsprak-
tijk zijn vele: Meerdere tandart
sen kuxmen een fuil-time mond-
hyygiëniste aannemen. Tijdens
vakanties, ziekte of een congres
kunnen de tandartsen voor el
kaar waarnemen. Onderling
overleg over „een moeilijk ge
val" is mogelijk. Spoedgevallen
kunnen sneller voorrang krijgen
en avond- en weekenddiensten
zijn makkelijker te regelen.
SAMENSPEL
Wat betreft de investeringen
veel jonge artsen schrikken er
voor terug om te investeren.
Viaardingen wil een stichting in
het leven roepen, die de hele
groepspraktijk financieert. Ge
dacht wordt aan een financieel
samenspel tussen de ziekenfond
sen, het ziekenhuis, de gemeen
te en.de tandartsen. Hoe dat in
de praktijk uitgewerkt wordt,
wordt overgelaten aan de be
reidwillige tandartsen zelf. „We
hebben iedere mogelijkheid
opengelaten. Willen ze een kli
niek van de ziekenfondsen dan
kan dat. We willen gewoon vrij
blijvend daar over praten", al
dus de kaakehirurg.
Dr. Tolmeijer filosofeert verder.
„Als een dergelijke groepsprak
tijk bij het ziekenhuis wordt on
dergebracht zie ik bovendien
nog meer mogelijkheden voor
het behandelen van spasticf,
idiote kinderen of gestoorden.
Het bieden van een behandeling
ender narcose zou mogelijk
woren, want het Holyriekenhuis
heeft nog geen bezettingsgraad
van negentig procent. Zo'n be
handeling vergt enorm veel ge
duld en tijd. Het probleem is,
dat dat door de ziekenfondsen
niet voldoende wordt gehono
reerd. Misschien dat we in dit
verband tot een overeenkomst
kunnen komen, ook wat betreft
de honorering'.
De advertentie is de deur uit. Met
spanning wordt gewacht op
reacties. De kaarten zijn ge-
schuld, de nieuwe Vlaardingse
tandartsen mogen er de beste
uitkiezen. „Komt er nu geen en
kele reactie, dan kunnen we
tenminste zeggen: „We hebben
ze alle mogelijkheden geboden
waarmee ze alle kanten op kun
nen".
De huidige situatie is niet roos-
klkeurig. Volgens zeggen zijn er
de laatste maanden geen geor
ganiseerde weekend-diensten
rne.r in Viaardingen. „Begrijpe
lijk, al is het niet helemaal
goed te praten", vindt Dr. Tol
meijer. „Van die weekend
diensten wordt namelijk een ge
weldig misbruik gemaakt Dat
geeft agitatie bij de tandartsen
die toch al tot hun nek in het
werk zitten".
Nieuwe patiënten worden niet
aangenomen. Voor hun halfjaar
lijkse controle moeten ze zelf
een tandarts zoeken. Desnoods
ver buiten hun gemeente. Ter il
lustratie van het nijpend tekort
in de di rekte omgeving. Hoek
van Holland en Maasland bij
voorbeeld, hebben helemaal
geen tandheelmeester. In Ro
zenburg is een hardwerkende
tandarts, die zo'n honderd pa
tiënten op een dag behandelde,
er mee gestopt. Zijn werk is
overgenomen door een jonge
collega, die dat tempo nog niet
aan kan. Ook in Delft is de
tandheelkundige zorg aan de
krappe kant.
WET
Zolang er een vrije keus is voor
de jonge tandartsen zullen ze
zich niet vestigen in probleem
gebieden. Logisch, maar triest.
Kortgeleden nog overwoog de
minister van volksgezondheid
een wet gezondheidsvoorzienin
gen. Via die wet zou^een on
evenwichtige spreiding van tand
artsen en artsen voorkomen
kunnen worden door het wel of
niet afgeven van vergunningen.
Ds wet is echter in de ijskanst te
recht gekomen. Gedacht wordt
nu aan een structuurplan voor
go gezondheidzorg, waarin al
deze problemen bekeken zullen
worden.
Jonge tandartsen kunnen (nog)
niet verplicht worden zich te
vestigen in een onderbezet ge
bied. Alles wat een gemeente
kan doen is: de voorwaarden zo
aantrekkelijk mogelijk te ma
ken. „We staan met de rug tegen
de muur", zegt Dr. Tolmeijer.
Gestreefd wordt naar een lande
lijk gemiddelde van een tand
arts op tweeduizend inwoners.
Viaardingen heeft er een op de
acht-, negenduizend. De nood is
hoog. De redding nabij? Viaar
dingen: Nog even tanden en
kiezen, op elkaar.
IjSfcFS-t
Linda Kcxhaarn, herfstbladeren
van Annemcne Noordzij, Jolanda
Fcyge Hen jaar een bos, natuur
lijk aofe met paddestoelen.
'Het is herfstvakantie en Bert
en Fréderika vervelen zich
een beetje. Ze hebben al
van alles gedaan en nu we
ten ze mets meer. „Ik heb
nog een leuk ideetje", zegt:
moeder, „we gaan vanmid
dag naar het bos kastanjes
en eikels zoeken". „Er zul
len er vast niet veel lig
gen" zegt Bert, „het heeft
niet gestormd". „Maar Ik
weet wel goeie plekjes"»
knikt moeder, „daar gntï-
gen wij vroeger in onzg
jeugd altijd naar toe".
De tweeling is wel benieuwd.
„Als er erg veel zijn
neem ik ze volgende we<>«:
mee naar school voor de
herfsttentoonstellmg". zegt
Frederika.
Ze gaan 's middags al vroeg
met de bus de stad uit Het
is een uurtje rijden en dan
nog een half uur lopen. Ze
stappen flink door en al
gauw zijn ze op de kleine
bospaadjes.
„Ik heb er één", roept Bert,
„en hier nog één". Twee
grote, glimmende kastan
jes. Nu ze goed kijken zien
ze er opeens nog veel
meer. Plof, daar komt er
nog^ één naar beneden,
„Bijna op m'n hoofd",
lacht moeder. Ze gaan heel
diep hét bos dn en lopen els
speurhonden met hun neus
op de grond.
Als gauw zijn de plastic zak
ken vol. Nu moeders ta3
nog. Daar gaan eikels,
mooie takken en bladeren
in. Ze zijn om half zeven 'ft
avonds pas terug.
.,Ik heb alvast de aardappels
maar opgezet", zegt vader,
„waar blijven jullie m
lang?". „We hebben van
middag hard gewerkt",
zegt moeder, „kijk eens
naar de oogst'". Het is ge
weldig. Ze spreiden kran
ten uit op de grond en daar
komt alles op te liggen.
„Het is veel te veel vooï
school" zucht Frederika.
„We kunnen het dit jaar
niet in de hal doen wan*
daar zitten twee klassen.
Het mocht niet te veel zijn
zei de meester". Wat jam
mer, en er zijn zoveel
mooie herfstdingen bij
„Weet je wat", zegt vader
„misschien kunnen julhe
wel een tentoonstelling
houden in het bejaardente-
Als jé aUe woorden hebt in
gevuld zie je op de kruis
jes iets dat bij de herfst
boort
1. zitten je vingers aan.
2. peulvrucht
3. niet recht.
4. boffen, fk bof, hdj
5. grijs diertje met lange
staart dat van kaas houdt
6. handschoen met alleen een
duim.
7. tabben, ik tób, 'hij'
8 wintervoertuig.
9. levenslucht.
10 bewoner van Denemar
ken.
Tl „Piet .zijn naam Is
klein maar zijn daden ben
nen, groot"
12 om van te eten,
13 geen volle, maar een
14 zandheuvel bij de zee.
De oplossingen verwacht ik
weer een week nadat de
jeugdboek in de krant
stond. Op de envelop zet je
Aan Anke, Verwersdijk 6
—8, Delft. Onderaan je
brief, oplossing of tekening
je naam, adres en leeftijd.
Denk ook vooral aan de
postzegel van veertig cent.
We moesten deze week
nogal wat porto betalen
omdat er kinderen waren
die nog vijfendertig cent
op de brieven plakten.
huls. Dan vragen we of de
hele school meedoet en te
keningen maakt en dart
krijgen alle kastanjes, *»-
kels, takken en bladeren
van jullie ook een plaatj-
je".
Vader kent de directeur van
het bejaardenhuis goed.
zijn vaak exposities van
schilderijen, poppen of kle
den. Vader is zelf kuntf-
schilder en hij heeft er pas:
•nóg een tentoonstelling van
zijn schilderijen gehad. De
kinderen vinden het een
geweldig idee. Vader belt
direct de directeur. „Als
hij het nu maar leuk
vindt", zegt Frederika een
beetje angstig.
Nou, ze hoeft niet bang te
zijn. De directeur vindt het
een leuk idee. En meneer
Vink, het hoofd van de
school is er ook meteen
voor te vinden. De eerste
klas maakt een bos met
papieren bomen en padde
stoelen, de tweede maakt
tekeningen, de derde op
stellen, de vierde maakt
gekleurde bladeren om op
te hangen, alle klassen
doen iets.
Is de tentoonstelling ge
opend wordt komt er zelfs
nog een stukje van in de
krant. De bewoners van
het bejaardenhuis komen
allemaal kijken en ook ds
mensen uit de buurt. „Nu
zie ik pas dat hetecht
herfst is", lacht een oude
meneer die in een rolstoel
zit, „ai die kastanjes, bla
deren en eikels zochten wij
vroeger ook altijd. Mam
als ik uit miln raam kijk
zie ik alleen de weg en huu-
zen. Geen bomen die kaal
worden of zo. Ik vind het
geweldig en ik tracteer de
hele school op een koek".
Hoera", roepen ze alle
maal. „We maken ook nog
'n winter- en 'n lente-ten
toonstelling en één van de
zomer", roept Jan Pieper
de grappenmaker van do
klas. „Als ik dan steeds
koeken moet geven zal ik
wel arm worden", zegt de
oude meneer, „maar gaan
jullie je gang maar hoor
jongens. Ik. mag dat wel"
en hij trekt tevreden aan
zijn pijp.
ANKE
HELENA BLOK. Je had de op
lossing. goed. Ik hoop dat je
deze puzzel ook fijn vindt en
•weer mee doet. Je hebt leuk
postpapier zeg. Gaan jullie vol
gend jaar Ook weer naar Bera-
docm? Het was er zeker wel
erg druk? Hebben jullie steeds
moe» weer gehad? Leuk was je
tekeningetje.
MARUKE ARKESTEYN. Be ben
nog steeds voor je aan het spa
ren. Je begrijpt, ik krijg veel
dezelfde postzegels en Be wil je
toch graag verschillende geven.
Dat vind Sc leuker. Maar ik heb
al een envelop vol hoor. Nog
een paar er bij en dan zal ik ze
opsturen.
ARNO v.d. STEEN. Heb je je A-
diploma gehaald? Ga je nu ver
der niet B? Fijn, dat je even
schreef of je de tekening zelf
had gesmaakt. Over een poosje
-komt hij in ons hoekje. Want
het is wiet zo erg dat vader er
ook een paar heeft getekend.
Dan komt er ook eens een va
der in ons hoekje. Ik houd ook
veel van dieren. Ik vind het
zelf» zielig om spinnen en tor
ren dood te maken. Die laat ik
allemaal -lekker lopen. Wil je
Irma bedanken voor haar mooie
tekening?
JOHN MAKKUS. Was het boek
naar je zin John? Nu heb je er
al trwee hè? Zo kom je aardig in
de boeken te zitten. De oplos
sing had je goed.
RONY PETTERSON, Zijn jullie
pas verhuisd? Is het een fijn
huis? Ook -met een tuin? Dan
moet vader zeker wel een eind
met de auto of lopen als hij
naar de tuinderij wil hè? Of wa
ren de kassen niet van jullie.
Woon je nu ook dichter bij
school7 De oplossing had je
goed.
CORINA VAN KAMPEN. Dat
was een fijne vakantie zeg.
Woonden jullie in een bungalow
of een caravan? Ga je er vol
gend jaar weer naar toe? Als
het mooi weer was ging je ze
ker elke dag zwemmen? En je
kon er ook fijn wandelen. He,
als ik dat allemaal lees krijg ik
zo weer zin in de vakantie. Jij
zeker ook?
JOLANDA DROST. Het is pas Sén
keer voorgekomen dat iemand
het boek al had. Die heeft het
toen geruild aan het bijkantoor
in haar plaats dat toevallig een
boekwinkel was. Als iemand het
boek al heeft kan hij het altijd
ruilen. Dan stuurt hij het terug
en krijgt een ander. Fijn, dat je
al zo goed blokfluit kunt spelen.
Mijn dochtertje is nu al. in het
derde boekje bezig.Spelen jullie
met kerstmis In de kerk? Ik
ben in april jarig. Dus dat
duurt nog wed even.
CONNY VAN LUYK. Zo, Zo, jij
kan vlug lezen hoor. Ik hoop
dan maar voor je dat je gauw
een prijs wint. We hebben weer
een nieuwe voorraad boeken
aangekregen. Dus keus genoeg.
Kun je ook twee boeken krijgen
bij de bibliotheek?
WILMA VAN VELDEN. Je kan al
keurig schrijven zeg. Zelfs al
letters aan. elkaar. Dat vind ik
knap. Hebben jullie a! mooie
tochtjes gemaakt in Amers
foort? Woon je dichtbij school?
Jullie hebben zeker ook een tuin
hij het huis? Je had de oplos
sing helemaal goed-
Dag allemaal, veel groeten van
ANKE.
Fijn een weekje herfstvakantie. Dat is niet gek he? Ik weet
niet of het nu ook zulk mooi nazomervveer is als verleden
week. Ik schrijf dit op zes oktober en fat is nu prachtig
week. Ik schrijf dit op zes oktober en het Is nu prachtig
een dagje uit gaan. Of misschien ga je de hele week wel
weg, logeren ergens bijvoorbeeld. Hebben jullie al kas
tanjes gezocht? Wij wel. We hadden er een heleboel.
Soms vielen ze naar beneden en dan moet je uitkijken
dat ze niet op je hoofd terecht komen want dat doet ge
meen zeer.
De prijswinnaars.
De winnaars zijn: Karin Gieles twaalf jaar, AngHique Huis
tien jaar, Marga van Trigt elf jaar. Krt>s de Wit zeven
jaar. Dirk van Leeuwen tien jaar, Gerda van Leeuwen
tien jaar.
Jullie krijgen een fijn boek thuisgestuurd. De oplossing
was: Maasdijk, Katwijk, Assen, Geleen, Nootdorp, Ber
gen, Venlo, Dökkum, Tilburg en Hel mond.
Het is herfst. De tijd van vallende
bladeren, kastanjes, eikels en...
paddestoelen. De leukste herfst*
tekeningen heb ik bij elkaar ge-
daan. Hier zijn ze. Van links
Eon verhaal in vier delen, ge
schreven door Ingrid Bergwerf.
Als het vreemde vaartuig „Zee-
slaap" op zolder staat rent ieder
een er naar toe om het nog be
ter te zien. Het lijkt niet erg op
een bed maar een idee ervan
heeft het wel. Het hoofdeinde ia
afgezet met wit bout, waarop
bloemetjes zijn geverfd. Hot
voeteneinde is hetzelfde. Onder
"Zeeslaap" zit een schroef
waarmee hij -kan varen. De kas
tjes zijn -enig. Ook van wit hout
met bloemetjes. Iedereen zou zó
wel in willen stappen. Maar er
is nog veel werk te doen.
Iedereen gaat aan de slag. Om
half vijf is iedereen klaar.
"Pfffff!" Myra zucht er van
"Ik heb vreselijke honger".
Maar als mamma zegt dat ze
bloemkool eten heeft ze opeens
geen honger meer. 's Avonds,
als ze fn bed ligt, bedenkt z»
dat ze bet gelukkigste kind van
de wereld is. Dan valt ze In
slaap. Zo wordt bet woensdag,
de dag dat ze met het vreemde
vaartuig zuilen vertrekken.
"Zeeslaap" staat buiten met een
groot zeil er over. Voor als bet
gaat regenen. Maar dat is ge
lukkig met nodig geweest want
het is prachtig weer- Om half
acht ligt "Zeeslaao" te denbe
ren op de rivier die naar de-zee
leidt en waar hij veel zal bele
ven. Ja, daar zit de familie
Buisman dan op zee.
Pappa -moet sturen, mamma moet
voor bet "Zeed aapbui shouden
zorgen en de kinderen kruipen
vaak onder de dekens. Het is
gezellig als je daar onder ligt
en je boort do zee ruisen. Op
een morgen Is Jamieke het
eerst wakker. Het ïs half tien.
Ze maakt Myra wakker.
"De anderen slapen nog", fluis
tert ze, "later» we'ze thee op
bed brengen" Maar Myra
slaapt nog half. Als ze heet wa
ter in de theepot heeft gedaan
doet ze er cacao in iriplaots van
theebladeren. En als de thee
heeft staan trekken doet ze er.
geen suiker in maar zout!
(wordt vervogd)
(wordt vervolgd)
naar rechts; habouterland van
Margreth den Drijver, negen
jaar. een paddestoel met een vij
vertje van Lilly van Dijk, ka
bouter Pim bij de paddestoel van
Fcyge
lijk aofe