'Het is
allemaal
pare
werkelijk-
Zit er een
kid
We! en
wee
achter
Singel
kerk
mm
mm
Q
De nieuwe
puzzel
Pa LU a
Schiedamse schrijft boek voï jeugdherinneringen
X
X
z
X
X
3
X
X
X
X
T
X
X
X
X
7
X
X
HALLO
ALLEMAAL
De kabouter
en de heks
Brievenboek ie-
De prijs
winnaars
Wie schrijft
eens
Wie weet
een naam?
SCHIEDAMSCHE COURANT DINSDAG U DECEMBER 1973
Het 'Zwart-
van Martine
de Wilde
door Refna ten Bruggeokate
Schiedam/Haarlem In haar huidige woonplaats Haarlem
toeleeft mevrouw A .J. M. den Hertog-Mak haar Schie
damse jeugd opnieuw. Nog maar een klein gedeelte van
haar jeugdherinneringen heeft ze aan het papier toever
trouwd, maar als *e enkele passages uit haar boek in
wording voorleest, straalt haar gezicht. Drie-en-zestlg-jaar
is ze nu maar haar jeugd in de Laurens Kosterstraat her
innert ze zich nog „als de dag van gisteren". Tot in ieder
detail. „En af en toe valt er echt wel een traan*'.
Haar man glimlacht trots. „Als ik
dat allemaal zo hoor", zegt hij,
„denk ik: dat zij dat toch alle
maal geschreven heeft, want
het loopt ais een trein. Dat
schrijven zat er trouwens altijd
al in, want in onze verlovings
tijd ontving ik hele stapels brie
ven en altijd in dichtvorm. Dag
boeken heeft ze er altijd al op
nagehouden en kleine verhaal
tjes, fantasieën heeft ze ook al
tijd heerlijk gevonden. Ze heelt
nu eenmaal een makkelijk
hand van schrijven".
den. Wellicht een triiogie, want
de hoofstukken waarin ze zich
zelf geboren Iaat worden, en
laat opgroeien, in een vrij groot
gezin met een tweede moeder,
die alles bedisselt, is nog maar
een fragment van wat een com
plete levensgeschiedenis moet
worden.
STANDSVERSCHIL
Anderhalf jaar, onderbroken door
twee hartaanvallen, beschrijft
mevrouw Den Hertog-Mak als
Martine de Wilde het wel en
wee achter de Schiedamse Sin
gelkerk. En misschien wordt
dat óok wel de titel van haar
lijvig boekwerk. Een boek,
waarin ze het standsverschil
schetst, armoede, teleurstellin
gen. onrechtvaardigheid en hy
pocrisie.
Mevrouw A.J. M. den Hertog-
Mek: „Het wordt misschien
een trilogie".
1?
Tachtig foliovellen vo! met Schie
damse herinneringen heeft ze
nu. Per vel kost het haar een
uur uittypen, want het machine-
schrijven leerde ze nooit goed.
Een familieroman moet het wor- Familieleden, vrienden en andere Het feit bijvoorbeeld dat mijn va-
mensen uit baar direkte omge
ving kregen voor dit boek in
wording een vrij herkenbaar
pseudoniem. Eenvoudige trucjes
overigens, want vriendinnetje
Alie Spek, wordt eenvoudig Alie
Ham genoemd.
,Het is", zegt mevrouw den Her
tog, „allemaal pure werkelijk
heid. De hele trant van leven in
die tijd, in Schiedam, heb ik ge
probeerd zo natuurgetrouw mo
gelijk te verhalen. Boordevol zit
ik met herinneringen aan voor-
vallen. Prettige en minder pret
tige. Natuurlijk moet ik een vrij
goed geheugen hebben. Maar
vroeger al leefde ik heel be
wust. Ik dacht altijd over alles
wat die dag was gebeurd lang
na en het maakte allemaal erge
indruk op me. Ook ieder schijn
baar niet noemenswaardig de
tail.
der pas op m'n 21ste vertelde
dat mijn moeder m'n tweede
moeder was. En hoewel ande
ren me al zoiets hadden verteld,
voelde ik me toch voor de gek
gehouden. Nog steeds. Zo heb ik
het ook nooit kunnen, rijmen dat
mijn (tweede)moeder verschrik
kelijk kwaad werd toen ik een
gezin hielp, waarvan de moeder
door ziekte was uitgevallen".
RECHTVAARDIG
,Dat rechtvaardigheidsgevoel
heeft ze altijd gehad", valt haar
man bij. „Goed doen op alle
fronten en niet omzien, dat is
echt mijn vrouw. Ze is daarin
weliswaar altijd bedrogen ge
weest, maar ze gaat ermee
door".
,Och, het komt misschien doordat
je wat ouder wordt en daardoor
in het verleden gaat zitten peu
teren", mijmert n.evrouw Den
Hertog, „maar nu pas zie ik
hoe groot de onrechtvaardigheid
was, hoe groot de tegenstelling
tussen arm en rijk was. Hoe
krap wij zelf alfijd zaten en hoe
weinig tijd er om te spelen was.
En hoe je als kind bewust on
wetend werd gehouden".
Ter illustratie daarvan leest ze
een fragment voor uit een van
haar tachtig getypte vellen pa
pier. Een. fragment als zij als
Jeannetje te horen krijgt dat
kindertjes niet met' de ooievaar
worden gebracht of uit de kool
te voorschijn, komen
Als Martine de Wilde leest me
vrouw. Den Hertog voor uit ei
gen werk: „De kinderen speel
den op de stoep van de pastorie.
Eén durfde spottend te vragen:
„Hoe ver is je moeder? Een an
der „Weet je dan helemaal
niks?
Jeannetje liep warm aan en
zweeg. „Mijn moeder neemt tur
maar twee", wist Claartje. „Je
hebt niks te nemen", .bracht ze
geïrriteerd naar voren. Maar al
vorens van dit netelige onder
werp af te stappen, informeerde
ze stiekum of Alie ook wist
wanneer deze blijde gebeurtenis
zou plaats vinden".
Een scène uit het boek, waarop
het echtpaar reageert met:
„Vroeger werd er heel wat ge
smeten met rode kolen en der
gelijke, tegenwoordig weet ieder
kind waar de baby's vandaan
komen, al gaan ze soms wel
wat te ver met de voorlichting
UITLAATKLEP
„Dat schrijven is misschien wel
een uitlaatklep", aldus me
vrouw Den Hertog, ,,'t Is zo
ontzaggelijk fijn dat ik alles
kan spuien. Alleen moest ik er
meer tijd voor hebben. Na die
hartaanvallen moet ik iedere
middag rusten zodat het schrij
ven neerkomt op de ochtendu
ren en soms ook 's avonds. En
niet altijd ben Ik even geïnspi
reerd, al vlot het meestal nogal
aardig".
Het boek dat de ex-Schledamse
aan het schrijven is, is in feite
nog maar Sn het beginstadium.
Op een bepaalde leeftijdsgroep
heeft ze het niet gericht. Het
zijn herinneringen uit een jeugd
zoals er zovele zijn. Ook een
titel is er nog niet. Dat het een
korte en pakkende titel moet
hebben staat wel vast, mis
schien iets in. de trant van
„Zwart Nazareth", zoals Schie
dam vroeger om zo'n vele bran
derijen, distilleerderijen en
glasfabrieken werd genoemd.
Maar dat Is van later zorg: ook
een uitgever is er vanzelfspre
kend nog niet aan te pas geko
men. Of het een bestseller
wordt is de vraag. Voor Schie
dammers is het wellicht een
spiegel, waarin ze het „Schie
dam van toen" kunnen herken
nen.
Overigens houdt mevrouw Den
Hertog zich aanbevolen voor
oude foto's en prenten van „de
Gorze", de Laurens Koster
straat, Singelkerk en omgeving.
Geïnteresseerden kunnen haar
in Haarlem bereiken via het te
lefoonnummer 023333894.
Joost was twee weken bij
tante Fieke en oom Johan
in Maassluis geweest. Moe
der lag in het ziekenhuis
en omdat vader de hele
dag naar de fabriek was
mocht Joost bij tante en
oom logeren. Hij had
schoolwerk meegekregen
zodat hij niet achter
kwam. Zijn twee kleine
broertjes en de kat waren
bij oma en vader at op de
fabriek. Zo was alles gere
geld.
Maar nu is moeder gelukkig
weer thuis. Joost gaat van
daag met de trein terug
naar Den Haag Martien,
zijn neef, brengt hem weg.
De tas is al ingepakt. Er
zitten kleren in, nog wat
spulletjes en bovenop de
grote wekker. Die mocht
Joost helemaal niet meene
men want hij is van moe
der. Maar hij heeft het
toch stiekem gedaan- Het
is een knots van een ding.
Je kunt hem in de tas ho
ren tikken. "Net een tijd
bom", grinnikt Martien,
"daar kun je geintjes mee
uithalen". Martien houdt
van grapjes en hij kent
een heleboel moppen. Hij
plaagt ook graag. Joost
wordt er altijd verlegen
van. Hij vindt het niet leuk
om anderen voor de gek te
houden. "Nou Joost, zodra
je thuis bent moet je even
opbellen en Martien, jij
moet voor negen uur thuis
zijn hoor", zegt tante. De
vader van Joost zal Mar
tien vanavond op de trein
zetten. "Bedankt voor alles
tante", zegt Joost en geeft
haar een zoen. De jongens
zwaaien en daar gaan ze.
Het is niet ver naar het
stationnetje. Je hebt daar
een mooi uitzicht op de
Waterweg. Er varen zelfs
nog een paar schepen bin
nen. Aan de vlag kun je
zien uit welk land ze ko
men. Daar komt de trein
aan. Er zitten veel mensen
maar de jongens vinden
toch nog een plaatsje bij
het raam. Tegenover hen
zit een mevrouw en daar
naast een meneer die de
krant leest.
Joost zet de tas tussen zijn
voeten. "Wat hoor ik toch
voor een vreemd getik",
zegt de mevrouw na een
poosje, "het komt uit jouw
tas jongen", en ze wijst
wDaar "Weet je dat
.*r iets tikt?" "Ja me
vrouw", zegt Martien met
een onschuldig gezicht, ter
wijl hij Joost een zet
geeft, "er zit een tijdbom
in". "Wat zeg je daar?"
roept de meneer. Hij smijt
zijn krant weg en staat op.
"Waar is dat voor, waar
hebben jullie die van*
daan?" Joost wil al zeggen
dat het een grapje is maar
Martien zegt: „O we gaan
de tredn opblazen". De me
neer grijpt de tas, draait
het raampje open en voor
dat Joost iets kan doen
zeilt de tas bet raam uit.
"Mijn tas", söhrreuwt hij,
"met sd mijn spullen. Het
was niet eens een bom het
its een wekker. Hoe krijg ik
hem nou terug?" Hij huilt
half. "Jij altijd met je rot
grappen", snauwt hij te
gen Martien. "Ik trek aan
de noodrem hoor, ik moet
mijn tas terug". De me
neer is erg geschrokken.
Wat dom van hem om die
tas meteen het naam. int te
mikken. Hoe kunnen die
jongens nu een bom heb
ben. Maar ja, hij had er
net iets over in de kramt
gelezen. En er gebeuren te
genwoordig zulke rare din
gen... "Niet de noodrem",
zegt htij, "dan krijgen we
waitigteeid. We zijn zó in
Vl&andmgen. Daar stappen
we irft en dan gaan we de
tas zoeken". Joost wordt al
wat rustiger. Als ze hem
nu maar vinden. Even la
ter lopen ze m de berm een
eind terug en gelukkig,
daar ligt de tas. Alles zit
er nog in. Alleen, er tikt
niets meer. De wekker ïs
stuk. "En düe was van
mijn moeder. Wat zal ze
boos zijn", zucht Joost.
"Ik koop een nieuwe voor
haar", zegt Martien, '"het
was mijn schuld'"Met an
derhalf uur vertraging ko
men ze eindelijk in Den
Haag aan. Vader was net
van plan om tante te bel
len. Hij heeft al die tijd op
het perron staan wachten.
Onderweg vertellen de jon
gens alles. "Het ts een goe
de les voor je geweest Mar
tien", zegt vader, „jij
maakt altijd grappen
maaT je ziet wat voor na
righeid daar uit voort kan
komen".. Martien schaamt
zich erg. Hij koopt meteen
een nieuwe wekker en
daarmee maakt hij het
dan toch weer een beetje
goed. ANKE
1
Als je de woorden hebt inge
vuld komt er op de eerste
kruisjes een mannelijk be
roep te staan en op de
tweede rij een beroep voor
een vrouw.
1. bakt ons brood, 2. deel van
een dier, (hij zwaait er
mee) 3. steekinsect (meer
voud) 4. Beroep (iemand
die last) 5. niet binnen
maar6. spelen, ik
speel, hij 7. tor
(meervoud).
Je hebt een week de tijd om
de oplossing in te sturen.
Op de envelop zet je: Aan
Anke, Verwersdijk 6-8
Delft. Onderaan je brief,
oplossing of tekening
schrijf je je naam, adres,
en je leeftijd.
Hebben jullie allemaal een goede
Sinterklaasavond gehad? Of
misschien hebben jullie het des
middags gevierd. Het was toch
woensdag. Was de Sinterklaas
viering op school ook leuk? Nu
is het allemaal weer voorbij en
gaan we aan kerstfeest en oud
en nieuw denken. Dat zijn ook
gezellige feesten. En intussen
herinnert de koudegolf met ha
gel- en sneeuwbuien er ons aan
dat het in december ook winter
wordt. Nou. Iaat maar eens iets
zien koning winter! De Kinderen
zijn niet bang voor een graadje
of tien onder nul en een dik pak
sneeuw.
Et wes eens een gemene heks. Ze
kon het niet laten. ,.Ik zou Pira
willen vangen. P.'m de kabou
ter". „He", dacht Pira, „die
heks wil me vangen. Nee, dat
mag niet hoor. Misschien maakt
ze kaboutersoep van me. Ik ga 't
huis in de brand zetten en gaat
de heks ook dood. Maar als ik
zn hard praat dan vangt ze
me".
Flip zo heette de heks. „He, Pira
wil me huls in brand zetten.
Dat zijn. geen malle fratsen. He,
he, ik ga meteen aan het...."
He, dat gaat niet. Hu, wie was
dat? Flip, de toverheks. Nou
pak ik je. Nou, dat hoort ook.
Toen liet Pira zich pakken.
Maar niet expres. Nou doe ik de
lucifers aan. En toen vloog de
heks in brand en ook haar huis
je. En toen ging de heks hele-
maal dood.
(Colette de Bruyn, acht jaar).
Hanneke Boot Ik zal je verzoekje
ia ons hoekje zetten. Wie weet
komt er een leuke. Ik zelf zeg
Donny of Bieke. Nog wel gefeli
citeerd met je verjaardag. Krijg
je dan ook nog cadeautjes op
vijf december? Het is eigenlijk
niet zo leuk zo vlak voor Sinter
klaas jarig te zijn. Of vind jij
van wel? Ik vind de liedjes van
Gerard Cox en Rob de Nijs
goed. En ik vind die van Peter
en zijn Rockets altijd lekkere
meezingers. Nee, .kleurendruk
voor de krant Is nog veel te
duur.
Hellen Kreft Je raag de tekening
kleuren maar het hoeft niet. Je
moet wel heel duidelijk tekenen,
liefst met zwarte viltstift of
zwarte balpen. Je had de oplos
sing goed. Puzzel je eu ook
weer mee?
Marja Spijkers Het berichtje zal
ik in ons hoekje zetten. Wie
weet schrijven er wat meisjes
op. Ik hoop het maar. Meestal
lukt het wel. Hebben jullie een
boerderij? Of anders in ieder
geval een stuk land bij bet huis
Voor alle dieren. Toch is de bok
zeker wel lief, al stinkt hij?
Rijd je wel eens op de ponies?
Linda v. d. Heuvel Welkom in de
brievenboek, Linda. Je hebt ze
ker wd gemerkt dat het twee
weken duurt voordat je briefje
in ons hoekje wordt beantwoord.
Als er geen plaats meer is krijg
je oen brief thuis. Hoe oud is
Odette? Is ze ook al op school?
Wat leuk, het meisje uit het
boek heet ook Anke. Kreeg ze
veel voor haar verjaardag?
Jol and a v. d. Windt Ik weet na
tuurlijk nog niet of je gauw een
boek wint. Maar het kan best.
Je hebt elke week een kans als
je steeds meedoet. Is je ver
koudheid weer over? Wat koud
was hei he? En de eerste
sneeuw viel ook ai. Ik hoop dat
we deze winter veel sneeuw
krijgen.
Hanneke Ardon Was de reis naar
Spijkemsse gezellig en heb jé
leuk met de kinderen gespeeld?
Ja hoor, Mariët kijkt ook altijd
naar Tita en naar de schutters.
Die vindt ze zo leuk. En de kin
derprogramma's natuurlijk. De
strateremakeropzeesbow bijvoor
beeld. Heb je een fijne Sinter
klaas gehad? Je brief kwam
nog best op tijd. Die clubs zijn
altijd 's avonds. Dat is wel
naar. Het is dan al zo donker.
Jos Verbeek Ah, gelukkig ben je
nu weer thuis. Was je gevallen
dat je heup uit do kom was? Is
alles n« weer in orde? Je hebt
lang in het ziekenhuis gelegen
zeg. Maar dat is nu weer voor
bij. Vond je het er toch wel een
beetje gezelhg? Kun je nu weer
goed lopen? Je oefent zéker
veel? Ik hoop dat je nai van alle
narigheid af bent en je gauw
weer naar schooi kan.
Linda van Leeuwen Bedankt voor
je leuke tekening. Hij komt vast
een keer in ons hoekje te staan.
Ben jij ook zo bang van muizen
net als dat dienstmeisje? Of is
het een rat? Want het is wel
een grote.
Petra v.d. Meer Leuk, dat je weer
eens schreef Petra. Ik zal wat
zegels bewaren. Hetzijn wel
vaak dezelfde natuurlijk. Dus
het -duurt wei even voordat ik
er wat bij elkaar heb. Of je een
prijs ihabt gewonnen met da
kleurplaat weet ik nog niet-
Maar ik weet in ieder geval
precies wat ik moet kopen als
je iets wint.
Willcke Paimekoek Ja, je zusje
mocht meedoen aan de kleur
plaat. Het begon met vijf jaar.
Leuk, dat je het voor haar ont
dekte. De Sint-puzzel had je
De winnaars zijn: Irma v. d. Rey-
ken elf jaar, Cor Kruidenier
twaalf Jaar, Eric Jan Philipsen
negen Jaar, Petra van Ka*w!jl:
elf jaar, Henk Grundel tien
jaar, LIa Streefkerk twaalf jaar.
Jullie krijgen een boek thuis ge
stuurd. De oplossing was: Naai
doos (en geen naaimand want
daar zat nog een n in en in elk
woord mocht maar één n
staan), 2 snoepen, 3 generaal, 4
maanreis, 5 molenaar, deur
knop, 7 ledikant, 8 stuurman of
kapitein.
„Ik wil graag met een meisje van
tien of elf jaar corresponde
ren", schrijft Marja Spijkers
(tien) Oudcdijk 11 in Maasdijk.
Haar hobby's 2jn postzegels en
etiketten verzamelen en zwem
men. Thuis beeft ze twee pon-
ny's, geiten en bokken. Wie
schrijft eens?
Hanneke Boot. van Baerle-
straat 244 m Vlaardingen
(twaalf jaar) looft een
verrassirikje uit voor de
gene dra de leukste naam
verzint voor haar parkiet
je. Als je een naam weet
schrijf je het baar maar.
goed. Puzrei je nu weer mee?
Heb je een leuke Sinterklaas
avond gehad? Dag allemaal,
veel groeten van ANKE.
L_' 'Wii
Piet van Huls* tekende een landbouwersbedrijf met tractors, aanhangwagens en schuren.