Zoethout, tijgerbalsem en ogentroost voor een gezond kruidig leven Te weinig mensen zijn bang van hoge snelheid 3 Wfc.fHlgk W KertoHTsTdiijic oma Ik zoek naar anders Jan van Vandelen half ons m SCHIEDAMS CHE COURANT - VRIJDAG 4 JANUARI 1974 OÖÏWTIÜPOST: V BjOOSfaMii IN CIÖS SocpCH - &&svks* ^feTje* - toefetfw vVs door Els Kemper Delft „Ik heb hun vaders nc& gekend» ze kochten zoet hout voor een cent", zingt Wim Sonneveld in een wat weemoedig lied over het dorp, waar hij zijn jongensja ren heeft doorgebracht. Als hij er later, veel later, terug keert is er weinig over van wat hil zich herinnert. Alle dingen verdwijnen. Ook dat kleine schemerige snoepwinkel tje met 2ijn zoethout. De mid denstanders hebben hun zaken gestroomlijnd. In de supermark ten is geen plaats voor kleine jongetjes met één cent. Zoethout zouden ze er hoogstens verko pen als het voorverpakt is. Een klant, die om iets anders dan wat regel is vraagt, wordt beke ken alsof hij ziek is. Maar het zoethout is terug. En ook de oudemamietjesdrop en de oud-Hollandse kaneelstokken, die je vroeger op de kennis kon kopen. Drogist Jan van Vonde- Ien (51) heeft het allemaal in huis. „Zoethout", zegt hij, „moet je zien hoe dat hier wordt verkocht. Er zijn veel mensen, die erop kau wen om van 't roken af-te ko men. Zoethout Inplaats van 'n si garet. Met is nog gezond ook, voor de maag, tegen maagzuur. En het tast het glazuur van tan den en kiezen niet aan." Van Vondelen heeft een winkel in Delft, de Papillen, op de hoek van de Choorstraat en het Vrou- ■wenregt. Geen winkel anno 1900, maar wel een zaak waar je die lekkernijen, kruiderij en zalfjes uit de tijd van Ot en Sitn weer kunt kopen. Per ons, per half ons, per tien gram, in een flesje of potje dat je meebrengt. Huisvrouwen uit het Westland, uit Rotterdam, Schiedam, uit Lel den of Zoetermeer komen er echte bijenwas kopen. Of ge neeskrachtige kruiden tegen Of specerijen en keukenkruiden die onmisbaar zijn in dc room saus of de nasi goreng. De etalage van de Delftse drogiste rij is als een spijskaart die de fantasie prikkelt. HEERLIJK "Salie, voortreffelijk kruid bij keelpijn en keelontsteking, heer lijke specerij in alle soepen, lamsvlees, varkensvlees, kalfs vlees, bietjes, worteltjes, gebak ken vis, araeiet", staat bij een grote glazen pot met kleine grij zige blaadjes. Er wordt ook aan dacht gevestigd op de „echte oud-Hollands kaneelstokken", op rozenbottelthee, „gezond, volop Van Vondelens vitamine C tegen voorjaarsmoe- het niet. Hij 'con^umpturologen" misschien koude rillingen van krijgen. Maar die op betonnen-blokken- dozen-bewoner een onverwachte uitwerking hebben. Ze blijken de lange kaneelstok (om op te sabbelen), die ze he lemaal -niet kennen, te kopen. Waarom? Van Vondelen weet het ook niet. ,,We waren ze zo kwijt. Je kunt deze soort in heel Nederland niet krijgen. Er is ie mand die ze speciaal voor me maakt. Ze worden met de hand getrokken en qua smaak en kleur verschillen ze heel veel van gewone kaneelstokken". heid", en op oudemannetjes- drop, „een zacht laxeermiddel". Verderop staat ogentroost voor oogkwalen en tijgerbalsem te gen verkoudheid en spierpijn. En zalf van edele Mie „geneest uccB«avu.. d uw kloven binnen enkele dagen", blaaskwalen en bloedarmoede. ^®a €ta^ag® I?et Skaten, waar De boeken worden er bij gesleept als een klant iets over kruiden wïl weten. „Omdat ik er wat in zie. Als ik het in de zaak heb, dan raak ik het kwijt. Het Is net als met blokdrop, bijvoorbeeld. Dat ken de ook niemand. Het is een kwestie van presentatie. Ik zet erbij wat het is. Dan hebben de mensen Interesse. Het motief voor het kopen van blokdrop zal wel zijn, dat er geen suiker, geen zout en geen gom in zit. Het is de meest pure vorm van drop. Het wordt gemaakt van zoethout dat met water wordt ingekookt". BLOKDROP collega's kopen wel. Waarom? Oudemannetjesdrop, ook zo'n arti kel dat bij Van Vondelen niet tot de winkeldochters behoort. „Zeventig procent van de men sen koopt het overigens weF'als curiositeit. Vroeger was het snoepgoed, dat is het nu njet meer. Het zijn vruchten die in Indonesië groeien, dat weet bij na niemand". Hij bekent dat het verkopen van al dft soort weinig alledaagse zaken een soort hobby van hem Van Vondelen altijd iets enders is. Voor hem is er geen groter genoegen -dan"het eindelijk int huis hebben van iets bijzonders. Hij moet er soms maanden op wachten. „Ik zoek mijn hele leven naar Iets anders. Dat raak jc niet kwijt". Dat hij ztjn kruidenhuis in Delft is begonnen is min of meer een toevalligheid. „We hebben dit Een etalage vol kruiderijen en ouderwets snoupgoed. „Als je het economisch bekijkt, dan smijt je er een heleboel uit. Van sommige krulden haal ik voor één jaar een kilo in huis, en dan verkoop jt een half ons per jaar...." Toch houdt Van Vondelen ook die kruiden in zijn voorraad. „Je moet het hebben, vind ik. Het mag niet voorkomen dat het er niet is". En zo zit hij met honderdachttien keukenkruiden in het magazijn, en met 250 van de ongeveer twaalfhonderd geneeskrachtige kruiden die er zijn. Van die laatste soort gaan er eigenlijk tnaaT 50 regelmatig. Van Von delen vindt dat de huidige dro gisterijen veei te veel het ac cent op de verkoop van parfu merie-artikelen leggen. „Toen ik een verhaal over Jacob Hooij in Amsterdam, die kruidenman, las, dacht ik: het is toch eigen lijk stompzinnig, dat wij een zo levendig artikel als kruiden Ia- pand gekocht voor mijn. doch ter. Die wilde een oud huis heb ben. In Den Haag hebben we nog een grote zaak, 20'n stunt zaak. Toen zei mijn vrouw; waarom ga je niet in Delft zit- ,ten. Daar is het lekker rustig en daar kun je je kruidentent be ginnen. Nou, en dat is helemaal uit de hand gelopen". ten versloffen. Parfumerie is iets doods. Het enige wat je doet is de klant bewerken, om een dure parfum te verkopen. Dat gaat je tegenstaan". Van Vondelen maakt zijn huidverzor- gingscrèmes en oliën nu zelf. Gebruikt zelf zijn slaapkruiden, zoals gin seng, de Koreaanse le venswortel. Over de verkoop van de genees krachtige kruiden zegt hij: „De mensen warden volgestopt met kalmerings- en met slaapmidde len. Ik geloof dat er veel zijn die, nadat ze anderhalf jaar zijn volgestopt met dat gif, niet lan ger zin hebben om als proef- beest te fungeren" BOEKEN Zijn kruidenkennis haalt hij uit de literatuur. „Ik heb hoeken die ik voor geen goud verkoop. De mensen willen altijd alles we ten. De hele zaak luistert mee als iemand iets vraagt. Ik vind het een grote afgang als iemand ergens nieu'.-^ierig naar is, en ik kan hem er niets over vertel len. Je moet toch weten wat je verkoopt" Supermarkten irriteren hem, om dat daar dat contact met de klant bijna geheel ontbreekt. „Toch werken daar jonge men sen. Je snapt er niets van. Die praten over lief zijn voor el kaar Van Vondelen is geneigd om alles te verkopen, wat uit al die mo derne zaken is verdwenen. Van boekweit-grutjes tot olijfolie met een kruidentak. Hij wij de men sen ook best vertellen hoe ze dat dure hoestdrankje uit de apotheek zelf moeten maken: een aftreksel van tijm of vin- kei, met suiker. Een filantroop? „Natuurlijk sniet" zegt hij „kruiden raakten in, daarom kon ik ermee beginnen". Automobilisten op gladde glibberige winterse wegen zien vaak geen gevaar of ze zien het veel te laat. »Te weinig mensen zijn bang voor een hoge snel hard, en vooral afstand houden. Maar er zijn talloze verschillen de situaties en het hangt sterk van de omstandigheden af hoe een automobilist zich het best kan gedragen. De ene gladheid is de andere niet." oang voor een hoge snel- is de andere niet." heid", zegt F. Schalk, chef De risico's hangen bovendien af sectie rijproef voor gevor- de f «ring van de w Jon Ar. AwwR An ..Wegen langs het water, v derden van de ANWB. An- tussen Maasland schipluiden deren delen die ervaring, Hoorn, of vanaf Delft rL* „Ze vliegen je voorbij als- ting Pijnacker, kun je daa of er niets aan de hand is'% ter vermijden", zegt men bij l. vindt een rijkspolitieman rijkspolitie-meldkamer in Den Haag. De Dordtse meldkamer, die het gebied ten zuiden van Rotterdam bedient, noemt de brug over de Oude Maas, met hellingen en bochten een knelpunt. van de Haagse meldkamer, die net een tocht over een besneeuwde rijksweg 20, dwars door het Westlandse, achter de rug heeft. December, januari, februari. TE HARD veel te hard wordt gereden als het glad Is. Pas als je een paar keer een ander op zijn ge zicht hebt zien gaan, mindert ie dereen vaart". Wintermaanden met don- m de c(mstateert riJt,c„. Kere dagen die worden OP" nische deskundige Schalk dat er gevrolijkt door feestdagen met kaarslicht en geschen ken. Door wandelingen In besneeuwde landschappen. aEIeen vaaIT- Door warmte thuis of door „ËFSilt ook'em stuïjï narij- Koude ijspret buiten. heid in gebrek aan geoefend heid", zegt hij. „Eigenlijk zou iedereen een kee»- een slipcur sus moeten volgen. Alleen maar om te leren: hoe rij je zo dat je niet in een slip terecht komt. Het bekende pompend remmen hoort daarbij. Want dat is iets wat mensen nog altijd doen, als ze iets fout zien gaan: onmid dellijk op die rem trappen. Het laatste wat je moet doen, als het glad is. Een natuurlijke reactie, maar je moet hem afle ren. t Is maar hoe je het bekijkt. Wat voor de een het toppunt van winterse zaligheid is, is voor de ander een bron van grote erger nis. Sneeuw is leuk als je er. vanuit je warrae huiskamer naar kunt kijken. Maar iemand die in zijn auto midden in de bui zit verwenst Bing Crosby met zijn gedroom over een wit te kerst. loe komen autorijders zonder kleerscheuren de winter door? *e antwoorden op zo'n vraag ko men vrijwel op hetzelfde neer. Mist: niet inhalen als er tegenliggers zijn. DOE DIT NOOIT Voorzichtig rijden, niet telDe ANWB geeft in het hand boek „Bewust en vaardig auto rijden" een paar gulden re gels voor het rijden in winterse omstandigheden. Voor rijders in de mist, onder het motto Doe dit nooit: „Haal bij mist nooit in op een weg met tegenliggers. Dat is een gok spel, met uw leven en dat van anderen als inzet". Een algeme ne regel, onder het motto (doe dit altijd) „Doe op een glad of althans onbetrouwbaar wegdek altijd alles soepel en geleidelijk. Sneeuw belemmert het uitzicht en maakt gladde wegen. Vermijd dan elke krachtige of abrupte beweging met het stuur en met de bedieningspedalen". Regels voor slippers-in spé: „Rem nooit als uw auto onver hoopt in een slip is gekomen. Dat kan de stip slechts vererge- Doe dit altijd: „Als uw auto ren". En, weer onder het motto slipt moet u altijd direct ontkop pelen en sturen in de richting waarin de auto zou moeten gaan". Schalk licht verder toe: „Afs het wegdek glad is door regenval, dan is het eigenlijk heel simpel: een automobilist moet gewoon zijn snelheid aanpassen. De hui dige trend, om niet harder dan 100 km te rijden, lost in feite alle problemen op. Bij een fiin- ke regenbui hoor je niet harder dan 110 te rijden. Wie dat toch doet kan te maken krijgen met het verschijnsel aqua-planning. Het profiel van de band kan de afvoer van het water niet aan. er ontstaat een soort film tussen de band en wegdek, waarop je als het ware gaat drijven,,." „Het is altijd een vreemde stof, nattigheid bijvoorbeeld, tussen het wegdek en de band, die de kans op slippen verhoogt. De band verliest dan zijn normale „grip" op het wegdek. Normaal staat een band in feite stil ten opzichte van het wegdek. Zodra hij beweegt ten opzichte van de weg, dus doorschiet, dan is het mis. Elke kracht die je erop probeert uit te oefenen, hetzij door te remmen, hetzij door meer gas te geven, heeft dan geen enkel effect meer. Je moet die krachten wegnemen door te ontkoppelen. Pas dan kan hij weer gewoon rollen..." „Natte sneeuw", zegt Schalk, „is niet zo heel erg. Alleen tijdens de val ka nhet glad zijn. Het voorkomen van de narigheid ligt toch in het langzamer rij den. En onder extreme omstan digheden zoals bij ijze! of bij opvriezing, als dc weg dus wer kelijk spiegelglad wordt, kun je jezelf alleen maar de uiterste beperking opleggen. Een snel heid van 20 km kan dan al te hard zijn". Advies voor wie moet remmen en slipt: ontkoppelen en pompend remmen, in de cadans, waarin de auto in en uit zijn veren komt. Aldus het handboek. Schalk: „En als je slipt bij sterk gasgeven. dan gas terug nemen. Als het in een bocht fout dreigt te gaan. moet je ook ontkoppelen en In de logische Maar vooral niets abrupt doen niet aan je stuur zwaaien. Be halve dan als je werkelijk hele maal in een slip zit. Dan komt richting proberen te sturen, het juist weer aan op zeer snel reageren..." THEORIE Dat is de theorie, waaraan je wei nig hebt als je niet oefent. Van daar Schalks advies een slipcur sus te volgen. Hij heeft nog een paar raadgevingen; „Het is ver standig om ais het glad is, niet in een te lage versnelling te rij den. In een lagere versnelling wordt meer kracht op het wiel uitgeoefend dan in een hogere. Daarom is het ook zinnig om op een zeer glad wegdek in de twee de versnelling weg te rijden...../' Nog een paar winterse wetens waardigheden: wie toch de rui ten van zijn auto ontdoet van sneeuw, doet er verstandig aan. ook koplampglazen en achter lichten een goede beurt te ge ven. Schone lampen hebben een betere lichtopbrengst. Om te zien en gezien te worden. STARTEN Als het vriest is het beter om bij het parkeren de handrem niet te gebruiken. De kabels kunnen vastvriezen. Starten wil ook wel eens problemen geven als het koud is. ANWB-raad: „Gun de accu na enkele mislukte start pogingen telkens een halve mi nuut rust". Vocht is vaak de oorzaak van slecht starten. .In de handel zijn vocht verdrijvers verkrijgbaar. Bandenfabrikanten raden aan ~*s winters banden met een spe ciaal grof profiel te gebruiken'.' Ze hebben uitgerekend dat bij een snelheid van 80 km de rem- afstand op een besneeuwde weg 130 tot 160 mete- «s, en op een beijzelde weg 260 meter. .r\ Iets om te onthouden. Si"

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1974 | | pagina 3