Intense kleurenpracht
van oude ik
Kersttentoonstelling
tot en met 16 januari
In stedelijk museum Prinsenhof:
vUlJüAG 24 DECEMBER 1976
Oude tradities
In Griekenland onderging het
ikonenschilderen veranderin
gen onder invloed van de Ita
liaanse renaissance, maar in
Rusland bleven de oude tradi
ties gehandhaafd tot in de ne
gentiende eeuw. Haast elke
grote of Weine oosterse kerk
bezit talloze ikonen. In Rus
land was het gewoonte ze sa
men te voegen tot een indruk-
door
Jan Zwart
Delft Een Kersttentoonstelling van bijzondere allure
brengt in een aantal zalen van het stedelijk museum Het
Prinsenhof de gouden glans en intense kleurenrijkdom
van meer dan tachtig Griekse, Russische en Byzantijnse
ikonen uit de veertiende tot en met de achttiende eeuw.
Tot en met 16 januari is er de aparte schoonheid te
ondergaan van een indrukwekkende collectie kunstwer
ken, die in vroeger jaren in de Grieks-Orthodoxe kerken
een belangrijke liturgische functie vervulden.
Het is aan de Amsterdamse
galeriehouder Michel van Rijn
en zijn Londense collega
Edouard Dergazarian te dan
ken,' dat in Delft 86 ikonen
tentoongesteld worden, die al
le afkomstig zijn uit particu
lier bezit Destijds kwamen ze
voor in beroemde collecties,
zoals de Tolentmo-collectie,
die in 1914 in New York werd
tentoongesteld: die van het Eli
sabeth Seton College en de
Bradley-collectie die in 1973
was te zien in het Museum of
South Wales te Cardiff. Ter
gelegenheid van de Delftse
tentoonstelling is een catalo
gus uitgegeven, die de omvang
en allure heeft gekregen van
een schitterend geïllustreerd
boekwerk, waarin ikonen-ken-
ners-bij-uitstek belangwekken
de artikelen over deze materie
publiceerden.
In feite zijn het vier hoofd
stukken, vier belangrijke the
ma's, die op deze ikonen-ten-
toonstclling aan de orde wor
den gesteld: de figuur van
Christus, moeder Maria, de
kerkelijke feesten en de figu
ren van engelen, profeten en
apostelen.
Ongetwijfeld zal deze tentoon
stelling, haar bijzondere ni
veau en de stijlvolle presenta
tie veel bijdragen tot een beter
begrip en grotere waardering
voor ikonen. Zomin als de iko
nen in de orthodoxe kerk als
kunstwerken bezien werden,
zomin ook beschouwde men
de ikonenschiiders als kunste
naars. Zij waren dienaren der
kerk, monniken, voor wie het
schilderen eigenlijk een litur
gische handeling was. „Men
gaf hun gewijd water en heili
ge relikwieën, opdat zij, nadat
zij beide met de verven ge
mengd hadden, de heilige iko
nen zouden schilderen", zo is
er nog te lezen in boeken van
het Holenklooster in Kiev. De
ikonenschiiders werkten m
anonimiteit en signeerden
noch dateerden hun oeuvre.
De origine van de ikoon wordt
gezocht in Syrië en Palestina,
de bakermat van het Christen
dom. Later verspreidde het
ikonen-schil deren zich vanuit
Byzantium de wonderschone
en fascinerende hoofdstad van
het Oostromeinse Rijk, over
Klein-Azië, en verder naar de
Balkan, Rusland en Italië.
wekkende bonte scheidings
wand, de ikonostasis, die het
allerheiligste scheidt van het
overige van de kerk. Maarniet
alleen in de kerken, ook in de
huiskamers in de Oosteurope-
se landen was er de ikoon om
er de zegen over het huis af
te smeken, het kwaad af te
weren, om het dagelijks leven
te delen, om gekust en vereerd
te worden.
De grote vraag naar de heilige
beeltenissen voor kerk en huis
maakte scholen voor de iko
nenschiiders noodzakelijk. De
belangrijkste bevond zich in
Byzantium, die nauwe betrek
kingen onderhield met de
school van Saloruki, Kreta en
Italië. In Rusland was het aan
vankelijk Kiev en later Mos
kou, Novgorod en Pskow,
waar schild ercentra ontston
den die de tradities voortzet
ten tot in de achttiende eeuw.
Rusland werd het land der
ikonen. Niet alleen werden er
de scheidingswanden, de iko
nostasis gecreëerd, maar ook
werden er voor het eerst iko
nen ingelijst of omrand door
bewerkt zilver of zilveren fih-
grainwerk, ingezet met (halfe
delstenen.
De schilders uit Russische
scholen waren veelal ambacht
slieden georganiseerd in gil
den, maar daar de scholen
meestal deel uitmaakten van
een groot klooster waar de
religieuze kunst werd geculti-
en baarden bijvoorbeeld ge
schilderd dienen te worden.
De gouden achtergrond die ve
ie ikonen gemeen hebben
speelt natuurlijk een hoofdrol
in de instructies, daar deze in
grote mate het effect van de
ikoon bepaalt.
Het schilderboek van de berg
Athos slaat niets over, zodat
het enige wat de schilder nog
rest het overbrengen en invul
len is van het geestelijke
beeld. De ikonenschiiders
mochten hun onderwerpen
Christus en Maria stonden
hierbij voorop onder meer
ook kiezen uit de kerkgeschie
denis, het Oude en Nieuwe
Testament, of uit de legenden
rond heiligen en martelaren.
Geliefd zowel in oost en west
was de ikoon van Sint Nico-
laas, de bisschop van Myra.
Allure
Van bijzondere allure op de
Delftse tentoonstelling is on
der meer de Christus-ikoon uit
circa 1600, die ontstaan ïs in
de invloedssfeer van Moskou.
De Moeder Gods „Hodigitna"
(nr. 12) uit de 14de/15de eeuw
laat Maria zien met het Kinde-
ke op de linkerarm. Met haar
rechterhand wijst zij naar
Hem. En daarmee wil Maria
„hodigitria" zijn, geleidster op
de weg, die naar Christus wij
st, die van Zichzelf kon getui
gen de Weg, de Waarheid en
het Leven te zijn. Een derde
kunstwerk van hoge allure is
de dubbelzijdige ikoon, nr. 27,
die gewijd is aan de bood
schap van de engel Gabnël
aan Mana. Op de achterzijde
zijn de heilige Nicolaas en Jo
hannes de Doper afgebeeld.
Een prachtig specimen uit de
Ionische school is de ikoon
van de .Moeder Gods op de
troon" (nr. 16). Het werk da
teert uit circa 1700. De lineaire
behandeling van de gewaden,
de monumentale werking van
de figuren, de serene uitdruk
king op het gezicht van Mana
en de overwegend rode kleur
duiden op invloeden van de
Italiaanse renaissance.
Wat de Delftse tentoonstelling
eveneens leert is, dat ondanks
het feit dat de ikonenschiiders
bij al hun werk allen gebon
den waren aan eensluidende
strenge regels, zich in de iko
nen duidelijke stijlverschillen,
voordoen, die afhankelijk zijn
van streek en tijd van ont
staan. Dat de school van Nov
gorod (o.m. de nrs. 7 22, 40,
46, 55, 64 en 67) tot de hoogte
punten van de Russische ico
nenschilderkunst behoort
wordt overduidelijk. De wer
ken uit deze school worden
gekenmerkt door een grote
monumentaliteit en een voor
liefde voor heldere kleuren,
waarin vooral het rood opmer
kelijk is.
In vitrines en aan de wanden van enkele zalen van Het Prinsenhof zijn tot en
met 16 januari meer dan tachtig uitzonderlijk fraaie ikonen te bezichtigen.
veerd, waren er ook monniken
die in deze scholen werden
opgenomen. Getrouw als zij
waren aan de regels, hielpen
ze op hun wijze de traditie van
de Byzantijnse kunst voort te
zetten, al vertonen vele ikonen
uiteraard specifiek Russische
facetten.
Twee werelden
De opdracht aan de ikonen-
schilder was steeds om van
een geestelijke waarheid getui
genis af te leggen, om het on
zichtbare zichtbaar te maken.
Zo kreeg de ikoon als het ware
twee werelden in zich: de
aardse werkelijkheid en de
geestelijke wereld. En om dit
te bereiken werden alle stijl
middelen daar op gericht
De enscenering van de figuren
is door de anti-naturalistische
tendensen zeer karakteristiek.
Gebouwen en dergelijke, vor
men door hun onnatuurlijke
perspectieven, een ïrreele een
fantastische achtergrond.
Landschappen vertonen de
meest merkwaardige terreinen
vol terrassen en rotsen, groe
ven en grotten, die vaak een
symbolische betekenis hebben.
Zo moet men soms onder het
bizarre oppervlak van een By
zantijns-Slavisch landschap
het grote Niets" bevroeden, dat
aan de schepping voorafging.
De kleding van de uitgebeelde
figuren is klassiek en daar
door tijdloos. De heiligheid
der personages wordt onder
streept door gouden nimbus-
sen, en penseelstreken. De li
chamen zijn meestal vlak, ge
zicht, handen en voeten daar
entegen vaak zeer levendig ge
schilderd. Al die karakteristie
ke technieken maken de ikoon
dynamisch en verheffen deze
tot een toneel waar het hemels
gebeuren zich kan afspelen.
In de loop der eeuwen werden
de strikte regels verzameld in
handboeken. Het meest beken
de is de Hermeneia, het schil
derboek van de berg Athos,
dat zeven delen telt.
Het geeft een verhandeling
over de techniek om de kleu
ren aan te brengen en hoe de
wijze moet zijn van uitbeelden.
De technische verhandelingen
bevatten precieze instructies
hoe de panelen geprepareerd
en hoe de kleuren aangebracht
moeten worden; hoe oogleden
Een drieluik
van bijzondere
schoonheid en
met een zilver
en Ikoon van
moeder Maria.
Twee panelen uit de
Russisch noordelijke
school, daterend uit de
16de eeuw.
Rechts op de foto een
prachtig bewerkte deu
ren-partij uit de Ionische
schooi, die dateert uit
1700.
Hoogtepunt op de tentoonstelling In Het
Prinsenhof: de aan beide zijden beschilderde
Koningsdeuren. Op de voorzijde de boodschap
van de engel Gabriëi aan Maria en op de
achterzijde de heilige Nicolaas en Johannes
de Doper. Deze deuren zijn afkomstig van
Kreta en vervaardigd in de 15de, begin 16de
eeuw.