VRIJDAG 14 JANUARI 1977 §£3y^ s Watersporters aan seliaadpaat milieugroepen Tomaten Stickers Knalpot Quatsch Mikmak MrufmeEs Massamoord Stropers 4 Drijvende caravans op stukje natuur? wrj - y{<m „w De Boonervliet met aan de linkerkant de Foppenpolder. Delsman en Vermeulen hopen op een Foppenmeer. De provinciale raad voor de ruimtelijke ordening (prro) maakte daarvan een ontwerp. De watersporter is de vervuiler met, zeg gen de watersporters Hij jaagt geen vo gels weg. gooit geen rotzooi in het water en vaan de oevers niet kapot Geen herriemaker is hij en geen rijke stinkerd. De watersporter knjgt tegenwoordig een pak aangemeten, dat hem met past Die mening hebben twee betrokkenen, dje met hun bootjes menigmaal de vaart en de vlieten van Midden-Delfland opgin gen. ,.Wij gooien geen plastic m het wa ter Denk alleen al aan de ellende, als dat in de schroef van je motor komt. De boer is eerder de schuldige. Hij is altijd gewend geweest om troep klakkeloos weg te werpen. Een boer loopt geen twee meier om iets weg te gooien, maar kiept het nog liever uit zijn raam. Als een zeug jongt en er zitten dode biggen bij, don dert die boer hen in de sloot. Wij gooien geen krengen, hekken of ander afval ui het water!'*. Johaü Delsman (43j en Johan Vermeulen (56) springen op de bres voor elke trouwe watersporter m het polderlandschap tus sen Delft. Schiedam, Vlaardingen, Maas land en Schipluiden. ..Want de ware lief hebber is een milieuvriendelijk mens, die geniet van de natuur en zijn best doet om het rustgebied rustig te houden", zeggen zij namens de Delftse Watersport vereniging, aangesloten bij het KNWV (Koninklijk Nederlands Watersport Ver bond} dat soms in samenwerking met de ANWB alle mogelijke moeite doet om de watersporter op te voeden. Aldus Delsman en Vermeulen. De eerste is voorzitter, de ander secretaris van de Delftse club „Wij deoen in het verleden mee aan acties als Niet In Het Riet en Bezem In De Mast, acties die gingen om vaart en vlieten niet alleen schoon te houden en geen rommel in het water te tjoepen maar zelfs om de wateren schoon te maken, en om de watersporter milieu bewust te maken, zodat het stukje natuur dat hem ter beschikking staat met naar de knoppen wordt gevaren". De twee bestuurders ageren Zij moesten wel Hun leden kwamen klagen* ..Waar om doen jullie niks?" Ook zelf waren zij het zat Zij voelden zich aan de schand paal slaan van de Samenwerkende Mi lieugroepen Midden-Delfland, die ach m de omliggende gemeenten inzetten voor het behoud van het rustieke karakter van het poldergebied Om aan rotte tomaten te ontkomen willen zij ingaan op Vaart S» Vlieten, een nota die Govert van Oord en Fnts van Ooslstroom in mei vorig jaar uitgaven onder auspiciën van genoemde actiegroepen. Daarin wordt watersport een bedreiging van de eerste orde voor het miiieu genoemd, terwijl de door sche pen aangerichte schade m met name de Vbetlanden catastrofale vormen heet aan le nemen. Problemen dus Waar liggen de grenzen van onze pleziervloot? Zoals ing R. £- P Vallenduuk van de A.N-W.B zich m 1975 in een studie afvroeg „Wij krijgen de schuld. Ik vind dat zo dom", zegt Delsman. „Die hele nota Vaart Vlieten had veel zinvoller kun nen zijn Gepraat daarover hebben zij nooit met ons. Pas srnds de inspraakpro cedure voor Midden-Delfland kunnen wij ook iets naar voren brengen" Hij gekscheert: „Wat ik trouwens mal vind, wanneer je vergadert met die rm- heumensen zitten zij te dampen. Sigaren, pijpen- Stinkt enorm. Verpest de lucht Dat merk je goed, als je zelf met rookt Maar zo gauw je een wind laat, kijken zij je lelijk aan". Ernstiger vervolgt hij: „Allicht is goed, dat zij er zijn. Natuurlijk. Aan industria lisatie offeren wij alles op, de mens met zijn oogkleppen. Daartegen willen die rmlieumensen wat doen. Maar wij ook. In feite hebben wij dezelfde mentaliteit. Samen moet je strijden. En toch worden wij gemeden. Nooit hoorden wij bijvoor beeld iets over plannen voor de Foppen polder, terwijl die nota bene voor ons worden uitgedacht Vreemd. Wanneer er excessen zijr», geef dan niet zonder meer in een nota iemand de schuld maar praat eerst met zijn allen. Daarna kan je, als je dat nodig vindt, alsnog een nota uit brengen Je kent in dat geval ten minste alie standpunten". Sinds de nota kunnen wij geen goed meer doen. vindt men in de watersport. Hoe zit dat met die vagebonden9 Ten slotte is de nota ook gebaseerd op waar nemingen. „De boosdoeners zijn de wildliggers" gaat Delsman verder. .Mensen die per manent. het hele jaar door, hun boot op een plekje aanleggen zonder daarvoor te betalen. Zij horen er niet Zij verpesten de boel Zij zijn geen échte waterspor ters". Controle op vergunningen voert waterschap Delfland onvoldoende uit, staat m de nota. Het ene politiebootje kan met overal tegelijk corrigerend optreden en \ooral op hoogtijdagen zijn te hoge vaarsnelheden (wedstrijden) aan de orde van de dag Gemeente Vlaardingen ver wacht veel heil van het initiatief om stickers te verstrekken aan vergunning houders. Dat maakt hen herkenbaar. Vlaardingen loopt daarmee vooruit Maar stickers zijn na te maken. „Wanneer ik iemand een overtreding zie maken, zeg ik er iets van of ik waar schuw de politieboot", zegt Vermeulen. Maar met een teder zal naar hem luiste ren en de politie is in het uitgestrekte landschap ntet altijd te vinden. Ondanks die gegevens geloven Vermeulen en Dels man echter, dat het aantal overtredingen best meevalt. Terwille van alle duidelijk heid de Johannen generaliseren. Voort durend spreken zij van De Watersporter, wel wetend dat kaf onder het koren zit ..Maar dat is nog geen reden, om iedere watersporter een boeman te vinden, en te zeggen dat water recreatie funest is voor de natuur. Schuif met alles onder een noemer" De twee nemen het vooral op voor de kleme waterrecreanten In Midden-Delf land zijn dezen bezitters van zeil- en motorbootjes, waarop een klem gezin nog juist kan overnachten Geen volwaardige jachten voor groter water. Werkelijke zeiiers zie je met, want zo iemand zoekt ten wijder water. Dal is spannender. In vhetjes komt een grote zeiler met aan zijn trekken Duidelijk moge zijn, dat de wa tersporters van Midden-Delfland enige vaste grond tn de nabijheid wenselijk vinden Vooral hun kinderen. }e echte herriemaker is niet de recreer- ende watersporter, vervolgt Vermeulen „Stel je voor, je zou dat lawaai zelf met uithouden Daarvoor ga je met naar een rustgebied, om de hele dag geronk te horen De watersporter heeft een motor, die natuurlijk ruet geruisloos is, maar echt niet zoveel geluid voortbrengt dat dat hindert Onze vereniging propageert goede motors. Want ga je naar een wa renhuis, dan zie je wel goedkope, maar dat zijn die Italiaanse rotdingetjes Die maken een rotherrie! Dat zijn die lucht- gekoelde dingen, watergekoelti betekent vaak minder herrie. Ik heb zelf ook een buitenboordmotortje, maar als het even kan vaar ik met de wind Zeden Eerlijk, anders word ik er zelf al gek van. Alleen als het hoogstnoodzakelijk is, komt de motor eraan te pas Wat ik trouwens veel erger vind, zijn de bromfietsers die elk weekend in de Broekpolder crossen. Zon der de knalpot te gebruiken. Als je hoort, hoe dat knettert' Dat racen in de Broek polder is veel erger, dat hoor je mijlen in de omtrek. Het davert nog bij Van Dijk die een mooi jachthuis, een horeca- bedrijfje heeft, vlakbij ons jachlhaventje m de Middel wetering Dat crossen »s ontzettend De grond daar is opgespoten, maar die wordt steeds harder. Ze komen er zelfs al met de auto". Dp watersporter komt met een paar uur tjes varen om lol te trappen, nee, die gaat een heel weekend recreeren met zijn gezin en liefst ieder weekend. Dat zegt nog steeds Vermeulen. „Ik heb mijn va kantie doorgebracht op het Bommeer, zo noemen wij gemakshalve het hele vlieten- gebied rond die plas die echt Bommeer heet. Het was een eldorado, man, het was een eldorado. Als je daar kunt liggen, ga je toch niet de Vbetlanden in. Dat natuur monument is geweldig mooi, maar de kinderen kunnen er niet spelen. Je kunt dat grut niet de hele dag op de boot houden Daarom is het plan om de Fop penpolder onder water te zetten zo goed: daar knjg je dan aanleigsteigers, vaste grond waarop kinderen kunnen rennen. In de Vbetlanden kunnen zij dat niet eens een verkeerde stap op de zachte grond daar en je laars loopt vol". Met onderwaterzecten van de Foppenpol der zal elke watersporter gelukkig zijn. „Dat kan je voetstoots aannemen", zegt Vermeulen. „Het betekent uitbreiding van het wateroppervlak en die is brood nodig: je krijgt meer de ruimte, meer aanlegplaatsen. Maar als men die uitbrei- ding wil om de reden, dat de kades dan minder kapotgeslagen worden door boo tjes. dan vind ik het quatsch Ik vaar al dertig jaar, maar ik heb nooit meege maakt dat een watersporter het net ver woestte of tegen de oever opvoer, of het net in. Dat doen wel veel dagjesmensen, die op de Vlaardingse Vaart een bootje huren en daarmee met overweg kunnen". Hoogheemraadschap Delfland bezint zich op het vergunningenbeleid. Teveel ver gunningen worden verstrekt voor lig plaatsen, teveel bootjes kruisen de vlieten ai, teveel zeilen verstoren het landelijke uitzicht, teveel motorbootjes maken her rie. zijn gedachten die zowel bij het schap als bij actiegroepen leven. Vergunningen krijgen veremgmgsleden, ieder ander is een wildligger. Is er een alleenrecht van de watersporters van een vereniging? Moet het eigen boten bezit met worden teruggedrongen om meer anderen door verhuur een kans te geven ook eens te varen? Allemaal meningen, waarover druk wordt gepraat vooral in de in spraakwerkgroepen voor het gebied. ..Juist met het verhuren van bootjes haai je het kwaad binnen. Daarmee heb je dan precies de duivel bij zijn staart", stelt Vermeulen. „Die roeiboten op de vaart, daarin zitten vaak mensen die heel lelijke dingen veroorzaken Zij komen niet voor de watersport, maar voor de gem. Vaak zag ik. dat zij als vagebonden met een rot vaart op de kant afgaan. Als water sporter schakel je dan de pohtieboot in". Want daardoor ontstaat afkalving van de oevers. Toch rijn er veel erger oorzaken, zegt Delsman „bijvoorbeeld het uitbag geren wat zelfs in de Middelvket voor komt Dat doet het waterschap. En soms wordt le diep gebaggerd. Wat dan ge beurt. weet zelfs een kind: als je op strand een klein kanaaltje graaft van je zandkasteelije naar de zee, zie je steeds weer de kanten ervan instorten. Nou, m de Vbetlanden heb je net zo'n zachte grond Wanneer teveel wordt gebaggerd en uitgegraven, graaf je daarmee de oe vers van die landen kapot. Dat is zeer schadelijk!" Delsman geeft nog een oorzaak van kwetsbaarheid van oevers:Als alles nor maal was, zou je langs elke kade rietkra gen 2ien. Die beschermen het land tegen golfslag. Dan komt er zo'n. wildbgger die een gat in de rietkraag maakt. Door andere voeding, fosfaten en de mikmak die het water vervuilen, groeit op de plaats van dat gat een andere vegetatie dan net, vegetatie die er met hoort, min der sterk is en het land nauwelijks be schermt. En dan staat m die nota van milieumensen, dat afkalving te wijten is aan golfslag van bootjes van waterspor ters Dat is dus niet helemaal waar. Al eeuwenlang slaat op die open poldervlak te vaak een harde wind, die veel meer deining veroorzaakt dan bootjes die bo vendien met een maximumsnelheid mo gen varen Harde wind staat er nog steeds. En dan zal door golfslag van bootjes afkalving van oevers ontstaan? Welnee. Het begint bij de wildliggers, die in het net belanden". Dat veel bootjes vlakbij de Vbetlanden in de Middelwetering meren, is volgens Delsman noodgedwongen. „Een domme zet van de overheid. Vroeger lagen veel scheepjes in de Maassltusche Trekvaart, maar plots werd daar aan één kant puin m het water gestort De boten konden toen daar met meer terecht. Zij moesten uitwijken, in oostelijke richting". Een extra slag voor het beschermde mo nument, dat de Vbetlanden zijn, 20U ver hoging van het waterpeil betekenen, waarover volgens Delsman officiële in door Kor Kegel stanties hun gedachten hebben laten gaan. Onaanvaardbaar vinden de water sporters dat om twee redenen: het bevor dert afslag van oevers, bovendien kunnen veel bootjes dan met meer onder brugge tjes door. omdat zij geen neerkJapbare stuurhuizen hebben. Veel bruggetjes rei ken nu met hoger dan één meter tachtig boven het wateroppervlak. Om op die geluidshinder terug te komen, zegt Vermeulen, „kennelijk valt het voor de vogels allemaal nogal mee. Zoveel herrie maken wij niet. De watersporter en de vogel kunnen het uitstekend met elkaar vinden, o ja, best wel. Wij kunnen gemakkelijk naast elkaar leven. De fa zanten komen gewoon de kruimels van het dak afpikken. Dat lijkt dan wel, alsof een man met een hamer op dak rit Dat geklop van die snavel gaat maar door. Dat is toch geinig? Zouden die vogels dat ook doen. als wij hen wegpestten?" Delsman geeft ook een voorbeeld: „Vori ge zomer heb ik haast een nacht wakker gelegen. Een uil zat in mijn mast. Te roepen, de hele tijd door. Net gekef is dat, van een hondje, Daarop lijkt het. Leuk. Nou, dan slaap je een keer een nachtje minder goed, ik heb geen hekel eraan". Zou die vervloekte watersporter dan vo gels verjagen? stelt Delsman zichzelf een vraag. „Kom nou! De schuldigen zijn eerder natuurvorsers, die vroeger met hun kijkertje door de Vbetlanden hepen in hun knickerbocker. Vogelvrienden, maar zij hepen wel nestjes te vertrappen. Gelukkig mag dat vorsen nu niet overal meer. Er wordt wachtgehouden". Delsman wijt het wegtrekken van vogels dus niet aan zijn leden. „Die smeerlappe rij uit de Europoort doet het misschien. Weet je nog, dat een paar jaar terug zoveel koeien onwel werden door een gaswolk? Wat dacht je van vogels? Een andere oorzaak zou trouwens dat smenge havenshb in de Broekpolder kunnen zijn. Hoe dan ook, gelukkig zag ik van de zomer, dat wij de fuut weer helemaal terughebben en dat het met de grutto ook weer beter gaat. Er is ook weer meer vis, dat scheelt. Een tijd lang zag je geen kikker meer Die was kapot. Maar nu komt hij weer langzaam terug". Vermeulen kijkt met bevrediging terug op de dertig jaren, waarin hij zich inzette voor de watersport. „Ik mag mij wel idealist noemen". 2egt hij, „want twee avonden per week deed ik pro deo werk voor de vereniging. Zou ik dat uitbetaald knjgen, dan kon ik nu de Statendam kopen. Maar ik zie fijne resultaten. Heer lijk vind ik die natuur te zien. Ik geniet van mijn kleinkinderen, die daar natuur lijk een bepaalde opvoeding krijgen die anders ts dan de opvoeding van een kind, dat altijd in de stad blijft De laatste weet vaak niet eens wat een ma deliefje is, maar in de polder rien ze een grutto en vragen hoe dat beest aan zo'n lange snavel komt. Uren kan ik kijken naar een klemjantje. Een prachtig vogel tje. Op school vond ik dierkunde mooier dan plantkunde, en bij dierkunde sprak een hond mij weer meer aan dan een vogel. Maar in de polder leer je de hele natuur kennen. Dat is zo mooi. Kinderen komen dan al vroeg in een milieu, waar van zij later plerier hebben. Zij zijn een hele dag in de natuur en gaan ook op een behoorlijke tijd naar bed, want na een dag zijn zij doodmoe. Zij halen niet m hun hoofd om aan het touwtje van een andere boot te komen, want zij leren van eikaars spullen af te blijven. Zij redden zichzelf wel. Uitstekend". Vermeulen vindt zulk kamperen geen kreperen meer. Maar hij houdt niet van overdrijven. Hele huizen staan tegen woordig op het water, zegt hij. Hij spuit zijn gal over opgebouwde Westlanders. Dat zijn oude schuiten, waarmee vroeger groente en fruit naar de veiling werd geboomd. „Tegenwoordig gebeurt dat met de auto, de schuiten raakten in onbruik, werden verkocht en daarna be- bouwd met een kajuit, stuurinrichting, ga maar door. Die hebben een zware motor nodig. Het zijn net drijvende caravans geworden. Ondingen op het water. Mees tal ook wildliggers", aldus Vermeulen. Delsman haakt erop tn: „Je moet natuur lijk wel zien, hoe zoiets ontstaat Wij leven nu eenmaal m een gebied met een omstreden milieu. De één kan makkelij ker iets doen of laten dan een ander. Zij, die onderaan staan m de maatschappij en ook een bootje leuk vonden, kochten zo'n oude schuit op. Voor een krats, maar voor die mensen is dat al het geld wat zij hebben. Dan is voor hen al erg moei lijk om ook nog die schuit mooi op te knappen. Tja, een onding büjft het dan, maar voor die mensen is het hun leven. Zo zie je, het ts erg pijnlijk, maar zo ontstaat het". Voeren de diverse gemeenten rond Mid den-Delfland hun plannen uit om gebie den vrij te maken voor kleine jachtha vens, dan dient men ervoor te waken dat die havens niet in particuliere handen komen, menen de twee bestuursleden van de Delftse bond. „Dat betekent commer cie, die de man met de kleinere beurs op de vlucht jaagt Zo'n haven wordt in dat geval voor een select gezelschap en dat is natuurlijk de bedoeling met", zegt Delsman. Een bepaald imago heeft de watersporter namelijk nog steeds maar dat is een verkeerd beeld aldus Delsman, „Hij is geen rijke stinkerd. Vaak heeft hij zich in de onmogelijkste kronkels moeten werken om een bootje te kunnen kopen. Elk dubbeltje heeft hij erin gestopt Om dat hij ook wel eens uit zijn flatje wil en met heel zijn ziel en zaligheid in alle rust een keer een weekeinde wil door brengen". Vermeulen legt een hnk. „Op een verga dering hoorden wij pas iemand zeggen, een man uit Schipluiden: laat die bootjes maar op de Grevelmgen varen, laat hem maar de Waterweg oversteken want daar tussen de eilanden hebben zij de ruimte. Dat zei hij. Maar dat is massamoord. Want dan verzuipen al die watersporters als ratten Die bootjes kunnen dat niet hebben, die grote wateren. Om op de Haringvliet te kunnen varen heb jij een boot nodig, die veel en veel duurder is. Onbetaalbaar voor de meesten. Boven dien betekent het voor het gros, dat ook nog een auto moet worden gekocht om daar te komen". Volgens de twee watersportbestuurders ligt daar de reden van Maaslands merk- waardige optreden, zoals zij het noemen. Delsman: „Dat dorp lijkt voor velen een dure villawijk, met bungalows van enkele tonnen waar professoren wonen, notabe len. noem maar op. Dat dorp willen ze rustig houden. Kennelijk verwachten ze van het overstromen van de Foppenpol der, dat ze zich daarmee klootjesvolk op de hals halen. Wij spraken die burge meester daar erover, Van den Brink. Hij zei nergens van te weten. Nou, in uw krant stond zelfs een raadslid uit Maas land, die alles ervan scheen te weten, die vrouw van de Open Groepering". In dat dorp gaat het toch al vreemd eraan toe, vinden beiden. Delsman ver volgt: „Duizenden mensen recreëren in de Noordvliet, maar niemand kan één slok drinkwater bemachtigen. Er staat met eens een pomp. Vergelijk het met de fraaie afvalsehuur, die er nu staat Daar in kan ieder zijn rommel wegmikken. Weel je hoe die er is gekomen? Vroeger stond er een lelijke bak, daar bij de Kwakelweg, en wij hadden al eens om een beter afgesloten container gevraagd. Toen zou de koningin in Maasland op bezoek komen. Plots werd geld noch moeite gespaard om een fenomenaal hok voor het afval te bouwen. Ik had haast gehoopt, dat de koningin daar om een glaasje water zou vragen. Dan hadden wij die pomp nu ook gehad". AJ met al, noem het mooipraten of niet, maar ondanks Delsman en Vermeulen blijft het feit dat zeker op hoogtijda gen de rust op het water ver te zoeken is en dientengevolge in een groot deel van de polders ook. Een dieptepunt is de VI aardmgse Vaa rt. Dat water wordt verontreinigd, moedwil of met, is een gegeven; sommigen zijn argeloos en weinig milieubewust. Dat in de vlieten meer dan driemaal zoveel scheepjes liggen als de ANWB toestaat, weet hoogheemraadschap Delfland ook wel. Het is er veel te druk, blijkt al uit foto's van actiegroepen hoewel gebruik van een telelens de situatie erger kan doen lijken, Rust is soms schaars. En bij de steigers liggen ook wel bijzonder luxe bootjes. Volop redenen hebben Delfland en de diverse actiegroepen om de waterrecrea tie aan te pakken. Volgens de waterspor ters hebben de wildliggers het gedaan, en die zijn moeilijk te controleren. Af en toe valt zelfs een schot. Stropers. Of stieke me jagers onder de botenbezitters. Eén politiebootje en één opzichter van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonu menten. impliceren een matige controle, bemoeilijkt door een laks optreden van de betrokken gemeenten wat betreft wildliggers maar daarin vormt Vlaar dingen enigszins een uitzondering. Wat bedoelde Van Ooststroom met die nota Vaart Vlieten? „Het ging ons om natuurbehoud. Dat de watersport daarbij niet bleef gespaard, is logisch. Overigens hebben de watersporters en wij al afge sproken om nauwer samen te gaan wer ken. Samen maken we een foldertje, waarin richtlijnen voor de waterrecreant worden opgenomen. Dat moet al helpen". Nota Vaart Vlieten geeft uiteindelijk aan, dat maar eens tijd wordt dat ge meenten, provincie en waterschap als verantwoordelijke overheidsinstanties overleggen over een gemeenschappelijke regeling voor waterrecreatie. Om buiten sporigheid aan banden te leggen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1977 | | pagina 4