••Acln het gaat wel door, het verhaal wmm Jezus met de mensem" Vlaardingse pastor over problemen in Nederlandse rooms-katholieke kerk: P: Optimistisch Klassieke start Huidige werkzaamheden Homofilie Oecumene Rolduc Toekomst WOENSDAG 31 JANUARI 1979 SC 4.VD/YAV5 Pastor Adrie de Lange. Lid van de congregatie van de Priesters van het H. Hart Teamlid van de Johannes de Dooper-paro- chie aan de Hoogstraat in V]aardingen. Met hem hadden we een gesprek over zijn werk en deze zaken in zijn kamer op de pastorie aan de Hoogstraat „Ach, weet je, ik heb een opti mistisch karakter en dat speelt een centrale rol in mijn werk. Dat bepaalt ook voor een groot deel mijn houding ten aanzien van de huidige problemen in de kerk. Het gaat wel door, het verhaal van Jezus met de men sem Het zal mensen altijd blij ven aanzetten tot allerlei vor men van creativiteit Veel van de problemen gaat aan de men sen voorbij. Er zijn natuurlijk mensen die er weet van hebben. Zij reageren vaak in de trant van: je kunt de ontwikkelingen niet meer terrugdraaien. Daar naast moet ik zeggen dat niet alle veranderingen ook verbete ringen zijn. We moeten leren van fouten die gemaakt 2ijn. Verder is het natuurlijk zo dat ik als pastor beperkt ben in mijn contacten. Diepgaande ge sprekken voer je met mensen waarin je iets van je zelf her kent en dan hoor je vaak me ningen, die je zelf ook hebt Een bepaalde vorm van eenzijdig heid is op zo'n manier onver mijdelijk. Juist onder deze omstandighe den ben ik erg blij lid te zijn van een congregatie. Feitelijk ben ik niet zo bisdomgebonden. Wij zijn een wereld-congregatie met een hoofdbestuur in Rome. De decentralisatie is bij ons zeer ver gevorderd, de kerkpro vincies hebben een grote mate van autonomie" „Thuis hadden we een boeren bedrijf en als oudste zoon lag voor mij de toekomst in dat bedrijf. Dus na de lagere school naar de landbouwschool. Tot mijn achttiende jaar heb ik thuis gewerkt Maar het liep allemaal anders toen het idee bij mij opkwam priester te wor den. Ik vertrok naar Wamsveld om een middelbare studie te doen in een „huis voor late roepingen". Vier jaar lang heb ik daar in een tamelijk traditio nele situatie verkeerd. Mijn no viciaat heeft zich afgespeeld in de Peel in het dorpje Asten bij de congregatie van de Priesters van het H. Hart. Een zeer be schermd en afgesloten leven met veel meditatie en hande narbeid. Daarna drie jaar groot-seminarie in Breda, Til burg was mijn volgende woon plaats, ik heb daar vier jaar theologie gestudeerd aan de Theologische Hogeschool. Na afloop daarvan heb ik mijn doctoraal theologie gedaan in Nijmegen". Aan de Poststraat in Tilburg woonde hij met een aantal me de-studenten samen in een huis. Hij noemt het na enig nadenken een communiteit. Een gemeen schap van mensen, die uitgaan de van gelijkwaardige en gelijk gerichte idealen aan het zoeken waren naar nieuwe vormen van religieus leven. Aanvankelijk bestond de communiteit alleen uit congregatieleden, later voegden zich ook anderen bij hen, die zich aangesproken voelden door hun manier van leven. „We zaten midden in het leven, vlak bij ons huis was het in Tilburg zeer bekende „Huize Poels", een tehuis voor daklo zen. Een van mijn huisgenoten werkte daar. Het gebeurde wel eens dat ook wij mensen in huis hadden., die geen onderdak hadden. Poels was dan vol. In zulke situaties maak je menig maai kennis met de zelfkant van het leven. Dat sleept je bij de haren van de boeken weg. Ik vond het alles bij elkaar een zeer leerzame periode. De erva ringen en gebeurtenissen in mijn studietijd, hebben voor een groot deel mijn doen en laten in mijn huidige werk zaamheden bepaald". Zijn hoofdtak bestaat uit het geven van catechese aan en met volwassenen. Voor deze taak is hij door het dekenaat gedeelte lijk vrijgesteld. Het werkterrein is Schiedam, Vlaardingen en Maassluis. Deze taak brengt nogal wat avondwerk met zich mee en voorbereiding van de diverse cursussen. Verder werkt hij part-time voor de parochie van de Johannes de Dooperkerk. Dat betekent mee werken aan de zondags vierin gen, preken, huisbezoeken afleggen en inspringen waar het nodig is. „Die catechese voor volwasse nen bestaat enerzijds uiigeloof- soriëntatie en anderzijds uit gesprekken rond de bijbel. Veel mensen hebben hun oude ge- loofspakkie uitgetrokken en zijn nog niet toegekomen aan het aanpassen van een nieuw. Ze kunnen niet meer uit de voeten met de oude geloofsdog ma's en het ontbreekt hen aan nieuwe woorden. Dat valt on der de geloofsoriëntatie. Daar naast is er in deze regio veel belangstelling voor de bijbeL Katholieken voelen zich in ver houding tot hervormden en ge reformeerden vaak minder thuis in de bijbel. Bij een aantal mensen bestaat een duidelijke béhoefte deze verschillen weg Vlaardingen Katholiek Neder land maakt bepaald geen rustige periode door. Bisschoppen reizen naar Rome, brengen verdeeld ver slag uit aan de paus en geven persconferenties op opzienbaren de interviews. Rooms-katholieke bewü-Jslieden krijgen waarschu wingen en veroordelen op hun beurt de houding van sommige bisschoppen. Vlaardingen, beho rend tot het bisdom Rotterdam, heeft ook een „omstreden" bis schop, monseigneur Simonis, Een man met omstreden uitspraken over homofilie en oecumenische diensten in studentenparochies, een man met een „geheim" potje voor een traditioneel seminarie in Rolduc, samen met zijn geestver want monseigneur Gijsen, de bis. schop van Roermond. Ziedaar een aantal aanleidingen om eens uitgebreid te praten met een Vlaardingse pastor. Wat is zijn mening over een aantal van deze omstreden zaken? Heeft de verdeeldheid binnen de Neder- landse kerkprovincie invloed op zijn dagelijkse werk? 1 -j'i v. f ïjyj'i IW'^UKtv'. te werken. Dat is dan een van de motivaties om mee te doen aan zo'n cursus. Mensen die gewoon voor zichzelf wat ver der willen komen. Mensen die hun kinderen beter willen gaan begrijpen en begeleiden. En, een zeer belangrijke groep, mensen die uit verantwoorde lijkheid voor hun parochie hun geloofsfundamenten wat ster ker willen maken. Het huidige kader van pries ters is aan het slinken en voot de lokale kerkgemeenschappen ontstaat de noodzaak om leken te vinden die zich voor open vallende partorale taken wil len inzetten. Het is onzin te ontkennen dat leken mondig zijn; we zijn sa men verantwoordelijk voor het kerk-zijn. Er zijn al mensen die zich inzetten voor bejaarden be zoek en jongerenpastoraat. Dat (toekomstige) lekenkader heef* natuurlijk ook veel aan dif cursussen. Er zijn zelfs dekena ten waar een soort pastorale school is opgezet en wellicht groeien we op den duur in dit dekenaat daar ook wel naar toe. Het meer betrekken van leken bij de gang van zaken in de kerk ligt overigens helemaal in de lijn van het Vatikaan. Uit verschillende documenten blijkt dat elke christen verant- woordelijk is. voor het gestalte geven van de kerk. Het is het verstaan van de kerk als zich zelf. De leken staan voorop; het is immers het Godsvolk. En, laten we eerlijk zijn, de kerk moet eens gaan leren om te luisteren naar de mensen en dan pas spreken. Vaak is het nog andersom: de kerk spreekt, schrijft voor en oordeelt, daar na gaat er pas geluisterd wor den. De kerk als instituut Dat spreekt vooral de jongeren niet meer aan. Zij voelen zich vreemden in de lokale kerk. door Jan Geert Majoor Sommigen zijn nog te bereiken via het jongerenpastoraat maar dat is helaas een meer ontwik kelde groep jongeren van mid delbare scholen. Werkende jon geren zitten daar niet bij, die zijn nog moeilijker te bereiken. In de toekomst zullen we toch wel toegroeien naar een zwaar tepunt op de groepsvïerirtgen. Het persoonlijke moet weer terugkomen. Het moet weer een gemeenschap rond de tafel worden. Vaak blijft het alle maal te anoniem in de kerken. De taal van de liturgie blijft, ondanks het feit dat het onze moedertaal is, dfen elite-taaL Moeilijk te verstaan, moeilijk te begrijpen, duidelijk niet de taal van de gewone-man". Er is binnen de rooms-katholie- ke kerk een groeiende belang stelling voor allerlei maat schappelijke ontwikkelingen. Werkloosneidsproblematiek, derde wereld, amnesty interna tional, de bewapeningswedloop worden regelmatig in diensten aan de orde gesteld. Dat wekt een indruk van midden-in de- wereld-staan. Zaken als homo filie, abortus en bijvoorbeeld de anti-conceptiemiddelen geven daarentegen regelmatig stof tot publieke opwinding. De bisschop van Rotterdam, monseigneur Simonis, laat zich wat dat betreft bepaald niet onbetuigd. Over de homofilie schreef hij bijvoorbeeld xn de cember een brief aan alle pasto res van het bisdom. Een brief die de problemen waarin deze mensen vaak verkeren duide lijk onderkent en de discrimi natie van homofielen afkeurt Daarnaast laat de brief een duidelijke tendens zien: homo fiel gedrag moet afgekeurd worden, omdat het in strijd is met de leer en de moraal van de kerk. Om dezelfde reden overweegt _Simonis, in navol ging van zijn Roermondse colle ga, de Rotterdamse bijdrage aan den Nederlandse Raad van Kerken stop te zetten. De stand puntbepaling van de Raad ten aanzien van deze problematiek acht hij verwerpelijk. „Voor een aantal pastores, waaronder ik zelf, was deze brief de aanleiding tot een reactie. We schreven een brief terug om een bijdrage te leve ren aan een voortgaand ge sprek over deze thematiek. Pastorale zorg naar homofiele mensen betekent voor ons: de ze mensen helpen zich te aan vaarden in hun eigenheid. Bij een positieve zelf-acceptatie behoort naar onze mening ook de mogelijkheid en ruimte tot relatieopbouw. Je mag van ho mofiele mensen niet eisen dat zij als celibatairen zouden le ven. Bovendien weten sommi gen van ons uit hun pastorale praktijk, hoe harmonisch en (ge)trouw homofiele relaties kunnen zijn. Vanuit deze erva ring hebben wij gepleit voor een ander pastoraal handelen dan in de brief van de bisschop was aangegeven. Wij voelen ons daarin ook gesteund door verscheidene hedendaagse mo raaltheologen. De bisschop geeft deze advie zen van uit de richtlijnen van het Vaticadn. Maar die zijn Pastor Ad rie de Lange allemaal gemaakt vanuit een veel te smalle basis. De ontwik kelingen in de mensweten schappen zijn er niet in opgeno men. Elke moraal steunt op de pilaren van de tijd waarin zij ontstond. Maar het is ook zo, dat de oude geloofswaarheden vragen om een eigentijdse ver woording. Er zijn homofiele mensen die bewust aansluiting zoeken bij onze kerkgemeen schap, dat vraagt om een eigen tijd s antwoord. We moeten als kerk niet te snel allerlei grenzen aangeven. Bij toetsing moeten er fundamentele bijbelse uit gangspunten gelden: oprecht heid, wedekengheid en duur zaamheid. Daarnaast moet ie dereen leren zichzelf te accepte ren. In elke mens leeft iets van geloof en iets van ongeloof. De bisschop van Den Bosch, mon seigneur Bluysen, spreekt in een boekje over de kerk als gemeenschap van falende men sen op weg naar beter. De kerk is geen gemeenschap van vol maakte mensen. Ten aanzien van de anti-con ceptiemiddelen geldt feitelijk hetzelfde: als het geluk van een mede-mens centraal staat, als het zwaartepunt ligt op de rela tie-opbouw, dan heb ik er geen moeite mee. Staat het eigen geluk centraal, komt i^t.voort uit eigenbelang, dan heb ik er meer moeite mee". „Het contact tussen de Vlaar dingse predikanten en pastores is goed. Een keer in de zes weken praten we een ochtend over ons werk. Aanvankelijk waren er wat aanpassingspro blemen, je moet wennen aan eikaars terminologie en taalge bruik, maar nu gaat het prima. De samenwerking tussen de kerken is van vitaal belang. Vergeet niet dat vijfig procent van de huwelijken die ik sluit, oecumenisch zijn. Er zijn zelfs plannen om een gemeenschap pelijk pastoraat voor gemengde huwelijken op te zetten. De Raad van Kerken coördineert het oecumenisch werk in Vlaar dingen. Regelmatig hebben we gemeenschappelijke vieringen. Weer een voorbeeld van de beleving die de theologie is overstegen. Er zijn meningsver schillen tussen de diverse ker ken over bijvoorbeeld de aan wezigheid van Christus tijdens deze vieringen. De theologen zijn nog bezig met deze proble matiek en je merkt al bepaalde tendenzen die op veranderende inzichten wijzen. Maar die zijn natuurlijk niet in de officiële kerkleer opgenomen. Ach, de naam die je zo'n dienst geeft is feitelijk volstrekt onbe langrijk. Wij brengen hier in Vlaardingen een scheiding aan tussen de dienst van het woord en de tafeldienst. Daarmee om zeilen we de problemen. Uit de uitspraken van de bisschop kun je opmaken dat hij weinig voelt voor gemeenschappelijke kerk diensten. Een gesprek daarover is moeilijk; hij denkt er duide lijk anders over" Monseigneur Gijsen is een ver tegenwoordiger van een be paalde stroming in de kerk. Een stroming die ook bij sommige jongeren aanslaat. Het klein-se- minarie Rolduc, een volkomen op traditionele leest geschoeide opleiding tot het priesterambt leidt momenteel ongeveer zes tig jonge mensen op, waarvan vijftig uit het bisdom Rotter dam. Deze opleiding is feitelijk een stap terug. „Ook de gedistantieerde parti cipatie van het bisdom Rotter dam aan de Katholieke Theolo gische Hogeschool in Amster dam spreekt boekdelen. De bis schop is van mening dat de opleiding daar op een aantal wezenlijke punten tekort schiet Hij heeft erg veel moeite met de moderne theologie die men daar onder andere doceert Daarnaast het feit dat er gedo ceerd wordt door getrouwde ex-priesters. En er komen geen priesters vandaan! Kijk, ik heb zelf ook een moderne vervolg opleiding gehad en ik moet zeggen dat er zeer veel positieve kanten aan zitten. Maar de bis schop staat er sceptisch tegen over" ,Jk heb voor de toekomst nog geen vastomlijnde ideeën. De grenzen van mijn huidige werk zaamheden heb ik nog niet bereikt. Denk maar eens aan zo'n pastorale school. Een ding staat vast: het is niet de bedoe ling om in Vlaardingen 65 te worden. Op den duur wil ik ook wel andere gebieden gaan ver kennen, maar de termijn kan ik nu nog niet bepalen". Tijdens het gesprek klonk de bel. De fotograaf arriveerde. De deur werd opengedaan door een collega van Adrie. Luid ringend liep hij door de gang: „We zijn samen onderweg". Op tafel het boekje van monseig neur Bluysen „De vele wegen en de éne weg". Adrie; „Het leven is sterker dan de leer'iL

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1979 | | pagina 4