Kwart eeuw WESTWIJK Kwart eeuw WESTWIJK Kwart eeuw WESTWIJK Dromen over oplossingen Architect Jos Warmenhoven over na-oorlogse wijken: 9 WC MDMJH ad WCDMÜM CJ C 5UB Cl *1 (r>itA UOxt'lJ rtctV «ÏÏG2W i° ViO»«^»v^Cr* 4U*- f «.ilvjUkii t Se Vlaardingen„De komende "jaren zullen we steeds., ^meer voor het volgende keuzeprobleem worden ge- plaatst: vernieuwbouw of kaalslag'en nieuwbouw. De kosten van vernieuwbouw zijn zeer snel gestegen en die trend zal zichwaarschijnlijk voortzetten. Het zal steeds meer voorkomen dat er weinig of geen verschil meer is in kosten tussen vernieuwbouw en nieuwbouw. 'i De investeringen in vernieuwbouw moeten echter 'sneller worden afgeschreven dan bij nieuwbouw, om- [dat er..met een kortere levensduur moet worden gere- .kend. Dit betekent een" gigantische belasting van het overheidsbudget, omdat die ex Li kosten niet in de -huur kunnen worden doorberekend. In zo'n situatie moet men zich gaan afvragen of het legen' over de gemeenschap nóg wel verantwoord is om grote be dragen in de vernieuwbouw te steken, terwijl eenzelfde in vestering in vergelijkbare njeuwbouwwoningen op d§ langere termijnvoor de over- .beid- —en dus voor ons alle- maalveel voordeliger is." [Het bovenstaande staat te le- tCrit CKA (cLr t Ull'ti '4 ral^Ve-lcA 11 4 WtkWk«>*Viw<'» JLa VMOkV» dooraicl'li'l^ Lore»») Q&wha.fjiwö Qfb«url lieHiL>al 'zen in Cobouw-Magaztne van [19 oktober. Het iè een gedeelte - van een redactioneel commen taar op dc resultaten van een .'belangwekkend rapport van [hef Economisch Instituut vopr [de Bouwnijverheid over de ^woningkwaliteit,' In dit recent [uitgebrachte rapport, „De ont- Hvikkelingen van de woonk- ♦waiiteit, berekent het- E. I. B. «dat in 1983. de gemiddelde ver- >nieuwbouwkosten van een ^woningwetwoning de gemid delde stichtingskosten van een /vergelijkbaar huis zuilen over- «treffen. [Jh het rapportwordt geconclu deerd dat. hoewel de aandacht Un de samenleving thans nog (Overwegend is gericht op de „kwalitatieve achterstand van -tde vooroorlogse woningvoor raad, dit-probleem waarschijn- jijk spoed ig zal worden over schaduwd door het in aantal len woningen gem eten grotere [kwaliteitsprobleem van de ^borraad. gebouwd in de jaren „vijftig en zestig. „peze conclusie brengt zeer na drukkelijk met zich mee dat ^de Vlaardingse Westwijk bin- rien afzienbare tijd voor een aantal onderdelen van die *vrijk een keuze zal moeten ma- %en tussen nieuwbouw en ver nieuwbouw. /Historisch besef 2-os Warmenhoven, een archi tect uit Voorhout, is in juni "van dit jaar bij de Amsterdam- *£e Academie van Bouwkunst, Afdeling architectuur, afgestu deerd op het onderwerp „op waardering van het wonen, in 'feen na-oorlogse nieuwbouw wijk" Hij richtte zijn afstu deerproject speciaalop de "■yiaardingse Westwijk en met [name op de Wetering, hei deel f?an de Westwijk dat ligt tus sen de Marathonweg, Floris de iiyijfdelaan. Dirk de Derdelaan ;*en Rijksweg 20. ;WUs uitgangspunt voor zijn af studeerproject- koos hij de ver dichting (meer woningen op ■hetzelfde oppervlak) binnen- jiÖe Westwijk, met betrekking .jiot de „wooneenheid". De jvooneenheid is een fenomeen «yan de na-oorlogse stedebouw: '.ten combinatie van eengezins- .ifcuizen in laagbouw en étage- ifiouw, welke op een vaste .wij- :^e ten opzichte van'elkaar en $en opzichte van de zon zijn gegroepeerd. In de loop van de iJtudie bleek echter dat het fei- ilelijk onmogelijk is je te béper- jrgallérijwonïngen aan de Van |Biankenheimstraat na een .^kléine" ingreep van War- yriehhoven. Door hel toevoe gen van allerlei kleine, her «enloare zaken probeert hij ^uniformiteit en saaiheid ;®P[te" lossen. Hij noemt het .«Individueel lussen mensen Vranen". ken tot de* „wooneenheid", omdaï. dit toch weer een deel van de buurt, de buurt weer een- deel van de wijk en de wijk weer een 'deel van Vlaar- dingen is. Het "karakter van de studie werd dan ook steeds meer verschoven naar het op- waarderen van het' wonen in de Westwijk. Warmenhoven hanteert als probleemstelling in zijn studie het gegeven dat het aantal in woners in de wijk terugloopt, als gevolg van de 'daling van de gemiddelde woningbezet ting. In 1969 bedroeg die nog 3,27 bewoners per woning, in 1975 3,01 en 'voor 1990 stelt de Provinciale Directie van de Volkshuisvesting Zuid-Hol land die óp 2,22. Daarnaast ge bruikt hij als uitgangspunt de algemene onvrede over de na-oorlogse nieuwbouwwij ken: het wonen in zo'n wijk is niks, allemaal hoogbouw, saai, uniform, eenzaamheid, geen oriëntatie, geen indivi dualiteit, En de specifieke onvrede in. de Westwijk: voor sommigen wordt de woning te klein en het ge- brek aan eengezinswoningen met een tuin binnen de wijk. Warmenhoven: „Als j? het na oorlogs - woningaanbod be schouwt als een economisch goed, dat ook nog gebouwd is door de meest bewogen archir tecten, dan vind Ik dat men onderzoek moet gaan doen naar de positieve en negatieve kanten van zo'n wijk: Het meest' eenvoudige is, gevolg gevend aan de kritiek en de recente resultaten van het N. I. B. onderzoek, deze wijken te slopen en nieuwe woningen te. bauwen. Uiteraard niet nieuwe fouten, maar ookimei dezelfde fouten "die we elders ook gemaakt hebben. Mijn be langrijkste bezwaren tegen sloop en nieuwbouw van'deze- wijken, is hét,feit dat op zo'n manier het historisch besef ge weld wordt aangedaan en de architectonische en andere tijdsgebonden waarden rigo- reus worden weggevaagd. Pro ductie van woningen vraagt grote offers, maar de wonin gen hebben een lange levens duur. Het is daarom naar mijn mening noodzakelijk de fase „vernietiging" uit te stellen en de fase „opwaai dering" of „aanpassing" in tc voeren." 't lUp'ÏMWliii - WfiMpwt De huidige situatie aan de Van Blankenheimstraat.Onpersoonlijke, uniforme flatwoningen. Jos Warmenhoven deelt de kritiek op de na-oorlogse wij ken niet. Hij ziet de aanwezig heid van'veel groen,'de .oriën tering, van de woningen op de zon en de heldere infrastruc tuur, waarin van „benauwe nis" geen sprake meer is, als duidelijke voordelen van deze wijken. Warmenhoven: „Weet je, ik begrijpf de bezwaren van de bewoners best wel. De huizen zijn inderdaad tè klein en ook de andere bezwaren kan Ik meevoelen. Het punt is alleen dat je nog zo verschrikkelijk veel met dié wijken kan doen. Neem nou de „Zuiderzeestad jes", Almere en Lelystad, lek ker kneuterig, truttig, klein- Y-v" schal ig, enfin, geef het maar een ..naam. Als we over een jaar of vijfentwintig ingrijpend anders gaan denken over ste debouw, kun je met deze ste den geen klap meer doen. Maar een wijk als de Westwijk kan aangepast worden. Met betrekkelijk eenvoudige ingre pen is er een wijk van te ma ken die met gemak de concur rentie met.de andereVlaar- dingse wijken kan doorstaan. Ik wil maar zeggen: deze wijk be2it nog heel wat (verborgen) kwaliteiten." Het afstudeerproject van Jos Warmenhoven heeft geleid tot een ontwerp voor een „woo neenheid" in de Wetering. Drie factoren bepaalden zijn benadering: de functionele ka rakteristiek, de sociaal-geogra fische karakteristiek en" de ruimtelijke karakteristiek. Op alle drie de2e omgevjngbepa- lende factoren gaat hij min of meer uitgebreid in, beginnend bij het grootste kader (wijkni veau) en eindigend bij het kleinste kader (de woning of bewoner). De functionele karakteristiek: Binnen deze deelstudie valt het op dat er uitgestrekte „colr lectieve of openbare gebieden" ■zijn binnen de Wetering. Dat zijn ook de gebieden die door bewoners voornamelijk als „leegte" worden ervaren, maar tegelijkertijd zorgen voor het open en groene karakter De achterzijde van de gaüe- rijvvoningen aan de Van Blankenheimstraat in ont- werp van Warmenhoven. van de buurt. Naar aanleiding daarvan heeft Warmenhoven een uitgebreide analyse ge maakt van de gemeenschappe lijke tuinen in de buurt van de Van der Werffstraat. Hij komt tot de conclusie dat het ge meenschappelijk groen niet als gemeenschappelijk gebruiks- groen functioneert. Hij stelt dan ook voor door middel van een aantal veranderingen de belemmeringen in het gebruik van de gemeenschappelijke ruimtes weg te nemen. Voor het goed functioneren van het gemeenschappelijk gebied moet, naar de mening van Warmenhoven, aan de volgen de voorwaarden worden vol daan: ze moeten goed bereik- haar zijn tjua afstand, een goe de ligging hebben ten opzichte van de 2on, bereikbaar zijn zonder „drempels", besloten zijn, harde en zachte plekken hebben.cn beschutting kunnen geven. Daarnaast moet het duidelijk zijn voor wie het ge-' meenschappelijk gebied be stemd is. Sociaal-geografische karakte ristiek: De daling van de ge middelde woningbezetting veroorzaakt, bij een gelijkblij vend aantal woningen, een vermindering van het aantal bewoners van. de Westwijk. Deze vermindering was tussen 1969 en 1979: 2.459 inwoners. Bij voortzetting van deze trend, de daling van de gemid-. delde woningbezetting tot 2,22, is het inwoneraantal in 1989 tot 68 procent var* het maxi mum in 1969 teruggelopen. Of tewel een daling van 17.959 naar 12.221 bewoners. Jos Warmenhoven: „Ja, maar het vervelende is echter dat er geen zichtbare kracht is die deze trend zal stoppen. Een versnelde daling van het in woneraantal is mogelijk door dat in de nieuwbouwwijk Holy een aanbod koopwoningen (eengezinswoningen met tuin) voor Vlaardingers Een ver tragende werking op de trend kan zijn dat de huur van de woningen*in de Westwijk erg laag is. Het is mijn bedoeling om de trend om te buigen, waarbij het aantal inwoners ongeveer gelijk blijft. Dat vergt natuurlijk inspanningen. Er zullen, met een gemiddelde woning bezetting van 2.22, 1.926 woningen bij moeten ko men, wat -neerkomt, bij een ruimtebeslag per woning van 250 vierkante meter, op een extra bebouwing van 25.hecta re. De bebouwingsdichtheid in de Westwijk zal dan stijgen van 33 woningen per hectare naar 40 woningen per hectare. Omdat de open ruimte van de Westwijk te vinden is in de groenvoorziening (in totaal 40,1 hectare!}, lijkt het voor de hand te liggen om daar de nieuwe woningen te bouwer». Maar als je 25 hectare van die 40 gaat gebruiken voor wonin gen in nieuwbouw, dan wordt »de hoofdkwaliteit van de wijk, namelijk de ruimte, het groen enzovoort, ontoelaatbaar aan getast. Het is duidelijk dat het opvoeren van het aantal wo ningen niet geheel ten koste van. het groen moet gaan, maar ook door uitbreidingen aan de flats, herindelingen ho rizontaal en verticaal, nieuw bouw van grote woningen en in het centrum een houw met veel hogere dichtheid (60 wo- door Jan Geert Majoor ningen per hectare)." Uit.de inventarisatie die War menhoven heeft gemaakt van het won ingaan bod, in de West wijk, blijkt overduidelijk de behoefte aan grotere huizen en aan eengezinswoningen. Slechts 18 procent van de wo ningen in de Westwijk zijn eengezinswoningen, de rest bestaat uit meergezinswonin gen in racer woonlagen.Van het totaal aantal woningen in de Westwijk heeft 83 procent vier of vijf kamers (inclusief de keuken). Uit de cijfers van de studie van Warmenhoven blijkt overduidelijk dat zonder ver dere aanpassing in woning grootte or een demografische verschuiving gaat plaatsvin den in de wijk. De gezinnen mei kinderen trekken weg (er is voor hen geen alternatief In de bestaande wijk) en degenen die een grotere woning kun nen betalen, trekken ook weg. Zijn conclusie is dan ook: er is in de Westwijk geen behoef te aan méér kleine wonin- Deze eengezinshuisjes aan de Van Blankenheimstraat, zijn, de huidige woonwensen in aanmerking genomen, te klein. Daarnaast weer hetzelfde bezwaar: uniform, onpersoonlijk en dus saai om te zien. gen, maar er is een tekort aan grote woningen (3' pci^ soons of meer). Bij verschil lende woningmarktonder ioé- ken bleek ook dat de bewo ners vijf kamers of meer wen sten. Jos Warmenhoven: „Omdat er een overmaat is aan kléine woningen, moet eón gedeelte van deze behoefte opgevangen worden door het aanpassen van de bestaande woningen! In dat geval moet je het gaan zoeken in het vergroten van de etagewoningen naar links en rechts, eventueel voor, ach ter en erop. Daarnaast moet je de toch wel erg kleine'eenge zinswoningen gaan voorzien van een voor-, achter-.en kap- verdieping. Verder zal bij ver dichting van het woningbes tand deaandacht, vooral ge richt moeten zijn öp het bou wen van grote (vijfkamer)wo ningen." De huidige differentiatie in hoogbouw-laagbouw is in de Westwijk 82-18 procent, ïn alle wo n i ngm ar!kto nderzoeken spreken de bewoners in meer derheid hun voorkeur uit voor laagbouw. Het Streekplan Zuid-Holland West *78 noemt 10 procent etagebouw voor kleine steden acceptabel. Wil men dus" aan de bewonerswen- sen of aan de huidige normen voldoen, moet minstens zestig procent van de etagebouw in de Westwijk worden afgebro ken. Dat is natuurlijk, in deze tijd ondenkbaar. Jos Warmen hoven: „Vandaar dat nieuw bouw terwiUe van grotere dif ferentiatie- en gevolg gevend aan de woonwensen, alleeen maar in laagbouw mag piaats- vinden." Een andere differentiatie naar woonvorm is die naar ligging. De ligging van de hoogbouw en laagbouw is in de Westwijk sterk gericht op de zon en Vaak identiek opgelost. Je zou kunnen zeggen dat er een ster ke overheersing is van wonen dan „het gemeenschappelijke". Helaas is gebleken dat de be woners deze gebieden eerder als openbaar dan als gemeen schappelijk ervaren. Jos War menhoven: „Daarom kies ik lerwille van de herkenning van je eigen plek voor een verdergaande differentiatie naar ligging, zoals: wonen ih het groen, aan het groen, aan een pleintje, op of aan het wa ter, in de binnentuin, op een eiland, met of zonder tuin,- op het dak of in het souteram..' Dat is allemaal best te realise ren door herindeling van be-% staand groen, water en we-' gen." Resumerend kan gezegd, wor den dat Jos Warmenhoven een;; duidelijk alternatief aangeeft; voor dc sombere kijk die naar voren komt in het rapport van; het Economisch Instituut voor. de Bouwnijverheid. Tegenover; hun „vernieuwbouw is' straks duurder dan nieuwbouw; af breken dus maar die wijken"' stelt hij een vrolijker perspec--. tief. Ongetwijfeld ook niet; goedkoop, maar in ieder geval gebruik makend, van de (ver borgen) kwaliteiten die de Westwijk heeft. Voor geïnte resseerden staat er achterin zijnafstudeer werkstuk, een draaiboek. Daarin geeft, hij globaal aan hoe de werkzaam heden, verdeeld in de tijd, aangepakt zouden moeten worden. Hij heeft wethouder Goudriaan een exemplaar ge stuurd met een briefje, waarin staat dat hij bereid is een en anc'cr toe te lichten. Wie weet! B'De eengezins woningen aan de Van Blan kenheimstraat. Door toevoe ging van* voor-, achter- en dak verdiepingen verander War menhoven de „blokken dozen" in vrolij ke en speelse I woningen. .yj,.. .U-lll^ill illljll f -K - M- y.i.v.,..v K, <m t t ,_c w A -AV.. „,-vWw w/„, Na in het artikel van vorige week gegeven van dc problemen die een wijk uitgebreid te hebben stilgestaan bij de als de Westwijk kenmerken. Het blijft na-oorlogse stedebouw In Vlaardingen, niet bij kritisch kijken, ook komen er deze week een stukje realiteit en suggesties aan de orde voor een toekomstvisie. Aan de hand van het opwaardering van de wijk. afstudeerproject „Opwaardering van Wacménhóvèn maakte een uitgewerkt het wonen ui een na-oorlogse plan voor de Wetering, een buurt van nieuwbouwwijk' van architect Jos de Westwijk. In een gesprek lichtte hij Warmenhoven, wordt een schets zijn visie toe. VC^r«l* v&r^«-o*V

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1979 | | pagina 5