EXTRA
m
■y. -ÈÊKIÊÊatt
„Het mysterie van Thiedradeskercke is opgelost"
Onderzoekers Van 't Zelfden en Rijken:
«toros**
Kaart
Fundamenten
Aardewerk
Thiedradeskercke
Duister
Asfalt
4 maandag
13 april «81
VD/SC/WW
Geschied-
vorser F. van
't Zelfden.
In de haakse
bocht van de
Waalweg
onder
Rljsoord zijn
sporen
gevonden van
een Romeinse
nederzetting.
Heerjansdam De gemeente
Heerjansdam viert dit jaar zijn
650-jarig bestaan, maar volgens F.
van 't Zelfden is er al veel langer
sprake van bewoning van het ge
bied waar nu de gemeente ligt. Hij
heeft, samen met plaatsgenoot R.
Rijken, alle reden om aan te ne
men dat al rond het begin van
onze jaartelling mensen langs de
Waal hebben gewoond. En mis
schien nog wel eerder.
„In 1965 werd door Rijken bij de
baggerwerkzaamheden in de
Waal een scherf gevonden, die bij
nader onderzoek gedateerd kan
worden omstreeks 1700 jaar voor
Christus. Later ontdekte hij scher
ven uit de Romeinse tijd. De oud
ste sporen komen voor in de
haakse bocht van de Waalweg on
der Rijsoord. De oplettende voor
bijganger ziet ook dat daar het
land hoger ligt dan aan het begin
van de Waalweg, hoek Langeweg.
Er zijn daar sporen gevonden uit
de Romeinse tijd".
Van 't Zelfden vindt het wat ris
kant om zijn hele theorie van Ro
meinse bewoning op te hangen
aan de vondst van één of een paar
scherven. Die kunnen ook in later
tijd op die plaats verzeild zijn ge
raakt Meer houvast ziet hij in het
molenhuis bij de korenmolen aan
de Molenweg.
„Het gebied rond de korenmolen
van Heeijansdam had al geruime
tijd de belangstelling van mij en
de heer Rijken. Er deden vreemde
verhalen de ronde over dit ter
rein. Men wist bijvoorbeeld te
vertellen dat het een slagveld zou
zijn uit de tijd van Napoleon. Dit
was niet zo verwonderlijk, want
er waren resten van mensen ge
vonden toen de molenaar J. J.
Heyboer in de dertiger jaren van
deze eeuw een regenput aanlegde
en stuitte op die stoffelijke resten.
Inmiddels had de heer Rijken al
opgemerkt, dat de woning van de
molenaar uit 1734, met zijn be
roemde tegelkamer, in oost-weste
lijke richting was gebouwd. Zo
maar midden in het weiland en
toch deze richting gekozen. Een
lengterichting, die vroeger voor
alle kerkgebouwen werd gebruikt:
de ingang aan het westen en tij
dens de binnenkomst keek de ge
lovige direct op het altaar naar
het oosten. Het oosten, vanwaar
de Redder der Wereld weer zal
komen".
De nieuwsgierigheid van de on
derzoekers was gewekt Verder
„spitten" moest de raadselen op
lossen. Dit verder spitten gebeur
de onder meer in het Algemeen
Rijksarchief in Den Kaag. „Tij
dens een bezoek aan het Alge
meen Rijksarchief ontdekte ik in
de oude kaartenverzameling van
de heer Hingman een kaart van
een stukje Heeijansdam. die een
tipje van de geheimzinnigheids
sluier optilde. Deze kaart was ge
maakt. omdat er een meningsver
schil was over een stuk land. De
„Mole Wegh" wordt met name ge
noemd. De kaart vertoont meer
wetenswaardigs. Om te beginnen
wordt er de „gemeenlants vliet"
genoemd. Dit was de vliet in de
Heerjansdamse polder, die ge
meenschappelijk bezit was, omdat
die de uitwatering van de polder
op de Waal was.
Waar de vliet de Molenweg lood
recht kruist is de plaats op de te
kening die voor ons verhaal van
belang is. De vliet komt recht op
de Molenweg af, maar ter hoogte
van de huidige korenmolen maakt
hij een klein bochtje. De water
molen. die er heeft gestaan, wordt
ook op deze kaart aangegeven. Op
de kaart staat achter de molen aan
de polderzijde, waar nu de koren
molen staat, een gracht afgebeeld
met de voor ons zo belangrijke op
merking van landmeter Abel de
Vries uit 1685; Out Kerckhof; Dit
was voor mij reden om samen met
de heer Rijken nader onderzoek
in te stellen. Een oud kerkhof
houdt tevens een oude k^rk in. De
veronderstelling over de oost
west-bouw van het molenaarshuis
bleek terecht".
De Rijksdienst voor het Oudheid-
.Heerjansdam is veel
ouder dan 650 jaar"
kundig Bodemonderzoek (ROB),
waarvan de heer Rijken de plaat
selijke contactman is, werd inge
schakeld. Omstreeks 1975 werd
een proefgraving gedaan aan de
noordzijde van het woonhuis van
de molenaar.
„Een compleet skelet werd bloot
gelegd. Keurig in de lengterich
ting van het huis begraven. Met
de voeten naar het oosten, zodat
de overledene op de jongste dag,
de dag der wederkomst van Jezus,
bij zijn opwekking alleen maar de
ogen behoeft op te slaan om 'de
Heiland te zien. Ook de proef-
steek onder het huis leverde een
fundatie op van hele oude grote
stenen, nog van voor de tijd der
zogenaamde kloostermoppen. Er
was mijns inziens geen twijfel
meen hier was een kerkhof en
dtis ook een kerk".
Vroeger was men volgens Van 't
Zelfden erg zuinig met bouwma
terialen, daarom is de molenaars
woning gebouwd op de funda
menten van de oude kerk,
„Bouwmateriaal was schaars en
kon voor de bouw van de Her
vormde Kerk gebruikt zijn. Een
proefgraving in de kerk, op de
scheiding een schip en koor, le
verde een fundering op van geha
vende stenen van hetzelfde for
maat als aan de Molenweg waren
blootgelegd. Men heeft ongetwij
feld de oude stenen gebruikt als
fundering voor de nieuw te bou
wen kerk".
Van 't Zelfden werd eind vorig
jaar door de huidige bewoners van
het molenaarshuis uitgenodigd om
eens te komen kijken. „Ik werd
op een zaterdagmiddag uitgeno
digd door de nieuwe bewoners
van het uit 1734 daterende pand.
Alle binnenmuren en vloeren wa
ren uitgebroken en onder de vloer
van de voormalige tegelkamer
kwamen oude funderingen voor
van dezelfde steen als waarvan ik
al heb gesproken. Het molenaars
huis staat gedeeltelijk op de oude
fundering van de eerste kerk van
Heeijansdam. Daar was een dorp,
nog voordat Heerjansdam de ge
schreven historie zou ingaan".
De onderzoekers zijn er vast van
overtuigd dat er een dorp langs de
Waal geweest moet zijn. „Met een
lintbebouwing van ongeveer twee
kilometer en een kleine kern. Die
kern zou het kerkje geweest moe
ten zijn. Langs de Waalzijde wer
den ook belangrijke stukken aard
ewerk gevonden, die er op wezen
dat deze streek zelfs contacten
moet hebben gehad met steden in
Limburg, België en Duitsland,
want er zijn drink- en schenkbe-
kers gevonden die uit die streken
komen. De bewoners van dit
Heerjansdam leefden volgens onze
reconstructie van de visvangst (de
Waal was nog open) en veeteelt
Ze moeten in houten hutten heb
ben gewoond. Er zijn ook spin-
steentjes gevonden, waaruit valt
af te leiden dat de bewoners zelf
hun kleding maakten.
Tijdens het zandzuigen in de Waal
in 1967 werd 350 meter ten noor
den van de huidige spoorbrug een
rij van zware palen aangetroffen,
evenwijdig aan de westelijke
Waaloever. De palen stonden eni
ge meters diep in de zandbodem
en waren „behakt" en vertoonden
£'-3'ff./v tp
V'a ,'Wz' -
'&J&'A,
Dit gebied
was
Thiedrades
kercke. Do
molen Is van
later datum.
Het molenhuls
Is gebouwd op
de
fundamenten
van een oude
kerk en het
kfelne huisje
'was het
zomerhuisje
van de water
molenaar.
De
Hervormde
Kerk staat op
een fundering,
die voor een
deel bestaat
uit stenen van
het vroegere
kerkje aan de
Molenweg.
door
Hans
van
Vessem
sporen van met bindwerk beves
tigde dwarsbalken".
Voor de onderzoekers staat het
vast; hier is een dorp geweest. De
vraag is echten welk dorp? „De
veronderstelling lijkt op grond
van de schaarse gegevens gewet
tigd, dat de eerste bewoners pio
niers waren in opdracht van de
Bisschop van Utrecht. Later, bij
de bedijking van 1331, zal blijken
dat de Sint Paulus Abdij onder
andere uit de Domstad grote be
langen heeft in deze contreien.
Geleerden hebben zich in de loop
der tijden vaak het hoofd gebro
ken om oude geografische namen
uit oude acten en boeken op de te
genwoordige landkaart in te vul
len. Een mooi voorbeeld is het
verdwijnen van 72 dorpen in de
Grote Waard tijdens de Sint Eliza-
bethvloed. Waar hebben al die*
dorpjes precies gelegen? Eén van
die namen was Thiedradeskercke.
Mr. Muller heeft in 1906 een boek
uitgegeven over de kerkelijke
rechtspraak in de middeleeuwen
in het Bisdom Utrecht Hij behan
delt daarin de ontvangsten van de
kerk van Utrecht als de moeder
kerk van dat Bisdom. Elk jaar
-werd een lijst van betalende ker
ken opgemaakt Vele raakten ver
loren, maar in 1570 is er één be
kend, waarop aantekeningen zijn
gemaakt van de zoekgeraakte re
kening van 1398. Eén van die aan
tekeningen luidt Erkenstruden-
kerk alias Tietradeskercke alias
Duble (a fluvio die Dubbel, Dob
bel, Dibbel, Dicta), Dibbelkerck,
Develkerck, nunc discunt vocari
de Lijnde, sub cuius parochia
anno 1288 erat jurisdicto Tollosen.
Hiermee kan men alle kanten op.
Thiedradeskercke zou hetzelfde
zijn als het in 1421 verdronken
Erkenstrudenkerck. Maar ook ge
lijk aan de Develkerk, die nu Lin-
dekerk wordt genoemd. Zowel te
zoeken in de Grote Waard als ter
Elaatse van het huidige Groote
ilndt. Later komt Muller in zijn
boeken met een andere plaatsbe
paling en zegt dat Thiedrades
kercke te zoeken is onder de hui
dige gemeente Heeijansdam,
Groote- en Kleine Lindt. Het
moet verdronken zijn in 1322. Als
we 2eggen dat de eerder genoem
de kaart uit 1685 juist is, en daar
twijfel ik niet aan, en gezien de
vondsten van geraamten die in
een kist ter aarde werden besteld,
dan menen wij Thiedradeskercke
weer boven water gehaald te heb
ben. Enige tijd na het vinden van
de begraafplaats onder de pere
boom van Heyboer, vonden wij
aan de zuidzijde van het woonhuis
een grote brok steen, die een res
tant van het oude kerkje moet zijn
geweest Het kerkje zou door het
water verwoest moeten zijn, maar
daarna kwam spoedig de totale
herbedijking (1331) en daarbij ook
de bouw van de tegenwoordige
Hervormde Kerk".
Niet alleen de molenaarswoning
heeft een lange geschiedenis on
der zich. Vooraan de Molenweg
staat een klein huisje, waarover
de meest spectaculaire verhalen
de ronde hebben gedaan. „Dit
werd door sommigen aangerien
als een plaats van afzondering
voor die Heerjansdammers, die
aan de pest leden en aldaar we-
fens het gevaar voor besmetting
un laatste levensdagen moesten
slijten. Die werden daar dan ter
plaatse ook begraven. Ieder die
een beetje van de* historie weet,
moet bekennen dat men de doden,
al of niet aan de pest overleden,
toch zo dicht mogelijk bij of in de
kerk begroef. Dat verhaal van die
begraafplaats voor pestlijders is
daarmee de wereld uit. Het nu
nog bestaande huisje was destijds
het zomerhuis van de watermole
naar. Er 2it nog een volledige ba
koven in. Het zal de moeite waard
zijn als de gemeente Heerjansdam
hierover haar cultuurbeschermen-
de vleugels eens zou uitslaan".
Volgens Van *t Zelfden is het
mysterie van Thiedradeskercke
opgelost Heerjansdam bestaat lan
ger dan 650 jaar.
Op schrift is dit jubileum echter
wel gerechtvaardigd. Het al meer
dere malen gememoreerde jaartal
1331 staat op schrift vast als het
bedijkingsjaar van de Zwijn-
drechtse Waard. „Zo rond 1330
vond men deze streken belangrijk
genoeg om totaal te bedijken. We
spreken hier over de volledige in
dijking van de Zwijnd rechtse
Waard, waar Heerjansdam van
het begin af aan toe behoord
heeft De gemeente bestaat dus in
derdaad 650 jaar, als we de duiste
re ongeschreven periode niet
meetellen. Maar voor die bedij
king moet er hier ter plaatse al
bewoning zijn geweest. De Molen
weg was waterkering voor de
Waal, al reeds voor de genoemde
bedijking. De Molenweg ging over
in de Waalweg met dezelfde func
tie. Er heeft na de Romeinen een
verschuiving langs de Waaloever
plaatsgevonden richting Heerjans
dam. Tussen het jaar 250 en 900 is
er geen teken op Heerjansdamse
grond. Dat is voornamelijk te wij
ten aan het gevaar voor overstro
mingen hier in de omgeving.
Daarna zouden er wat heuvels
worden opgeworpen. Streekken-
ners weten dat Develstein op zo'n
terp is gebouwd en ook de „Lui-
zenbult* onder Heer Oudelands
Ambacht mag niet onbekend zijn.
Na het jaar 1000 komen er ver
schillende 'acten tevoorschijn,
waar deze omgeving ter sprake
komt, hoewel over de echtheid
hiervan wordt getwijfeld".
Van pt Zelfden blijft spitten in het
verleden -van de streek. „Ik ben
nu bezig met de geschiedenis van
Kasteel Develstein en al vijftien
jaar met de historie van het
Klooster Eemstein. Ik vind het
een sport om die oude dingen te
vinden". De naam Van 't Zelfden
is dan ook al vierhonderd jaar (in
1982) te vinden in de analen van
de gemeente Heerjansdam,
Hij is echter een beetje teleurge
steld in de medewerking van de
autoriteiten bij zijn onderzoek.
„Even kregen we een opleving
toen we hoopten, dat de Molen
weg zou worden gereconstrueerd
en dat de bocht bij de molen ook
onder handen zou worden geno
men. Er zou veel grond worden
verzet. Wat zou er onder zitten?
Kon er weer een stukje aan de
puzzel worden toegevoegd? De ge
meente Heerjansdam had hierin
echter geen zeggenschap. De Dijk-
kring IJsselmonde was de op
drachtgever en in het bestek
stond dat alles van waarde de no
dige aandacht zou krijgen. Van
een vondst hoorden we echter
niets. Er kwam dus niets aan het
licht. Graag hadden we zelf de
oude molenwatergang blootge
legd, maar met donders geweld
werd er geroerd in dat plekje, dat
eens de bakermat was van ons
huidige dorp. Er moet meer ge
weest zijn dan die paar midde
leeuwse scherven, die mijn doch
ter van vijf daar vond. Een mooie
kans om een stukje historie toe te
voegen ligt nu onder het asfalt
Hopelijk komt bij een volgende
reconstructie van de Molenweg de
archeologie wel ter sprake".