12
Ook bij ir. Henk Molenaardirecteur van
het gemeentelijk havenbedrijf wroet de onrust
Rotterdams Nieuwsblad RZ/RV/RY/RW
maandag
18 januari 1982
volgens hem „een lachertje". Mou-
ton 2egt geen inzicht te krijgen in
de manier waarop de taxatieprijs
van de gemeente tot stand gekomen
is. Hij betitelt het herstructurerings
onderhandelen van het gemeente
lijk havenbedrijf als: „Een warrig
beleid".
Prijzen
Ir. Molenaar doet niet zó geheimzin
nig over prijzen, hoewel hij het pre
cieze aantal miljoenen uit onder-
handelings-strategie toch niet kwijt
wil. Hij zegt alleen dat Müller-
Thomsen voor de vijf terminals on
geveer driemaal zoveel wil hebben
dan wat de gemeente heeft geboden.
„Waarom zoveel lager? Dat is sim
pel. Het spul is bijna allemaal even
oud en gammel. Welk ander bedrijf
wil daarmee gaan werken? Géén
enkel, denk ik. Als wij alles zouden
kopen, dan moeten we op z'n minst
vijftig procent afbreken. Nou, daar
is onze prijs op gebaseerd. En Mou-
ton weet dat natuurlijk".
Molenaar weet op zijn beurt weer
dat Müller-Thomsen voor de Lek
haven-terminal vap Handelsveem
een prijs krijgt die nauwelijks af
wijkt van het bedrag dat de ge
meente op tafel wilde leggen. „Maar
Müller-Thomsen doet liever zaken
met Handelsveem, omdat dat bedrijf
tegelijk zo'n veertig man personeel
wil overnemen. En dat scheelt, in
de kosten van afvloeiing. Het con
tract voor de huur van de grond
daar houden wij op omdat Müller-.
Thomsen nog altijd niet heeft willen
bevestigen dat men het ermee eens
is dat het schrootbedrijf Hollandïa
op pier zes In de Waalhaven mag
blijven zitten. Müller-Thomsen
heeft dat niet graag, omdat zij daar
óók zit en die hele pier wil hebben.
Maar Müller-Thomsen heeft door
de transactie met Handelsveem te
gelijk tegengehouden dat Hollandia
een stuk van het Lekhaven-terrein
krijgt, zoals wij wilden. Een idee dat
door Mouton trouwens zelf in een
eerder stadium is gesuggereerd. Zó
zit dat".
Hoewel het gemeentelijk havenbe
drijf geen direct economisch belang
heeft bij de aankoop van drie van
de vier overige terminals, blijft men
er, uit gemeenschappelijk belang»
toch naar streven. Voor elk van die
vier terreinen bestaan bestemmin
gen.
Op het terrein van Müller-Thomsen
aan ale Schiehaven wil het aangren
zende, conventionele stuwadoorsbe-
drijf Kühne-Nagel neerstrijken; een
tweede Iokatie aan de Merwehaven
zal dit bedrijf (het is Westduits ei
gendom) dan afstoten. Molenaar
zegt nu dat er geen haast mee is,
omdat Ktlhne-Nagel op dit ogenblik
niet staat te trappelen om zelf ook
geld te investeren aan de Schieha
ven; „Dit bedrijf is door diepe tra
nendalen gegaan en het is er nog
niet uit".
De Maashaven-lokatie van Müller-
Thomsen is bestemd voor Citex Ha
venbedrijf, dat aan diezelfde haven
al een bedrijfsterrein heeft. „Die
transactie regelt zich waarschijnlijk
zelf wel", meent Molenaar.
De Müller-pier aan de Parkhaven
bestemd voor woningbouw is
een heel andere zaak. Op 1 januari
'84 loopt het huurcontract af en de
gemeente heeft de grond, dan gratis
weer in bezit. Molenaar: „Voor ons
heeft dat dus geen haast".
Fruit
Rotterdam en de haven hebben wèl
'n duidelijk belang bij het vrijko
men van de Iokatie die Müller-
Thomsen aan de Merwehaven ex
ploiteert, naast de Fruitpier, Mole
naar is daar eerlijk in en hij zegt:
„Die ruimte is dringend nodig voor
•uitbreiding en modernisering van
de overslagfaciliteiten voor fruit.
Mouton wil die terminal echter al
leen kwijt in het kader van een to
tale overname-transactie en die
wordt dus tegenhouden door de te
hoge prijs die hij wenst. De Fruit
pier heeft dringend behoefte aan
moderne koelloodsen. Het bedrijf is
onvoldoende uitgerust om te kun
nen voldoen aan de toekomstige ei
sen van reders die fruit varen. Re
ders die tezijnertijd bijvoorbeeld
zouden kunnen beslissen om Rotter
dam in te ruilen voor Zeebrugge of
Hamburg".
Ir. Molenaar zegt ronduit dat hij
soms wel eens denkt: "Zoeken jullie
het als bedrijven zelf maar uit. Wij
zien wel". Maar één'blik vanuit zijn
kantoor op de achttiende verdieping
van een van de, dichtbij de Merwe
haven neergezette Europoint-torens
is meestal toch weer voldoende; één
blik op het panorama diep onder
hem. De haven. Waar alles dan
weer voor wijkt en het moeizaam
zoeken naar oplossingen voor de in
de knel zittende werkgelegenheid
in het stukgoed, dóórgaat.
'Dan breekt de hel uit,
Ir. Henk
Molenaar:
„Dan breekt
de hel uit, in de
hele haven."
Eén april is de toegezegde ophelde-
ringsdatum en ir. Henk Molenaar
blikt daar als directeur van het ge
meentelijk havenbedrijf toch met
enige zorg op vooruit: „Als we op
die dag geen kans zien om met iets
creatiefs te komen, dan ben ik bang
dat er grote sociale spanningen ko
men. Dan "zal er worden gestaakt,
geloof me. Dan breekt de hel uit, in
de hele haven".
Ook bij hem wroet de onrust over
de afloop, omdat hij de verdeeld
heid die het havenbedrijfsleven
voortdurend etaleert, ként en als
nauwelijks oplosbaar rangschikt. Ir.
Molenaar heeft de afgelopen maan
den van alles gedaan om vaart te
brengen in de nog slechts verbrok
kelde en bescheiden op gang geko
men herstructurering van het oude
havengebied en het daaraan gekop
pelde aspect van de werkgelegen
heid. Herstructurering: een proces
van sanering, waarbij de stuwa-
doorsbedrijven onderling moeten
geven en nemen. „Als ik daar nou
op terugkijk", bekent Molenaar,
„dan ben ik teleurgesteld. Het is ik
en nog eens ik. De meesten gunnen
elkaar het licht in de ogen niet.
Vandaar mijn zorg over een oplos
sing".
Niettemin blijft hij er van alles voor
aandragen. Zo heeft Molenaar wel
een suggestie voor de commissie die
als afspiegeling van bedrijfsleven
èn vakbond bezig is met de stuk-
goed-studie. Hij vindt in dit stadium
echter dat de twee partijen die er
het nauwst bij betrokken zijn, eerst
zelf 'op één lijn moeten zien te ko
men. Lukt dat niet, dan kan hij als
nog inspringen. De moeilijkheid zal
ook in dit geval wel weer zijn: geld.
Als de regering bereid zou zijn daar
een deel van te verstrekken, dan zal
de eis van die kant zeker ook zijn
dat het havenbedrijfsleven meebe
taalt. Molenaar: „Op basis van mijn
ervaringen vei wacht ik dan dat en
kele ondernemingen daar wel ak
koord mee zullen gaan - maar ande
re niet. Toch moeten we in dié rich
ting denken om er uit te komen".
Magisch woord
Herstructurering is inmiddels een
magisch woord geworden. Er werd,
Wordt en er zal nog veel over wor
den gepraat. .Het is net stroop", zo
is Molenaars typering. „Het gaat al
lemaal erg trekkerig en plakkerig.
Wij, als gemeente Rotterdam zijn
bereid om er veel geld, grond, tijd
en goede woorden aan te geven. De
bedrijven waar het om gaat weten
dat. Maar ze komen niet of nauwe
lijks los. En wij doen dat allemaal
echt niet omdat de haven er zo veel
lading door zal terugkrijgen. Zeker
niet. Wij doen 't omdat we een stuk
van de maatschappij zijn, de haven
gezond willen houden".
Hoop doet leven: ook voor Henk
Molenaar. Daarom blijft hij stimule
ren, handelen en het liefst, zaken
doen. Molenaar zal 't daarbij in de
loop van dit jaar zonder de steun
van havenwethouder Jan Riezen-
Itamp moeten gaan doen. Diens ver
trek noemt hij jammer, omdat Rie-
zenkamp volgens hem de haven in
zijn hart draagt en duidelijk voor
besluiten binnen het politieke cir
cuit heeft gezorgd. Molenaar houdt
er rekening mèe dat de wethouders
wisseling vertragend zal werken bij
de oplossing van vele zaken en dus
ook van het probleem van de werk
gelegenheid in het stukgoed. Zegt
daarover: „Zo'n nieuwe man moet
inwerken. De besluitvorming zal
«en tijdje stil staan. Maar wie het
oök wordt, één ding weet ik zeken
„ook van hem zullen we een haven
fanaat maken".
Veelgeld
Terug naar de haven, het conven
tionele stukgoed, de bedrijven en de
mensen die erin werken. Ir. Henk
Molenaar wil best bekennen dat
Rotterdam als gemeente de komen
de tien jaar bijna 300 miljoen gulden
over heeft voor de sanering en dus
voor de gezondmaking van de suk
kelende stukgoedsector. Geld dat
besteed wordt aan de verplaatsing
van bedrijven, aan de koop van ter
minals (loodsen e.d.) waarop die be
drijven niet meer rendabel kunnen
werken en aan de bouw van kaden
voor nieuwe terminals, waarop ze
dat hopelijk straks wèl weer kun
nen.
Ruim eenderde van het voor de
herstructurering ie reserveren geld
wordt in principe uitgetrokken voor
de aanleg van een tweede contai-
nerterminal voor Multi-Terminals
in de Waalhaven. Ongeveer de helft
van dat bedrag -en dat is dan zo'n
45 miljoen gaat in de periode '83
tot en met '85 in principe naar Sea
port Terminals, dat na de verkoop
van enkele verouderde stuwadoors-
lokaties een nieuwe terminal gaat
exploiteren in de Brittanniëhaven
(Europoort). Verder xs er bijna der
tig miljoen opzij gezet voor demping
van een deel van de IJsseihaven
(ten behoeve van het bedrijf Rotter
dam Terminal), negen miljoen voor
demping van de tweede tak van de
Merwehaven (bestemming nog niet
helemaal duidelijk) en elf miljoen
voor de verhuizing van Deka
Transport van de Tweede Katen-
drechtsehaven naar de Seinebaven
in Europoort. Alleen die laatste
transactie ligt overigens vast; om
trent de andere projecten moet nog
altijd definitief worden beslist.
Müller-Thomsen
Zonder enig resultaat is dan nog al
tijd het slecht functionerende
overleg tussen het gemeentelijk ha
venbedrijf en Müller-Thomsen, de
stuwadoorsonderneming die vorig
jaar enige honderden mensen heeft
moeten ontslaan, veel lading ver
loor (en nóg gaat verliezen) en die
dringend aan sanering toe is. In sep
tember vorig jaar ging ir. Molenaar
er vanuit dat Rotterdam binnen en
kele weken, in één transactie vijf
van de acht terminals van Müller-
Een dee) van
de haven.
Rechts de
Maashaven,
met een schfp
aan de kade bij
Müller-
Thomsen.
Unks de twee
Katendrechtse
havens, waar
Deka
Transport
verdwijnt.
Eén blik
vanuit zijn
kantoor op de
achttiende
verdieping is
meestal toch
weer
voldoende.
door
Bram
Óosterwljk
haven'
Thomsen zou kunnen kopen. Om de
drukkende lasten van dit bedrijtf te
kunnen verlichten eri ruimte te
kunnen scheppen voor 'kleinere)
stuwadoorsbedrijven die elders in
het havengebied weg moeten of die
met het oog op uitbreiding van hun
activiteiten meer kade- en loods-
ruimte nodig hebben.
Maar vier maanden later xs er nóg
niets gebeurd. Het gemeentelijk ha
venbedrijf zegt dat het aan MüUer-
Thomsen ligt, maar directeur Wil
lem Mouton van dit stuwadoorsbe-
drijf vindt dat ir. Molenaar en zijn
staf juist vertragend werken.
Mouton schreef met het oog op de
terugloop van het conventionele
stukgoed via de raad van bestuur
van het moederconcern Internatio-
Müller in het verslag over het
havenstakingsjaar '79; „Met veel
energie en doorzettingsvermogen,
maar ook met begrip en inzicht, zal
deze kwestie nu integraal moeten
worden aangepakt". Het collectief
aanvatten van dat probleem door de
grote stuwadoorsbedrijven noemde
hij „een uiterst zinvolle bijdrage".
Een jaai1 later volgde dit: „Helaas
hebben onze pogingen om in Rotter
dam tot een gezamenlijke aanpak
van de herstructurering te komen,
geen resultaat opgeleverd".
Helaas: er is voor Müller-Thomsen
in die herstructurering inderdaad
in de hele
Rotterdam Over zo'n
tien weken móét er zich;
zijn op de koers die de
haven voor z'n stukgoed
kiest. Want er is tenslotte
een belofte van de
Rotterdamse stuwadoors
top in december
gedaan om hand in
hand èn snel de gevolgen
van de achteruithollende
hoeveelheid werk in de
stukgoed-hqek op een rij
te zetten en bovendien
maatregelen aan te
dragen om die neergang
hopelijk te kunnen
stoppen.
'nog niets geregeld. Mouton zegt nu,
aan het begin van dit voor de haven
zo cruciale jaar dat hij voor een van
zijn terminals die aan de Lekha
ven in het collega-bedrijf Han
delsveem een koper heeft, maar dat
de afronding stagneert omdat de ge
meente het huurcontract maar niet
wenst over te schrijven. De termi
nals aan de Maashaven, Merweha
ven, Schiehaven en de Müller-pier
aan de Parkhaven wil hij best in
één klap* aan Rotterdam verkopen,
maar dan in geen geval tegen een
„uitverkoopprijs". Müller-Thomsen
heeft de waarde van die terminals
laten taxeren en het bod dat de ge
meente erop heeft uitgebracht, is