Monshouwer weg bij Foto Instituut Studenten kunstacademie bevangen door kelderangst Conflict met bestuur over plannen voor de toekomst Braziliaanse baksels in Schiedam Fraai muziekballet van Sloveen Iztok Kovac Europese Commissie wil heffing op moderne kunst Olympia voor half jaar dicht Blues van Frankie en Kaz 51 CD.van de dag Magie Frankie &Kaz Lux 0- V Rotterdams Dagblad Woensdag 29 mei 1996 Door Han van der Leur Rotterdam 'ljïoos en teleurgesteld' legt Adriaan Monshou wer zich neer bij het feit dat er op 31 december van dit jaar een einde komt aan zijn directeurschap bij het Nederlands Fo to Instituut. Hoewel het bestuur van het instituut en hij daar gezamenlijk toe hebben besloten, noemt Monshouwer zijn vertrek ,.de onbevredigende uitkomst van een proces dat nog in gang is." Het bestuur heeft het besluit dat Monshouwer eind dit jaar zijn functie neerlegt bekend gemaakt nadat - zo luidt het persbericht - „voorstellen van Monshouwer om de taak en de organisatie van het instituut te veranderen, onvol doende steun vonden bij het be stuur." Monshouwer: „Die over eenstemming leek er inhoudelyk wel te bestaan, maar het bestuur heeft me nu laten weten dat er geen meerderheid is te vinden om tot uitvoering over te gaan." Onduidelijk is voor Monshouwer of het bestuur problemen heeft met 'het plan of met de man*. „Er waren discussies tussen het be stuur en mij over de richting die het instituut zou moeten opgaan. Voor mij is het de vraag of het be stuur mijn plan nu afwijst of dat het instemt mei het plan, maar het mij niet meer wil laten uitvoe ren. Gezien de aanvankelijke steun voor de inhoud van het plan lijkt het er op dat mijn kop moest rollen en men de zaak nu toch op de man speelt." Eind 1992 werd Adriaan Mons houwer voor vier jaar (tot aan het einde van de lopende kunsten plan-periode) benoemd tot direc teur van het Nederlands Foto In stituut (NFI), De eerste twee jaar trok het instituut gemiddeld 15.000 bezoekers per jaar. een aantal dat volgens Monshouwer 'helemaal niet slecht' is. Van ver schillende kanten is er echter ook kritiek op het instituut geuit. De Raad voor Cultuur constateerde in zijn vorige week gepubliceerde advies: „Er zijn helaas nog geen overtuigende tekenen dat het NFI nu daadwerkelijk van de grond komt." De raad stelde daarbij dat grondige veranderingen noodza kelijk zijn. 'Richtingenstrijd' Adriaan Monshouwer presenteer de voordat de kritiek van de Raad bekend was zijn ideeen over dc komende periode. Over de inhoud van zijn nu afgewezen voorstellen wil Monshouwer zich niet uitla ten, maar er spelen binnen staf en bestuur van het Nederlands Foto Instituut al langer discussies over de vraag waar het met het insti tuut heen moet. Het is misschien niet echt een richtingenstrijd, maar toch wel een principiële dis cussie over de vraag of het insti tuut zich meer moet gaan richten op de fotografiegemeenschap of dat het zich juist breder moest gaan oriënteren. Het gaat ruwweg om de keuze tussen 'ivoren toren' en publieksfunctie of minstens om het antwoord op de vraag hoe die twee richtingen gecombi neerd ku nnen worden. Monshouwer: „Ik ben altijd van mening geweest dat we met onze exposities moeten proberen een zo groot mogelijk publiek te berei ken, zonder al te veel concessies aan de kwaliteit te doen. Intern denkt niet iedereen daar hetzelf de over en ook binnen het bestuur sprak men over 'het profileren en positioneren van hel instituut' en Adriaan Monshouwer, problemen met'het plan of met de man'. Foto Jaap Rozema/Rotterdams Dagblad 'het maken van keuzes'. Ik vind dat er voor het goed functioneren als nationaal instituut voldoende draagvlak nodig is, zowel binnen de fotografiegemeenschap als bij het publiek. Voor dat laatste moet je je tentoonstellingen gebruiken, temeer omdat het instituut zich tot taak heeft gesteld de belang stelling voor de fotografie te ver groten." In de mm twee jaar van zijn be staan heeft het Foto Instituut zowel met die platformfunctie als met de publieksfunctie proble men ondervonden.'De rol binnen de fotografiegemeenschap is on der andere bemoeilijkt door het feit dat het instituut in Rotterdam is gehuisvest, terwijl veel fotogra fen, opdrachtgevers, uitgevers en- andere belanghebbenden in Am sterdam zitten. Daar komt ook het initiatief voor het instituut van daan en hel heeft kwaad bloed ge zet dat de instelling nu in Rotter dam huist. Bij de publieke be langstelling speelt de huisvesting in Rotterdam eveneens een rol. al was het alleen al omdat hier niet zoveel toeristen komen als bij voorbeeld in Amsterdam. Daar vormen toeristen een zeer sub stantieel deel van het aantal mu seumbezoekers. Monshouwer: „Toch ben ik van mening dat het in Rotterdam moet kunnen. Het zal niet makke lijk zijn. maar het kan Misschien heb ik dat voor een deel onder schat en zal het hier ook wat meer tijd vergen. Maar het gaat mij in ieder geval te ver om te zeggen: omdat het publiek in Rotterdam kleiner is, moet je je er maar hele maal niets meer aan gelegen laten liggen. Ik ben wel tot de conclusie gekomen datje het in Rotterdam anders moet doen dan in Amster dam en dat dat consequenties heeft." Optimale mix Het bestuur van het instituut heeft in teder geval moeite met die consequenties. Bij de bekend makingvan het vertrek van direc teur Iaat het bestuur weten grote waardering te hebben voor „de in zet en inspiratie waarmee Adriaan Monshouwer het Neder lands Foto Instituut in de startfa se vorm en inhoud heeft gegeven, en voor de activi' ..en die in de eerste twee jaar van zijn bestaan onder zijn leiding zijn ontplooid." Maar kritiek op het functioneren van Monshouwer is er ook, zo maakt voorzitter mr. drs. G.J. Wolffensperger van het instituut duidelijk. „De interne discussies gaan in de kern over de beperkin gen die Rotterdam kent als vesti gingsplaats, over de platform functie van het instituut binnen de fotografiewereld en over de pu blieksfunctie. Het streven is het vinden van een optimale mix van die functies, maar dat komt er niet uit. Terugblikkend op de eer ste twee jaar is het instituut ^et name als fotografiepiatform nie; voldoende van de grond geko men. En los van onze kritiek op het verleder, heeft de directeur ook zijn ideeën over de toekomst niet helder genoeg kunnen ver woorden. Inhoudelijk gezien de len we zijn visie ten dele, maar het bestuur is teruggeschrokken voor de personele en materiele conse quenties die daar aan vast zaten. Het was misschien nog anders ge weest als er een bepaalde richting was aangegeven, maar de conse quenties pas in een later stadium voelbaar geweest zouden zijn." Rotterdam Hoewel het bestuur van het insti tuut zijn eigen ideeën heeft over de koers die moet worden geva ren. wil voorzitter Wolffensperger (tevens fractievoorzitter van D66 in de Tweede Kamer) de toekom stige directeur toch alle ruimte geven. „De nieuwe directeur zal moeten komen tot die optimale combinatie van platform- en pu blieksfunctie, waarbij huisvesting van het instituut in Rotterdam een gegeven is. Dat laatste speelt wel een rol in het beleid, want we moeten zien hoe het instituut de consequenties daarvan kan op vangen. Je zou daarbij aan een de pendance kunnen denken, maar het instituut zelf blijft in Rotter dam. Absoluut," Adriaan Monshouwer zal de reste rende maanden niet met groot plezier het statige pand aan de Witte de Withstraat betreden. „Het is nooit zeker geweest dat mijn contract aan het einde van de periode verlengd zou worden, maar ik had me mijn vertrek wel anders voorgesteld en niet nu. Er is nog veel werk aan de winkel en dat had ik graag willen doen." „Het zal voor mijzelf het komende half jaar lastig zijn. De inspiratie en motivatie gaan zo natuurlijk wei een beetje weg. Ik zai met na me de lopende zaken afronden en er zijn intern voldoende capabele mensen om de zaak draaiend te houden. De tentoonstellingen voor de rest van het jaar staan vast en ook het volgende nummer van ons tijd schrift is al rond. Wat op een laag pitje zal komen te staan is het ont plooien van nieuwe initiatieven. Belangrijke vraag voor het insti tuut is ook: waar baseert het zijn nieuwe beleid op. Wat d. t betreft hoop ik dat het bestuur zo snel mogelijk een opvolger voor mij vindt," Door Dolf Welling Rotterdam Ook kunstenaars bakken nog wel eens pot, maar er zijn er meer die zich niet pottenb akker noemen maar keramist. Na tienduizenden jaren valt het niet mee om op het gebied van urnen, schalen en kommen iets nieuws te bedenken. Dat hoeft ook niet wanneer je zoals - om maar ie mand te noemen - Geert Lap een eigen gevoeligheid en spanning in het werkstuk kunt leggen. Zo niet, dan wordt de vernieuwing gezocht in gewrochten die soms geestig zijn maar vaak te gefor ceerd aandoen: hedendaagse edelkitsch. Vee! keramisten bren gen nu liever objekten voort die niet tot de potterie behoren. Zo ook de vier Braziliaansen die mo menteel in Schiedam een ook in Rotterdam geafficheerde exposi tie hebben. De vorige directeur van het Stede lijk Museum te Schiedam heeft een speciale band met Brazilië, waar hij nu weer werkt. Daaruit zijn enkele exposities voortgeko men,- waaronder deze derde en laatste die in twee zalen te zien is. Ze bestaat uit keramische objek ten van kunstenaressen die ieder op verschillende tijden een perio de van drie maanden in het Euro pees Keramisch Werkcentrum te Den Bosch hebben doorgebracht. Van de outillage in dit binnen erf- kele ;aren vermaard geworden centrum, met twaalf ateliers en computergestuurde ovens, wordt een druk gebruik gemaakt door kunstenaars uit heel de wereld die meer ervaring willen opdoen met werken in klei. De dingen die in Schiedam zijn uitgestald komen voort uit een voudige en minder simpele proe ven met het materiaal. Ze zijn maar zeer beperkt beeldend. Vóór 1945 zouden ze nauwelijks als ex- posabel zijn beschouwd, maar sindsdien worden we op tentoon stellingen niet zelden deelgenoot gemaakt van een bewerkingspro ces inplaats van met een voldon gen resultaat. Een 'open einde' wordt verkozen boven een eind- produkt. Log In de benedenzaal van de exposi tie ontmoet men meteen enkele grote, donkerbruine vormen. Ze maken op het eerste gezicht een logge indruk, als misvormde cy linders. In technisch opzicht zijn ze, hol en hoog opgetrokken, aller minst log. De beeldhouwster Es ter Grinspum gaf het meest buiki ge werk de titel 'Balzac'. Daarmee geeft ze tc kennen, dat ze bij het vormen van dit stuk dacht aan Rodins machtige monument voor de Franse schrijver. Het kerami sche beeld is eigendom van de Franse criticus Jacques Leen- hardt, voorzitter van de vakorga nisatie AICA. De installatie die het grootste deel bedekt van de vloer in deze zaal resulteerde uit materiaalproeven van de beeldhouwster Carmela Gross. Ze heeft tegen de 1200 bak- seltjes gemaakt van verschillende soorten klei, gebakken bij ver schillende temperaturen. Ze zijn leikleurig of dakpannen rood en ze liggen in 34 rijen van 5 tot 41 stuks op de grond. Het geheel lijkt op een uitstalling van wat een oudheidkundig bodemonderzoek heeft opgeleverd: stenen bijlen, messen en pijlpunten. In de bovenzaal heeft de keramis te Célia Cymbalista - de initiatief neemster van het projekt - op een wand uitstulpinkjes bevestigd die wat groter en minder regelmatig zijn dan vingerhoeden. Tegen een andere wand steken enkele van haar geperforeerde liniaire bak sels af. De plek vol bruine (keramische) herfstbladeren op de vloer is een installatie van de beeldhouwster Georgia Kyriakis die er ook van wit porselein gemaakte, blader deegdunne platte vormen met grillige randen heeft hangen en bruine objekten, als van slordig gevouwen pakpapier. Ook de schilderijen die Eric de Een versie van Balzac van Ester Grinspum werkfoto van Els van den Boorn in net werkcentrum EKWC. Foto Els Yan den Boom Nie in de grote benedenzaal van de RAM-galerie toont hebben een proceskarakter. Onderbroken lij nen of smalle banen, op een on dergrond die in één kleur is ge schilderd, hebben een 'natuurlijk' verloop. Ze zijn namelijk niet ge trokken maar uitgelopen. Van daar de titel 'Laulbilder'. Deze methode doet meteen denken aan de in 1962 overleden Amerikaan se schilder Morris Louis, met dat verschil dat die de verf in het doek liel trekken. Bovendien is het beeldkarakter dat zo ontstond anders dan dat in het werk van De Nie. Maar ook onze landgenoot laat verfgebeurtenissen zich vol trekken. waarbij hij optreedt als regisseur. Hij kiest de afmetingen van het doek, de kleur van de ondergrond, de positie van het doek (hoog of breed) en het verloop van de lij nen. Hij laat bijvoorbeeld van de bovenrand van een breed doek af blauwe of gele lijnen een eindje lopen, keert het schilderij vervol gens 180 graden en herhaalt dan de handeling met een andere kleur. Tenslotte kantelt hij het doek 90 graden, zodat we een hoogteformaat zien met horizon tale lijnen. De verf beweegt zich niet altijd rechtlijnig voort. Ze zal voor een scherpe hoek wei door de schilder gestuurd zijn. Een enkele keer doet het resultaat aan een ritmi sche notatie denken. Vaker ont staat zoiets als een equivalent voor een natuurbeleving, in een onomlijnde ruimte, bij ietwat dif fuus daglicht of in het avond- blauw. Vooral een groot doek met een naturel fond heeft die wer king. Beelden uit Brazilië. Stedelijk Museum Schiedam. Di t/m za 11- 17, zon- en feestd. 12.30-17 t/m 30 juni, Eric de Nie, RAM-galerie, Hoornbrekerstraat 8. Woe t/m zo 13-18 tot 16 juni. Door Esther Bijl Rotterdam De ogen samenge knepen tegen het felle daglicht kruipen kunstacademie studen ten als mollen naar de oppervlak-' te. Anonieme klaagbrieven zijn in omloop gebracht waarin wordt ge wezen op de onhoudbare situatie van heiwerken in de ondergrond se kluis. Al een jaar lang zyn de studenten genoodzaakt de kluis van het voormalige ING-gebouw als atelier te gebruiken. Door de verbouwing van de kunstacade mie zijn de studenten tijdelijk uit geweken naar het bankgebouw. Bij gebrek aan ruimte bivakkeren de studenten nu in een kelder, die niet is toegerust om als atelier dienst te doen. Een tweedejaars studente, die lie ver anoniem wil blijven, licht toe: „We zitten nu al een jaar in die kluis. Aanvankelijk leidde dit tot een hoop klachten: misselijkheid en hoofdpijn. Het is ook erg lastig datje in die bedompte ruimte niet kunt werken met gips en klei. Er is geen ventilatie, dus in. de zomer is het daar bijna niet uit te hou den. We krijgen er zo langzamer hand genoeg van om als nachtdie ren bij TL-licht rond te kruipen. Gelukkig gaan we m augustus weer terug naar ons oude ge bouw." Voorzitter van de faculteit, Cees Waal, reageert verbaasd op de aantijgingen. „Het verspreiden van een anonieme klaagbrief vind ik van weinig solidariteit getui gen. Sterker nog, ik ervaar dit als een dolkstoot in de rug. We gaan altijd uit van een overlegsituatie. Als er klachten zijn over de huis vesting, kunnen studenten bij de faculteits-commissie terecht." „Ik weet dat deze 'kampeersiiu- atie' niet optimaal is," vervolgt hij, „maar we hebben werkelijk al les gedaan om de ruimte zo goed mogelijk aan te passen. De bega ne grond is uitgebroken voor de open ateliers. Het souterrain is in gericht voor een grote tentoon stellingsruimte. In de kelder is een geïsoleerd ventilatiesysteem aangebracht, zodat de studenten daar geen overlast van ondervin den. Kortom: alles is gedaan om iedereen tegemoet te komen. Ik zie deze kwestie als notoir ge zeur." Lopend door de gewelven van het voormalige bankgebouw valt op dat de studenten de kelder volle dig 'eigen' hebben gemaakt. In een labyrint van provisorisch in gedeelde ruimten geven de stu denten vorm aan hun fantasieën. In de tot de verbeelding spreken de kluis is het niet moeilijk voor te stellen hoe hier ooit de 'goudstaven en kisten geld' ston den. De ingang bestaat uit een enorme schroef die de toegang vroeger verzegelde tegen onge wenste bezoekers. Nu staat de kluis continu open voor creatieve studenten die met hun schiderij- en, beeldhouwwerken en muur schilderingen de bedompte kluis in een kleurig panorama veran derd hebben. Muurschildering De kluis wordt meer dan optimaal gebruikt: in elk hoekje en gaatje zitten studenten die hun territori um afzetten met eigen werk. Een student zit, volgens eigen zeggen, naar volle tevredenheid op zijn werkplek die hij in één grote muurschildering heeft veran- detd. Gp de vraag of hij last heeft van het werken in de kelder be gint hij te lachen. „Juist niet, ik heb er gewoon het beste van ge maakt. De één zeurt, en de ander probeert het ten goede te keren. Ik ben blij dat de klagers naar bo ven zijn vertrokken, hebben wij lekker het rijk alleen. Dit is toch eensuper-jrlek?" Anderen zijn minder, tevreden. Een tweedejaars student vertelt dat er pas een meisje 'out' is ge gaan door gebrek aan frisse lucht. Astmapatienten en diabetici zijn naar de begane grond verhuisd: het gebrek aan daglicht en frisse lucht brak deze studenten op. Zelf wil hij 'niet 'al te moeilijk doen,' eind juli kan er alweer terug ver huisd worden naar het verbouwde hoofdgebouw. „Desondanks be gin ik er nu wel schoon genoeg van te krijgen hoor. In de winter voel je je net een mol. Je gaat 's ochtends de kelder in en 's avonds kruip je er weer uit. Er waren da gen dat ik geen daglicht zag." Anton van Gemert, directeur van de academie, snapt de klagers heel goed. Het is geen optimale si tuatie. Het feit dat er een anonie me groep studenten klaagbrieven hebben verspreid overde 'onhoudbare situatie' vind hij zwaar overdreven. „Ik denk datje het wat genuanceerder moet zien. De studenten die het negatieve persbericht verspreid hebben, ge ven geen goed beeld van de situ atie hier. De meeste studenten zijn heel tevi eden met hun plek in de kluis. Trouwens, we hebben ze zelf de keuze gegeven: klassikaal atelier houden, dus bovengronds en onder begeleiding. Of zelfstan dig in je eigen ruimte omder- gronds werken. Anonieme kritiek achteraf is dan onterecht. Kom daar dan bij mij mee, ik vind dat alles bespreekbaar moet zijn." Voorbeeld van een groep studen ten die van de nood een deugd hebben gemaakt is het kunste naarscollectief 'Apus'. Een docent en zes tweedejaars studenten ex poseren zondag 2 juni in het Mu seumpark. De eenmalige groep stentoonstelling is niet aileen het gevolg van 'kelderangst', maar ook van beginnersenthousiasme. Academiedocente en beeldend kunstenares Maik Mager hono reert deze geestdrift door haar werk aan de expositie toe te voe gen. Mager: „Ik vmd het jammer dat studenten met anonieme brieven de academie in een kwaad dag licht stellen. Sterker nog, ik schrik hiervan. Ik kan me niet voorstellen dat leden van Apus hier iets mee te maken hebben. Dat het niet prettig is in die kluis is op z'n zachtst uitgedrukt. Maar wij proberen de situatie tenmin ste positief naar onze hand te zet ten. Ik vermoed dat de avondstu denten hier meer van weten." Apus komt op zondag 2 juni in ie der geval boven de grond, al is het maar voor héél even. Het thema van de tentoonstelling is 'tijdelijkheid'. Onder de titel 'Ze ven Seconden' gaat het collectief in op de vergankelijkheid van kunst. Geïnteresseerden moeten snel zijn, want het thema wordt nog eens extra*onderstreept door dat de zeven objecten/installaties maar één dag te zien zyn. Met de geexposeerde objecten staan de zeven makers even stil bij de tijd. Mager creëerde haar werk in de koelcel van een vishan del. Gewapend met 27 emmers ging zij de koelcel in, vulde die met water en vissen en liet het zaakje vervolgens bevriezen. Zon dag komen de bonken 'vis-ijs' in 27 populieren te hangen. Door de ontdooiing zullen de vissen stuk voor stuk uit de bomen vallen. Door Martin Bijkerk RotterdamRode lantaarns be lichten het plekje aan de zijlijn waar vijf dansers de muziek af wachten voor 'String arid String - first touch', een moderne dans- creatie van de Sloveen Iztok Kovac. Ais 'de eerste- vrouw het middenveld inneemt verraadt het dansmateriaai onmiddellijk waar Iztok Kovac zijn inspiratie en scholing vandaan heeft. De spiralende bewegingen, het grondwerk, dit is reehtsteeks in de lijn van Bausch, de Keersmaeker en andere adepten, van de Vlaamse School. Als twee danseressen zich bij haar voegen blijkt dat de dans niet alleen wonderfraai is van snit, maar ook van afwerking en detail... Het trio golft over de vloer; plotse, felle en hoekige de tails houden de spanning er goed in. De compositie is kristal helder maar blijft fris en verras send. De witte belichting is sim pel maar zeer sfeervol en de mu ziek voor strijkkwartet (van broer Boris Kovac) is al even dienstbaar. De solo van de man, gevolgd door een poëtisch duet met een andere man zet de toon. definitief: 'Sting and string - first touch* Is stomweg een heel prettig en fraai afgewerkt .mu ziekballet in de beste modem Europese danstradities. Dat dat nu juist uit Ljubljana komt, niet bepaald het mekka van de moderne dans, maakt het des te opmerkelijker. Midden in de voorstelling zit een bizar breekpunt als een zwaar bebril de man in lullige plusfour en plompe bergschoenen opkomt en na een niet zo boeiende stemlmprovisatie een blues evergreen ten beste geeft. Hij gaat zitten en de eerste vrouw Hjkt met haar solo de reprise in te gaan van het begin. Deze re prise blijkt al gauw een finale waarin al het reeds getoonde dansmateriaai in een soort van kaleidoscoop om elkaar heen wervelt en wordt samengebald. Schitterend is de vondst om die kaleidoscoop letterlijk te tonen: de vijf dansers staan in een lang zaam draaiende kring en dansen in steeds verrassend wisselende formaties korte fragmenten. Dat klinkt flauw en voorspelbaar, maar het is prachtig. Als de dan sers de uitputting nabij zijn zien we een tegelijk lullig en. mees terlijkeinde. De bebrilde zanger staat op, wandelt over een straat van licht naar de uitgang, en de deur slaat achter hem dicht. EN-Knap (uit Ljubljana) met 'Sting and String - first touch', door Iztok Kovac. Gezien in de Rotterdamse Schouwburg, 28 mei (Nederlandse première). Daar nog vanavond, Luxemburg— De Nederlandse vei linghuizen en galeries moeten wellicht een extra heffing gaan in nen bij de verkoop van moderne kunst. De Europese Commissie in Brussel wil de heffing invoeren ten behoeve van de kunstenaar. Nederland is tegen het voorstel, maar staat zo goed als alleen bin nen de Europese Unie. De Europese Commissie presen teerde het plan maandag tijdens een vergadering van EU-minis- ters over de interne markt. Tal van Europese landen kennen al het zogenaamde volgrecht. Een beeldend kunstenaar die zijn werk verkoopt, ontvangt bij latere verkoop van het-origineel op een veiling een percentage van de op brengst. In Nederland bestaat het volgrecht niet. De Europese Commissie wil on eerlijke concurrentie tussen de lidstaten vermijden. Ze pleit daar om voor een Europees volgrecht voor kunstwerken boven de 2000 gulden. Bij een verkoopprijs tot 100.000 gulden meet 4 procent te rugvloeien naar de kunstenaar, aldus het voorstel. Ligt de prijs tussen 100.000 en 500.000 gulden dan bedraagt het tarief 3 procent. Voor bedragen boven 500.000 gul den komt het tarief op 2 procent. Het voorstel geldt voor alle trans acties, behalve die tussen particu lieren, Nederland is sterk gekant tegen het voorstel. Volgens staatssecre taris Fatijn (Europese zaken) wordt de interne markt momen teel niet belemmerd door het ont breken van de regeling. „Boven dien bestaat de kans dat Europa de internationale handel in he dendaagse kunst kwijtraakt aan andere landen." Momenteel geldt Londen als een belangrijk veilingcentrum. Straks wordt dat Praag, Genève of New York, aldus Patijn. Parijs De Olympia, één van de bekendste theaters in Parijs, gaat 15 april 1997 voor zeker een half jaar dicht. Dat heeft de directie van het ge bouw, waar onder anderen Jac ques Brei, Yves Montand, de Beatles en de Rolling Stones con certen hebben gegeven, gisteren meegedeeld. Het uit 1892 stam mende Olympia werd in 1954 tot muziektempel verbouwd. Het ge bouw maakt onderdeel uit van een complex onroerend goed op geringe afstand van de Opera Gamier. Het gebied staat aan de vooravond van een ingrijpende herinrichting. De zaal wordt iden tiek herbouwd, waarbij de akoes tiek en de sfeer intact blijven, al dus de directie van het theater. De Olympia sluit haar poorten op 15 april volgend jaar, na een 'zwarte nacht' waarin een groot aantal zangers en musici acte de présence geeft dat in de afgelopen veertig jaar op het toneel heeft ge staan. Na de renovatie maakt de Olympia ook met een non-stopn acht een nieuw begin. Dat gebeurt ergens tussen 15 en 30 oktober 1997. artiest Magie Frankie Kaz Lux album Hearts in sorrow label Music Words d u u 47:02 min. 'n E. A o W f In het clubcircuit treden Magic Frankie Kaz Lux al enige tijd als duo op. Logisch dus dat die samenwerking nu een vervolg krijgt op schijf. Beide oudgedienden houden het simpel en overzichtelijk op deze vrij wel geheel akoestische blues-cd. De titel 'Hearts in sorrow' is een ode aan het veel bekender bluestandem Sonny Terry Brownie McGhee van wie ook Tm a stranger here' wordt gespeeld. Het album bestaat uit kale vertolkingen van enkele minder voordehandliggende bluesnum mers. De aangename vocale interactie en het fris van de lever gitaarspel vormen de hoofdbestanddelen, terwijl Rens van der Zalm als enige gast gedoseerd mag strooien met mandoline-, accordeon- en fiddleaccentjes. Leuk, want totaal anders zijn de bewerkingen van de eigen standaard werken 'Crvin' over you' fFrankie) en 'Cruel train' (Lux uit zijn Brainbox tijd). Veel commotie zal het gelegenheidsduo met deze schijf niet ver oorzaken, maar de melancholieke nummers vol laidback country- en folkblues klinken ondanks de pretentieloosheid zeer angenaam. JoopBreedveld

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant / Rotterdams Dagblad / Waterweg / Algemeen Dagblad | 1996 | | pagina 5