1
Verschijnt
laandag, Woensdag en Vrijdag.
A0. 1867.
M 1
aandag -15 Mei.
K
ennisge ving.
P ub 1 ica tie.
ALGEMEEN OVERZIGT.
BUITENUNDSGHE BERIGTEN.
BINNEWLANDSCHE BERIGTEN.
(Brieven Franco.)
i ABONNEMENT:
Abonnemenlaprija per Drie Beenden
f 1.85.
ADVEBTBNTIEN:
Prij» ren den gewonen regel./0.10.
Tol 10 regel» f 1.00. Zegelregt toer iedere planning 0.35.'
k,
a*
t
513-
CD 11 RAIT.
Oproeping tot de lnsclirijviug; voor de
- Schutterij.
De Burgemeester en Wethouders van Schiedam
Geilen de Wel op de Scbullerijen Tanden 11 April 1837. en speciaal
geler behbeude op die artikelen der Wel, welke in betrekking staan tolde
jiarlijkich'einschrrjTing, zoo tot de bestaande Register» van vroegere j'sirn,
«Is tot d« inschrijving, welke gedurende de iaalste helft der maand Mei
stoet geschieden:
Doen tc welen Dat <le Registers ter inschrijving voor de SCHUTTERIJ
tan dogeborenen in do jaron 1833 tot 1843 ingesloten, zullen worden
geopend ter inschrijving ^an alle mannelijke ingezetenen, welke tul het
laatst gome Ida jaar behoorenalsmede van ben, welke, in de vorige jaren
geboren zijnde, sedert de laatal vorige inschrijving, zich alhier mei er woon
hebben nedergezetwaaronder evk begrepen zijn de Militairenna dien lijd
gepasporteerd, en de vreemdelingen, van builen bel Rijk gekomen, die zich
alhier hebben gevestigd, voor zoo verre deze Iaatsteu bel voornemen om
zich in dil Rijk neder te zetten hebben aan den dag gelegd, holiij door eeno
uitdrukkelijke verklaring, hetzij door de werkelijke oterbrenging van den
zetel van hun vermogen en do hoofdmiddelen van bun beslaan naar her
waarts, zonder dat de lijdelijke uitoefening van eenig bedrijf of handwerk,
ioeenige ondergeschikte betrekking, als zoodanig voornemen wordt aan
gemerkt; allen welke zullen worden ingeschreven in dat Register, waartoe
zij volgens hunnen ouderdom bcbooren.
Dat van deze inschrijving niemand der voormelde personen ia uitgezon
derdmaar dat allen, zonder onderscheid, daarin hegrepen zijnal ware
betook, dat zij zonden vermcenen volgens de wel lot de vrygostoldcn of
uitgestotenen te behooren; zullende derhalve, alle do bovengemalden
diirloe bij deze wordende opgeroepen, moeten verschijnen ten Itauclhuize
dezer Gemeente:
degenen die wonen in de wijken A.Ben C,op Maandag tien 27 d/e»18ö7.
endegenen die wonen in de wijken D,E, FenG, oyDinysdagdenZSMei 1867,
op beide de dagen des namiddags van 3 tot ure
teneinde zich te laten inschrijven ia dal Register, waar loc zij volgens hun
nen ouderdom behooren. Deze Registers zuilen op den eersten Junij finaal
worden gesloten.
De opgeroepenen tullen verpligt zijn, bij hunne inschrijving opgave te
doen van hunne namen, voor* en bijnamen, van de plaats en den tijd hunner
geboorte, hunne woonplaats met aanduiding van wijk cn nomoier, hel be
roep hunner ouders en dat van ben zelf, of zij zijn gehuwdongehuwd of
weduwenaar, bet get«l hunner kinderen van beider sekse sedert wanneer
zij mgezeienen der Gemeente zijn en van waar zij alhier zijn komen inwonen,
en eindelijk van de redenen die zij zouden vermcenen, dat hen van de
Scbutterlyke dienst zouden vrijstellen of daartoe onbevoegd makennaar
aanleiding van artt 3 en 4 der Wet, met opgave van het artikel en onder-
idifLdtfJi&fci i twaazop-ah sioh-lwoatisBwiM i*u-x
Wordende voorts ieder hunner, buiten dezo Gemeente geboren, aange
maand, om zich tijdig van een geboorte-akte te voorzien, en zich alzoo van
zyncn ouderdom te verrekereoten einde de inschrijf ing behoorlijk kuune
geichieden en om voor te komen, dat iemand door eene verkeerde opgave
van zijnen ouderdomvervalle io de straf bij de Wet bepaald.
Terwijl Burgemeester en Wethouders voornoemd de hierbij belang
hebbenden waarschuwen, oniiich van hunne verpligting in deze te kwijlen,
vermits uil krachle van art 0 der Wet cn art. 0 van Z. 31 Desluit van den
21 Haart 1828, al degenen welke zich vóóf bel sluiten der Registers, op
den eersten Junij eerstkomende niet hebben laten inschrijven, alsnog
ambtshalve zullen worden ingeschreven cn dat zij dien tengevolge, zullen
worden verwezen in cene geldboetecn daarenboven zonder Loting, bij
de Schutterij ingelijfd, indien het zal blijken dat er, tijdens de verzuimde
inschrijvinggecne redenen tot vrijstelling of uitsluiting ten bunnen
aanzien bestonden.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 0 3Ici 1867.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam
1». J. VAN DIJK. VAN MAÏtNESbE.
De Secretaris,
A. W. MULDER, F. S.
Schutterij*
De Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gelet hebbende op art. 7 van Zijner Majesteit* besluit van den 7 Septem
ber 1828, Staatsblad no, 65), roepen bij deze op alle personen, welke als
gebuwd of weduwenaars met kind of kinderen in bel afgcloopen jaar, uit
dien hoofde in de tweede klasse van de algcracene rol der Schutterij gebragt
lijn geworden, doch sedert dien tijd, door bel overlijden hunner vrouw of
hnderende bevoegdheid verloren hebben om in die klasse te verblijven
ra dus als nu in de ccrsto klasse der voor dit j'aar te formeren algemeens
ral gerangschikt moeten worden, om van dusdanige verandering van ont-
itandigbeden kennis tc gevenof wel zich dasrloe ter Secretarie dezer
Gemeente «»n te melden vóór do aan te vangen inschrijving des morgens
10 lat 12 ureen dus uiterlijk op den 27 Mei aanstaande zullende
by verzuim dezer aangifte, de belanghebbende, ingeval bijdien ten
gevolgemei op de bijzondere rol mogt zijn overgenomen, dadelijk vol-
gtoa art. 8 van voornoemd Besluit, bi] de Schutterij worden ingelijfd, legen
ontslag van hem die in zijno plaats is opgeroepen alles onverminderd de
loepusing der strafbepaling, bij art. 1 der wet van den 6 Maart 1818
{Staatsblad no 12), houdende cene geldboete van ten hoogste vijftig
fulden en eene gc*angenis uiterlijk van drie dagenhetzij afzonderlijk of
wel beide straffen Ie tarnen genomen.
Voorts brengen Burgemeester en Wethouders voornoemd ter kennis der
belanghebbendendal zij welke hun 34ste jaar bobben voleindigd en tot
de reserve behooren, alsmede van hen, die daarbij gedurende ry/jaren
hebben geslaan op grond van artt. 26 en 26 der wet van den li April
1827, indien zij zulks verkiezenkunnen worden ontslagen; weshalve
ieder, die van dit regt wenacht gebruik temaken, aangemaand wordt om
wikt ter kennis van bel Bestuur dezer Gemeente te biengcn, door eene
verklaringschriftelijk te doen, en ter Secretarie voornoemd te bezorgen
■iterlijk tóór 3D Junijaanstaandey vermits alle degenen, die zulks met
■ogten verrigten, gehouden worden voor Vrijwilligers, welkentctvroeger
dan in de maand Junij van het volgende jaar hun ontslag op bovenstaande
*jjze kunnen reclameren.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 0 Mei 1807.
Burgemeester on Wethouders van Schiedam t
P. J. VAN DIJK VAN MATEWESSE.
De Secretaris,
A. W. MULDER, F S.
Trots do meest donkere voorstellingen van het naderend
dreigend gevaar van oorlog door beangste of daarbij belang
hebbende personentrots het aanhoudend naar de laagte
spelen der geldmannen en het luide geroep der dagbladen,
dal;geheel Europa weldra in vuur en vlammen zoude op-
gaanjv-i trots dut alles is op dit oogenblik zelfs de zwartgal-
t f
ligste genoodzaakt te erkennen,dat de hoop op vrede zoo goed
als vervuld is en zy die by een oorlog gebaat zouden zjjn
moeten van hunne verwachting afstand doen om een goeden
slag te künncn slaan terwijl zells do meest invloedrijke
geldmannen een rjjzende beweging der beurs niet konden te
genhouden en de dagbladen schier eenparig moeten toestem
men dat de conferentie te Londennaar wensch geslaagd is.
Schier eenparig zeggen wijwant nog zijn er altjid die
twijfelen, ja ongerust zjjn; zelfs zóó, dat zy van geen vrede
willen hooren, ofschoon zy erkennen, dat de vrees voor ern
stige verwikkelingen ten gevolge van de Luxemburgsobe
aangelegenheid, in den jongsten tyd plaats heeft gemaakt
voor meer vredelievende uitzigten.
Zoo zegt o.a. een Berlijnsch dagbladDe tijding van de
conferentie heeft niet die verhoogde geruststelling gegeven
welke men na hetgeen vooraf gegaan was daarvan verwach
ten mogt.
Het is waar, zoo vervolgt het, dat de voorloopigc medo-
deelingen ten aanzien van de stemming der aan de conferentie
deelnemende mogendheden gunstig zjjnen met name schijnt
Engeland de bedenkingen, die het aanvankelijk tegen de
verwaarborging der neutraliteit van Luxemburg scheen te
koesteren, te hebben laten varen. Maar de uitzigten, waar
voor de beraadslagingen der conferentie grond opleveren,
worden beneveld door de geloofwaardige mededeelingen
welke men omtrent de voortdurende oorlogstoerustingen in
Frankryk ontvangt. Uit die berigten blijkt, dat Frankrijk
zijn leger niet enkel op de volle sterkte brengt die het op den
voet van vrede hebben moet en die in den lantsten tyd ver
minderd was, maar door de jjverig voortgezette aankoopen
van paarden en door uitgebreide oproeping van manschap
pen het leger tot een hoogore sterkte en in zoodanigen staat
brengt,dat het niet enkel aan de behoeften des vredes voldoet
maar tot aanvallende ondernemingen geschikt geacht kan
worden.
Onder zulke omstandigheden zal de Pruissische regering,
ofschoon het behoud van den vrede opregt wenschenden
..voortdurend,daarnaar strevend, het.oogmeekunnen,sluiten,
voor de noodzakelijkheid van ernstige waakzaamheid cn
voorzigtigheid. Pruissen heeft tot heden geen enkel man
onder de wapenen geroepen, geen enkel paard aangekocht.
Het blijft ook nu nog niet alleen wenschen, maar hopen, dat
de vredebewaard zal blij ven.Do conferentie kan de vervulling
van die hoop aanbrengenmaar deze mogelijkheid mag voor
Pruissen geen reden zijn om het nemen van voorzorgmaat-
regolen te verzuimen, die dan alleen zouden nagelaten kun
nen worden, wanneer Frankrijk, gelijk men aebt dagen
geleden verwachten mogt, met de daad een onderpand gaf,
dat het den vrede ernstig wil en niet enkel als een mogelijk
heid beschouwt.
Welnu, op dit oogenblik is hot geven van dusdanig eon
onderpand in de magt van Pruissen, daar het laatste berigt
betrekkelijk de conferentie luidtdat al de artikelen van het
tractaat betreffende Luxemburg met eenige wijzigingen ge-
parufeerd zyn, met uitzondering van art. 4 ten aanzien het
tydstip der ontruiming van de vestingwaaromtrent de
Pruissische gevolmagtigde instructien van z'yne regering go.
vraagd heeft.
Wunneer het Groothertogdom Luxemburg door de confe
rentie onzijdig verklaard wordt, zoo laat zich een ander
blad, ineen geheel anderen zin hooren,zal Pruissen zekerlijk
afzien van de handhaving der verdragsbepalingen waardoor
het vroeger het regt heeft verkregen, om troepen voor het
garnizoen der vesting Luxemburg te leveren. De onzydig-
verklaring heeft dus de ontruiming der vesting tot gevolg.
Deze ontruiming zal leed doen aan strjjd- en roemzuchtigen,
welke het onderling ontzag der natiën cn have wederzydsehe
voldoening slecht aanstaan; doch zy zal oen zege zijn, niet
voor dezon of genen uitsluitend,1 maar voor den vooruitgang
der begrippen van den nieuwen' tyd, een hulde aan het op
nieuw bevestigde volkenregt,een getuigenis van Europa voor
de waarde van het te sluiten verdaag, een overwinning voor
de zaak des vredes, kortom een geluk voor een iegelijk, die
niet met het bloed en de tranen van zyn natuurgenoot
gemest wil worden.
Ja, wjj willen het nogmaals zeggenterwijl de Londen-
sche conferentie het thans bestaande gevaar van oorlog af
wendt, kan en behoort zij voor langen tyd de zekerheid te
geven dut de vrede niet zal worden gestoord door eerzuchtige
plannen, zoo als Duitschland en Frankryk wederzyds ge
neigd zyn elkander toe te schrijven.
Met de muren der vesting Luxemburg, neervallende op
een door Europa onschendbaar verklaarden grond, valle ook
het laatste overblyfael der onderlinge achterdocht van twee
groote natiën, zoodat er niets anders overblyft dan weder
zydsehe toegenegenheid en wederkeerig ontzag voor haro
onafhankelijkheiduitgeoefend binnen de grenslinien die
sedert ruim een halve eeuw aan elke van dio beide natiën
toereikende ruimte tot het ontwikkelen van hare magt en
rijkdom geven.
By gelegenheid van een roei wedstrijd, dezer dagen op
de Tyno gehouden, stortte een tribnne in, die over het water
was opgeslagen, ten gevolge waarvan eon honderdtal perso
nen in hot water is gevallen, met het treurige gevolg, dat er
meer dan vijftig verdronken.
Te Wollin is onlangs een 35jarige boekbinder in hech
tenis genomen, beschuldigd van zyne vierde vrouw en haar
kind vergiftigd te hebben. Uit de sedert zyn arrestatie
bewerkto schouwing van de overblijfselen zjjner drie laatste
vrouwen is gebleken, dat dezo allen vergiftigd waren. Naar
aanleiding duurvan is ook hot lijk van de eerste opgegraven.
Het gerucht wil dat hy tjjdons het leven van zyn vierde
vrouw reeds stappen deed voor een vyfde huwelijk.
Gisteren zoude er te Par jjs een conferentie plaats heb
ben tusschen de chefs der bankiershuizen Rothschild. Men
wil weten, dat het doel dezer conferentie is om onderling
overeen te komen, hunne beurzen gesloten te houden voor
een eventuele leening van het Pruissische gouvernement.
Meermalen en zeer te regt is er geklaagd over den
verderfelylcen invloed van het zeewater op ijzeren schepen.
Op het Fransche oorlogschip La Belligeuse is thans de nieuwe
methode toegepast, om ijzeren schepen even als houten te
koperen. Die methode is een uitvinding van kapt. Leroux,
van de Fransche marine; het koper wordt daarbij van het
ijzer gescheiden door een laag „mastiek", waarvan de zamen-
stelling niet genoemd wordt, en door middel van koperen
klinkboutcn bevestigd. Die bouten, ongeveer duim dik,
worden in kegelvormige gaten, die in het ijzer gedrild wor
den, gedreven, de kop is van koper, waaronder een ringschijfje
van onzydig metaal. De proef is zeer belangwekkend ea
houdt veler aandacht bezig.
Wjj vernemen, dat by de directie van den spoorweg
Grand Central Beige het voornemen bestaat om, by gelegen
heid der algemeene tentoonstelling te Parijs, wekeljjksche
speciale treinen te doen loepen tusschen Rotterdam en Parjjs
tegen zeer verlaagde prijzen.
Het te Ostende verscbjjnende blad la Flandre Maritime
verzekert, dat een plan is ontworpen tot bet graven van een
kanaal van Niouwpoort over Brugge, Gent en andere steden
.naar..Antwerpen,»terj,vervanging..van de^VVestor-Schelde. -
Onder de bijzonderheden van dat plan behoort, zegt men,
dat de haven van Nieuwpoort aanmerkelijk vergroot zou
worden, en dat locomotieven, langs sporen, aangelegd ter
wederzijden van het nieuwe kanaal, de schepen by wind
stilte of tegenwind van en naar zee zullen slepen. Als ont
werper van dat plan wordt genoemd do heer Fr. Mols.
Uit New-York wordt gemeld, dat de regering te
Washington by voortduring petitiën ontvangtzoowel uit
het Noorden als uit bet Zuiden des lands, tot het verkenen
van gratie aan Jefferson Davis, president der gewezen con
federatie. Hetschynt voorts, dat men ook bij Jefferson Davis
pogingen heeft aangewend om een verzoekschrift vod dien
aard in te dienendoch hy beeft dit volstandig geweigerd,
op grood dat dergelijk verzoek een erkenning zijner schuld
zou zyn.
SCHIEDAM, 11 Mei 18 6 7.
Er is dezer dagen melding gemaakt van de komst der
Luxemburgsche deputatie te 's Gravenbage. Een telegram
van daar aan het Luxemburger Wort, van de deputatie zelve,
luidt: „De koning is niet wel; wjj hebben audiëntie bij den
prins gehad van 3 tot 6 ure. Wij zijn door den prins goed
ontvangen. Do prins hield de vrees der Luxemburgers voofc
overdreven. Onze handelsbetrekkingen bljjven vrij, maar de
vesting wordt gesloopt. De prins heeft beloofd de belangen
der stad te behartigendoor den koning is hem opgedragen
als schadevergoeding aan de stad het terrein toe te zeggen,
dat nu door de vestingwerken wordtingenomen."
Aan bet Journal de la sociótó agricole da Brabant
wordt aangaande de beweerde uitvinding van Paarlberg be
trekkelijk het onderkennen van vee, dat onvatbaar zou zjju
voor don veetyphus, het volgende gemeld
Zes koejjon, door hem als onvatbaar aangewezen, zyn ge
plaatst opeenstal van do veeartsenijschool te Utrecht,waarin
onlaDge 11 runderen aan de veepest bezweken waren. Zy
bleven gezond. Om er zich vau te overtuigen hoe ver haar
vryblyven zou gaan, wreef men haar bek, neus en oogen in
met sljjmigo en andere stoffen vau besmette dierenook aan
deze proef boden zij nog weerstand. Ten slotte entte men ze
in door middel van een seton, doortrokken met smetstof; dit
maal werden drie van dezes door de ziekte aangetast,die dan
ook stierven.
Door deze laatste proefneming is Paarlberg in bet ongelyk
gesteld, die beweerd bad dat zijne kooijen zelfs niet door in
enting besmet zouden wordenmuar men kan niet loochenen
dat de door hem uitgekozen dieren minder vatbaar dan de
andero voor de besmetting scbynon te zjjn geweest,
De proef, genomen met kocijen van Breianjor ras, die door
bet gouvernement waren aangekocht, is mede niet gesluagd,
ofschoon deze dieren hetzelfde onderscheidende kenmerk
dragen ais die van Paarlbergfzwartachtigo kleur van bet wit
en het slijmvlies in het oog), eenige dezer koejjen, in een be
smetten stal geplaatst, zyn ziek geworden, en twee daarvan
zijn gestorven. De proefnemingen houden nog aan.