if« 487«/
Zaterdag Januari.
bwtenuhdsghe berichteh.
'„V* 3308.
*'/-<r:. v",vc -j^i"
Franco per foil, door het geheele Rijk3 50.
Bij elk morgengewaad en wandelkostuum, waaruit
de prachtige bruidskorf van de grootvorstin Maria, van
Rusland, die met don hertog van Edimburg in het huwelij k
treedt, bestaat, is een bijzonder taschje (aumonière) ge
voegd, en eenige daarvan zijn ware meesterstukken van
bewerking. Zoo zijn o. a, op een, vervaardigd van rood
fluweel, in middeneeuwschen vorm, de Keizerlijke wapens
van Rusland, op allerkunstigste wijze geborduurd in edel
gesteenten van verschillende kleuren. Dit is een geschenk
van den Keizer zelf en het is gevuld met Russische goud
stukken, die bestemd zijn om op den huwelijksdag ah aal
moezen te worden rondgedeeld.
Aangaande de schorsing van het clericale dagblad
fïïnivers wordt door den gemeenlijk wel ingelichten cor
respondent van de Times aan zijn blad, onder dagteekening
van 19 dezer, h'et volgende bericht: De bewering van dat
blad, dat deszelfs schorsing door een vreemde mogendheid
zou geèischt ziju, is geheel ongegrond. De Regeering zag
zelve de noodzakelijkheid van die schorsing in en heden
ochtend vroeg werd het daartoe betrekkelijke besluit ge
nomen, welks eerste aanleiding lag in de openbaarmaking
van het mandement des bisschops van Péi igieux, hetwelk
opgevat werd als een terugslag op de bekende circulaire
van den Minister van Eeredienst.
Invloedrijke leden der Nationale Vergadering hadden
de Regeering 'trachten te overtuigen de schorsing van het
blad uit te stellen tot na de aanneming der wet op de be
noeming der maires; maar de Regeering begreep dat die
maatregel niet langer behoorde te worden uitgesteld en zag
er niets onbehoorlijks in dat hij genomen werd voor dat er
over het bedoelde wetsontwerp een beslissihg gevallen was.
sDbof' dezed maatregel, waardóór zij zich'Volkörhen heeft
losgemaakt van de heftige clericale partij, heeft de Regeê-
ring zich in de oogen van Europa trachten te zuiveren van
elke verdenking van vijandige of kwaad willige bedoelingen,
welke geheel buiten hare denkbeelden liggen of van de
verdenking van zwakheid, welke zij niet op zich wil laten
rusten."
Een wever te Sant Etienne, in het departement Puy
de Dóme, die zich beroemde een uitmuntend schutter te
zijn, Wilde een proef van zijn vaardigheid geven, nam zijn
geweer en giqg met zijn twaalfjarig zoontje naar den tuin.
Daar gekomen, beval hij dezen een appel op zijn hoofd
te leggen en op een afstand van 15 schreden te gaan staan.
De knaap gehoorzaamt, de vader geeft vudr en de appel
valt. De buren, aan wie de wever dit bewijs van zijn
schuttérstaleüt vertelde, schudden twijfelènde hét hoofd.
Om hen te overtuigen, moest hij nog eens begimien, ter
wijl de toeschouwers daaromheen geschaard stonden. Dit
maal was het kind genoodzaakt, wegens de duisternis een
lantaarn in de hand te houden; het doel werd echter ge
lukkig bereikt. Vol bewondering gingen de buren naar
buis. Tuenhetgerucht van deze zaak zich echter verspreidde,
is de moderne Willem Teil voor de politie geroepen. De
zaak zal gerechtelijk worden vervolgd.
Het volgende wordt door een Parijsch blad als swaar
gebeurd" medegedeeldDezer dagen was een koopman in
oude meubelstukken bezig om een kleine secretaire, in
den stijl van Lodew'y'k XVI, uit elkander te nemen ten
einde er iets aan te herstellen, toen hij achter een lade,
tusschen een plankje en den bodem van het meubel, een
papier vond, waarop geschreven stond: Dte openen tersfond
na mijnen dood of als men meenen zal dat ik dooi ben,"
terwijl de inhoud aldus luiddesin deze stad, waar ik
slechts tijdelijk verblijf houd, dadelijk drie beroemde ge-
aeesheeren ontbieden, hun zeggen dat ik tweemaal in mijn
leven schijndood ben geweest: de eu'Ste maal drie, de
tweede maal vijf dagen. Zorgen dat er bij mijn lijkgewaakt
wórde gedurende den tijd dien zij zullen bepalen. Als zij
order geven mij te begraven, in mijn doodkist bij mij te
leggen: twee hamers, drie beitels en een klein breekijzer,
alsook in een doosje, een pond bouillontabletten, (ge-
teekend) Lelevrault," Het toeval heeft gewild, dat dit voor
den schrijver zelf zoo gewichtig document, achter de lade
van'de secretaire waarin hij het borg, geraakte en alzoo aan
het oog onttrokken werd, zoodat zijn uiterste wil, in dit
opzicht, waarschynlyk niet is vexvulJ. Wat is er met hem
-gebeürd? Het is onbekend. Maar één ding is zeker, men
behoeft' thans geen moeite meer te doen om het te weten
te komen, want onder de naamteekening is deze datum
.geplaatst: Eatampes, 18Januari 1778. i
Kort geleden stierf in de omstreken van Bouchain
een grijsaard, met name Hotelard, die den hoogen leeftijd
van meer dan negentig jaren bereikte en aan een gebeurte
nis in ziju leven, die hem steeds levendig was bijgebleven,
den b\jnaam van Tiembloni had te danken. Deze man, die
het bedrijf van kapper uitoefende, had vroeger als vrijwil
liger in de legers der eerste republiek als tamboer gediend.
Den21 Januari (eergisteren81 jaren geleden) washij tegen
woordig bii de terechtstellinff van Iiodewiik XVI on de
(Brieven Franco.)
den trom moest slaan, om den Koning te beletten van het
schavot het volk toe te spieken. Hotelard had van deze
verschrikkelijke gebeurtenis zulk een levendige herinne
ring behouden, dat hij er niet van kon spreken zonder door
een zenuwachtige trilling bevangen te worden.
Dezer dagen heeft de heer Reynes, directeur van 't
paleis van Longchamp te Maiseille, voor de som van
twaalfhonderd galden een versteend epiornis ei aange
kocht. Een dergelijk ei bezit men te Parijs, 't welk tot
dusver als het eenig bestaande werd aangemerkt. De
epiornis behoort tot een lang uitgestorven vogelgeslacht,
zoo men meent eenmaal op Madagascar inheemschhaar
ei heeft een inhoud gelijk die van tweehonderdvijftig hoen
dereieren. Van dit dier, 't welk ook voor den mensch
schrikwekkend groot en sterk moet geweest zijn, bezat
men te Marseille reeds eenige beenderen.
Maandagmorgen is er op het postkantoor te Ant
werpen, groen Kerkhof, een groote diefstal ontdekt. Er is
bevonden dat er 55,000 fr., in bankbiljetten van 1000 en
100 fr. verdwenen zijn.
De diefstal is op een stoutmoedige wijze gepleegd. De
koffer bevatte verscheidene sommen, gereed, geteld en ver
deeld, om eerstdaags de op den post genomen abonnemen
ten, aan de dagbladen te betalen.
De dief heeft de biljetten van 1000 en 100 fr. genomen
en de andere waarden, zooals biljetten van 20 en 50 fr.
alsook het goud en zilver geld, laten liggen.
Men veronderstelt dat het schelmstuk in den nacht van
Zondag op Maandag is gepleegd.
Vrijdagavond js er op den spoorweg van Mechelen
naar Leuven, een vreesehjk ongeluk gebeurd, dat aan de
onvoorzichtigheid moet toegeschreven worden. Twee
werklieden uit het station van Leuven en woonachtig de
eene te Kampenhout, de andere te Meerbeek, keerden met
den goederentrein van Leuven huiswaarts. Ter hoogte van
Haecht, aan een weg rechtstreeks naar hunne woningen
geleidende, sprongen zij, zooals, gelijk het schijnt, zij dage
lijks gewoon waren, van den voortsnellenden trein, ten
einde spoedig te huis te zijn. Doch juist op het oogenblik
dat zij afsprongen, kwam een sneltrein van Mechelen, en
de twee onvoorzichtige werklieden werden beiden in hun
nen sprong door de locomotief getroffen, met het ver
schrikkelijk gevolg dat den een het hoofd letterlijk werd
afgesneden, terwijl de andere geheel verminkt, insgelijks
op slag dood bleef. Beiden zijn gehuwd en vader, de eene
van drie, de andere van vier kmdeieu
In Italië is onlangs een wet aangenomen, waarbij
strenge straffen bedreigd zijn tegen het stelen van jeugdige
kinderen of het huren" van deze doorheden, die er een
beroep van maken, de arme schepsels naar Frankrijken
Engeland te zenden, waar ze, op verschillende manier,
maar altoos op deerniswaardige wijze, voor bedelarij ge-
gebezigd worden.
Volgens de Patrio heeft hetltaliaansche Gouvernement
de medewerking van Frankrijk verzocht tot uitvoering
dezer wet. Dientengevolge spoort de politie te Parijs en in
de overige steden van Frankrijk de lieden op, die van deze
ellendige exploitatie een broodwinning maken. Alle
Italiaansche kinderen, die zich in Frankrijk zonder hunne
familie bevinden, zullen op kosten van de Italiaansche Re
geering naar hun vaderland worden teruggezonden.
BINNENLAHDSCHE BERICHTEH.
SCHIEDAM, 23 Jammri 1874.
Bij Kon. besluit van den 10 Januarijl.no. 13, zijn tot
leden en plaatsvervangende leden van de militieraden,
o. a. in het tweede militie-district van Zuid-Holland be
noemd: tot lid de majoor jhr. Klerck, te's Gravenhage,
tot plaatsvervangend lid de kapitein Margadant, te Delft,
Omtrent de verkiezing van een lid der Tweede Kamer
in het kiesdistrict Goudazegt de Haagsche correspondent
der Bott. Ct. het volgende
Wat den verkozene betreft, voor hem is de aanvankelijke
bevrediging eener schier ontembare eerzucht het minst ge,
wenscht. Zijn politieke loopbaan met gerustheid durf ik
het voorspellen wordt dra zijn politiek graf. De Tweede
Kamer is het strijdperk voor theologische kwestién niet en
kan dr. Kuyper iets anders dan theologisecren en anderen
verketteren? Ook he^autste, mocht hij het beproeven, zal
men hem spoedig afleeren in den nieuwen kring waarin li\
zich gaat bewegen.
Maar ééne zaak mogen wij dan toch wel verwachten
vastheid van beginsel bij den nieuw gekozene. Is die ver
wachting niet te sterk, dau is hij zedelijk verplicht en ge
dwongen eerlang te berde te komen met een voorstel tot
herziening van art. 194 der Grondwet. Daarmee moet hij
komen en dan zullen wij zien hoever de hoogmoed van
dr. Kuyper het kan brengen. Wij hebben daarvan niet te
veelte vieezen. Mijne overtuigingis het dat dr. K. het eerst
zichzelf zal afbreken en tot zekere hoogte zal het vader-
landsch belang ermede gediend zyn, datdeGoudsche afge
vaardigde zich thans ruiterlijk voor ziju beginsel zal aan
gorden. Wellicht, dat de nuchtere werkelijkheid van zjj
ADTBBÏESÏII1N!
Prijs: vin 1 tot 10 gewone regels f 1,00; iedere regel meer fO.10.
Voor den werkenden stand en voor weldadigheid, de helft vin den prijs.
isolement hem van het voetstuk afrukt, waarop hij zichzelf
heeft geplaatst.
Bij het verongelukken van het stoomschip la Ville
du Havre kwam ook de Protostantsche predikant van
Madrid, de heer Carrasco, om het levenvrouw en kinderen
bleven geheel onbemiddeld achter. Dientengevolge hebben
eenige bestuurders van de Nederl. Gustaaf Adolf-vereeni-
ging, te Rotterdam, een commissie gevormd, ten einde door
een beroep op de liefdadigheid, in staat gesteld te worden
de nagelaten betrekkingen van den Madridschen predikant
te ondersteunen.
De verzamelingen in 's ryks museum van natuurlijke
historie te Leiden aanwezig, zijn dezer dagen op nieuw met
twee bezendingen verrijkt. Een daarvan werd toegezonden
door den dirigeereuden officier van gezondheid 2e kl. van
het N. I. leger P. G. Neeb, en bestaat uit een zeer aanzien
lijke verzameling van kruipende en andere dieren, te Soe-
rabaija op Java bijeengebracht. De tweede bezending is af
komstig van den heer J. H. G, Vosmaer, administrateur
der tinmijnen op Banka te Blinjoe, en bevat nagenoeg twee
honderd vogelhuiden, eenige zoogdieren en een verzameling
kruipende dieren op spiritus, die allen op het eiland Banka
werden verkregen.
Maandag heeft men te Gouda op de openbare straat
een pasgeboren kindje, geheel naakt, te vondeling gelegd,'
zoodat het spoedig is overleden. De politie heeft het lijkje
opgenomen en beijvert zich om de ontaarde moeder op het
spoor te komen.
Over den Kraton schryft kolonel Gerlach ia den
Tijdspiegel het volgende:
»Op ongeveer een paar honderd meter van den linker
oever van Atsjin gelegen, beslaat hij een groot vierkant,
aan alle zijden door een natte gracht ingesloten, en hoewél
de afmetingen, door onze inlandsche berichtgevers mede
gedeeld, slechts als approximatief te beschouwen zyn, zoo
schijnt toch de Kraton een oppervlakte van 150 160
duizend vierk. meter te beslaan.
sOp den buitensten wal, drie meter hoog met een barm
van 6 meter breedte en geheel met bamboedoérie beplant,
staat aan de noordzijde een twintigtal stukken in batterij,
die tevens een gedeelte der rivier en het terrein voor dén
Missigit bestrijken, terw'yl aan de zuid- en west-face eenige
onbruikbare stukken op den grond liggen, behalve één
kanon van zwaar kaliber, dat van den laatstgenoemden
wal den weg naar passar Moekim IV bestrykt,
»Op ongeveer 140 i\ 150 M. afstand van de oostelijke
grens stroomt de Koerong Dalam aan de noordzijde naar
binnen, loopt evenwijdig aan die oostelijke grens in zuide
lijke richting voort, wendt zich dan op een vijftal M. van en
evenwijdig aan de zuidelijke gracht van den Kraton naar
het westen en verlaat den vierhoek aan de zijde, met een
bocht langs de daar ter plaats van steen opgetrokken kotta
Patjoet, om zich daarna in de rawahs te verliezen. Deze
moerassen, die zich tot dicht bij de zuider-buitengracht
uitstrekken, zijn bij vloed met kleine schuiten bevaarbaar.
nBezijden de zoo even genoemde punten van in- en uit-
strooming bevinden zich de toegangen tot de inwendige
ruimte van deD Kraton, aan weerszijden door wachthuizen
en eenig geschut beschermd. Omstreeks 50 M. aan de
oostelijke face loopt een gracht, 3 M. breed en 1.5 M. diep,
van het noorden naar het zuiden, in welk afgesneden ge
deelte de verblijfplaats der vrouwen en de vorstelijke be
graafplaats zijn gelegen. Westwaarts van die gracht wordt
door een hoogen wal, op een afstand van ongeveer 100 M.
van de noord- en westelyke, en 30 M. van de zuidelijke
grens, een tweede vierkant ingesloten, in welks midden,
door een iets minder hooge binnenwal, een derde vierhoek
gevormd wordt, waarin tegen de zuidzijde de woning des
Sultans, benevens het raad- en kruithuis, zich bevinden.
Vóór het raadhuis staan eenige stukken op den daartegen-
over liggenden, geheel vervallen wal gericht.
nDie binnenwallen (van muren wordt niet gesproken)
zyn vooral aan de noord en zuidzijde geheel of grooten-
deels vervallen, zoodat ze geen 't minste defensief vermogen
bezitten. Waarschijnlyk zullen in de hierboven beschreven
binnenruimte nog andere woningen gevonden worden,
waarvan echter geen melding wordt gemaakt. Midden
voor het noorderfront staat een hooge katapang (waar
schijnlijk de boom, waarvan reeds vrooger gesproken is),
en de uitgang aldaar wordt door een droge gracht met
een dubbele rij randjoes gedekt, terwijl de linkervleugel
van de versterkte positie, welke den Missigit omringt, dit
vermoede! ij k fi ont van aanval tevens tot voorwerk dient."
Het volgende wordt door dr. G. Post te Dordrecht
geschreven aan de Prov, Qron. Ct
Dat onzuiver water nadeelige gevolgen heeft, wordt
langzamerhand meer door de ervaring bevestigd en het is
voorsteden, die in de nabijheid geen zuivere waterbronnen
hebben, of wier bodem door jarenlange infectie vergiftigd
is, een zaak van veel studie geworden, om goed water aan
hare inwoners te verschaffen.
Rivieren als de Theems zijn letterlijk te vee
verdund rioolwater; een menjj
deelige gevolgen geconstat
nogietsbekendgeword
1)"' - M^Jv-wr-if;
COURANT.
ABONNEMENT:
Abonnementsprijs, per Drie Maandenf 1.85,