w m r iêÈÊSêiêM? TOORAYOl YAN HET BEST. lit 11'„ >v I li' 1 Xt* - I WA itjt s- JP,^, -- ^^AMMVMWuioquiiUVfVJIIf^WlOr nog bij des bestaande iniicliting^geYo'ogd.1 Do-school bp1 Hot'Loo is een model-inrichting enjhét onderwijs geheel gratis. Maar onmogelijk is het, op den Vorst niet als bevorderaar 'van de kunst te wijzen. Door oen ruime subsidie onder steunt hij het nationaal toonecl. Jaarlijks besteedt llij f20,000 om de studiën van jongelieden in do schilderkunst en de muziek mogelijk te maken. Menig jeugdig talent, dat anders ■in de worsteling om het levensonderhoud ware ondergegaan, kan zich nu onbelemmerd ontwikkelen en do roem van hot Vaderland uitmaken. Later, als 'sKonings mildheid haar vruchten zal toonenzal het blijkenwat do Vnderlandscho kunst aan Willem III te danken heelt. gporacnt-^Kon .diep'Tkanaaljjdoorsnijdt'?,thansïZSBevelanaif^^^l^^ls'^jn^onst^md'WmïéTlnnd ^f'ft^t^/oV/v^^ Jv ja-., Ir-'H Vleugelen aangeschoten. (1852. I860). Had eeuwen geleden een ziener de profetie uitgesproken 1 iEr zal eens oen tijd komenwaarin de Reus der kracht huwen zal met do Genius der vlugheidon uit hun ver- .ceniging zullen voortkomenverbroederinglevensgenot welvaart en rijkdom der volken", onzo eeuw zou dan die profetie tot vervulling hebben zien komen. Het gebruik van dien gelieimzinnigen draad, welke met de snelheid der gedachte belangrijke algemcene of bijzondere tijdingen tot ons brengtdie werolddeelen voreenigten weldra den geheelen aardbol zal omspannenwerd onder 's Konings regeering hier algemeen ingovoerd. Do telegraaf- wet van 1852 schonk ons land een net van draden dat thans reeds de voornaamste plaatsen verbindtwaarvan de mazen hl kleiner on kleiner wordenom eindelijk te vallen onder het gebruik van bijna iedereen. De toepassing van stoom op vervoermiddelen te water en te lande en op fabrieken heelt in de laatste vijfentwintig jaren een reusachtige uitbroiding gekregen. Was een stoom- •boot eenige tientallen jaren geleden een zeldzaamheid, thans worden niet alleen onze grooto rivieren en do binnenzee door vlugge stoomers doorkliefd, maar worden zelfs kleine binnenwateren bevaren. Ja, zelfs zendt Nederland thans zijn drijvende stoorapaleizen westwaarts naar de Nieuwe Wereld en oostwaarts door het kanaal van Sueznaar het rijko Insulinde. Waren de Hollandsche- en do Rijnspoorweg lang onze eenige ijzerbanen, on schenen meerdere lang minder nood zakelijk wegens het gemakkelijk vorvoer langs onze grooto en kleine waterwegen, de toenemende belioofte aan versnelde communicatie en het steeds grooter wordendo inter nationaal verkeer, maakten den aanleg van meer spoorwegen dringend noodzakelijk. Vereenigingon en maatschappijen 'schenen onmachtig of ongezind daaraan de hand te leggen op aandrang des Konings werd in i860 bij do Statcn- Generaa) een wet ingediend tot het aanleggen van de noodige lijnen voor rekening van den Staat, en aangenomen. En nu zijn we in het bezit van een net spoorwegen, die, ja wel millioenen hebben gekostmaar ook de belangrijkste gemeenten verbinden, een versneld verkeer met het buiten land openen, en handel en nijverheid toestaan, de vleugels uit te slaan en met vreemden te concurreoren, brood en wel vaart aan honderden ambtenaren en duizenden werklieden schonken, en den vreemdeling verbaasd doet staan, over de reusachtige werken, daarvoor aangelegd. Beschouw de .groote dammen door hot Sloe en het Kreekrak geslagen, ten dienste van den spoorweg, die Zeeland met Noord-Brabant verbindt, de trotsche bruggen te Kuilenburg, Zalt- Bommel en Hedel, de in aanbouw zijnde Maasbrug te Rotterdam en de luchtspoorweg door dio stadmaar bovenal die reusachtige brug over bet breede Hollandsch-Diep die twee vroeger geschoiden provinciën vereenigt, en ver klaar, dan, als het u mogelijk is. dat dit nageslacht zich behoeft te schamen voor zijn wakkere voorouderen. waterweg doorloopt nu geheel hot belangrijke Walcheren, on verbindt Zcelands hoofdstad onmiddellijk mot Vlissingon en de Noordzee. De vanouds vermaarde Srlioldestad, de bakormat van den grooten admiraal, wekt thans de ijver zucht van naburige volken op, door haar uitstekende dokken en havens, dio in verband mot haar meer dan gunstige ligging haar oen glansrijko toekomst beloven. En al weder betoonde do Koning /.iju hoogo belangstelling in alles wat 's volks welvaart belrolt, toon hij in -1873 de voitooide werken inwijdde, en getuige was van de erkentelijkheid van hot Zeeuwsche volk, dat immer en altijd zoo innig aan zijn stamhuis was verknocht. Een zenuw, krachtig geweest, docli nog sterk. o (1863. 1873.) 4 Nederlands naam te noemen, en niet aan handel en scheepvaart to denken, dat is voorwaar! bijna onmogelijk. En al is de invloed der oude republiek voorbij, al is ons volk niet meer do machtigste zeevarende en handeldrijvende notie von Europa, toch is Nederland nog de tweede kelo id nialo mogendheid der wereld, wappert op alle zoeen zijn driekleur, en zou, zonder de twee bovengenoemde machtige - factoren der welvaart, weldra tot behoefte en armoede vervallen. Reeds Willem I achtto hot zich een duren plicht, den handel uit zijn vervallen staat op to beuren, o. a. rlooi' de -1 toegangen tot de beide groote koopstedenAmsterdam en Rotterdam, te verbeteren. Het N.-IIollandsche kanaal en dat van Voovne waren de vruchten aan zijn bemoeiingen. ,- Doch de toenemende ondiepten aan de mondingen onzer ti» rivieren, de grootore afmeting der schepen, de uitbreiding s der stoomvaart, do drang tot een snellere communicatie. J dat alles riep luide om verbetering. Eindelijk stond het vast: Holland zou op zijn smalst ,7; doorgegraven, liet IJ droog gemaakt en zoo de hoofdstad in r onmiddellijke verbinding met de Noordzeo gebracht worden. De Hollandsche Kanaalmaatschappij vormde /.ich, en roods in Maart -1865 werd do eerste spade voor liet werk in den grond gestoken. Een groot gedeelte is reeds voltooid, V-en al vordert de arbeid niet zoo snol, als gewenscht wordt, -V al zijn cr tal bolcmmoringcn in den weg gekomen, al is het vooruitzicht op dit oogenblik zolls niet zeer helder, bet meerendeel der deskundigen is overtuigd, dat eenmaal langs a dezen weg do trotsche zookastoclen het Venetio van het a Noorden zullen horeiken. Een tweede arbeid, waarop wij trotsch mogen zijn, is v dichter bij zijn voltooiing: de Nieuwe Waterweg door den Hoek van Holland, die den handel der bloeiende Maasste- v.v den een nieuwo vlucht" zal doen nomen. In October 1860 stak de Prins van Oranjo de eerste spade voor dit rons- aclitigo werk. Twee kolossale dammen steken reeds in zco pk" vooruit, en het kanaal zelf is boreids aanwezig. In Maart V;~1872 maakte de eerste zeestoomboot en een jaar daarnfi do eersto Oostindievaarder van Rotterdam af van den '"^Nieuwen Waterweg gebruik, en sedert hebben reeds hon- |l' ,'derden vaartuigen zich van dezo kortero gemeenschap be- jËTdiend. En dit jaar heeft bewezen, dat thans do grootste j%) 'zoil- en stoomschepen het kanaal onverhinderd kunnen Involgen. gR. iMaar het is Holland niet alleen, dat zich in soortgolijko «tWerken verheugen mag: het kanaalnet der noordolijke ^gewesten is uitgebreid, do zeehandel aldaar wordt gobaat |^dpoEj,.de" aanzienlijke verbetering der haven van Harlingen, ifc&fx&éland ia trotsch öp heigeen daar onlangs is tot stand Vrede toch wapenroem. (1849. 1859. 1864. 1873 en 1874), Vorst dos vredes, zoo zou men, ton minsto tot heden, en God geve, nog lang, Willem III kunnen noemen. Doch niettemin, bleef het zwaard hier in de scheede, ginds in het verre Oosten moest het flikkeren cn trollen, orn de erfenis onzer vaderen to behouden en Noerhuids gezag te bestendigen. En vreemd! De Vredevorst" ontvangt zijn kroon in een oorlog en viert zijn zilveren feest in een strijd, en heido even bloedig, in don beginne even hachelijk. Sedert 1845 streden wo tegen Bali's weerspannige vor ston. Tweo expedition hadden nog tot geen gunstigon uit slag geleid. De geestdrift jan dweepzucht dor Balineozon waren ten top geklommen. Docli de dag der afrekening komt met Wiliom III. Gene i-aal Micliiels staat aan het hoofd van don 3don tocht. Ilij neemt Djaga-Raga stormenderhandverovert don heiligen tempel te Soenge-Lawasdoch sneuvelt in den slag bij Kasoemba. Maar van Swieten eti Sateen-Weimar stellen zich aan het lioofd en Bali's vorsten buigen weldra dee moedig de knie voor hun lieer, don Sultan dor Ilollanda's. Het jaar 1859 ziet de Nederlandsclio krijgsmacht op Boni. Een heftige opstand is daar uitgebroken. Nederlanders zijn verraderlijk aangevallen en vennoord. Generaal Stoinmetz neemt in Februari wol tie hoofdstad, docli een tweedo ex peditie is noodig. Goneranl van Swieten betreedt het oproe rige land, de residentie wordt veroverd en de gevluchte Koningin van den troon vervallen verklaard. Gelijk lot treft den Sultan van Palornbang, die in hetzelfde jaar do oproer vaan had ontrold.-' Het jaar 1864 ziet een eskader van 16 Europeesche schepen in de straat van Simonoseki, IIoo Japan zich ook verzot togen den geest dos tijds, die de slagboomon, welke de volken scheidt, omverwerpt, tevergeefs. Het moet voor goed voor don wereldhandel geopend worden, en bovenal ontzag leeren voor gesloten verdragen. Het eskader ver schijnt, om de Jnpanoozen en bovenal den daimio van Na- gato voor herhaaldelijk betoonde trouweloosheid to straffen. En is do uitslag glansrijk en eervolniet het minst is dat te danken aan het Nederlandsch gedeelte van liet oskadcr, onder bevel van De Man. En nu do oorlog met liet krijgshaftige Atsjin 7 "Veel is cr van te zeggen, docli onnoodig.' xvij hebben de gebeur tenissen zeiven in do laatste weken doorleefd Kohier en honderden met hem zijn reeds gevallen; een min gunstige afloop van den eersten tocht hebben wij to betreuren gehad. Docli hold v. Swieten staat op uit zijn rusto, biedt hot vaderland zijn degen en onwaardeerbare kennis aan, en de inneming van Missigit en Kraton doen met reden de ge- heelo onderwerping van de bij uitstek strijdbare natie ver wachten. Stolt Nederland doorgaans nog te weinig belangstelling in ons dapper Indisch legerdat zijn zware taak ginds met hier ongekende mooito cn gevaren volbrengt, de Koning heeft een bewijs van waardoering gegeven: in 1859 stond hij liet landgoed Bronbeek af, waar in Gelderlands lusthof en omringd door gemakken en gonoegons de uit Indio terug gekeerde invaliden hun laatste levensdagen, door de zorgen huns weldoeners, in welverdiende rusto doorbrengen. Dankbaar cn meer ilan voldaan. Zoo hebbon we het panoramade voornaamste tafereelen der regeoring van Willem III bevattende, voorbij onze oogen laten gaanen al zouden wo het doek nog verder kunnen ontrollen, en wijzen op zoovolc andere belangrijke boeiden, zooals: hervorming van hot cultuur-stelsel, verbetering van liet lot van den JavaanIndische spoorwegen, afschaffingen van do doodstraf, do slavernij in West-Indië, de wet op' het zegel der nieuwsbladen, van don accijns op 't gemaal, gedeeltelijk op 't geslacht, op de brandstoffen, de op heffing der gcmeente-accijnseninvoering der beide post- wetten, oprichting der scherpschutters-korpsen en der af- deelingen van het Roodo Kruis, liet is genoeg; genoeg, om overtuigd to zijn, dat de vijf-en-twintigjarigo regeering van Willem III een rijk gezegende is, welvaart en rijkdom verspreidende aan allen kant. Bezoekt men groote en kleine gemeenten, overal zietmon uitbreiding; sierlijke woonhuizen worden bij gcheelo straten, gebouwd, fabrieken verrijzen in monigte, openbare gebouwen als paleizen worden opgetrok ken, de loonen van den handwerksman zijn al tneor en meer stijgende, armoede, tenzij door eigen schuld of door ongevalis bijna onbekend. En daarom was er feest in 1803, 05 en 72 en is er feest in 1874, maar dit laatste spant de kroon. Ilior zijn hot goon jubcltonon op boog bevel uitgestootengeen oflicieële feestvieringen, maar zo wellen op als frisschc stroomen uit den boezem des volks, en zijn daarom zoo waar, zoo hartelijk, zoo innig. En wo wreken ons vinnig op den vreemdeling, dio het Nederlandsclio volk in zijn verwatenheid nunc nation éteinto(oen doode natie) dorst noemen, en wo zijn zeker, dat hot volk, dnt nog zooveel zelfstandigheid, fierheid en eendracht bezit wel degelijk een toekomst hoeft, en dat hot niet alleen mot trots kan wijzen op holgeen geweest is, maar ook met vertrouwen kan blikken, naar hetgeen komen zal. -SA» - hoe mén hoogtijë viert Op den feestdag van de vorsten. Laat zo daartoo ook in Schiedam komen. De zwarte dampanders als een wolk over do oude vesto verspreid, is weggevaagd; de arbeid staat stil; ook onzo stad trekt hot feestkleed nan: want morgon is do lang verboido dag daar. Naar oud vaderlandsch gebruik zal men aan den" voor avond van ih-n grooten dag verkondigen wat er aanstaande is, en danrom ziet go de menigte zich naar do Warande begevenallen mol Oranjo op do borst en immers ook met Oranje in het hart. Hadaar begint liet. 't Is do motalen mond die onder do toejuiching van honderden spreekt. Dat is uitmuntende taalniet vreemd aan Oranje van ouder tot ouder. Honderden vlaggen prijken eensklaps uit torens, uit geveltoppen en aan scheepsmasten en de stomming is uitmuntend. En thans naar den St. Joris Dóolo. Van hier zal do Feestcommissie zich door eenigo straten begeven, om gelijk do oudo Herauten de verkondigers dor blijde boodschap te zijn. Zij heeft veel in haar programma beloofd, dio Feest commissie zijdie liet op zich nemen om voor ongeveer twintigduizend personen do feestviering van 's Vorsten jubi leum te regelen hebben geen gemakkelijke taak tc vervullen. Maar den rnceslen loden dor commissie is 't geen vreemde taak geweest, en daai om in vertrouwen met lien: voorwaarts. Schutterij en Apollo laten de Nederlandsclio liederen höoren, en nu wo op liet Iloofd zijn aangekomen, valt de duisternis in. Ondor hot gejuich dor jubelende schare worden do fak kels ontstokenen onder een verbazonden toevloed gaat het weer naar bet centrum der stad. Vóór bet raadhuis wordt iets achter een voorhang verborgen gehouden, on als er eindelijk stilte komt, voihoft zich de Voorzitter der Feestcommissie en spreekt tot Schiedams burgerij ongeveer hot volgende: »Zoo is dan voor Nederland, voor onzo gemeente de lang verbeide feestviering aangebroken. Do door Schiedams ingezetenen gekozen feestcommissie aciit zich gelukkig aan de ingezetenen to kunnen verkondigen: Feostgcnootendo feestviering is bereidneemt er allenmet opgewokten zin, met feestvreugde in het hart, deel aan. 't Is een zeldzaamheiddat oen volk kan getuigen25 jaren re- geevde ons een goed Vorst; vrede hecrschto er in Noder- land al dien tijd; vrijheid was er voor elk burger; wel vaart was het deel van het goede Nederland." Sieit u de borst met do kleur van zijn huis; laat de driekleur wapperen uit do gevels uwer huizen. Met Oranje was liet ons 25 jaren wél; vieren vve dan leest onder de schaduw van den Oranjestam. Laat klinken het koninklijke lied: vWilhelmus van Nabauwen" cn eerbiedig vloeie het gebed uit aller mond cn ruischc het op do snaren «Bewaar don Vorst, bewaar Zijn Huis, En ons, zijn huisgezin." Gelukkig liet volk, dat in waarheid zulk een lied kan aanheffen. Ja! Oranje heeft het weder wél gemaakt in lief en leed, en daarom, Feostgonooten Regeere"1 ons steeds een Koning Hit Nassau's groolsch geslacht, Onzo hulde en ccrbetooning Zij Hem steeds toegebracht, Op Hem rust ons vertrouwen, Zoo klink' uit aller boist 't Wilhelmus van Nassau wen Voor Vaderland en Vorst. En tlmns, heen geblikt naar hot beeld "van onzen geuer- biodigdon Koning engelijk wc er nu om been zijn ge schaald, zoo mogen steeds, in lief cn leed Oranje en Nederland waarachtig écn zijn. Levo ORANJE I Leve onzo goede Koning WILLEM III I 't Is toch schooneen vrij volkals eon conig man geschaard rondom den troon van eon feestvierend vorst .vvion van alló knnten dc bewijzen toostroomendat men hem liefheeft on vereert 1 "Wijs mij liet land, waar een zoo regecrendodynastie Onder liet uitspreken dezer laatste woorden was do be doelde voorhang gevallen en een kolossaal beeld van Zijne Majesteit vertoonde z.icli aan den blik der verraste menigte. Weet iemand woorden om de geestdrift op dit oogenblik to beschrijven, ons ontbroken zo. Eindelijk komt or toch eenige stilte, en terwijl do muziek der stedelijke schutterij zicli weder laat hooi ennemen wo nog oven het beeld in oogenscliouvv. Niet waar, bet lid der Feestcommissie, dat zich met do vervaardiging daarvan belastte, heeft, als steeds, met talent gowerkt? Ge zult gelegenheid hebben dit nog moer te bewonderen. Volgt ons slechts naar het feestlokaal. Do oudo oxorciticschuur zoiult go er niet uit herkennencn ge vindt liet met ons een geluk kige gedachtedat de Feestcommissie or op bedacht is geweest, aan de ganscho burgerij een rust- en uitspan ningsplaats te bezorgen. Met behulp van hot Gemeente bestuur is er nu een lokaliteit aanwezig, die, nitt to kwistig, maar toch zoo gedecoreerd is, dat er het oog met vvolgovallon op rust. Tal van dames en hoeren zijn thans aanwezig; 't is het oogenblik der inwijding on do voorzittter dor Feestcommissie neemt het woord, om in meer besloten Kring nogmaals don welkomstgroet dor Feest commissio aan dc burgerij to brengen: Nu laat het fees'tlijk klokgebrom Van doipsknpel en tcmpelilom, Uit vlek en vost zich hooron. 't Gejuich ilooidaveit nu de lucht, Do ilrokhc stad en 't stil gehucht, Bevlaggen vveov hun toion. 't Was do 0 December '1848. 't Was do verjaardag van den ridderlijken Koning Willem II, toen onzo vnderland- scho dichter Tollens do voorgedragen regelen ontboozemdc. Helaas! hoe spoedig volgden op dio vreugdeklanken tonen van dicpo smart cn hoorden vve van denz.cifdon dichten 't Penseel beeldt Tweeden Willem af, Wat bijschrift zal het volk hem geven, Dien God ten zetel had verheven: Dat hij de Kroon droeg en dc slaf, Dat Ilij geliefd was bij zijn leven 1 Dat Hij beweend wordt bijvtin giafl Een trouw volk verloor een odol Meet' dan 25 jaren zijn sedcVt dien sombo? I849,vcrloopen, en thans roept hot kiokgcll iipel; uichen We' bnzon l gepast, vvoonte naai of voor ho Wo 1 'den 12 ;-zijn onv volbracl We beid er ure vai een vor behoeft vol van eersto I gerij vi van Ore En ze van het en eind komen i en spree den voo ons volk F.en v gepaste schap doorhem rende to deling. Als ei inneit, c Yooravon krachten dio de li -Vindt gc kinderfee Groote K vveikelijk Feestcom voor de Na al van uit vonnl is vereenigi het hoof zijn ver! verrassen nog niet liobbon In »F deze corj concert, moment van 'sK begroet v Het Ko de feestol 17denMnart o«r uit'dorps-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1874 | | pagina 2