looze vennootschappen met loterijleening en nog oenigo andere punten, is ook dit hoofd stuk aangenomen met algemeeae stemmen. SCHIEDAM, 14 Januari 1875. De Commissie te dezer stede voor een huldeblijk aan de nagedachtenis van Neerlaads grooten Staatsman Mr. J. R. Thorbeeke, heeft in hare op heden gehouden vergadering besloten, allen, die daartoe hebben bijgedragen, ter vergadering op te roepen, naar aanleiding van het bekende besluit van den Minister van Binnenlandsche Zaken betreffende de voorge nomen oprichting van het standbeeld op de Plaats te Hage. Maatschappelijke vooroordeelen te bestrij den, versleten vormen, die een scherp contrast opleveren met den geest van vooruitgang en beschaving, met wortel en tak te willen uit roeien, wie zou iedere poging daartoe niet van harte toejuichen en krachtig ondersteunen? Er behoort echter moed toe, veel moed zelfs om zich te durven scharen in de gelederen vau de hervormers der maatschappijmaar ook en bovenal een onbevangen oordeel en een onbe nevelde blik, zonder welke de beste hervormings plannen allicht in duigen storten. De lezing van mej. Elise Baart, gisteren avond in Musis Sacrum" gehouden, beves tigde ons in deze overtuiging. Eenzijdigheid en oppervlakkigheid waardoor men zich niet nauw keurig weet rekenschap te geven van feiten en toestanden, en waarvan ook de door mej. Baart behandelde onderwerpen »Koket" en ïEen oude jongejuffrouw" niet zijn vrij te pleiten, staan iedere hervorming in den weg, en zijn punten van aanval voor de tegen party, waarvan zij zich vaak maar met al te goed ge volg bedient. De vrouwenkwestie is een zaak van zoo teederen aard, van zoo groot belang en daarvan hangt voor de maatschappij zooveel af, dat het naar onze meening een dure plicht is van ieder, die voor haar goed recht optreedt, dit onderwerp in de allereerste plaats met ernst en waardigheid te behandelen. Die onheilig vuur op dit altaar aanbrengt, bedenke wel, dat aan de zaak waarvoor men meent te ijveren, een slechte dienst wordt bewezen. De voordracht was over het algemeen vrij goed, soms zelfs onberispelijkzij werd echter door'slechts weinigen bijgewoond. Worde aan de zaak waaraan mej. Baart zich wijdt, door haar vooral niet minder zorg en studie besteeddan zij dit aan hare Voor dracht toont te doen, dan voorzeker mag zy aanspraak maken op de erkentelijkheid barer voorstanders. Z. M. de Koning heeft een gift van f250 en. H. K. 'H. prinses Marianne een van f100 geschonken ten behoe.ve der 6 weduwen en 22 weezen. van het verongelukte visschersvaartuig op Doop van Zogen, van Pernis. Van wege den Koning zal een buiten gewone missie naar Brussel vertrekken, tot vertegenwoordiging van HD. by het huwelijk van de oudste dochter van den Koning van Belgie met den Prins van Saksen-Coburg. De buitengewone afgezant zal door een viertal secretarissen worden vergezeld. De Landbouw-Ct.waarvan ons no. 1 met 4 nrs. Bijblad (64 kolommen) is toege zonden, verschijnt nu reeds 28 jaren lang zonder eenigen geldelijken steun van wien ookzij is al dien tijd een onafhankelijk weekblad ge weest, dat zichzelf heeft ontwikkeld. Want reeds 4 malen is zij, zonder prijsverhoogiug, in formaat vergroot. Door de toevoeging van -* een Bijbladnu "12 jaren geledennam de courant aanmerkelijk in waarde toe. Als het noodig is, kan een tal van nrtikels nu tc geiyk het licht zien. Zoo behelzen de 4 nrs. Bijblad nu opstellen over draadhichtbaan (met 5afb.), eeu oorspronkelijk artikel over den "kanker der hoornen (met 7 afb.), een uitvoerig stuk over suikerbelastinghet gewijzigd wetsontwerp der heeren Gratama c. s. en een drietal stukken over onderwijs en wandelleeraars. In het nr. der Courant komen verscheidene nieuws tijdingen yoor behalve opstellen over het vee stamboek dierenbeschermingtienden van het domein, onderwijs, een nieuwe pryscourant van meststoffen enz. Er blijkt tevens uit, dat velen aan hot blad medewerkenmeermalen trouwens zijn jaar- gangtitels verschenen met een 150tal namen van medewerkers. In de laatste jaren 15 malen bekroond, is de courant ook in het buitenland (Belgie, Duilschland en elders) bekend ge worden zij telt er verscheidene abonné's. Daar de Landbouw- Courant den gang en de ontwikkeling van den landbouw, naar het ons toeschijnt, vrij nauwkeurig teruggeeft, mag de lezing voorzeker worden aanbevolente meer, daar aan het blail zorg noch moeite worden gespaard. En die lectuur behoeft slechts weinig te kosten, indien men zich onderling verstaat, en eenige personen te zamen zich het week blad aanschaffen, dat bij eiken boekhandelaar of postdirecteur kan besteld worden met of zonder tHjblad. De eergisteren reeds aangekondigde brief van den gepensioneerden generaal-majoor jhr. B. van Me.den aan generaal van Swieten is gisteren in het Vaderland geplaatst. De gepen sioneerde generaal acht zich verplicht, tegen de beschuldigingen van anti-vaderlandsliefde en partyzucht op te komendie zijn ambtge noot inbrengt tegen hen, die met zijne leiding van den oorlog op Atsjin niet ingenomen zijn. De heer van Meden behoort ook onder dezen, en hij grond zijne afkeuring op drie feiten 1. het niet dadelijk, bij den aanvang der tweede expeditiemet onze geheele macht optreden tegen den vijand2. het halt houden na ieder voordeel en den vijand met proclamatiën, in plaats van met puntkogels en bajonetten ver volgen 3. het niet nemen van weerwraak over de door onze troepen geleden nederlaag op den 16 April. De schrijver is daarom teleurgesteld in de verwachtingendie hij ten opzichte van generaal van Swieten koesterde en beschouwt de tweede expeditie als slechts ten halve gelukt. Wat de beschuldiging van partyzucht betreft, meent hij dat deze, indien zij bij de beoor deeling der tweede expeditie bestaan heeft, den generaal eer voor- dan nadeelig geweest is, dewijl zij hem zooveel adressen van hulde uit verschillende oorden des landszelfs uit kleine dorpen, heeft bezorgd. Lelden. Naar men verneemt, zyn de fees telijkheden, ter viering van het 300jarig bestaan der Leidsche hoogeschool, in hoofdzaak geregeld als volgt: Zondag 7 Febr. Ontvangst van heeren uratoren en hoogleeraren der Leidsche hooge school met bare gasten, de afgevaardigden der binnen- en buitenlandsche hoogescholen, door het gemeentebestuur. Maandag 8 Febr., ten 1 ure. Feestrede in de Pieterskerk door den af tredenden rector magrtificus, A. Heynsius, in de Nederlandsche taal's namiddags 5 uur feest maaltijd door den senaat aan de autoriteiten en gasten der hoogeschool aangeboden. Dinsdag 9 Febr. Uitreiking der diplomata aan de bij gelegenheid van het eeuwfeest benoemde doc toren honoris causa, 's Avonds receptie bij heeren curatoren der hoogeschool. Blijkens een ingezonden artikel in het Leidsche Dagblad, schijnt men te Leiden aan het postkantoor niet te weten waar het voor name dorp Lith in ons vaderland ligt. Een pakket drukwerk toch door dien inzender te Leiden ter post bezorgd, werd door de beambten aldaar naar Leith in Schotland geëxpedieerd, vanwaar het üa verloop van drie weken te Leiden terugkwam, natuurlijk met de aanmer king dat de geadresseerde in Leith niet bekend was. Veel, zegt de inzender, word door onze land genooten geklaagd, dat men in het buiten land zoo weinig ons land kent, veel is er indertijd gesmaald op de Franschendie tijdens den Duitschcn oorlog de ligging der plaatsen niet kenden, maar wanneer men ziet dat menschen, die dagelijks de plaatsen van ons land onder de oogen krijgen, nog niet weten waar het voorname dorp Lith ligt, dau hebben we reden om ons te bedroeven. Gorlncheni. Op de laatst gehouden weke- lijksche botermarkt werd door de politie ge arresteerd een landbouwer uit Hoog-Blokland, die stukken boter ten verkoop aanbood, welke niet inhielden het bij de plaatselijke verordering alhier vastgestelde gewicht. Het was nog kort geleden, dat eveneens een terzelfder zake door de politie aangehouden boer uit het land van Altena, ter voorkoming eener strafrechtelijke vervolging, vrywillig f70 aan geldboeten be taalde. Deventer. Hoe gevaarlijk het is kinderen zonder goed toezicht alleen te laten, blijkt weder uit het volgende. Terwijl eene vrouw te dezer stede een boodschap ging verrichten, vertrouwde zij haar 2 '''.•jarig kind aan een jeugdig meisje. Vóór zy de woning verliet, had zij haar kind op een stoof met vuur geplaatst hierdoor geraakten de kleederen in brand, waardoor het kind zulke gevaarlijke brand wonden bekwam, dat men voor het leven vreest. Het ongelukkige wicht is naar het gasthuis ter verpleging overgebracht. Amsterdam. Gisteren middag had in het Park de plechtige uitreiking aan generaal van Swieten plaats van den gouden beker, welken een 350tal personen van alle richtingen, als blijk van hulde voor zijne waardige leiding der tweede expeditie naar Alsjin, hem wenschten aan te bieden. Toen de generaal binnengetreden en met levendige blijken van belangstelling begroet was, richtte een der ontwerpers van het plan, de heer J. G. Gleichman, tot hem het woord en verklaarde hem de beteekenis van het huldeblijk, als te zijn voortgesproten uit de diepgevoelde behoefte tot waardeering van de krachtige en tevens mensehlievende handelingen van den generaal in Atsjin, die op de roepstem des Konings bereidwillig'zijn rust had opgeofferd ten bate van het vaderland. Het fraaie kunstwerk is vervaardigd van 20 karaats goud en geheel ontworpen en uitgevoerd door de firma As. Bonebakker Zoonhof leveranciers van Z. M. den Koning, te Amster dam. De beker is eigenlijk geen beker, maar een ornement-vaas, waarop aan den eenen kant het rijksvvapen aangebracht, is en aan den anderen kant het wapen van generaal van Swieten, met de Mil. W. O. De vaas is gesloten met een deksel't welk het beeld van de Nederlandsche Maagd (met den leeuw en het vaandel) en de spreuk >Parcere subjectis" ïDebellare superbos" draagt. Rechts van het beeld staatsAtjeh," links ®1873/1874." Het geheel rust op een palisanderhouten voet met vie» geornamenteerde gouden leeuwenpooten. Bij het geschenk behoort een album van paarsch fluweel met goud gemonteerd, waarop in 't midden het monogram van den generaal, be vattende de sierlijk uitgevoerde opdracht en de namen der deelnemers. Dit is het werk van Antonie Grevenstuk, calligraaph te Amsterdam. De opdracht luidt: »Aan Zijne Excellentie J. van Swieten Luitenant-Generaal, Adjudant in buitengewonen dienst van Z. M. don KoningLid van den Raad van State, Grootkruis der Militaire Wil lemsorde, Ridder dor Orde van den Nederl. Leeuw, Militair Opperbevelhebber, levens Civiel Regeerings-Commissaris van de 2o expeditie tegen Atjeh

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1875 | | pagina 2