A. M. Rtwmhorst, aan de Hoogstraat alhier, I onl'.i eoiiiii oen wollen deken, een paar omslag- J doeken en een pak zeemlederen lappen. j "Van dezen diefstal is onmiddellijk na ont- j dekking aangifte by de politie gedaan, doch zij heeft tot dusver de daders niet kunnen ontdekken. Bij de gemeenschappelijke ioodingen door de beambten van de Waterstaat en het Loodswezen, op '13 dezer op den drooge. van den Nieuwen Rotterdamschen Waterweg naar zee, is bevon den: langs het Noorderhoofd no 31, op de lyn der geleideüchten 34,5 en aan de witte- tonnenzijde 31 decimeter,,bij gewoon laagwater. In de St-Ct. van 11. Vrijdag deelt do Ned. Hoofdcommissie voor de Internationale tentoonstelling te Philadelphia, de voorwaar den mede, op welke zij de belangen van indus- trieelen, landbouwers en kunstenaars bij die onderneming zal behartigen. Tevens herinnert zij belanghebbenden dat noch door de Centennial commissie, agenten in Nederland zijn aangesteld, on dat do in verschillende nieuwsbladen voorkomende bewe ring van den heer C. A. J. Geesiuk, voorzitter van de vereeniging van het Nederlandsche Kunstindustrie-museurn, ais zoude deze dooi de Centennial commissie erkend zijn volgens ontvangen inlichtingen dier commissie en op grond van art. 3 van het algemeen reglement geheel onjuist is. Ieder, die aan de tentoonstelling weuscht deel te nemen, heeft zich dus vóór 1 Maart •uitsluitend te wenden aan den voorzitter (E. II. von Baumhauer) der Nederlandsche Hoofd commissie te Haarlem. Aan het Mail-Overzicht van de t> Indiër' ontleenen wij het volgende: Het eenige nieuws, dat van hier te melden valt;' betreft Atsjin.De toestand is daar treurig De Javasoft e Courant' van 5 dezer bevat een, rapport vau kolonel Pel tot en met 9 Dec. j 1. Daaruit blijkt, dat ons vroeger bericht omtrent do ellende,--«lie -het-gevolg- is geweest van een overstrooming, daar de rivieren buiten de oevers traden, terwijl zware regens vielen, juist is geweest. Alleen het kruitmagazijn in Kotta- Radja bleef droog. Barakken, hospitaal, maga zijnen, alles stond gedurende een paar dagen onder water. Een gedeelte van onze troepeu logeerde op den Pedir-dijk, en tusschen de posten moest de communicatie met prauwen worden onderhouden. Onze versterkingen leden veel en onze troepen «noesten aan den arbeid om ze zooveel doenlijk te horstellen. Het vijandelijk' land stond mede onder water; maar dit belette niet, dat men nu en dan toch op ons bleef schieten en tegen ons opdrong, zoodra het water dit toeliet. Te rnidden van dat alles kwamen de twee laatst gezonden bataljons van Java aan. Zij moesten te Oleh-leh blijven; waar niets voor hen in gereedheid was; zij kampeerden in de open lucht, en hadden een etmaal lang aan alles gebrek. Een en ander, alsmede de verpestende uit wasemingen van lijken, die in en buiten den kraton te voorschijn kwamen, heeft de ziekten sterk doen toenemen. De toestand der wegen laat niet toe Longbatta en Bital aan te vallen. En middelerwyl slinken onze troepen weder weg, daar de hospitalen even snel gevuld worden als men ze poogt te ontruimen. Ook de cholera vertoont zich op nieuw. JDe Tijd verdedigt heden de stelling .dat de liberalen, door de ultramontanen te be strijden Nederland naar Duitschiaud drijven. Het drijven togen de ulti-amontanen, zoo luidt haar, redeneering, zal leiden tot vrijwillige alliantie met Bismarck en vrijwillige alliantie zal liet begin ziju eener annexatie 1 Het wordt een moeilijk gevai. Van Zuyien voorspelt ons een annexatie voor het geval wjj Rome ontzienIe Tijd daarentegen komt ons vertellen, dat juist het drijven tegen Rome ons in de val zal lokken. Gelukkig dat wij te doen hebbon mot brood etende profeten. Wij willen nog niet gelooven, dat in tijden van werkelijk gevaar een partij in Nederland onvaderlandlievend genoeg zou zijn om aan partijhartstochten het belang van het vaderland op te offeren, maar opmerkelijk is het toch, dat juist die partij, die in den laatsten tijd zoo weinig door daden van haar vaderlandsliefde heeft doeu blijken, ons komt meedeelen, dat ons zelfstandig volksbestaan zal gevaar loopen, indien wij voortgaan haat te bestrijden. De ultramontanen zich het monopolie van ware vaderlandsliefde toeeigende! is het wonder dat hijdio in de geschiedenis dei- laatste jaren geen vreemdeling is, over zulk een brutaliteit de schouders ophaalt? Yad sOmlrent de Leidsche feesten leest men nog in hot Handelsblad En nu nog een kijkje op de buiten-sociëteit Amicitia, daar de keur der buitenlandsche hoogleenu-en te kenuen had gegevenbehoefte te gevoelen nog eens met de studenten te zamen te zijn, alvorens an Leiden naar heinde en veire te vertrekken. Eu ziet, daar hadden we een tweeden Concordia-avond. Ernest Renan, wist men, zou sproken, eu dit was genoeg om zóó veel cives bijeen te doen zijn, dat do zaal als 't waie in twee verdiepingen her schapen moest worden, mot name de vloer en de stoelen eu tafels. Renau sprak, endeed dit zeer krachtig. Hartverheffend waren zijne wijsgeeiige woorden; geestig en vernuftig zijne uitdi-ukkingen aan de harmonie der mensch- heid gewijd. Eu onze professoien en studen ten.... een zee van loftuitingen viel hun in ieder opzicht ten deel. Renan werd opgevolgd door'een seiie andere sprekers, onder welke ai de aanwezige inter nationale pi-ofessoren. U van hun woorden zelfs slechts een schets te geven zou onmogelijk zijn; ze' wai-on overstelpend voor 'tgomoet eu lokten een geestdrift uit gelijk ik zelden waar nam. Franki-yk, Duitschland, Pruisen, Enge land, Zwitserland, Belgie spraken door hunne geleerdeu woorden vol vervoering over 't geen ze bij ons hadden gezien en waai'genomen ten opzichte der vrijheid eu onafhankelijkheid der zelfstandigheid van geest. Zulk een volk geeft moed voor 't lot dei- kleine nationaliteiten riepen de Frauschman en de Belg uit. Wij beschouwen, zegt de Zwit ser, al wat geen republiek is en bijgevolg ook de monarchie niet vrijmaar de monarchie welke ik hier aanschouw geniet de vrijheid, zooals wij Zwitsers haar begrijpen en teu uit voer leggen. Een land, betuigde hij, waar een prius, zooals Z. K. H. Prins Frederik dien middag aan het diné had gedaan, zich in be zielende woorden over de vrijheid had uitge laten, is krachtig door die vrijheid en heeft geen gevaar te duchtei En de geestige EngePohman uit Cambridge gebruikte meer woorden dan een Eugeisch woordenboek aan de hand doet, om den lof te ontboezemen voor the splendid Centiemen at the University eu voor Hollandwaarheen hij was gegaan met geheel andere gedachten, dan de gevoelens, die hij bij zija terugkeer zou verbreiden. Geen laud van lange mannen, van enkel honig, melk, boter eu kaas, maar een land van intellect, echten burgerzin, deugden liefde voor de vrijheid. Op dit eu andere thema's werd nog tot laat m den nacht gevarieerd, ook door onze profes soren Modderman, Heynsius en Dozy en de studenten Kappeyne en Heemskerk. Het was een karakteristiek en beteekenisvol bijeenzijn. En dit gevoegd bij al hetgeen ik zag eu bijwoonde in de vorige dagen, geeft mij de zekerheid, dat bij het groote voorrecht van het 300jarig herinnei-ingsfeest ons nog dit zal te beurt vallen, dat ons land en zijne be woners buiten af beter zullen worden geleend en gewaardeerd eu de Chincezen voortaan zul len blijven op de plaats, welke zij op den atlas innemen. Uit Utrecht wordt het volgende gemeld Het ophalen van kaartjes door conduc teurs, terwijl de trein in beweging is, is op alle lijnen zeer bepaald door de verschillende directiën verboden. Daardoor meenen zij ver antwoord te zijn. Nog stelliger echter is den conducteurs tevens geboden, te zorgen voor een goede contróle, waartoe het bepaald noodig is, «lat zij doen zooals altijd gedaan wordt, trots het verbod. Een oogenblik schijnen de directiën dus de verantwoordelijkheid voor 't leven van hun personeel te hebben gevoeld, echter niet levendig genoeg, om doortastend te handelen. Tot hoelang nog zal daai-op ge wacht moeten worden? In de vei-gadering der Amerikaansehe academie van wetenschappengehouden op 35 November jl. vertoonde dr. Uayden eenige photographiën van ruinen van steden en dorpen, die door hem ontdekt ziju in canons welke naar de Colorado loopt on op de naburige vlakten, en welke vermoedelijk vóór meer dan duizend jaren door de voorouders der tegen woordige Moqui-Indianen gebouwd zijn. Daar uit blijkt het gewichtige feit, «lat eenmaal daar waar zich nu do dorre velden en de woeste bergkloven van zuid-oostelijk Colorado bevinden, eene bevolking leefde die groote steden bouwde, welker huizen uit good gehouwen steenblokken waren opgeliokken, mot planken vlooren, goed gevormde rainen en deuren en glad gepleisterde muren, en dat deze ook de kunst vei stond van verglaasd aaidewerk te vervaardigen. {Mum der Ha tuur.) Te Brussel heeft, volgens de vJSfed. Kv.nst- lodé", zich dezer dagen een kunstgenot' -.hap gevestigd, dat zich ten doel stelt de Neder landsche kunst te on clersteuuen en te verheffen de jaarlijksche bijdrage is 24 francs, en om lid te worden moot inen kunstenaar of letter kundige wezen. De wekelyksche vergaderingen worden in het Lukas-huis in de Hertogstraat gehouden, en geen andere taal dan de Neder landsche gebezigd. "Voor 187G stelt het Ge nootschap zich voor, een prachtig jaarboek uit te geven, met teekeningen en etsen der beste Zuidnederlandsche schilders. Uit het noorden des lands meldt men, dat de gevallen sneeuw met graagte wordt aanschouwd, door den landbouwstanddaal de winterrogge, «.lie reeds op vele plaatsen begon te kwijnen, door den weinigen aanvoer van sneeuw tot dekking, bij de nachtvorsten der laatste dagen veel heeft geleden en de hoop des landmaus op een voordeeligen groei zeer gering was. Thans evenwel wordt alles met een flinke sneeuwlaag bedekt en is het groen gewaarborgd tegen verder verval. De groote hoeveelheid sneeuw die ge vallen is na het betrekkelijk zachte weder, dat er aan voorafging, heeft bij velen meteorolo gische herinneringen gewekt. Men heeft ons verzekerd, dat in 4838, toen de wiuter zoo laat inviel, deze eveneens begon met aanhou dende zware sneeuwbuien. "Wij willen niet voorspellen dat ook thans weder strenge en langdurige vorst zal volgen; wij deeien het alleen mede als bijdrage tot de gesprekken, die wij Nederlanders, zoo gaarne over het weer schijnen te houden en die nu vooral niet ont breken. Delfshaven. De heer C. Schepp van Schie dam, hulponderwijzer te Rotterdam, is benoemd tot hoofdonderwijzer der school in de Piet Heiustraat. Rotterdam. Voor de arrondissements rechtbank alhier, is gisteren behandeld het spoorwegongeval, dat op '17 Nov. II. plaats

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1875 | | pagina 2