"Wel worden door geregelde uitzendingen van
troepen iu Nederland de lacunes in het Indische
leger steeds aangevuld, doch van een derde
expeditie is geen sprake. Vad
De strekking van het dezer dagen bij de
Tweede Kamer ingediend ontwerp tot wijziging
der wet omtrent den wijn-accijns, is om gevolg
te geven aan eene bij het sluiten vau een nieuw
tractaat van handel en scheepvaart met Portugal
gedane toezegging, dat voor wijnen van geen
hooger alcohol-gelmlte dan 21 percent geene
verhooging van den accijns meer verschuldigd
zal wezen. Door de voorgestelde bepaling zal
tevens aan verschillende bezwaren van de
Nederlandsche handelaren worden tegemoet
gekomen.
Als opvolger van den hoogleeraar dr. A.
Rutgers, te Leiden, wordt, zoo schrijft men
uit den Haag aan de Pr. Gr, Gt., genoemd
de Amsterdamsche predikant dr. J. P. Ilasebrock,
De Ilollandsche Maatschappij "van Land
bouw heeft ter keunis van den Minister van
Binnenlandsche Zaken gebracht eene klacht van
hare afd. Alphen en omstreken over het verbod,
hetwelk in den vorigen zomer heeft gegolden,
om runderen te doen weiden op stukken land,
belendende aan besmet vverklaarde stukken. -
Volgens het antwoord des Ministers is hij van
meeniug dut afzonderiug, zoo volledig mogelijke
afzondering van verdacht vee, een volstrekt
vereischte is voor een vruchtbare bestrijding
van de longziekte. Ze kan echter zeker ook
door andere middelen bereikt worden, b. v.
door opsluiting van verdacht ruudvee in stallen.
Indien de landbouwers daaraan de voorkeur
mochten geven, zal de Minister gaarne over
wegen of de afzondering op deze wijze ware
voor te schrijven. Gaarne zal hij óver dit
onderwerp het gevoelen vernemen, niet alleen
van de afd. Alphen, maar van de geheele
maatschappij.
In verband met deze uitnoodig'mg verzoekt
het hoofdbestuur der maatschappij aan de af-
deelingen hare zienswijze vóór 1 April ken
baar te maken.
De AT. B. Ot. wijst op een zonderling
koninklijk besluit dat dezer dagen in de St.-C't.
verscheen. Een gewezen hoofdonderwijzer eener
christelijke school, wien in 1870, wegens
ergerlijk levensgedrag, door Gedeputeerde Staten
op voordracht van den schoolopziener de be
voegdheid om te onderwijzen ontnomen was,
heeft die bevoegdheid namelijk terug bekomen.
Is de PT. B. Ot. wèl ingelicht, dan is die
teruggave geschiedt zonder dat het schooltoe
zicht of de Gedeputeerde Staten gehoord zijn.
De Haagsohe correspondent der Arnh. Ct. zegt
over ditzelfde feit het volgende
sQver dit passeeren van een visitekaartje
aan de christelijke partij verbaast en ergert men
zicii hier nog al, en nog meer over de brutale
afkondiging van dit besluit in de Staats.-Ct.
Maar ik zeg, wat de zaak zelf betreft: met
de stembus in 't verschiet doet men veel wat
men' in andere oogenblikken zelfs voor onmo
gelijk houden zou, en wat de bpeubanvheid
betreft misschien heeft uit een waar
Christelijk beginsel de eene linkerhand hier
niet geweten wat de andere hand deed I"
Voor de vergadering van moderne theo
logen welke dit jaar op Dinsdag 6 en Woens
dag 7 April te Amsterdam gehouden zal wor
den 2\jn de volgende punten op de agenda
gebracht:
'1. De verwachtingen van Ilartmann en Mill,
aangaande den godsdienst der toekomst.
Referent: de heer E. Snellen, van Zierikzee.
2. Kunnen wij ons nederleggen bij het aan
hangig wetsontwerp op het hooger onder
wijs? Referent: de heer J. O. van Slee,
van Oostzaan.
3. Hoe te oordeelen over het Pessimisme als
levensbeschouwing? Referent:, de heer L.
Mees, van Deventer.
4. Welke eischon stelt de Aesthetiek aan den
modernen preektrant Referentde heer
A. J. Böhringcr, van 's Gravenhage.
5. Welke houding voegt ons voor het oogen-
blilc tegenover i'e kerkelijke kwestiën: Referent:
de heer J. van deu Bergh, van Zaandam.
0. De grenzen der staatsbemoeiing ten opzichte
van godsdienstige en zedelijke volksbelangen
.Referent: Dr. J. A. Bruins, van Aartswoud.
De Standaard deelt mede dat de Synode
der Christelijk Gereformeerde Keilt, met liet
oog op den tijd der verkiezingen voor de
Tweede Kamer, in plaats van op 1G Juni,
zooals eerst bepaald was, op Woensdag2GMei
te 's Boscli zal bijeenkomen.
Volgens opgave van het bureau Veritas
zijn in de maand Januari verongelukt '190 zeil
schepen, waaronder 100 Engelsche, 20 Fransehe,
'17 Duitsche, 11 Noonveegsche, 9 Amerikaan-
sche, G Deensche, 6 Grioksehe, 6 Ualiaausche,
4 Oosteurijksehe, 3 Spaansehe, 3 Russische, 1
llollandsch, 1 Siameesch, 1 Zweedsch schip en
2 onbekende. Onder deze zijn er 7 die geacht
worden vergaan te zijn, omdat men er geen
tijding van iieeft ontvangen. Verder zijn 19
stoomschepen te looi' gegaanwaarvan 13
Engelsche, 1 Amcrikaansch1 Chilisch, 1
Deensch1 Frausch en 1 Portugeescli. Een
schip gelooft men dat ook vergaan is, wegens
gemis aan tijding.
De vereeniging sliet Nederlandsche Rund
vee-Stamboek" zal op Dinsdag "IG de/er een
algemceue vergadering houden, des voormid
dags te twaalf uren, in het Kon. Zoölogisch
Genootschap »Natura artis magistra" te Amster
dam. In deze vergadering, zal de benoeming vau
drie commissarissen geschieden in de plaats van
den heer H. C, v. d.'IIouveu van Oordt, die
bedankt heeft; van deu heer G. J. Ilengeveld,
die benoemd is tot hoofdinspecteur, en van den
heer P. F. L. Waldeck, die benoemd werd tot
secretaris-penningmeester.
Voorts zal iu behandeling komen de inrich
ting van het Stamboek, waarvoor met den op
roepingsbrief gelijktijdig lijsten van model AD
zijn verzonden.
Ameudemeuten of voorstellen moeten vijf
dagen vóór de vergadering worden ingezonden
bij den heer P. F. L. Waldeck, secretaris der
vereeniging, te Loosduinen.
De heer van Milligen, schoolopziener in
het le district van Groningen schrijft in het
Weekblad voor Lager-, Middelbaar- en Gym
nasiaal Onderwijs, betreffende het aanstellen van
hulponderwijzeressen op de lagere schoolhet
volgende: v
Bij het bestaande gebrek aan hulponderwijzers
komt meer en meer het vervangen van dezen
door hul ponder wijzet essen, ten minste in de aan-
vangsklasscn der volksschool, ter spraak. Te
Rotterdam en te Haarlem zal men er weldra
eene proef mede nemen; te Vianen is »daar
alle oproepingen voor een hulponderwijzer vruch
teloos bleven, in beginsel besloten tot het aan-
stellen van een hulponderwijzeres."
Sedert een paar jaren reeds is te Groningen
de proef genomen, waartoe thans te Rotterdam
en te Haarlem is besloten. Men ging daar echter
uit van een ander beginsel: niet omdat men
vreesde geen voldoend mannelijk personeel zich
te kunnen verschaffen, maar omdat men meende,
dat de hulponderwijzeres in de aanvangsklassc
uitnemend, beter misschien dan de hulponder
wijzer, op hare plaats zou zijn.
Het is mij een genoegen te kunnen verklaren,
dat die proef als uitmuntend geslaagd rnoet
worden beschouwd. Toch is liet mogelijk, dat
eerlang op den maatregel zal worden terug
gekomen in zooverre aan de beide scholen voor
minvermogenden, waar thans hulpondorwijzeres-
sen werkzaam zijn, deze weer tijdelijk door
hulponderwijzers zullen worden vervaugen. De
reden daarvan ligt evenwel niet in de mindere
bruikbaarheid der hulponderwijzeressen; het
tegendeel is waar, maar alleen in do talrijke
nfdeeüngen, die nog in die scholen worden ge
vonden en waaraan de arbeid mij voor de
physicke krachten dier meisjes veel te zwaar
voorkomt.
Zullen eenmaal de klasseu terug gebracht zijn
tot het cijfer, dat zij mijns inziens in het belang
van een vruchtdragend onderwijs niet mogen
overschrijden, dan zal ik trachten aan alle scholen
htilponderwijzeressen in do aanvangsklassen te
krijgen. Nu laat mijn consciëntie mij daartoo
de vrijheid niet.
Wordt de wenk der heeren Schoolopzieners
in het 5e eu 11e district van Zuid-Holland ter
harte genomen, sdat het getal van 30 leerlingen
voor elke hulponderwijzeres als uiterste grens
moet worden beschouwd," dan durf ik, op grond
mijner ervaring voorspellen, dat men met de te
nemen proef volkomen zal tevreden zijn.
liet N. v. d. D. ontvangt uit Limburg een
schrijven, dat belangrijk genoeg is om het over
te ucmen ten einde te doen zien, hoe ons
openbaar onderwijs bij de goede gemeente wordt
verdacht gemaakt.
Velen kunnen zich in andere deelen van ons
land bezwaarlijk een denkbeeld maken van de
hartstochtelijke en ongepaste wijze waarop in
deze streken en Noord-Brabant het openbaar
onderwijs bestreden wordt. Iloe zou het tot
waakzaamheid aansporen, indien men daarvan
volledig keunis droeg! Twee Zondagen achtereen
is in de kerken een zoogenaamde sbevelbricf"
van den Roermondschen Bisschop voorgelezen,
waarin vreeselijk gejammerd wordt over den
verderflijken invloed van het lager, »maar bij
zonder vau liet middelbaar en hooger onderwijs."
Bleef het slechts daarbijDoch ziehier wat
openlijk den volke verkondigd wordt omtrent
degenen, die zich aan het openbaar onderwijs
wijden, een beschuldiging, die in ronde woorden
een smet werpt op het zedelijk karakter van
ouderwijzers en leeraren: »ziet zelf," zegt de
Bisschop tot de geloovige schare, sziet zelf
maar eens rondlet maar eens op het
gedrag van zekere schoolmannen
en jongelingen, op de hand el w ij ze
van zekere doordrijvers d e r g o d s-
dienstlooze schoo i." Naar dit staaltje
kan men het gehalte van den geheelen brief
beoordeelen. Wat te denken van een partij, die
zich niet ontziet aldus met het vroomste gezicht
van de wereld een geheelen stand te lasteren
en verdacht te maken. Toch ware het te wen-
schen, dat de woordvoerders dier partij eens
hoorden, hoe onder de beschaafden der ge-
loovigen zelf over dergelijke bevelbrieven en
verdachtmakingen gesproken wordt. Zij zouden
bemerken, dat hun doel bij veleu verre van
bereikt wordt.
Dat het nationale feest onzer Leidsche
academie ook in de Bevue des deux Monies een
weerklank zou vinden, was te voorzien. Van
de elfFransche hoogleeraren, die in de academie
stad te gast waren'geweest, zou licht één zich
geroepen voelen om in het tijdschrift, waarin
reeds zoovele merkwaardige studiën over Neder
land en zijne geschiedenis werden opgenomen,
van zijn reis en zijn indrukken verslag te doen.
Die taak wordt in de aflevering van 1 Maart
vervuld door den hoogleeraar George Perrot,
lid vau het Instituut en ieeraar aan de Ecole
normale te Parijs. Hij doet het op echt-Fransehe,
dat is op élegante en geestige manier, voL
complimenten en heleefdheden voor de sbonnes
gens", die hem gastvrijheid verleenden, hier
en daar met een enkelen puntigen zet, zooals
een Franschman ze weet te geven, zoodat men
't voelt en toch niet boos kan worden. Zoo
vertelt hij dat hij genoodzaakt was, met pro
fessor Curtius, uit Berlijn, iu het Leid sell
museum op een ladder te klauteren, teneinde
eeuige fraaie antieke vazen, »tle glorie van het
museum", te bezichtigen. »Het tegenwoordige
Nodetland is rijk, vredelievend en voorspoedig;,.^