Indisch opperoffieier onder zich vereenigd zag,
werd onder zijn bevelen gesteld. De hervatting
der vijandelijkheden was ook. de hervatting
onzer overwinningen, tevens die onzer
smartelyke verliezen. Misschien zag Pel het doel
reeds nabij. Aan de zekerheid van het eenmaal
te bereiken heeft hij stellig nooit getwijfeld.
Daar trad de engel des doods te midden zijner
werkzaamheid hem in den weg, legde hem de
kille hand op het krachtig kloppende hart en
maakte aan zijne plannen en vooruitzichten
een einde.
De generaal majoor J. L. J. II. Pel is in
den vollen mannelijken leeftijd, op zijn 53ste
jaar, in den nacht van den 24 op den 25
Februari aan het vaderland ontrukt Uit
nederigen stand gesproten, vertrok hij in 1839,
16 jaren oud, als vrijwilliger naar Indie en
werd 9 jaren later tot 2de luitenant der
infanterie bevorderd. Achtereeuvolgens de ver
schillende rangen doorloopend, was hij in 1865
als majoor bevelhebber van het 9e bataljon en
later, in 1870, als luitenant-kolonel, militair
kommandant te Palembang. In 1871 bracht
hij, tot herstel zijner gezondheid, een twee
jarig verlof in Nederland door; in 1873 terug
gekeerd, trok hij aan het hoofd van bet 14e
bataljon naar Atsjin, waar hij den 9 December
voet aan wal zette en spoedig met den vijand
in aanraking kwam. Nadat de kolonel de Roy
van Zuidewijn door eene verwonding genood
zaakt was geworden het bevel over de tweede
brigade neder te leggen, volgde h\j dezen daarin
op. Tot kolonel bevorderd bleef hijna van
Swièten's vertrek, als bevelhebber te Kotta-
Radja achter. Reeds sedert den 22 Juni 1860
(bij gelegenheid der Bonische expeditie) ridder
der Militaire Willemsorde, werden zijne schitte
rende diensten in Atsjin door het kommandeurs-
kruis dier orde en door den generaal-rnajoors-
rang erkend.
Tot deze dorre opsomming van datums en
feiten moeten wij ons ditmaal bepalen. Aan
een Nederlandsch schrijver de benijdenswaar
dige taak om van generaal Pel een zijner
waardige levensschets te ontwerpen. Aan het
Nederlandsche volk de verplichting om op eene
of andere wijze zijne nagedachtenis blijvend te
ecren. Aan hemzelven de eer, door zijne daden
zich een onvergankelijk gedenkteeken in de
geschiedboeken zijns lands te hebben Opgericht.
Uit Batavia wordt van 29 Febr. gemeld,
dat de specie en mail van het bij de Noord
wachter gezonken stoomschip Willem Kroon
prins der Nederlanden geheel is geborgen.
De chef van den geneeskundigen dienst
te Atsjin rapporteert, dat er bij de op 11
December 11. onder behandeling gebleven lijders
ten getale van 592, tot en met den 20u d.a.v.
zijn bygekomen 570, totaal 1162. Hieraan
hersteldeu 382. werden geëvacueerd '113 en over
leden 10, te zamen 505, zoodat er op 21 Decem
ber II. 657 lijders onder behandeling bleven.
Onder de overledenen behoorden 3 niet-
militairen.
Gevallen van cholera kwamen er niet voor,
doch vele van koortsdie heviger waren dan
gewoonlijk.
De sterfte was echter gering, zoodat die
koortsen meer moeten beschouwd worden als
overeen te komen met diewelke op zekere
lijden van het jaar ook elders in den Archipel
heerschen en dus behooren tc worden gerang
schikt onder de catanhale en catarrhaal-
gastrische. (Jan. Cl.)
De Minister van Binneal. Zaken brengt
ter algemeene kennis, dat de examens voor
het verkrijgen van akten van bekwaamheid
tot het geven van lager school- en huisonder
wijs voor de eerste maal in het ioopende jaar
zullen gehouden worden op Woensdag'19 April
aanstaande en volgende dagen; dat zij, die
een de/.er examens wenschen af te leggen,
zich uiterlijk vóór 29 Maart bevorens behooreu
aan te melden bij den schoolopziener vau het
district, waarin zij wonen, of, van buiten
slands 'komendevoornemens zijn zich - te
vestigen, inet'opgave van de akte, die zij ver
langen, en overlegging van een of meer getuig-'
schriften van hun goed zedelijk gedrag en van
hunne geboorteakte, terwijl de dag en plaats
van het examen hun door den schoolopziener
zullen worden bekend gemaakt.
In het tijdperk van vier weken, 23 Janu
ari tot 4 Februari 4876, zijn, blijkens inge
komen ambtsberichten, door longziekte aange
tast: in Zuid-Holland 150, in Utrecht '18, en
in Friesland 69, te zamen 237 runderen.
In het vorige tijdperk van vier weken wa
ren 230 runderen door die ziekte aangetast.
Meermalen heeft het geval zich voorgedaan
dat milicien-verlofgangers door het Hoog Militair
Gerechtshof zijn vrijgesproken van de tegen hen
ingebrachte beschuldiging van desertie op grond
dat de openbare kennisgeving, waarbij zy tot
opkomst onder de wapenen waren opgeroepen
en welke eeuig eu alleen als bewijs kan gelden
dat behoorlijke oproeping is geschied, niet had
plaats gehad op de naar rechtsgebruik ver-
eiscliLe wijze,namelijk bij aanplakking in de
betrokken gemeente.
Naar aanleiding daarvan heeft de Commissaris
des Konings iu deze provincie, op verlangen
van den Minister van Binueolandsche Zaken,
de gemeentebesturen dringend aanbevolen de
openbare kennisgevingen ter uitvoering vau de
rnilitiewet eu de daartoe betrekkelijke voor
schriften voortaan in elk geval te doen plaats
hebben bij aanplakking ter plaatse, daarvoor
bij gemeentelijke verordening aangewezen of
gebruikelijk.
De jongste bij de regeering ontvangen
officieele mededeelingen uit Zwitserland, betref
fende den stand der veeziekten daur te lande,
loopemie tot '16 Februari, vermelden opnieuw
eene afneming van het mond- en klauwzeer.
Zestien kantons waren geheel vrij van die
ziektein de ovei ige bepaalde zij zich tot
enkele stallen, en alleen in Glarus en Aargau
hadden zich nieuwe gevallen geopenbaard. Wal
de longziekte betreft, was de kudde in het
kanton Luzern, bij welke die ziekte zich vol
gens de laatst medegedeelde berichten geopen
baard had, afgemaakt, eu waren dusver geene
nieuwe gevallen voorgekomen.
Blijkens eene officieele mededeeling van de
Oostenrijksche regeering waren gedurende het
jaar 1875 in het politiedistrict van Weeuen
142 dolle en 30 van dolheid verdachte honden
afgemaakt, terwijl 62 personen door zoodanige
honden gebeten waren. In de maand. Januari
van dit jaar waren opnieuw 7 dolle honden
en l verdachte hond voorgekomen. De politie
vel ordeningen werden voortdurend met de
meeste gestrengheid gehandhaafd: van 1 tot
8 Januari jl. waren 92 losluopende honden
opgevangen eu gedood, en 194 personen ter
zake van het overtreden der verordeningen
vervolgd en beboet..
Den derden April aanstaande zal er te
's Iiage een feest gevierd worden, waarin wel
geheej het beschaafde en kunstlievende Neder
landsche publiek hartelijk belang zal stellen,
het zilveren bruiloftsfeest namelijk van den
heer en mevrouw Bosboom, het echtpaar, dat
door beider uitstekende gaveu hij als ecu
onzer beste schilde!s, zij ais onze eerste roman
schrijfster zooveel bijbracht tot deu roem
van ons land. (Ons Streven.)
De bekende declamator, Hermann Linde,
heeft een zeldzaam eu zeker navolgenswaardig
voorbeeld gegeven vau vvaardueriug der tooneel-
speelkunst en meer in het bijzonder van de
Nederlandsche tooueelschool. ilij heeft aan den
directeur der Tooneelschooi hónderd gulden
doen toekomen, als een prijs voor den leerling
of de leerlinge, die later op bevredigende wijze
een Shakespeare-rol ten gehoore zal biengen.
De Staats-Courant van Zaterdag bevat de
volgende StatenA. van de hier te lande ge
bouwde en der van buitenslands ingevoerde
schepen, waarvoor gedurende het jaar 1875
voor de eerste maal Nederlandsche zeebrieven
zijn uitgereikt; B. van de schepen, die blijkens
de in 1875 ingekomen berichten zijn gesloopt,
verongelukt, buitenslands verkocht of op andere
wijze uit de vaart geraakt; C. die der
koopvaardijvloot op 31 December 1874 en op
31 December 187o; D. die van inklaringen in
1875; E. die van uitklaringen in 1875 en F.
die van in- en uitgeklaarde zeeschepen gedurende
de jaren '1850'1875.
Ah een staaltje van de Christelijke"
wijze, waarop sommige vrienden der «Christe
lijke richting" het openbaar onderwijs ver
dacht maken, diene het volgende, ontleend
aan een artikel in het Handbl.van den heer
J. II. Eggelte Pz., hoofdonderwijzer aan school
20 in de Koestraat te Amsterdam.
In No. 13 van Maranatka, onder redactie
van den heer J. Esser, werd verteld, dat te
Amsterdam een onderwijzer aan eene open
bare school aan de kinderen geleerd had, «dat
Mozes het water niet in bloed veranderd had,
maar dat hij in de wijde mouwen van zijn
mantel een rood poeder had verborgen, dat
hij op het water uitstrooide en waardoor
het een roode kleur kreeg. Mozes had die
kunstjes in Egypte geleerd en werd daarop
tot toovenaar aangesteld."
«Zoo vertellen de kinderen, die de (openbare
neutrale) school in de Koestraat bezoeken",
eindigde Maranatha deze bijdrage tot karakte
riseering dor neutrale school. De beer Eggelte
vroeg inlichting en wenschte te weten, welke
ouderwijzer en wanneer deze aldus art. 23 der
wet geschonden had. De heer Esser ant
woordde «dat hij niet de minste roeping ge
voelde de kinderen en den bedoelden onder
wijzer te verraden. Het staat u vrij, dat artikel
te lezen, zooals u (lat opvat." Op deze wijze
boezemt men den geloovigen wantrouwen in
tegeu de openbare school en behelpt men
-zich met allerlei uitvluchten, waar het er op
aankomt, feiten te noemen. En dat noemt inen
dan positief Christelijk
Het Utr. Dagblad schrijft naar aanleiding
van haar vrijspraak ook door den Hoogen
Raadhet volgende
«Door deze hernieuwde en hoogste uitspraak
komt een einde aan een rechtzaakdieop
drieste wijze opgezet en op onbegrijpelijk zon
derlinge wijze doorgevoerd, opnieuw heeft doen
uitkomen, hoe jammerlijk en onhoudbaar onze
wet is, waardoor 't mededeelen van feiten,
't gewoon bericht geven van een publiek ge
beurde zaak in een dagblad onder wetsartikelen
kan worden gebracht, waaronder een nieuws
tijding zeker niet behoort.Daardoor is tevens
een der grondwettige rechten, die der vrije
drukpers, in Nederland steeds zoo hoog geschat,
zij 't ook laugs een grooten. en zwaren weg,
ten slotte verzekerd; daardoor is het rechts
gevoel gewrokendat door den loop dezer
jasrimerlijk gedreven zaak bij een groot deel
van 't meest geacht publiek was geschokt en
beleedigd."
Met het oog op de tallooze kroegen in
ons land achten wij het volgende dor vermel
ding overwaardig. Mocht het ook eens bij ons
navolging vinden.
Er is nl. in het Oostelijk deel van Londen
nabij Whitechapel, door toedoen van den
philanthroop Bornardo, een tweede zoogenaamd
Coffee Palace" geopend. De eerste inrichting
van dien aard draagt den naam van «Dublin
Castle" de nieuwe is «Edinburgh. Castle" ge
doopt. Sterke drank, of bier wórdt er niet
verkocht, men schenkt er goede thee, koffie
en chocolade, tegen zeer lage prijzen; terwijf
in nette, ruime eetzalen voor de som- van acht
stuivers een smakelijk warm middagmaal te