-* van-alle richtingen 't bericht van het échec van den heer Heringa en de overwinning van den' heer Schagen van Leeuwen ontvangen. De commissie, die uit de Transvaalsche republiek naar de verschillende Europeesche hoven j vertrokom -te protesteeren tegen de annexatie der republiek door Engeland, rteemt een protest tegen die annexatie mede; getee- kend door 5000 van de 6000 burgers van haar laud. De commissie bestaat uit de hh, Jorissenen Kruger; by hen heeft zich de heer Joubert aangesloten. De heer Bok fungeert als Secretaris. Toen Thorbecke eens een rapport ontviog van een ambtenaar, waarvan de volzinnen door hun lengte onduidelijk wat'en geworden, schreef hij 'naast een van die volzinnen: dezen zin in vieren le verdeeieu." De ambtenaar, gevoelig '••voor de aanmerking op zijn stijl, hij was -sinds jaren sredigeerend" ambtenaar meende zich te wreken door van den eenen zin er acht te maken en schreef wrevelig met podlood er naast: 3>in achten." »Zeer goed", zette de Minister er ouder, die de wraak blijkbaar niet had gevoeld. Maar wat zou Thorbecke wel gezegd hebben ais hij de dagvaarding eens had kunnen lezen in zake P. H. Bruijn? Vijf en veertig regels enge.n druk vormen één enkelen volzin! Als alles georganiseerd is bij ons rechtswezen, hopen we dat ook eens de beurt aan den style du bureau zal komen. ArnhC't.) t i— Amsterdam. Bij de firma Tresling Sc Co. alhierverscheen een portret iu chromo-litlio- graphie van H. M. de Koningiu. liet is bewerkt naar eon opzettelijk daarvoor geschilder portret in olieverf, door den heer S. Altman, die daar voor'een der laatste photographieën ten grond- slag nam, en in de uitvoering is de firma niet ongelukkig geslaagd. De prijs is matig. Groningen.' Na de,opening der 28ste al- gemeene vergadei ing van de Nederlaudsche Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst, den '27 dezer alhier gehouden, herinnerde de president, dr. C. J, Vaillant, de treurige reden, waarom deze bijeenkomst was uitgesteld, riep de talrijke aanwezigen het welkom toe binnen het door hem zeer geroemde Groningen, wijdde een woord van hulde en dank aan den dezer dagen ook der Maatschappij ontvallen alge- meenen penningmeester. professor Boogaard te Leiden, behandelde vervolgens de vraag, wat de Maatschappij thans nog kan en behoort to doen, nadat de geneeskundige staatsregeling en hooger onderwijs ook onder medewerking van de Maatschappij zijn tot stand gebracht, en eindigde met de beste weuschen uit te spreken voor deu verderen bloei der Maatschappij, wier levenskracht nog groot is! Van de afdeeliugen blijken bij de opening eenigen niet vertegenwoordigd, o. a. Omler- dendam. In het verslag van den ftlgeineenen secretaris werd cene dankbare hulde gebiacht aan wijlen professor -Boogaard en eene korte biographic van de:i betreurden overledene medegedeeld. Uit dat verslag blijkt wijders, dat het eerste dOOOtal leden eindelijk is bereikt: er zijn thans ui. '19 le'den meer dan in 1876 bijgekomen. Er zijn nu 94 afdeeliugen. liet verslag doet verder zien, welke hoofdzaken in de afdeelingen in 1876 zijn behandeld en welke veelvuldige werkzaamheden overigens door Maatschappij en Hoofdbestuur zijn venicht. Hierop werd op voorstel van het Hoofdbestuur 'besloten 'het onderzoek naaf de zoogenaamde 'volksgeneesmiddelen nu verder door de Maat- schappij te laten rusten. Eene Commissie werd benoemd om te omlcr- zoeken de urgentie van eenige te laat ingekomen -voorstellen, 'opdat die alsnog op de agenda 4 gebracht' zullenküim'en«worden. ,V Rapporten eu médedéilingen vau vaste com- missithi werden uitgebracht: do jr die voor de geschiedenis der geneeskunde in Nederland, door den gecommitteerde voor de etlmologie van ons land, dr. Sasse; door dien voor de volksvoeding in Nederland, dr. Haakmn Tresling. Wetenschappelijke mededeelingèu werden ge daan door prof. Sanger (over verloskundige zaken), dr. Schoemaker (over eene zeer merk waardige operatie met vertooning van -den patiënt), dr. Kuthé (over drainage in de chi rurgie), -dr. Beins (over zijne methode om vloeibaar koolzuur te maken en de toepassing daarvan), dr. Tellegen Jr. (over eenige ziekte gevallen), dr. Schoemaker (over het tegengaan van de nabloedingen na operaties), dr. de la Faille van Grouingen (over belangiijke patho logische bekkens en andere iuteressante ver loskundige zaken), dr. Ali Cohen (over het vinden van vetzuren enz. in 't water uit de put bij den St.-Jaus-d winger, naar de analysen van den heer van Ankurn). Vele van deze mededeeliugen gaven aanleiding tot nadere discussies. (Voor het kindje door sectio caes. in 't noso- cornium alhier geboren, door de rned. candidateu ten deele geadopteerd en welk geval door prof. Sanger werd medegedeeld, werd eene aanzien lijke som gecollecteerd). Te 2 uren begaf de vergadering zich naar het Instituut voor doofstommen. (O, C't.) Breda. Een Dames-Comité heeft zich alhier .gevormd, met het doel om inschrijvingen te verkrijgen tot oprichting van een Mouumeut te 's Hage voor wijlen II. M. onze Koningin. Koningin Sophia der Nederlanden. DOOR ERNEST RENAN. Ernest Renan wijdt iu de Itevue. des deux Monües de voigende hulde aan onze overleden Koningin Allen, die Fiank'rijk en het goede en schoone liefhebbeu, zijn door den dood van Koningin Sophia der Nederlanden in diepen rouw gedom peld. De laatste der grootc Vorstinnen moest het opschrift luiden der studie, welke men haar wijdt, zoo zeide mij Donderdag een van hendie haar het best hebben gekend en die meer dan eenig ander in staat is te getuigen hoeveel oprechtheid en belangeloozen Ijver welke edele gedachten deze voortreffelijke vrouw koesterde, die in zoo velerlei opzicht het slacht- off'T was van onze ijzeren eeuw. Zij beat in de hoogste mate de hoedanigheiddie op den troon hare volle ontwikkeling bereiken, maar daar niet ontkiemen. De uieuweic wijs begeerte, volgens welke des rnenschen bestem ming het vooi tdurende stieven naar geestelijke volmaking is, kan niet ten allen tijde voldoen aan hen, die door het lot tot nederigen werk kring zijn geroepen maar zij is bij uitnemend heid de wijsbegeerte der Voi sten. Koningin Sophia voegde daarbij het fijn gevoel der vrouw en zij gaf een beschamend antwoord aan hen, die tneenen dat de eenige deugd der Vorstinnen bestaat in teedere en volgzame bevalligheid van eene Marguerite de Provence of de berus ting van eene Jeanne de Valois. Zij was eene dochter van dat grootsche tijdperk uit de geschiedenis van het Ger- utuiiusehfi ras, waarin zoovele voortreffelijke eigenschappendie eeuwen lang verborgen waren gebleven onder ruwheid eu zekere links heid, zich plotseling openbaarden onder een vorm tot dusverre bij de aristocratie der mensch- hcid onbekend. Vat, bovenal die nieuwe wijze van denken en gevrelen kenmerkte was de warmte van gemoed, dat edele, dal milde, dat kluchtige, hetwelk eeibied voor ziisbzelveu en voor anderen insluit Het Fiaukrijk der zeven tiende en achttiende, eeuw had het voorbeeld gegeven vau hetgeen men beschaving eu ver lichting van geest zou kunnen noemen. Goethe en zijne tijdgenooten bewezen, terwijl zij alle eer geven aan ons schitterend voorbeeld, - dat Voltaire, ondanks zijn welverdienden toem, nog niet alles was, dat het hart een even noodzakelijke leidsman is als het verstand. De godsdienst was niet meer de slaafsche gehecht heid arm bet bijgeloof, van het verleden of de enge vormen van eene kerkelijke orthodoxie, maar het oneindige, met liet hart begrepen, beleden en toegepast in het geheele leven. De wijsbegeerte was niet langer iets onvrucht baars en ontkenneeds: zij was het streven naar waarheid op elk gebied, met het zekere bewustzijn, dat de waarheid die nog ontdekt moet worden oneindig schooner is dan de dwa ling, in wier plaats zij treden zal. Zulk eene wijsheid geeft aan hem, die haar bezit, gloed en kracht. De degelijke opvoeding, welks Koningin Sophia ontving aan het Wurtem- bergsehe Hof, haar rjjk en ontvankelijk ge moed ileilen haar vroegtijdig de hoogeru begin selen omhelzen als een geloof, maar een geloof» dat niet weet te verloochenen of te halen. Haar' geheele leven was daarvan doortrokken. De Duitsche geest van die'dagen geleek aan Jehova, die," naar-de schooue uitdrukking vau Job, vrede schenkt van uit deu liooge. Men wilde niets afbrekenmen meende alles te kunnen verzoenen. De Koningin bleef dien geest getrouw, zelfs toen hij verloochend werd door henwelke Item het eerst hadden verkondigd. Zij was steeds gereed om het goede, dat zich in de wereld, waar ookopenbaarde, onder hare hoede te nemen. Het meest was zij be ducht voor het natio:mal vooroordeelwel verre van dc zedelijke opleiding van den mensch te beperken binnen de grenzen van ras of taal, dacht zij met Herder aan eene uederkeerige wisseling van alle gaven der metirchheid. Haar sympathie eindigde slechts bij het middelmatige en slechte: dan begreep zij niet rneer. Zoo bracht zij haar leven door met lief te hebben. In de eerste plaats had zij het land lief, welks Koningin zij werd en dat meer dan eenig amies' haar verstand en hart leerde waar* tleereu. Zij had Nederland lief niet slechts omdat haar lot haar dit ten plicht had gesteld, maar omdat zij reeds terstond de merkwaardige leiding erkende van dit heilige gebied, dit toe- vlnehtsooiil der vrijheid, waar zoo vaak de mensrheiijke geest eene schuilplaats heeft ge- vomleu tegen het overmachtig Europa. Wie kan zeggen of het niet nogmaals die heilige roeping zal te vervullen hebben? Nederland beantwoordde ten volle hare liefde. Geen Vorstin was zoo populair als zü. Niemand be greep beter dan zij den geest des volks, zijn grootsch verleden, zijne plichten iu de toekomst. Zij was er trotscli op iu dien roem te mogen deelen, en wanneer zij nedergelegd zal zijn aan de zijde van Willem do Zwijger, dien zij be wonderde, zal haar graf een zegel te meer zijn op dat verbond van eenheid tussehon Neder land en het Huis van Oranje, dat is: van het fundament der nationaliteit van dit volk. Ook Frankrijk had zij lief. Toen in '1839 te Stuttgart haar huwelijk werd ingezegend, laschte de predikant in zijne toespraak een uitval tegen Napoleon. Een zeventienjarig jongeling, een volle neef van de Prinses, stotul op eu verliet- de kerk. Dit maakte aan het Wurtembergsch Hof een groot schandaal. »Als ik het huil kun nen doen, zou ik gedaan hebben als hij," zeide zij. De grootheid van dat tijdperk der Frau- sclie geschiedenis, hetwelk twee onafscheidbare deden bevat: de omwentelingen het keizerrijk, had reeds in hare vroege jeugd grooten indruk op hare verbeelding gemaakt. Zij had ons lief met onze gebreken. Onze schrijvers, onze kuns tenaars, onze geleerden kende zij allen; vaak beter dan wij. Zelfs onze democratie sloeg z\j met belangstelling gade. Zij vreesde steeds iets onopgemerkt voorbij te gaanwat in da toekomst misschien eenige kans had. Arm Frankrijk! zij vergaf het, want zjj wist dat

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1877 | | pagina 2