.tajneiil»a8cie Ber'icltei.
j, Zoo begrepen het ook de mannen, die zich
met dit doe! in commissie vereenigdenen
hunne medeburgers tot deelneming trachtten
op te wekken. De uitslag mag terecht bevreem
dend heeten: bij gebrek aan deelneming zal
de feestviering niet doorgaan 1 Zoo werd voor
""een paar dagen door de bladen medegedeeld,
't Is wel jammer; onze Beets had zich zeker
niet onbetuigd gelaten,*1 wanneer hem verzocht
%vas, de zaak, die hij als jongeling bezong, thans
als feit te gedenken. Wy verbeelden hem ons,
staande op den kansel van de kerk aan het
Hoofddorp, ouder geworden, maar toch jong,
roemende in de dingen, op dezen bodem ge
schied.' Maar verbeelding helpt hier niet.,
if "Als de mensehen niet willen feestvieren, hopen
we dan, dat de natuur op den gedenkvvaardigea
t dagf in hoogtijdsdo's zal1 prijken en Vondels
wérisch-: •zfGout'mit schuim," op het schoonst
•verwezenlijkt -te. aanschouwen geven,
TWEEDE KAMER DER STATEN GENERAAL,
'i Zitting van 10 Mei,''
In de zitting van heden is het debat over
het ontwerp tot verhooging der Indische be-
0 grooting voortgezet.. De Minister van Koloniën,
.Antwoordende op devraag van den heer Lenting,
Wsrklaarde op her-voorgevallene te Broenei de
aandacht gevestigd <te hebben en ook de gou
verneur-generaal. De zaak is gelijksoortig als
die van Laboem en behoeft geen zorg te baren.
De vestiging door Overbeeke" is niet nadeelig
aan onze belangen. Overigens is niet de Neder-
landsche vlag neergehaald, maar de vlag van
Solo. Immers Broenei is steeds een onafhanke
lijke staat geweest. Wat het aanhangig ontwerp
betrof, het prejudieieerde niet de staats-exploi-
tatie. Voornamelijk bestreed hij den heer Wint-
gens, waar deze verlangd had de nieuwe be
lastingen bij verordening vost te doen stellen,
Dan stond de Kamer voor een fait accompli.
Uitvoerig zette hij de financieele politiek uiteen,
namelijk om in Indie,.evenals in Nederland
■ygeschied;,, is, yoorttegaan mett den aanleg van
de groote werken, waaraan behoefte bestaat.
De bezuinigingen, te Atsjin bepalen zich' tot
't noodzakelijke. De Regeering wil handhaven
het stelsel, om Nederland" onafhankelijk te
maken van de' Indische haten en haar ernstig
streven zal het zijn om de inkomsten in Indie
te verbeteren, maar men onthoude Indie niet
wat het behoeft- De hc-eren Bredius, Heydenr'y'ck,
"Wintgens, Oorver Hooft, Van Nispen en Van
der Schrieck repliceerden en waren onvoldaan
met 's Ministers antwoord. De heer Rutgers
wenschte te weten, wat de Regeering denkt
over een spoedig einde van den Atsjin-oorlog
en hoe zij de verdere posten dacht te dekken;
wil men bij diagen aan Indie verstrekken en
eenè( geldleening in Nederland ten laste, der
^Nederlandsche belastingschuldigen sluiten? Hij r
jvwenscht de inzichten der Regeering te kennen.
De heer Fransen van de Putte achtte den aauleg
-van de Indische spoorwegen noodzakelijk en
productief, maar zag geen verband daai tusscben u
en de invoering van nieuwe belastingen. Voorts
besfrèed hij de adviezen om in Atsjim meer
agressief optetreden. Wy moeten blijven waar
wy zjjn en wachten tot de bevolking zich onder
werpt. De Minister van Koloniën beaamde deze1
laatste meeaing.. Do maatiegel tot bezuiniging
js in Atchin genomen in overleg met de be
velhebbers. Zijn stellig verlangen is de nieuwe
"belastingen intevoe;en, daar ook zonder,spoor-
weg aanleg versterking der Indische middelen
jioodig is. Bet algemeen debat is gesloten.
Over art. 1 (aanleg der spoorwegen Sid
HoardjoMadioenBhtarBuitenzorgTjitja-
Jengka) in de discussie aangevangen. De heer
Stieltjes stelde een amendement voor om in
plaatsder laatste lijn te lezenvan eenig punt -
der Tyn ^TandjongpriokBatavia—Buitenzorg
aaar,Tjitjalengka, om zoodoende de exploitatie 1
niet te piejudieieeren. Maandag vooitzetting..
l! SCHIEDAM, 11 Mol 1878.
Voor de te Arnhem zitting houdende com-
missie tot het afnemen van examen als hulp-
onderwijzères, heeft onze,, stadgenoot Mej. S.
Kijnbépde als zoodanig akte bekomen.
-ijen 15 dezer zal.de zomerdienst langs den
Jlollandschen Spoorweg aanvaggen;,,de'treinen
ie. trekken alsdan van Schj^lgrn:,.,
Naar Amsterdam: 6.19; 9.22; 12.24; 2.38;
3.44; 5.49; 7.59 en 943.
Naar den Helder: 2.38.
Naar 'sHage: 7.57; 11.11: 1.11 en '10.33.
Naar Rotterdam7.19; 8,18; 8.56; 9.39;
41.40; 12.26; 2.40; 3.33; 4.5(3; 6.4; 7.41;
9.52; 10.41 eu 11.27.
~-r Naar wij vernemen, zjjn de veiligheids-
werken op het gedeelte spoorweg tusschea het
station Delftsche, Pooit en, de Beurshalte alhier
nog ,niet gereed, zoodat het' met mogelijk zal
zijn reeds op l5 Mei, bij den aanvang van den
zomerdienst,alle op de biljetten aangegeven
treinen naar en van de beurshalte te laten
gaan.
Gedurende een drietal weken zal dus de nu
bestaande toestand nog gehandhaafd bljjven.
—(Wij lezen in De Hervorming van heden
het volgende:
F. C. A. PantebocU.
Zoo is dan eindelijk, de slag gevallen, die
hoelang ook voorzien en gevreesd, toch, gelijk
het gewoonlijk gaat, 'nog opverwacht trof.
Maandag-avond te half twaalf uren bezweek
onze vriend Pantekoek. Reeds den Donderdag
te voren had hij van de zijnen afscheid ge
nomen, doch aan de uitblussching van zijn
levenslamp ging nog een laatste opflikkering
vooraf.
Welk een zegen voor hem zeiven dat hy
uii zijn lyden is verlost! dat was onze eerste
indruk bij het vernemen van, zijn overlijden.
Maar da tweede die er onmiddellijk op volgde
was: welk een vreeselijke slag voor zijn gezin,
voor zijne talrijke geestverwanten en vrienden,
voor de vrije ontwikkeling van *t godsdienstig
leven, die al de liefde had van zijn. vurig gemoed!
Want vurig was hij in de dagen van zijn
volle kracht. Weer staat hy' daar voos* ons
met zijn open, innemend gelaat, zijn sprekend
oog zijn kloeke houding, zijn doordtragend stem
geluid. Hoe uitnemende gave^ had God ham
geschonken! Welk een zeldzame populaiiteit,
welk een ontzachelijke zeggingskiacht, welk
een schitterendesoms haast al te bruisende
welsprekendheid. Hoe wist zij ze te boeien, de
duizenden uit allerlei rang en stand, die aan
zijn lippen hingen, hoe zijn vrije opvatting
van den godsdienst aan te bevelen ook aan
weifelende en wankelende zielen! Welk een
opgewekte prater was hij in den gezelschapskring;
hoe goedhartig was zijn schelts; hoe vroolijk
klonk zijn ronde inch Met wat'zuidelijke leven
digheid wist hij zich te bewegen in allerlei
kringen en had hij voor elk een woord of
wenkEn als 't er op aankwam te strijden
voor zijn beginsel, te ijveren voor zijn over
tuiging, hoe gloeiend en aangiypewl was dan
zijn taal.
Toch hebben zijn beste vrienden hem, meer
dpn om al 't daar genoemde, om iets anders
hooggeschat. Meer dan den schitterenden i ede-
naar had ik voor mij althans den geduldigen
lijder lief. 't Beste wat in hem was kwam in
zijn laatste lijdensjaien en maanden aan 't licht.
Met groote geestkracht droeg hij een haast
ondragelijke lichaamskwaal. Met stil vertrouwen
hield h'y aan God zich vast. In zijn Inatsten
levenstijd week de opgewondenheid van weleer,
maar om plaats te maken voor meerder diepte
en hoogeren ernst. Altijd bleef 't zijn lust te
spreken uit de volheid zijns harten en met een
lydend lichaam sleepte hij zich zoolang moge
lijk naar den kansel, tot hij eindelijk bij zijn
laatste optreden in de Noordeiikerkop27 Januari,
door pijn overmand, zijn toespraak halverwege
staken moest.
Meer dan al zyne schitterende gaven waar-
deeren wij die mannelijke geestkracht en die
stille lijdzaamheid. Neen, zijn leven is niet ver-
geefsch geweest en is niet geëindigd met zijn
dood. Hij heeftr'gewerkt, zoolang 't voor hem
dag was. Ilij heeft geleerd uit hetgeen hij
heeft geleden. P. II. II. Jr.-
Het wets-ontwerp tot vaststelling vann&«
dere wettelijke bepalingen betreffende den ijk
en hetgebiuik van weegwerkluigeu staat, blijkens
het antwoord van den Minister van Waterstaat
op het Voorl. Verslag der Tweede Kamer om
trent deze wets-voordracht, geheel op zichzelf
en heeft ten doel, de met betrekking tot dea
ijk van weegwerktuigen gerezen inoeielijkhedea
uit den weg te ruimen, ten einde tegemoet te
komen aan de oogenblikkelijke behoefte vaa
het openbaar verkeer. Om niet vooruit te loopea
op de algemeene herziening die, vplgeas de
wet op de maten en gewichten, voor 1
Januari 1880 moet plaats hebben en waarvoor
de Min. bezig is bouwstoffen te verzamelen,
acht hy niet raadzaam thans eeue wyziging van
de strafbepalingen in overweging te nemen,
Van de gegeven wenken zal te zijner tijd ge-
bruik worden gemaakt. De Regeering val de
Wenken omtrent de afzonderlijke uitgave eener
gewijzigde wet ia overweging nemen. De Mi
nister vindt geen reden om voor de decimale'
bascules den waarborg te ontnemen, die in
den yk gelegen is. Hij acht het niet laadzaam
alle weeg-werktuigen ook van de meer nieuwe
samenstelling in het verkeer toe te laten.
Het legaat van wijlen den heer E. 0.
Groeneveld aan het Ëlinden-instituut is ge«
maakt aan dat te Amsterdam en niet, zooals
vermeld is, aau het Blinden-instituut te Rot'
terdarn.
De Slaattcourant van gisteren bevat de
wet van 6 Mei 1878, houdende wijzigingen in
de wet op het notarisambt. De wet treedt
den 15den dezer in werking.
Dagelijks spreekt thans de Standaard
over het volkspetitionnement. In haar no romer
van 10 Mei haalt zij daarbij aan eenige woor
den uit een blaadje genaamd de Sprokkelaar*
Dit blaadje meent dat de Koning gehoor zal
geven aan de stem van het «Christenvolk"
om het, een school te geven met den bijbel.
En op welken grond »Hij zal 't doen" zegt1'
de Sprokkelaar, J>als de beste zijner onderdanen
immeis de beste christen is de beste bur
ger eendrachtelijk tot zijn troon naderen."
Men weet niet, waarover zich meer te verwon
deren de bescheidenheid van die heeren, waar
mee zij zich steeds het christenvolk bij uitne
mendheid noemen, of de nederigheid, waarmee
zij zichzelf het brevet 'uitreiken van de beste
burgeis te zijn.
De te Amsterdam te houden tentoonstel
ling van voorwerpen, door den werkman in
zijn vrijen tijd vervaardigd, kan nu doorgaan,
daar ruim f 9,000 van de voor de tentoon
stelling benoodigde f 12,000 bijeengebracht is,
en de commissie dit cijfer voldoende acht, om
de tentoonstelling te ondernemen.
«Het kind roet de tijgeihuid", waarvan
wij raeldtng maakten, blijkt sedeit zijne ge
boorte aan de zoogenaamde olifantsziekte, eene
soort van melaatschheid, te lijden. De moeder
behoort tot een rondreizenden kermistroep.
Het Paleis tfoor Volksvlijt heeft in het
jaar 1877 goede zaken gemaakt. De netto winst
op de exploitatie bedroeg f44,614.52. De winst
en verlies-rekening sluit met een netto winst
van f 10,163.41.
In het Noorden van ons land is de stand
der boomviuchten dit jaar zeer gunstig.
Oud-Beierland. In den loop van deze
week werd alhier een kuiken uitgebroed, dat
in het bezit was van 4 pooten, een nagenoeg
dubbele kop met 2 snavels en 3 oogeu
■waarvan 2 op de gewone plaats zaten en 1
op het voorhoofd. Het dier heeft niet geleefd.
Dordrecht. Alhier is een vereenïging op-
opgericht, die zich ten doel stelt de verfraaiing
dezer gemeente.
Jüeuwesclmns. Een tweejarig kind alhier
maakte' van een oogenblikkelijke afwezigheid"
„,lw. ,1 i n l .1 .»'i I 1
(t