A°- 1878.
Maandag 2 September.
M 4492.
JmcHjiit flaplijfcs, nitpioiM DWai.
\"y wr
Tw e
^BONNEMENTSry.us, par kivnitanl1.85.
Franco per'post, door het geheels. Bijk- 2.50.
TT-i ....- 0.10.
a a r g: a n ff
Afzonderlijke nommers
IS It It B A U j
__JL-
MAltHT, E, 124.
JJiJ «leze Conrnntlbelioortcen Bijvoegsel.
Schiedam, 31 Augustus 1878.
Van tijd tot tijd acht het Engelsche gouver
nement het noodig, het publiek in kennis te
stellen met den toestand der Engelsche bezet
ting op Cyprus, die door allerlei ziekten
"tamelijk wel gedecimeerd is. Een der laatste
iffededeelingen bevatte de tijding,^ dat de ge
zondheidstoestand vei betert. Welnu, zegt Daily
'flows: verbetert de gezondheidstoestand, ,dan
is5 dit het bewijs, dat deze slecht was, en
eenigen tijd geleden verzekerde kolonel Stanley
niettemin in vólle parlementsvergadering, dat
de 4.«stand,'er troepen uitstekend ton ge
noemd worden, .'let Engelsche blad voegt'er bij,
dat, wanneer de medódeelingen van het gouver
nement uit dezelfdebron' komert welk aan
kolonel Stanley zijne gegevens verschafte, het
publiek wel zal doen, hierop niet al te zeer te
.vertrouwen. Voor het overige valt het niet te
ontkennen, dat de ingenomenheid van het pu
bliek met hot .eiland Cyprus vrij wat bekoeld.
iS.'NduVëlijk's' wasli e t*''Eb g'clsb h'-Tu rkscli ver-"
drag bekend geworden, of aanstonds vormde
zich een maatschappij, die haar zetel op liet
eiland zou hebben en haar werkzaamheden tot
den bodem daarvan zou bepalen; men roemde
het eiland zelfs als een uitstekend oord voor
kolonisatie. Men is thans genoodzaakt te be
kennen, dat de ijver wel wat te ver is gegaan.
Het leven is er zeer goedkoop, zegt Dally Hows,
jnaar men sterft er zeer gemakkelijk. Ziekten
van alles lei soort komen overvloedig voor,
melaatschheid heerscht er, evenals ijlende
koorts. Borstziekten zyn er inheemsch, typheuse
koortsen heeischen er altijd en de pokken
richten er groote verwoestingen aan. De Stan
dard, een ïegeermgsblad, erkent zelfs zeer
pnief, dat het eiland geen Eldoiado is, maar
het blad voegt er vergoelijkend bij: een land,
dat overvloed van wild heeft, en waar de druiven
een stuiver het pond kosten, zulk een land
jieeft een toekomst.
De Turken blijken uit de laatste gebeurte
nissen niets te hebben geleerd, en met de
bewindslieden aan het hoofd, een troep te zijn,
die van goede tiouw en eeihjkheid zelfs geen
flauw' denkbeeld heeft. Ongeveer op denzelfden
tyd, dat de latificatien van het vredesverdiag
te Beilijn worden uitgewisseld, eu elk der deel
hebbers dus op zich neemt de bepalingen van
dat verdrag te handhaven, op dienzelfden tijd
zendt de Verheven Poite een nota aan de
mogendheden, vvaarby zij verklaart de voor
waarden van dat verdrag, voorzoover die Grie
kenland betreden, niet aan te nemen. Heelt do
Turksche Regeering, alvorens tot het uilvaar
digen van die nota over te gaan, ook in dezen
den Turkschen gezant geraadpleegd, of heeft zij
ook Lord Layard trachten te bedotten? Men
^Jtftu op Eugeland zoo weinig aan, dat het niet
onmogelijk zijn zou, als er op nieuw een intrige
in het spel vvas. Duilschland trekt zich deze
zaak zeer aan.y Wordt Turkije niet gedwongen
het vredesverdrag in zijn geheel na te komen,
dan loopen dei'groote mogendheden gevaar op
den koop toe uitgelachen te worden. Men
spreekt daarom van onderhandelinge i, die op dit
oogenblik worden gevoerd, welke ten doel zouden
hebben, de Verheven Poite tot haar plicht te
brengen, 't Wordt ook tijd. Oostenrijk, dat
meent in Bosnië tegen opstandelingen te strij
den, merkt b|j nadeie kennismaking, dat het
tegen honderdtallen Tuihsche soldaten, en dito
officieren den kamp heeft te voeren. Rusland,
dat volgens het viedesveuirag nanspiaak heeft
op Batum, kan het niet krijgen. De Turk stelt
de overgave dier plaats vau de eene week op de
andere uit. Ze wil de bevolking vooi bereiden,
op de verandering van beheerschetsde ge
moederen zijuf zeer in gistingde Porte wil
diet tot kalmte brengen, enz. enz. Ondertus-
schen gaaf ze fin datzelfde Batum op zeer wil
lekeurige w,ys| te werk. Met autorisatie van
den Engelscheii consul te Konstantiuopel waren
een ~pnar coffespondenteu van Engelsche dag
bladen te Batum aangekomen. Deze kregen
bevel zich nog denzelfden dag te verwijderen.
Met moeite kregen zij vierentwintig uren uitstel.
De correspondent van Daily JJews veischanste
zich daarop in zijn kamer; na herhaaldesom-
maticu werd die door de Turksche politie open
gebroken, en de correspondent kon niet ver
hinderen, dat men hem ongekleed medesleurde,
en in een bark plaatste, die hem naar een
geieed liggende stoomboot voerde, waar men
niet weinig verwondeid was, twee half gekleede
personen, een bezat noch hoofddeksel noch
schoeisel aan boord te ontvangen, 't Is
een heerlijk huishouden in dat Tuilcije, en
zeker weet men in westelijk Europa nog niet
half, welke kuiperijen er zoo al worden ge
smeed. Zijn de laatste berichten juist, dan
is de Sultan nu geheel ten einde raad. Dat
is de man trouwens geweest al den tijd, dat
hij op den troon zit. Hij moet thans den ver
bannen Midhat-paeha hebben teruggeroepen,
die op dit oogenblik in Schotland vertoeft.
Midhat was, gelijk men weet, de ontwerper
der Turksche constitutiede man, die het
Turksche parlement iu het leven riep. Dat er
tegen zulkeen inaD een seiail-iutrige werd ge
smeed, wien zou dit veivvoudeien Dat hij
velbannen werd heeft menigeen bevieemd;
veeleer had men verwacht, dat hem op Turksche
wijs voor goed de rust was geschonken. Thans
moet hij terugkomen om den Augiasstal te
reinigen; waarom wordt de vermolmde barak
maar niet geheel afgebroken?
Een der vazallen van den Sultan, de ouder
koning van Egypte heeft voor den drang der
omstandigheden moeten zwichtendat wil
eigenlijk zeggen, voor den invloed van het
Westen. Deze heer ging op zeer zonderlinge
wys te werk. In de loop des tyds had hij zich
Advertentieprijs: van i10 gewone regels,
met inbegrip van eene Courant1.10.
Iedere gewone regc! meer- 0.10.
Driemaai. plaatsing wordt tegen tweemaal berekend.
meester gemaakt van onmetelijke uitgestrekt
heden gronds. Zijn arme onderdanen werden,,--
door hem uitgezogen, terwijl hijzelf de onzinfc^|
nigste uitgaven deed, doch zoo slim zijn zakenj
wist te dry ven, dat de Egyptische effecten op de"
Europeesche beurzen een zeer gezocht artikel
waren; ze gaven immeis goede renteEindelijk is
de bom gebaisten; de hulp van Engelsche finan
ciers is ingeroepen, en deze hebben den onder
koning weten te beduiden, dat hij verstandig
zou handelen, door al zijn onroerende goederen
af te staan, dat zijn familie niet beter kon doen,
dan dit voorbeeld te volgen, en er dan op
deze wijze eenig licht in de diepe duisternis
der Egyptische financiën zou te brengen zijn,
Met prijzenswaardige edelmoedigheid heeft
de onderkoning in deze voorwaarden toege
stemd; zelfs is hij zoover gegaan in een open
baar schrijven bekend te maken, dat hij vroeger
dwaasheden heeft gedaan, maar voortaan zich
verstandiger zal gedragen.
Bij gelegenheid der feesten voor eenige dagen
te Brussel gevierd, was men op de gedachte
gekomen, aan HII. MM. den Koning en de
Koningin een hulde te doen brengen door
schoolkinderen.
Dit gedeelte der feesten is bovenmate goed
gelukt. Duizenden kinderen, allen in feestgewaad,
zijn in optocht voor de vorstelijke personen
heen getrokken, hebben hen als het ware onder
bloemen begraven, en hoewel de stoet meer
dan anderhalf uur noodig had om voorbij te
trekken, werd het koninklijke paar niet moede
bij het aanschouwen, en was vooral de Konin-
gin diep aangedaan bij de kinderlijke hulde,
haar door duizenden gebracht. Men leest in
verschillende Jbladen, dat in menig oog tranen
blonken, toen die vroolijke stoet onbezorgd en
vol levenslust voorbyti ok. Niet alzoo het clericale
Journal de Bruxelles. Het gaat dat blad,
zooals het met'veel bladen en met veel personen^"'
ook, bier te lande gaat. De beschouwing van
een troepje spelende of feestvierende kinderen
wekt hen op, niet tot mede genieten, niet tot
zoete herinneringen aan eigen jeugd, maar tot
bittere overdenkingen over iets, hier en elders
bekend onder den naam van ondeiwyskwestie.
Voor de schoolkinderen en hunne vreugde had
het Journal de Bruxelles geen oog; boven die
kleinen uit staken de hoofden der onderwijzers,
en deze waren, o jammer, leekenliet Journal
kan slechts zuchteu bij deze accapaieurs, opkoo-
pers van zielen, die zonder twijfel aan de jeugd
zullen leeren, dat de mensch niet weet, van
waar hij komt, noch waarheen hij gaat. En,
altijd met dat leekengebroed voor oogen, ver
volgt het blad»Hope op God, beeld van de god
delijke gerechtigheid, hulpe van God afgesmeekt
en verkregen te midden der ellende, verlangen
van het hart naar een verheven en volmaakten
staat, wat zal er van u worden onder derge
lijke invloeden?" En op dezen toon gaat het
voorttot we eindelijk lezen: sAls he$
SC
f 1