VerscMjutf iaplijts, litpatei Blnsflai. ?A°. 1879. Maandag 20 Januari. .A* 4589.': /c .Kemiis^oviiig. *g i" in i a a i* 2' a n g-, •M -w-. Abonneme.ntsiirijs, |>er kwiii-nml Franco pur post, door het gehecle Rijk, Afzonderlijke nominers I> 1- i 1.85. - '2.50 MrU#AU! MAltKT, E, 12 4. Advertentieprijs:'vat» 1—10 gewone regels met inbegrip van eem Courant -.1.11 tedere gewone regel meer.-0.1U üiuemaal plaatsing wordt tegen twekmaak berekend. I Bij deze Courant Behoort cc« Bijvoegsel. 7 De Burgemeester en Wethouders van Schiedam, Doen te weten': ■Dat het 2de Suppletoir-Kohier voor de Plaatselijke Directe Belasting dezer .Gemeente voor liet dienstjaar 1878, door den Gemeenteraad op den 16 Janunrij jl. vastgesteld, ingevolge hut bepaalde bij art. 265 der Gemeentewet, gedurende ACJIT dagen, voor een ieder ter lezing op de Secretarie der Gemeente is nedergelegd. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 17 January 1879. Burgmeester en Wethouders voornoemd, P. J. VAN DIJK VAN MATENES8E. De Secretaris, A. W. MÜLDER Schiedam, 48 Januari 4879. •ïWat een heerlijke preek van (den nieuwen domineeHoe keurig uitgewerktlloe wel sprekend! Over het nlgeipeeu.^eit ook Ju-het •LijzöniieiJ wat eeu"~voui-trdfRyk mensch 1 Eu hij van zijn baat, wal eeue lieve gemeente! welke trouwe kerkgangers! Hoe ijselijk beleefd en voorkomend en gedienstig, en behulpzaam! Maar hoor beide, gemeente en herder, zelfs eer de plooien uit de nieuwe gordijnen in de pas torie- gevallen zijn; hij doet wel eens. weer eene oude preekHij valt ook in herhalingen. Hij ia soms .zelfs wat langdradig. Hij hangt den dpininée te veel (of niet genoeg) uit in den omgang. Hij is heel wel, -- dat blijft waar, maar srod voortreffelijk als men eerst dacht, neen!, Och, nieuwe bezems, zelfs in den schoot der kerk, mijn (zoon, vegen schoon! Eu de dominee van zijn kaut, is uietmeerzóó verrukt als vroeger. Hij-vindt het vreemd, dat de één zijn' kinderen niet bij hem iaatcatechi- sëeren; het is raar, dat collega A. vau de heibel-weet waar, overkomen moet, alleen om de dochter van mijnheer ff. te trouwen! Het 'is .zonderling; dut, als .de ring-broeder C. eens komt preekeu, de kerk stampvol is, terwijl bij hein zoovele plaatsen nu onbezet blijven. vVarietas delectal!' zuciit de eerwaarde lieer en haalt de schouders op en hij heeft gelijk. Om dergelijke redenen, waarde kleinzoon, loopeu de iiiensclien in de maatschappij elkaar .niet slechts telkens tegeu het lijf, en trappen elkaar op-de leeneu maar vallen wij ook elkaar tegen op de meest pijnlijke wijze. Wij leereu inzien, dat geen inuuscli (zelfs wij zei ven niet!) volmaakt is, zóoals svij in liet begin geloofden, iprndat; wij iedereen alleen vau de beste Hjde .leerden jennen en ons ook alleen .in liet meest AtyM'deelige, licht, vertoonden, eu zeggen later, (Heel lichtop,, onzen m.isauthropischenouden j>v>datrsh^4;j^en ..bei^perdo; boel is en dat de IJjiégsclien, pigt.dgpgeit. ïMaar.,.< zqoa,|s veelal ir''".V. V'- 1'.j v hét geval is, de waarheid, dunkt me, ligt ook hier iü heft midden;' onze rnede-han delaren' in deze. wereld zijn nooit zoo slecht als vele •i J teleurgestelde bejaarde halve bankroetiers van stervelingen gelooven, noch zoo goed als velejonge heothoofderilvan ?uw leeftijd zich verbeelden." Bovenstaande overpeinzing lazen- we zeer onlangs iu 'de werken van den ouden heer Smits. Het is iu dn Wereld toch een recht buitenkansje, als men zich in-den loop des tijds heeft weten nieester te inaken, op. eerlijke wijze, wed <te verstaan, want dat gebeurt- met boeken uietjiltijd, van een klein bibliotheekje.'' Eu een onwaardeerbare schat wordt het, ;als men zoo vga" lieverlede metal die kinderen van den geest heeft kennis gemaakt. Zijt ge somber gestemd,, koipaan,'oude vriend Smits, latcg-.we wat met elkaar praten 1 Ze zijn zoo kwrtad nietj'zegt de goedhartige tabakshandelaar; zie ine datjèens aan;, als; ik een bede om hulp .sch^feJt&liBeit-iny^vaiï'éaiÉïkauten toe. sZe zijn Job kwaad';niet; vraag dén druppeltje olie eii wijn voor een diep rampzalige Israëlie- tisehe weduwe, zoo waar, ëèn Rooinsch Katliuliek huisvader is onder .de eersten om bij te springen." Gij kijkt wat be'denkelijk bij de uitdrukkelijke vermelding, dat de bewuste druppel uit een Katholieke bron vloeit. Tien tegen ,ééiidat' Smits u hartelijk tegenlacht, en met dat eigen aardig, goedige, dat zijn nobel gelaat steeds kenmerkte, in het oog, u wijst op zekere plaats uit, zeker boek; we lezeu: »Eu hij, tot hem gaatide, verbond zijne wonden, gietende daarin olie en wijnen hem heffende op zijn eigen beest,- voerde hem iu de herberg en verzorgde hem." ïLaat ze heeten, zooals ze willen, als ze maar helpen-, beste jongen 1 je ziet het immers ze zijn zoo kwaad niet; kijkje krant maar eiken avond in, ze ziju zoo kwaad niet! "We keuvelen .voort, en raken aan de praat onder, anderen, over benauwde meuschen; en als ik het. waag mijn vriend Smits te zeggen, dat ik dat soort van lui bepaald onaangenaam vindt, legt hij mij den vinger op den mond, met een vëelbeteekenenden blik, en zegt waar schuwend: t>Ook gij,; mijn zoou Brutusl Laat af vau dat'■-schandelijk misbruikte woord: ik heb het nimmer gebezigd." Cus gesprek was uit; mijn vriend Smits nam zijn bescheiden plaatsje weer in, eu ik was alleen. Een onaangenaam menschdat was dan dé uitdrukking, waarover de oude heer Smits zoo verontwaardigd was. Een gausche schaar van liedeu ging voorbij; was.er ook soms zoo'li onaangenaam inensch bjj? Ben ik er misschien zelf één? Wel waarlijk, het is een beroerde boel! om mét den misauthroop van Smits te spreken, wij; ziju allen onaangenaam er is niet één uitgezonderd, ook niet. één; Be- wijs: Kent ge A? Ja, maar die is nu ook uiterst onaangenaam. Het is, of hern de hoed. op het hoofd is vastgelijmd, een echte bok*.! Maar 13. dan; o die, rlïen kan men niet reke nen; al zijn buigen, daar meent hij niets van;.' hoe dieper hij ziju hoed afneemt, hóe onop- rechter hij is. 'tls een zonderling geval;, om een aangenaam tneuseh te wezen, zal men dus voor zijn hoed een punt moeten zoeken tusscheu do vijf centimeters van A. en den halven meter van B! Daar.komt G. aanstappen. Hij ként alle arme' lui, en is vrijwel op de hoogte van .veler, nooden en behoeften; 'tgebeurt nog al,eens-, dat hij u op den schouder klopt, eu u zoo iets influistert van sstreuge kou en groot gebrek", 't Is onmogelijk van den man af te komen,, zonder iu den zak te tasten.- Hij is goed en wel, maar wel eens wat lastig. Gij vindt „uw wijnkooperecn onaangenaam mensch, omdat., bij u, zoo kort reeds na Nieuwjaar een rekening heeft thuis gestuurd, niet een vee! grooter eindcijfer, dan ge wel bad gedacht. Ja deze stemming gaat gij uit, eu daar is waarlijk C ook weer. sllebt ge 'tgezien," zegt hij: seen beetje olie en wijn"'. Je suit er aan denken? sJa, ja, zeker," maar inwendig klinkt liet: sga toch.heen, onaangename vent"! We behandelden tot nog toe solo variaticn op het thema sonaangenaarn". En ;als we in onzen geest dat aantal vermeerderen) dan be-' grijpen we. den tegenzin, uien de. trouwhartige, oude lieer Smits tegen het woord, koesterde. -We willen hem dan ook niet uitzijn blijmoedige stemming doen geraken door hem het bewuste woord, voor koormuziek gezet, onder de aan dacht te breDgen. Buitendienin de laatste werken vau llichard Wagner'worden de koren geheel gemist, en die man is immers de dichter vau de 'muziek der toekomst? sJa, ze ziju zoo kwaad niet." Daar ziju tijden geweest, booze tijden waren 't, toen ging het er gruwzaam toe onder de kinderen de!" rnenschen, en iu de hoovaardigheid hunner harten verklaarden zij hun' medeinensch dood. Maar de laatste maal, dat zij dit heldenfeit, oudeniamen, kwamen zij- al heel slecht van de reis. Dat was in 4830, en wel in de maand Juli. Toon werd dit vonnis toegepast op den Prins van Poliguac, een Minister van Karei X,- Koning van Frankrijk. Iu weerwil van zijn doodverklaring leefde de Prins nog jaren lang gezond en, wel op zijne goederen, ging Gods-, lieve zon even heerlijk voor hem op als voor het koor,' dat hetn dood' verklaard had, en had

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1879 | | pagina 1