ïnnrtöit iaplijis, litpziiM Bteiai. A0. 1879. Vrijdag 16 Mei. M 4671. Biilealailseln JBmcltn .Ki\ - 1 I)rie ii e r t i g* s t e .f a a r g a n g-. CflüRABfT. Abonnementsprijs, per kwartaal1.85. franco per post, door het geheele Rijk. - 2.50. Aftenderhjke nummers0.10. KDStliAIfi IHAKHT, JB1S4. Schiedam, 15 Mei 1879. 't Kaa wel niet anders, of de Nederlander, die gewoon is de aangelegenheden van zijn vaderland tot een punt van ernstige overweging te maken, heeft den 12en Mei jl. het feit herdacht van de dertigjarige regeering van onzen geëerbiedigden Koning. Er is in het tijdvak van 1849—'79 zeer, •aeer veel in Nederland voorgevallen, veel, dat lot dankbaarheid, veel, dat tot nadenken stemt. We hebben meermalen met onzen Vorst feest ge vierd, waar het de herdenking van nationale bljjde gebeurtenissen gold; maar ook we hebben nationale rampen te dragen en te betreuren gehad, en altijd hebben we den Vorst naast zijn volk gevonden. Maar m'et denzelfden Vorst hebben we stormen ons Nederland zien bedreigen, die, gedeeltelijk op eigen bodem hun oorsprong hadden, gedeeltelijk elders waren ontstaan. Doch, hoe hachelijk de' toestand ooit ware, Koning Willem III is nimmer ook maar in het geringste, ook maar in schijn den eed •ontrouw geworden, door hem den 42en Mei 4849 op de grondwet des rijks afgelegd. En dat beteekent meer dan velen wel kunnen bevroeden. Onze Vorst trad op in een tijd, toen de stormen van '48 nog lang niet hadden uitgewoed; toen de pas uitgevaardigde grondwet (3 November 1848) nog op schier alle punten moest uitgevoerd worden. Wie zal zeggen, welke invloeden in zulke omstandigheden niet op een jeugdig Vorst inwerken, om hem op gevaarlijke wegen te leiden. Hoe dit zij, voor al deze Stemmen is Willem III doof gebleven. Daar ligt voor ons een merkwaardig geschrift, van oudeD datum getiteld: De Aprilbeweging. Zesentwintig jaren mogen verloopen zijn sedert de gebeurtenissen voorvielen, waaraan dit ge schrift zijn aanzijn dankt; de gespannen toe stand, door do opgezweepte hartstochten veroor zaakt, de gisting, die in ons gansche vaderland heerschte, zij staan aan velen onzer nog levendig voor den getest. Allerhoog was op den Koning gevestigd, maar de Koninklijke -leus met het oog op de Grond wet was: »Ik zal handhaven," en het volk van Nederland heeft de gevaarlijke crisis doorgestaan en is-haar te'boven gekomen. En zooals by deze gelegenheid, heeft Koning Willem III in alle omstandigheden gehandeld. Het constitu- iioneele Koningschap is door hem in eere ge komen; hy handhave het nog jaren lang. Ons Parlement is yverig aan het werk. Het •beraadslaagt over'het'wetsontwerp, bekend 5 onder den naam van de' kanalenwet.' Toen in de laatste jaren der Regeering van Koning Willem I het aanleggen van spoorwegen ter sprake kwam, Men weet, dat Nederlands Eerste 4 Koning ereen groot voorstander van 'was, r hoorde men do re'deneering, dat Neder- 1't(land bij 'zyn t vete waterwegen geen behoefte aan spoorbanen had. Veertig 'jaren.zijn' ver streken sedert die dugen; een net van spoor wegen bedekt ons land; thans klinkt het weer: onze gemeenschap te water laat te wenscheu over, daarin moet verbetering worden gebracht. De Minister van Waterstaai heeft leeds kort na zijn optreden een wetsontwerp ingediend, waarbij de aanleg van nieuwe kanalen wordt voorgesteld, en daarover loopt sedeit eenige dagen de discussie. Warm verdedigd, wordt het ontwerp niet minder krachtig bestreden. We zullen onze lezers niet vermoeien met hetgeen de heer A. of de heer B. tegen heeft gezegd. By velen treedt de geldkwestie op deu voorgroud. Hoe nu, redeneeren dezen, is het verstandig wetsontwerpen iu te dienen, die miilioenen zullen kosten, terwijl de schatkist zelfs geen duizendtallen van guldens kan leveren Anderen daarentegen meenendat op het nageslacht wel - een gedeelte van de lasten mag worden gelegd, en dat een leening voor werken als de thans voorgestelde, alleszins geoorloofd is. De Minister van Waterstaat heeft lieden het ontwerp met warmte verdadigd. Of hij de tegen standers overtuigen zal, 't is moeiltjk te zeggen. We hebben hier met een dier wetsontwerpen te doenwier behandeling voor vele afgevaar digden hoogst moeilyk schijnt. Men is afge vaardigd door een district, dat een nieuw kanaal bekomt, als deze wet wordt aange nomen. De .bevolking van dit district is vóór het ontwerp. Wat zal men 'doen? De Amsterdamsche afgevaardigden bekomen vau alle moeielijkliedea het leeuwendeel. Am sterdam verlangt de aanneming der kanalen wet; het zal met genoegen zien, dat het ijk miilioenen daarvoor besteedt. Maar die mii lioenen moeten ergens vandaan komen. De Regeering heeft, met het oog op die vermeer derde uitgaven, voorgesteld een zoogenoemde effectenbelastiug. Dat is goed gezien, zegt menig eerzaam huisvader. Die uitgaven wil doen moet ze kunnen bestrijden. Maar, maar die effectenbelastiug is den Amsterdamschen heeren een doorn in het oog. Daar willen ze niet aan. Met hetzelfde vuur waarmede de Amsterdam mer het kanaal door de1 Geldersche vallei ver dedigt, veroordeelt hij de effectenbelastiug, die moet strekken, zeer zeker ook tot dekking der kosten van het zoo vuiig door hem gewenscht kanaalZoo is de menschgelukkig is er uitkomst, want ieder spreekt van «algemeen belang"; als Amsterdam bloeit, gevoelt Neder land daarvan den weeislagl Wijsheid zij den vertegen wooidigers der Nederlandsche natie in dit netelige geval van iiarte toegewenscht <v De Belgische Kamer van Afgevaardigden houdt zich insgelijks met een belangryk onder werp bezig: de regeling van het lager ïder- wijs. Dagen lang is men daarover reeds bézig. We loopen niet zeer hoog met de discussiën over dit ouderwerp verleden jaar ten onzent gehouden,' en stellen die van 1857 vrjj wat Advertentieprijs: van 1—10 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10 Iedere gewone regel meer Q.10« Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend, hooger. Bij vergelijking met de Belgische rede- ueeringen echter winnen de onze het verre. Hebt ge een. in uw oogen goede zaak te ver dedigen, doe dit met blootlegging van de gron den, die voor gezegde zaak pleiten. Dit is wel' het beste stelsel. In Delgie ontleent men, naar het schijnt, de gronden van verdediging aan de zwakke zijde van de tegenpartij. Zooveel geestelijke broeders, die onderwijs gaven, zijn door den rechter, wegens misdadige aanranding der leerlingen, veroordeeld, en dus. verandering vau stelsel. Zie, dat is niet stellig geredeneerd; zeg, mijn stelsel is goed en ia goed om deze en gene redenen, en uw betoog zal veel meer ingang vinden. Het slot van ds historie 2al zyn, dat het openbaar schoolwezen in Belgie wordt geregeld naar den zin der vrijzinnige meerderheid en, vraagt men ons, dan antwoorden wij volmondig: het voorge stelde wetsontwerp zal tot zegen van het land blijken te zijn. Was herziening der onderwijs wet bij ons wenschelijkin Belgie was zjj, op het zachtst-gespvoken. noodzakelijk, - DU1TSC UiLAND. De Rijkskanselier heeft bij den Bondsraad een wetsontwerp ingediend ter regeling van het bestuur over ElzasLotharingen. De hoofd- bepalingen zijn de volgende: De Keizer benoemt een stadhouder ter uitoefening der staatsmacht. Deze houdt zijne residentie te Straatsburg. Hy treedt in de plaats van den Rijkskanselier en den Ober president. De laatstgenoemde be trekking en de rijkskanselarij-afdeeling voor Elzas—Lotharingen worden afgeschaft. Te Straatsburg wordt een Ministerie gevormd, be staande uit eenige afdêelingen, met een ver antwoordelijken staatssecretaris aan het hoofd. Het Ministerie geeft advies omtrent wetsont werpen en is belast met de afdoening van alle aangelegenheden, waartoe het van den stad houder opdracht ontvangt. Voorts wordt een Staatsraad opgericht, bestaande uit den bevel voerenden generaal, den staatssecretaris, de hoogste ambtenaren en zeyen door den Keizer benoemde leden. De stadhouder is belast met het voorzitterschap by den Staatsraad. Het Landscomité zal voortaan bestaan uit 58 leden. Elzas Lotharingen zal ih den Bondsraad vertegenwoordigd worden door een afgevaar digde met adviseerende stem. Hy wordt benoemd door het Landscomité, op welke benoeming de keizerlijke goedkeuring wordt, vereischt. F B A N K RIJ K. j De Banqm de Paris et des Pays-Bas heeft in het jaar 4878 een netto-winst behaald vau. 7.503.G00 fr.~Daarvan is 375.000 fr. overge bracht in de reservekas, 539.000 fr. als buiten- 1 7 J .f gewone reserve ter zyde, gelegd en 3.47.000 fr. betaald aan 'da ilïrecteurW, ^Met, liet salHb <jun 't1 vorige 'jaarf was er nu6.''337.000"lfr.<> voor 'le vv5 '-ii ,1 iito

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1879 | | pagina 1