Gemengde Berichten. en de gewone uitdeeling van hammen aan de drijvers der koninklijke jacht zal dit jaar bij wjjze van kerstboom plaats hebben. llnnsvreert. In deze gemeente, waar de kerkeraad den inboedel van arme menschen laat verkoopeu. is het kerkgebouw zoo vervallen, dat wanneer het regent de opgekomene schare verplicht is in de kerk haar parapluies te ge bruiken. Het geheele dak dreigt eerlang omlaag te komen. Te Triest komt er veel d rij (ijs uit zee aan, de Arno te Florence is bevroren en zelfs de Po is bij Ferrara bijna geheel dicht, een schouwspel, dat slechts zeer zelden waargenomen werd. In het jaar 860 is de Po bevioren ge weest met een deel der Adriatiscbe zee; in d'132 was de rivier van Cremona af lot aan de zee met Ijs overdekt; in dat jaar bevroor de wijn iti de kelders. Eindelijk lag de Po nog eens dicht in 1334, evenals de meeste ilvieren in Noord-Italië. Een jonge dame te Berlijn, die zich j Zondagmiddag vermaakte met schaatsenrijden, maar nog niet bijzonder vast op haar schaal®"!' stond, werd door twee galante vreemde hee;, geholpen. Zij reden verscheidene malen met haar de baan op en neer, ondersteunden haar j als zij dieigde te vallen, kortom bewezen haar allerlei beleefdheden. Maar een oogenblik nadat de vriendelijke helpers vertrokken waren, j miste de dame haar horloge; de galante rid- j ders hadden den gouden ketting waaraan zij het droeg doorgesnedeuen de eene helft daarvan, met het uurwerk, meegenomen. Naar aanleiding van de koude. Eenige jaren geleden waren er op de Newa bij Peters- J burg, die toen bevroren en met ijs bedekt I was, een dozijn persouen in teuten te vinden: het waren Laplanders, die aan een borstkwaal leden en die voor den winter te Petersburg kwamen. Voor die goede lieden was een winter j te Peteisburg gelijk aan een zomer te Nice j voor den Rus. Te Maidstone overleed den 4 dezer Elisa- j beth Weaver 105 jaar oud. Zij is bijna uooit 1 ziek geweest en werkte in haar 101 jaar nog j dapper mee bij den oogst. Haar man is 100 jaar oud geworden, haar vader 104, haar j grootvader 105. j Bij het lezen van de mededeeling dat de j Hertog van Portland, de onlangs overleden Engelsehe zonderling, »onder den grond" woonde, heeft misschien menigeen gedacht dat de klui zenaar een akelig onderaardsch hol tot verblijf i had gekozen. Maar het tegeudeel is waar. De j Hertog had het oncler den grond veel beter dau j 1 de meeste menschen het boven den grond hebben. In zjjn verblijf, Welbeck Abbey, had hij al- j lerlei ondernardsche zalen en gangen laten maken, die prachtig versierd en helder verlicht 1 waren. v Men vindt er een keurige verzameling van schilderijen, een museum van natuurkun dige merkwaardigheden en een bibliotheek met dui/ende boekdeelen. Ook is daar, onder den grond, de schoonste iij«cbool ter wereld. Zij is 400 voet lang, 100 voet breed en 50 voet hoog.- De muren zijn uit massieven steen ge houwen en het dak is uit hout, glas en ijzer samengesteld. Zij wordt verlicht door 8000 gasvlammen. De eigenlijke manége, die door zuilen is omgeven, mag een meesterstuk van kunst hePten. 1 1 De Hei tog gebruikte sedert vele jaren voort durend 2000 werklieden, voor wie zijn dood .een onherstelbaar verhes is. Hij ontving nooit Iemand bij zich en leefde in zijn prachtig ver blijf zonder eenig gezelschap. Geen ziji er be dienden mocht een woord tot hem spreien, of zich 'in het park vertoonen op de uren dat hij pr wandelde. Zij mochten hem zelfs niet groeten. JfliJ had' Welbeck Abbey van een hoogen muur laten omringen, zoodat niemand van buiten af ham kon zien. De Boeren-Courant geeft het volgende middel aan de hand om te weten, hoe dik het spek van een levend vet varken is: Trek een borstel uit zijn rug; zoo hoog als die van onder naar boven doorschijnend is, zoo dik is het sjiek. Of meet den omtrek van den staart een hand breed onder zijn worteideze uitmeting is juist de dikte van het spek. Brom de Klop. Acht gulden de honderd 't Is ontzettend Het woordenboek voor de Nederlaodsche taal, dat van een oester alleen zegt; een bekend weekdier, had beter gedaan haar te noemen: »een duur, een schandelijk duur weekdier"! Een bekend weekdier" 't Is Ironie 1 Hoe menigeen kent van de zeden en gewoonten van de oesters weinig meer, dan dat zjj, uren en dagen lang, onbeweeglijk achter de spiegelruit van een vischverkooper kunnen liggen en dat zij zich laten amronceeren tegen een gulden het doz'ijn. met geroosterd brood en citroen. Neen, dan mag haar zwaite natuurgeuoot, op meer algemeene bekendheid bogen 1 De mossel, dat is een dier! Die valt onder ieders bereik, en om haar te slceren eten en haar lekker te vinden, behoeft men al geen langere oefening dan noocüg is om smaak in oesters of jenever te krjjgen. Men eet mossels met olie en' azijn en peper, en drinkt er een glas gewoon Holiamlsch bier by. Zoo »behooren" mossels gebruikt te woi den. terwijl een oester dat aristocratisch beest zich ïgekleineerd" zou achten, als zij niet met Moët of ten minste met Pale-ale grafwaarts werd gespoeld. Eu even groot als het verschil is tusschen die grijze en zwarte schelpdieien zelf, even groot is het verschil tusschen hen, die ze verkoopen en gebruiken. Het zijn prachtige, groote winkels waar de oesters verkocht worden maar wie heeft ooit van s mossel paleizen" hooren spreken! Een mosselschuit,eenmosselkruiwagen, dat zjjn de nederige plaatsen, waar diezwaite lekkernij verkocht wordt. En zjj worden langs de straten geveot met luid geschreeuw. Bram de Mop verkoopt ze. Bram de Mop verkoopt ze. Er hangt een dikke mist. »De Dom is uitte stad", zegt Bram, en wil daarmee te kennen geven, dat van dien hoogen toren op twintig passen afstand niets te ontdekken is. In dien dikken mi«t loopt Bram de Mop met wjjd geopemleu inond en kou'digt met heesche stem half zingend, half schreeuwend, zijne koopwaar aan. Hoort! het dringt tot uwe huiskamer door: Zee ie.zee ie Zeeland LeelanSemoes Loo o o o opanloa—pan Aan de Meertjeshrug Uit te schititan! Aan de Maartensbrug ligt de schuit, en men moet aanloopen, aan|oopen om van de Zee- landsche fZeeuwsche) mosselen, die zij in heeft, te kannen knopen. Want straks vaait zij weer door naar een ander deel der stad en dau schreeuwt Bram het daar uit, dat de schuit nan die jecobicbrug leit". Vioeger heel, heei lang geleden lag de schuit meestal aan het Kermiswaterpoortje, en Bi am heeft het jaren lang volgehouden toen dat eerwaardige overblijfsel onzer vesting werken reeds opgeruimd was nog altijd met dien naam de ligplaats van zjjn schuit bekend te maken. Maar eindelijk heeft hij het nagelaten. Zjjns ondanks moest hij smet zijn tijd mee", jMaar an de Nuuwe'brug he'k toch nooit wilde roepe meneer". Neen, daaitoe was hem de herinnering san 't Kèrremuswaoterpoortjie" te dieibaar. 't Is 'een van de merkwaardigste mannen onzer stad die Bram de Mop. Bram is een verkorting van zjjn aartsvaderlijken vóórnaam, en de Mcrp is een bijnaam, dien hij reeds va a1 zijne jeugd af draagt en waarschijnlijk te danken - 1 heeft aan zijne kleine, dwergachtige gestalte en zjjn welbesneden gelaat, dat eenigszins aan den kop van den mophond herinnert. Hoe zijn ware naam is, weet niemand, dat is een diep geheim een secret de familie! Nog een ander geheim hult Oram's leven in een eenigszins mystiek waas. Wanneer slaapt hjj, of slaapt hij zelfs wel ooit? Zóó vroeg kan Gods lieve zon niet aan de Oostei kimmen rjjzen of bare eerste stralen voor zoover die Utrecht's straten bereiken besehjjnen Bram de Mop. Op welk uur van den dag of den avond men voorts op de visch- of botmarkt, of erders in de stad komt, men hoort en ziet Bram zijn bedrijf uitoefenen. En 's nachts? I Kleppers, lantaarnopstekers, studenten en ande- - ren, wier maatschappelijke positie meebrengt, datzij 's nachts laugs de straten zwerven, zouden kunnen getuigen, dat ook het lieflijk licht der maan en de zacht flikkerende sterren den wandelenden de Mop bestralen. Geen sneeuw of regen, geen stormwind is in staat hem van de straten te verdrijven, en zjjn sgoeje navond" zoolang het donker is, zegt Bram om »den schijn op te houden", tegen studenten altijd zgoeje navond" klinkt dan zoo schor hij heeft, wat men noemt een grog-, een erge grogstem en zóó onverwacht den voorbijganger m de ooren, dat deze er van schrikt. Is het een vroolijk troepje studenten, dat hem op eene nachtelijke excuitie ontmoet, dan is Bram de gelukkigste der stervelingen A Dat zijn zijne vrienden, zijne beschermers I Welk student kent Bram de Mop niet! In welke plaats van ons laud nstaat" de dominé, de dokter, de advocaat, die als student in Utrecht sgelegen" heeft,en zich Bram de Mop niet herinneit! Een studentenfeest zonder Bram is geenstudeuten- feest. Bij oen gecostumeerden optocht is hg de belachelijkste anonymu®, dien men zich kan voor steilen. Bij een tij lol zit lig in polsierlijke kleeding op den bok van het eerste rijtuig, en bij zoo menigen anderen jool vervult hij de eene of andere rol. Helaas! aan dien omgang met de studeerende jongelingschap heeft hij, behalve een paar .woorden Latijn, ook de weinige donkere stippen te danken, die somtijds, in de meer dan 50 jaren, dat hij aan de zijde eeuer trouwe gade den levensweg bewandelt, zijnen anders zoo helderen huwelijkshemel verduisterd hebben. Want bij die feesteu kent Bram »zjjn maat" niet, en hij komt dan wel eens wat vreemd thuis. En bij zulke afwijkingen van het pad der deugd is »zijn oude" niet gemakkelijk,- Maar rnet mannelijke energie weet hij ook dan zijn prestige te handhaven, en ofschoon niet- zoo weisprekend als anders, toch nog krachtig geuoeg om haar het zwijgen op te leggen» schreeuwt hij sas et nou lang genoegt is" zijne wederhelft toe: Wijf! hou je mondt Volks popeli. Volks deeji I En nou na je bed, hoori Sst 11geen wordt meer!" Intusschen al die srbatailles" zijn Biam, niet sin zijn kleeren gaan zitten".. Hij takelt af! Bij het laatste Sint Nicolaasfeest werd hjj" - reeds gemist, tenzij hij achter een der menig vuldige diakenkoppeu verscholen is geweest, 't ls waar, hij telt ook al een goede zeventig, maar s't is zen eige schuldasti zen eige j nie soo rnit tie jonge 'lui opgehouwe had, dan wasti misschien nou al wel negentig ge wist", zegt zijn buurvrouw. Ilij f heeft het zich in den Iaatsten tijd wat- gemakkelijk gemaakt. Den zwaren mand, dien hij vroeger aan den aren dioeg, heeft hij af- geschaft, en een handwagentje heeft dien ver- v| vangen. Moge hij op dien weg kunnen voort- ff gaan en in staat zijn het zich in zijn laatste levensjaren steeds gemakkelijker te maken," Zijn leven hoe nederig 'ook, is werkzaa,.igeuoegf viig geweest omdat te verdienen, en dan kan Utrecht in hem ook nog lang een origineel lijpe bezittend

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1879 | | pagina 6