to ei ÉivDilio rollen aandag 2 October. 5542. v. 1882. Feuilleton. Z es en Dertigste Jaargang. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Dinsdag. Binneniandsche Berichten. jtBONMisifcNTSi'iuJS, per kwaitaal franco per post, door het geheele Rijk Afiomleilijke uoimueis J 1.85.,*;/ >V(2.50. 0.10. BVKJBAVt HARKT, E124. Advertentieprijs van 1-—10 gewone regels met inbegrip van eene Courant1.10.' Iedere gewone regel meer - 0.10, Driemaal plaatsing wordt tegen tweemaal berekend. yy deze Courant behoort een Bijvoegsel. Schiedam, 30 September 1882. Daai liegen een vijftal dagen achter ons, die weikelijk op parlementair gebied Imlang- lyk mogen genoemd worden. Maandag, de komst van den Lord Mayor van Londen had ons twee dagen langer dan audeie jaien in spanning gehouden, Maandag spiak de Mui is ter vau Financiën de zoogenaamde millioenen-rcde üit bij gelegenheid tan de aanbieding der Staatsbegrooting voor 1883. ïWe zijn zegt de Arnhemsolie Couranter nu sedei t jaren aan gewoon geworden dat de milliopnen-iededie in Nederland de troonrede op den voet volgt, niet is een rede over de millioenen, die overschieten, over de millioenen, die wij hellen, maar over de millioenendie wij te kort komendie wij niet hebben. Wij leven te midden van tekorten, en zijn hieraan zoo gewend geraakt, dat hel ons zelfs niet meer vei schrikt of beangst maakt." Toch zal het cijfer van het tekort, dat het aanstaande dienstjaar be looft te zulleu medebiengen, menigeen ver baasd hebben- ruim 20 uullioen op de huis houding van den staat tekoit! Wanneer een huisvaderzijn budget opmakende, bemerkt, dat de veimoedelijke uitgaven, de inkomsten dreigen te boven te gaan, zal zijn eerste wig zijn, of de laatste te verminderen, of te tiachtcn de eeistetever- hoogen, en alle ïedeneeriiigeu over duren tijd kunnen tegen een enkele poging oin liet ver broken evenwicht te herstellen, met opwegen. Evenzeer mag van de Regeenng verwacht worden, dat zij met de Vertegenwoordiging zal bepioeven, de dagen van weleer, toeu er van batig slot, en van schulddeigeu spiake kon zijn, te doen herleven. De ArnJtornsehe Qourant spreekt met het oog hierop een be hartigenswaardig woord. Zij zegt: Wij vei langen niet alarm te maken en paniek te veroorzaken. Wanneer Gouver nement en Kamers de handen willen iueen- slaau en samemverkeu, wanneer zij met ijver, dooi tastend en voortvarend willen handelen, is de financieele toestand van Nedei land vol strekt niet hopeloos. Maar wel is zy hoogst ernstig, zóó ernstig, dat wij rneenen, dat èn Gouvernement èn Kamers, de meerderheid en de minderheden, de mimsteriëelen en de anti- miuisteiiëelen, evenzeer moeten doordrongen zjju van de oveituiging, en evenzeer door drongen van de noodzakelijkheid om naar deze oveituiging te handelen, dat er, op dit oogenblik, geen enkel onderwerp, van welken aard ook, is, zóó spoedeischend, en waar van de onmiddellijke voorziening zóó dringend noodzakelijkzóó onafwijsbaar noodig is dais het voorzien in onze financiëele aan- en ongelegenheden. Dit onderwerp van Regeeiiugszoig gaat vóór en boven alle andere oudei werpen. Eerst nadat de Nederlandsche geldmiddelen en het Nederlandsch financie wezen op een vasten stevigen basis zullen gegrondvest zijn, behooit het debat overandeie politieke eu onpolitieke onderwerpen van Staatszorg te beginnen. Ons bankroetiershuis houden heeft reeds veel te lang 'geduurd, en wanneer wij niet al onze krachten inspannen om weder een solide huishouden te gaan voeren, wanneer wij, al kibbelende en krakee- lende over alleilei punten en kwestiön van liooge, vau gewone en vau zeer lage partij politiek, voortgaan, gelijk wij tot dusver deden, d» inrichting en henm ichting vau ous financieel huishouden te veronachtzamen, is het nood lottig eind het eind, dat eindelijk komen zal en eindelijk komen moet niet moeielyk tv voorzien. Het einde der baukroetiershuis- houdkunst zal tevens heleinde van alle staat kunde en staatskunst, liet einde van alles wezen. Een geruinoeid staatshuishouden, een geruïneerd volk, een geiuineerd land, zal de conclusie zijn van deze ellendige paityen- pohtiek, die voor alles- voor alle party- en coterie-belangen oog eu oor eu liait heeft, behalve voor het hoogste, het algeemene, meest' onmisbare, voor hetgeen allen in den lande aangaat." De 'beraadslagingen in de Tweede Kamer gehouden, over het adres vau autwoord op de Troonrede, gaven evenwel niet den indruk, dat allereerst en allermeest de staat der fiuanciën onze afgevaardigden verontrustte. De paragraaf, waarby herziening der wet op het middelbaar onderwijs in het verschiet werd gesteld, gaf den heer Lohman de gedachte in, een amendement voor te stellen, waarby ook de wet op het lager onderwijs "<-°rd onder handen genomen. Over dit amendem. at is lang, zeer lang, geredeneerd; men kan zelfs zeggen, geredeneerd op een wyze, het onderwerp waardig. De eerste kampioenen traden in het strijdperk, niet juist om nieuwe dingeu te zeggen, maar om oude nog eens in een nieuwen wezenlijk passenden vorm te berde te brengen. Practisch resultaat leverde -het debat niet op. Het amendement weid verwol pen. De Minister van Bmuenlandsche Zaken, was de veertiende, die sedert de behandeling der wet vau 13 A.ugustus'57 over het lager onderwijs het woord voerde. Veertien Ministers van Binueuiaudsche Zaken ia een tijdvak van vijf eu twintig jaren; gelukkig het land, dat zoovee lemiuentiën telt! Deze Minister heeft ziju standpunt kort inaar ki ach tig bepaaid. Het progiain vau dit Miuistene is niet, de oudei wijszaak als hoofdzaak te beschouwen. Audere onderwerpen zullen ons dit jaar allereerst moeten bezig houden. Maar meik- waaidig waren toch de wooiden, die hjj spiak, namelijk een voorstander te zjjn van iukrimpiug van staatsbemoeiing, een ideaal, dat insgelijks in vioeger dagen Thorbecke ïeeds voor den geest zweefde: De vrije school, maar danals de toestand zoo isdat aan haar kau worden gedacht. Ook erkende de Minister, dal aau de Wet van '1S78 groote gebreken kleefden. Ons wachten nu in de eerste dagen belang rijke wetsontwerpen in de eerste plaats, die over het kiesrecht; dan zal het onderzoek l naar de wenscheiykheid van Grondwetsher< ziening aan de orde worden gesteld. Of we die, zooals velen meeuen, spoedig te wachten hebben? De heer Des Amotie van der Hoeven verwachtte haar in deze eeuw niet, en er zijn er meer, die zyn gevoelen deelen. De Regeering sprak hierover haar gevoelen niet uit; kiesrecht en kiesbevoegdheid moeten worden herzien. Dan zal een ander, kiezers volk misschien andere afgevaardigden zendén# Aan dezer wijsheid blijve het overgelaten onzen politièken dampkring-té'zuiveren. Het adres van antwoord is aangenomen. De heer Van Houten bereikte,,zyn doel piet, de stukken aangaande de crisis o vei gelegd[te zien. De Kamer begreep, dat hetde Koning benoemt en ontslaat Ministers", in zich sliiit, dat tot op zekere hoogte de onderhandelingen over deze aangelegenheid Regeeringszaak ble ven, en de heer Schaepman sprak een goed woord, toen hij de meening uitsprak, dat het Huis van Oranje, wat er hier ook van gezegd was, te zeer in het hart van het volk leefde, om het hier niet buiten het debati te laten. De parlementaire campagne is niet onver dienstelijk aangevangen. Moge ze in de ge volgen een piactische campagne bl'yken I r-gï SCHIEDAM, 80 September 1882. De feesten door Schiedams Mannenkoor ïOrpheus" verschenen zomer gegeven, zijn naar weosch geslaagd, zoozelfs, dat niet alleen in onze gemeente, maar ook daar buiten er met den meeslen lof van wordt gewaagd, daarvoor komt aan vele onzer stadgenooten, die de feestcommissie op zoo onbekrompen wijze ondersteundendank toe. De uit gaven hebben de inkomsten echter verre overtroffen. Wy weten evenwel van nabjj dat enkele onzer stadgenooten bereid zyn 13. Wat zijt gij ziende blind' llot iijtuigen ■de paaiden beliooren den heer Veiny. Hij hecht er aan iu 't kanton Montignv giomleigendoin te be/itlen, en was er daarom zeer op gesteld hot kasteel van uw ncof te koopon. Mijnheer d'EnimoriÜ! wonsclite niets liever dan liet te kunnen o\ei doen. Zij wat en liet dus spoedig eons. Zij hadden vooi de overdracht den dag bepaald waarop gij hen in liet dorp gezien hebt, en af gesproken, na afloop van de pujsuitdccling naai den notnin to gaan. Juflcr Margnrcthu uige.eldo natuurlijk haren vader, omdat feitelijk het domein niet hem, maar haar toebehoort. Ik had u immers wel gezegd, dat, om haar te doen besluiten, dat kleine schoolfeest bij te wonen, er een gowichtigv: en buitengewone diangroden moest bestaan? Even wol is de koop -hen dag nogniet doorgegaan; mijn heer Votny wilde het oude kasteel, waaraan hij zich voorstelt veel te laten doen, nog corst eens in oogensehouvv te nemen. Mijnheer en juffer d'Emmorich waren dus wol genoodzaakt den aan staanden afgevaardigde mee naar huis te nemen, in zijn rijtuig't Ovorigo weet gij. Ach, zei Albert, in zich -/elven mompelonde, wat ben ik weinig helderziend geweest! Hoe is 't mogelijk, dat mij do oogen niet zijn opengegaan toen ik dien middag op Montigny gegeten heb! Et- was toch zooveel, dat mij de bittere bekrompenheid, waarin zij leefden, had moeten doen optnciken. Men heeft ray den geheolen middag in den tuin bezig gehouden, cn mij als 't ware belet een voet in huis te zetten. Ik heb er dan ook maar een enkel vei trek van gezien, dat zeer pover ge meubeld en dan vermoedelijk nog wel 't best in ordo was; ook komen mij nu nog oenige bij zondei lieden voor den geest, die Maar toen, toen heb ik niets gezien, niots vermoed! En bij de prijsuitdeeling, dat gouden kruisje, door Mar- garetha van haar hals genomen en in den zak ge worpen. Ilaar laatste kostbaarheid wellicht, oen souvenir, een kleinood, met liefde en gehechtheid tot liet uiterste bewaard llolaas, neon Mijn heer d'Emmorich had zijn portemonnaio niet vorgeton, maar hij was bang te laten zien, dat zij ledig was! Ja, ja, hernam do grijsaard, uwe vrienden cn bloedverwanten hebben hun Ireurigen toestand zorvuldig verbolgen gehoudon, en voel waardig heid in 't ongeluk aan den dag gelogd. Vreezende dat zij andoren tot last zouden worden, of koel tjes ontvangen voor 't minst, hebben zij in stiltö geleden, in de eenzaamheid, en zich zóó terug getrokken, dat mer. voor hoogmoed aanzag, .wat alleen de odelo lierheid van den arme was, eer bied voor ziehzelven, en eene mogelijk overdre- vone bescheidenheid. Hier hield mijnheer Schmidt op, en zag Op zijn horloge. Ik kan niet langer blijven praten, zcide hij ik heb nu eenige opvolgendo lessen te geven, en ook nog enkele dringende bezigheden af to doen. Wij zien elkaer nog wel terog, zoo al vandaag niet, dan toch zeker als gij weer van Parijs komt. Eonige uren later, toen kapitein Vandelans in den waggon stapte, zat do oude toonkunstenaar weer op zijn zolder, en inventariscei do-zijn schat ten met tranen in do oogun, maar toch met een zachten glimlach om do lippen; Hij was-ongo-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1882 | | pagina 1